FEUILLETON. HET SCHIJNGELUK. N°. 4076. A0. 1873. Maandag 26 Mei. STADS-BERICHTEN. LBIDSCH PRIJS DEZER COURANT: Yoor Leiden per 3 maandeaƒ3.00. Franco per post3.85. Afzonderlijke Nommera0.05. DAGBLAD. Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen, uitgegeven. PRIJS DER ADVKRTSNTIEN Van 16 regelsi.05. Iedere regel meer9 0.17%. Grootere lettere naar plaatsruimte. De BURGEMEESTER van LEIDEN brengt ter kennis van belanghebbenden, dat dagelijks, Zon- en feestdagen uitgezonderd, dea voormidaags van 101 uur, de Paspoorten voor de miliciens dezer ge meente, beboorende tot de lichting van den jare 1868, verkrijgbaar zijn ter gemeentesecretarie, mita men zich in persoon, en voorzien van zijn zakboekje, daartoe aanmelde. De Burgemeester voornoemd, v. n. BRANDELER. Leiden, 24 Mei 1873. BURGEMEESTER bn WETHOUDERS van LEIDEN, Gezien het adres van Johannes Fbansen, scheep maker, wonende alhier, om vergunning tot het hou den en mesten van varkens op een erf achter zijne woning aan de Haven n°. 11 Gelet op art. 221 der Algemeene Politieverorde ning van 24 October 1867 Doen te weten, dat tot het hooren der eigenaars en bewoners van de naast bijgelegene en belendende panden, ten opzichte der informatiën de commodo et incommodo, door Burgemeester en Wethouders zal worden gevaceerd op het Raadhuis dezer Gemeeute, op Donderdag den 29sten Mei aanstaande, 's voor- middags te elf uren; zullende de belanghebbenden verplicht zijn hunne bezwaren tegen dat verzoek op lien tijd in te brengen, terwijl, by verzuim daarvan, lij gehouden zullen worden zich tegen de inwilliging met te hebben verzet. Burgemeester en Wethouders voornoemd, v. d. BRANDELER, Burgemeester. E. KIST, Secretaris. Leiden, 24 Mei 1873. LEIDEN, 24 Mei. Het crediet van 5ü inillioen, tot versterking der krijgsmacht in indië, met bet oog op de ex peditie naar Atchio, is met algemeeoe stemmen op éen na, aangenomen. Na de stemming over bet crediet voor AtchiD, ontving de Minister van Koloniën een telegram van den Gouverneur-Generaal, twee dagen ouder dan dat van Reuier, en waarin eenige Dadere benoodigdhedeu worden aangevraagd, doch met geeu woord over onrustbarende tijdingen nopens Deli gesproken wordt. Nu zou aan de orde komeu het contract met de Handelmaatschappij, maar de behandeling daarvan is uitgesteld tot Maandag, omdat de Mi- Dister van Koloniën de vroegiijdige beëindiging der zitting heelt geweuscht om voor hem over wegende redenen. Gedurende deze week zijn in het Werkhuis alhier opgenomen van 94 tot 167 volwassen per sonen en van 30 tot 40 kinderen. De exaineDS voor de acten in het middelbaar onderwijs met vrouwelijke candidateu hebben gisteren de volgende uitkomsten opgeleverd Toegelaten, nn-j. J. C. H. Bisschop, van den Haag, in kioogduitsche taal- en letterkundemej. J. H. Hugenholtz, van Winterswijk, voor Engel- sche taal- en letterkuude. Afgewezen ééne voor Fransch en ééne voor Nederlandsch. (Vervolg.) Ditmaal toch groette hij hem vriendelijk en sprak „Hoe, mijnheer Hubert, zoo druk aan 't werk, terwijl een ieder zich vermaakt? Laat die pa pieren maar liggen en ga wat in het park wan delen, men heeft uw raad noodig bij bet plaatsen van het vuurwerk. Ik ben er zeker van, dat gij er mevrouw van Saint Loup mee verplichten zult." Hubert liet hem praten en verwonderde zich over de veranderde houding van dien vreemde ling tegenover hem, doch merkte tevens op dat deze reeds twee- of driemaal om de tafel heen geloopen bad en al babbelende ter sluiks een blik geworpen op zijne papieren. Hij had daarom een groot blad wit papier op bet cahier gelegd, dat voor bem lag en met eenige kracht zijn regis ter dichtgeslagen. De Commissie voor de acte examens van mid del baar onderwijs (wis-, natuur- en zeevaart kunde, teekenen en boetseeren, gymnastiek en landbouwkunde) heeft op 19, 20 en 21 Mei haar laak voortgezet. Opgeroepen waren 6 candidaten. Acte K' (wiskunde)niet opgekomen 2, tijdens 't examen trokken zich terug 2, afgewezen 1, toegelaten 1, de heer L. van der Est, van Am sterdam. Voorts waren opgeroepen 11 candidaten acte M" (rechtlijnig teeken en pespectief) niet opgek. 2, afgewezen 5, toegel. 4, de heeren R. Jurling en J. Jurling, van Ntjkerk; H. E. Michiel- seu, van 's-Hage, en A. G. J. Tempelmans Plat, van Gorcuui. Voorlzeltmg op 23 eu 24 Mei, voor de acten K1 (wiskunde), Km (natuur- en scheikunde), en K" (delfstof-, aard-, plant- en dierkunde). De 44ste gewone algetneene vergadering van de Maatschappij tot bevordering der toonkunst, zal, zooals men weet, dit jaar worden gehouden te Dordrecht eu wel Donderdag 5 Juni e. k.,des morgeus te balfelf. Btj deze gelegenheid zal een tweedaagscb muziekfeest plaats hebben, te hou den Vrijdag 6 en Zaterdag 7 Juni in de zaal der vereeniging Kunstmin en Zoudag 8 Juni, des mor gens eeD kunstenaars-concert. Het feest zal geleid worden door den heer F. Böhme, honorair lid der Maatschappij, lirecteur van de zaogvereeniging der afdeeliDg, terwijl als solisten zich zullen duen hooren: mejuffr. Willi. Gips (sopraan) uit Dordrecht; mejuffr. Nantlz (Alt) uit Dresden, de heeren Fr. Diener (Tenor) uit Keulen eu de bas Carl Hill uit Schwerin. Vrijdag 6 Juni zal worden uitgevoerd net OratoriumElias, van Felix Mendelssohn-Bar- tholdy; Zaterdag zullen verscheiden stukken wor den ten gehoore gebracht van Bach, Beethoven enz. Uit den beschrijvingsbrief blijkt o. a. dat de gunstige fiuancieele toestand meer en meer moge lijk maakt, de middelen voor de algemeene oog merken der Maatschappij zonder bezwaar der Afdeelingen te viuden uit hare vaste inkomsten. Het Hoofdbestuur der Maatschappij heeft eeD crediet van 1000 aangevraagd ten einde daaruit aan den jeugdigen kunstenaar Jacob Kwast ook over 1873/74 eene toolage te verleeueD en ook de gelegenheid te openen tot het verkrijgen van eeo stipendium voor eeuig teoorzauger, die zich tevens tot zangmeester zou willen bekwamen en voorts is aangevraagd eene som van ƒ300, ten einde daaruit aan zoodanige werken, die vanwege de afdeelingen in zangvereemgingsuitvoeringeD, philharmonische concerten of kamer-muziekavon den ten gehoore wordeu gebracht, 't zij door aan koop van partituren euz., 'i zij door rechtstreek- sche eerepremiën, eeoe onderscheiding verzekeren. Voor zangonderwijs op de volksschool wordteen crediet van 400 verzocht, teuemde daaruit aan de Afdeelingen, die ten harent, de hoofdonder wijzers der volksscholen kunnen bewegen om aan hunne scholieren een of meer avonden per week, in de volksschool zelve, afzonderlijk me thodisch zangonderwijs te geven, subsidiën van f 25 tot f 50 te verleenen, en te voorzien in daarvoor benoodigde school behoeften. Eene som van /500 is aangevraagd ten einde daarmede het streven van Amsterdam en van de overige afdeelingen, die dit begeeren, in de rich ting te steunen ten behoeve van onderwijs in muziekgeschiedenis en aesthetiek. Wat de vereeDigiug voor Noord-Nederlands Muziekgeschiedenis betreft, wordt aangevraagd eene som van ƒ250, dus 100 miDder dau het voorjaar. BlijveD hare behoeften nog altijd klim- meo, wordt gezegd, hare hulpbronnen vloeien toch ook milder, 't Is te verwachten, dat lang zamerhand allen, die Neerlands kunstglorie op den rechten prijs schatten haar genoegzame mid delen zullen verschaffen om den rechtstreekschen sleun der Maatschappij overbodig te maken. De Regeering heeft geantwoord op hel ongunstig verslag der Tweede Kamer betreffende de her ziening der militiewei. Zij verdedigt het ontwerp en blijft van meeniog, dat het beginsel van ver plichten persoonlijken dieost zeer goed kan samen gaan met de tegenwoordige militiewet. Door af schaffing der plaatsvervanging en nummerverwis- seling wordt eene noodzakelijke verbetering der levende strijdkrachten tot staud gebracht, eene verbetering, die den grondslag van alle hervor mingen moet zijn. Aan den wensch der meerderheid oin het wets ontwerp iu te trekken, kan en mag de Regeering niet voldoen. Daardoor zal de beslissing omtrent den voornaamsten eiscb: verbetering van bet ge- gebalte en de samenstelling der levende strijd krachten door afschaffiog van de plaatsvervan ging, voor lang worden uitgesteld. Zal het leger in ile toekomst zijne taak naar belmoren vervul len, dan is verplichte dienst driogeud noodig, vooral bij gebrek aan vrijwilligers. Tevens is aangeboden een gewijzigd omwerp, waarbij wordt voorgesteld om vrijwilligers btj de militie reeds op 18 jarigen leeftijd toe te laten. Wijders wordt het iu werking treden vu» de wet bepaald op 1 Januari 1874. Bij art. 18 der wet van den 4den December, 1872, tot voorziening tegen besmettelijke ziekten, die op den lsteu Mei 11. in werking trad, wordt aan de Gemeentebesturen de verplichting op gelegd tot het daarstellen van gelegenheden voor kostelooze inenting en heriuenting. Voor veie gemeenten in ons vaderland zal die taak met gemakkelijk zijn. Het oprichten van bureaux voor vaccinaiie, het steeds in voorraad hebben vao vaccine en verdere vereischten voor eene goede tenuitvoerlegging der wet zullen bier en daar eigenaardige moeielijkhcden opleveren, die slechts door onderlinge saineuwerking gemakke lijk te overwinneu zijn. Bovendien is het wensche- lijk, dat de verschillende bureaux door een inui- gen baud verbonden worden, opdat zij door we- derzijdsche hulp en voorlichting op krachtiger en gemakkelijker wijze in 't belang der vaccinatie kannen werkzaam zijn, waardoor tevens de taak der Gemeentebesturen zal verlicht worden, Het Hoofdbestuur der Nederlandsche Vereeni ging tot bevordering der koepokinenting heeft zich daarom tot de burgemeesters en geneeskun digen in Nederland gewend, met uitnoodiging, om in hunne gemeente eene afdeeliug of corres pondentschap der Vereeniging te helpen tot stand brengen. Het half-officieele blad Bassiret zegt, dat het Gouvernement der Porte een protest bij de Neder landsche regeering heeft ingeleverd over den oorlog tegen den Sultan van Atchin. Men leest iD Het Schoolblad: Naar men verneemt is de 80jarige onderwij zer H. Kok te Kruisweg, gemeente Bleiswijk» geschorst eo genoodzaakt tegen 17 Juni aan staande eervol ontslag uit zijne betrekking te nemeD, wegeos verschil met zijn Burgemeester over de toepassing der vaccinatievvet op de leerlingen en omdat hij zelfs in gebreke was gebleven een1 be wijs zijner inenting van 1799 te kunnen over leggen. Van verscheidene iDgezetenen dezer buurt cir culeert een beleefd verzoek aan den gemeente raad om den grijzen-tnatrj-wieos naam en vonnis nu voor elk op het aanplakbord ie lezen staat, in zijne eer en waardigheid te herstellen, getui gende dat zij met zijn onderwijs tevreden zijn en op zijn gedrag geene aanmerking hebbeo. De oude man, die op ziju 15de jaar reeds als hoofd onderwijzer te Marken-Binnen benoemd werd, daarna te Oostzaan en Nieuwveen als zoodanig werkzaam was, wenschle zoo guarne nug tot Aug. a. s. in functie te mogen zijn, om alsdan een nooit gekend feest in de onderwijzerswereld te vieren, u. I. dat van 65 jaar hoofdonderwijzer bij het lager onderwijs te zijn geweest, welk vooruitzicht hem zoo plotseling ontnomen is. In zijne vergadering van 20 dezer beeft het Domkapittel van Meuiz den heer P. J, H. Cuypers tot bouwmeester der kathedraal benoemd,eene der belangrijkste kerken van het westersch Europa. De grootsche restauratiewerken aan dat inoou- ment zullen dus voortaan dtor onzen landgenoot geleid worden. Wij vernemen, dat de president der Vereenig- de Staten van Columbia en de minister vau finan- tiën en nijverheid, den heer A. Goldberg te Amster dam uitgenoodigd hebben de Republiek bij de internationale tentoonstelling te Weenen, te ver- egenwoordigen. (HM.) Aan het Vaderland meldt men aangaande het bezoek van Z. M. aan_d_eaJiftder van generaal Kohier: Deze, een man uit den kleinsten burgerstand, De ridder, de bedoeliug begrijpende, veran derde thans geheel van toon en zeide, terwijl hij een sloel kreeg: „Gij copieert zeker iets vaD belaog. Zou ik mogen zien wat het is?" „Neen, mijnheer." „Is het dan zulk een groot geheim?" „Mijnheer van Saint-Loup heeft uiij eeu werk Opgedragen waar haast bij is, en gij houdt mij maar op." De ridder schoof zijn stoel nog wat dichter bij dien van den ouderwijzer. „Mij dunkt, mijnheer Hubert, gij zoudt op uw leeftijd en met uwe bekwaamheden wat meer kannen verkrijgen, dan een plaats als onderwij zer. Bevalt u die betrekking wel?" „Ik heb achting voor den graaf en ben aan zijn kind gehecht en mijne betrekking bevalt mij." „Dit verwondert mij, maar wat zoudt gij zeg gen als men u voorstelde, uw bestaan voor uw leven te verzekeren?" „Dat ik vooreerst niet wensch te veranderen." „Zeer wel, mijnheer." De ridder stond eenigszins teleurgesteld op, en Hubert, vreezende dat bij weer uioeiie zou doen om te snuffeleu, zette zijne ellebogen op het re gister. De ander baalde de schouders op en wendde zich naar bet raaui, op eeu balkon uitkomende, dat langs het geheele boekpaviljoen liep, waar zich de bibliotheek bevoud, en ook tot de kamer van de gravin en het boudoir van Sophronie toegaug verleende. De heer Valdieri ging eenige mÏDuten het bal kon op en neer, de muren en de ramen opne mende, en indien men had kunnen hooren, wat hij dacht, zou liet deze alleenspraak zijn: „Hoe aan die papieren te komen? Kon ik maar even zien of zij eene geheime depêche bevatten, uie van oorlog spreekt. UI als Italië er mee gemoeid was, dan waren ze reeds lang iD mijne handen. Maar heeft Duitschland onze eenheid niet vol tooid, moet het zelf ook niet eeu orden?" Daarop ging bij weer in de bibliotheek, zette ziju hoed op, dien bij op een stoel had neergezet, en ver trok haastig, zouder Hubert te groeten. Hubert besloot deu graaf over het voorgevallene te spreken en ging weer aan 't werk, na de deur op nachtslot gedraaid te hebben. De graaf kwam slechts even voor het diner in de bibliotheek en moest den geheeieo avond in zij De salons blijven om beambten en industrieelen te woord tesiaaD, die benieuwd wareu naar wafe tijdingen uit Parijs, en complimentjes te geven aan de kleine tbéater-troep van de gravin. Hij ging van de eene salon naar de andere met Sophronie aau den arm en hoorde met verruk king de bewondering die hare schoonheid ont lokte. Als Eucharis gekleed zag zij er uit als eene godin van Homerus, voorgesteld door eene mo- donna van Rafaël. Het meisje zelve vond de salon al le helder verlicht en schaamde zich over haar costuum telkens als zij naast haar vader plaats nain, trok zij beschroomd hare kleine voeten onder het ga zen kleedje terug, dat zij te kort vond. Zij kon die bedeesdheid den ganschen avond niet van zich afzetten en keek verschrikt als een cavalier haar tot een wals uitnoodigde. Hare oogen straalden dan ook van vreugde, toen haar vader te twee uren 's morgens, toen het bal eerst goed aan den gang was, tot haar zeide «Gaat gij mee een luchtje scheppen op het terras?" Maar op het terras waren een menigte dansers die er zich kwamen verfrisschen. Vader en doch ter begaven zich daarom naar het park. „Vader," sprak Sopbronie, nadat zij een eindje voortgewandeld waren, „ik voel mij zoo vermoeid dat ik liever ter rust wilde gaaQ." Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1873 | | pagina 1