FEUILLETON. HET SCHIJNGELUK. 19 Mei. N°. 4071. A0. 1873. Maandag LEIDSCH DAGBLAD. PRIJS DEZER COURANT: Voor Leiden per 3 meenden Franco per poet Afzonderlijke Kommen /s.oo. ,3.86. ,0.06. Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen, uitgegeven. PRIJS DER ADVBBTBNTIEN t Tan 16 regels1.08. Iedere regel meerf 0.17%. Grootere letter* naar plaataroimta. LEIDEN, II Hel. Met ingenomenheid vernemen wij dat eenige dame9 onzer stad een afdeeliog hebben tot stand gebracht van de vrouwenvereeniging Tctsel- schade. Dat deze vereenigiog in een werkelijk bestaande behoefte voorziet, behoeft geen betoog. Voor het lot der schamele armen wordt zooveel mogelijk zorg gedragen door de kerkelijke in stellingen van weldadigheid. De arbeidende stand zoekt zich zelf door allerlei behoorlijke en onbe hoorlijke middelen ruimer inkomsten te ver schaffen. Maar wie weet niet, dat er zooveel dus- genoemde fatsoenlijke armoede geleden wordt door het onvermogende meisje of de onvermogende vrouw uit den beschaafden stand? Van de lief dadigheid leven kan en mag en wil zij niet. Zij wenscht in de gelegenheid gesteld te worden om te werken. Zij wenscht de zekerheid te hebben, dat de vruchten van haren arbeid haar zullen steunen in de zorg voor haar levensonder houd en dat der haren. Hierin nu wil de ver- eeniging haar helpen. Art. 1 der statuten luidt: „Het doel der vereeniging is de verbetering van het lot der onvermogende vrouw uit den be- ichaatden stand, door aanmoediging en bevorde ring van haren kunst- en arbeidszin. De vereeniging zoekt vrouwelijke nijverheid en talenten te ontwikkelen en te verbeteren, en de vruchten daarvan in den handel te brengen, door die tegen de waarde in te koopen en we der te verkoopen, door oprichting van depots of magazijnen, door het houden van tentoonstellin gen bazars, door verlotingen of op andere wijze." Ziedaar het schoone doel der vereeniging I Niemand, die het waardeert, zal zich door de matige contributie van f 1,50 laten weerhnuden daaraan mede te werken. Maar ongetwijfeld zal het ook aan de dames aangenaam zijn, als onver mogende meisjes en vrouwen uit den beschaafden stand zich bij haar aanmelden, om in de gelegen heid te worden gesteld dien arbeid en dien steun te ontvangen, die de vereeniging letselschade zoo gaarne verleent. Naar wij vernemen zal Mijers groot Auieri- kaansch circus eerstdaags ook hier ter stede eenige voorstellingen geven. Hedenmorgen is er een begin van brand ODt- staan ten huize van den heer Sasse in de Dief- steeg, die echter spoedig is gebluscht. De dien sten van de spoedig op de plaats aanwezige spuit van het 4de regiment infanterie waren onnoodig. teekening van dien kraton, waarnaar de heer Kogge zijne afbeelding voor den Volksalmanak vervaardigde, is niet van een Japanees, maar van een Javaan en werd te Djokja zelve gemaakt op last van den Rijksbestuurder, wiens kleinzoon tijdelijk bij den heer Rogge vertoefde. Door de afdeeling Haarlem en omstreken der Hollandsche Maatschappij van Landbouw, is Daar aanleiding vaD het besluit om het 25jarig be staan der afdeeling dit jaar feestelijk te vieren, door de feestcommissie inededeeling gedaan van een uitvoering programma voor een vierdaagsche tentoonstelling van landbouw en bloemen, waar voor een aanzieulijk bedrag aan premiëD is be schikbaar gesteld. Behalve muziekuitvoeringen in die dagen, waarvoor een lokaal in de Herten kamp zal worden opgericht, zal er eene harddra verij op den Dreef en een springwedstrijd in den Haarlemmerhout gehouden worden, altijd voor zoover door genoegzame deelneming de noodige fondsen daartoe zullen worden verkregen. De kosten van een en ander worden geraamd op f 6000. Nader vernemen wij, dat de mededeeling om- treotbetonlaDgsvan stapel loopen van 2 stoombark. en het opzetten van twee andere aan de Rijkswerf alhier, alleen in zoover juist is, dat aldaar dezer dagen 2 stoombarkassen zijn gereed gekomen en reeds naar het Nieuwediep vertrokken zijn, om per stoomschip naar Indië te worden verzonden. Doch in het geheel zijn er 14 dagen geleden tien gelijktijdig begonnen, en ook de acht overige moeten binnen zeven weken ter verzending af geleverd worden. De machines worden inmid dels in Engeland pasklaar gemaakt. Een en an der geeft aan de werf een bijna ongekende levendigheid. (Kil) jaar. Zij schijDt ook zooveel sympathie niet waard te zijn, daar zij met kaartleggen haar brood, of liever haar brandewijn, verdiende. Door de politie is zij teruggezonden naar Heenvliet, waar zij besteed was. (ArnA. Gt.) Volgens telegram van Middlesbro, is de proef tocht van het stoomschip Java met succes vol bracht en zou dit stoomschip gistermorgen van daar Daar het Nieuwediep vertrekken. Men bericht aan 't U. D., dat 't classikaal be stuur van Breda in zake Ds. Koeken zal gaan procedeeren, eD de zaak in banden gegeven heeft vaQ eeD rechtsgeleerde. Gedurende deze week zijn in het Werkhuis alhier opgenomen van 89 tot 99 volwassen per sonen en van 25 tot 35 kinderen. Wij moeten een fout verbeteren in hetgeen wij gisteren uit het Handelsblad mededeelden, betref fende den kraton van Djokja. De oorspronkelijke De Minister van Binnenl. Zaken brengt ter al- gemeene kennis, dat aan de Rijkskweekschool voor onderwijzers met het begin van den cursus 1873/74, aanvang nemende 1 September 1873, ge legenheid zal zijn tot plaatsing in bet eerste stu diejaar van negen kweekelmgen te 's-Hertogen- bosch, negen te Haarlem en tien té Groningen, ten einde daar, op kosten van het Rijk, opleidmg tot hulponderwijzer te ontvangen. De leermiddelen worden kosteloos aan de kweekelingen verstrekt. Aan ieder hunner, be halve aan hen wier ouders in de gemeente woneD waar de kweekschool gevestigd is, wordt te Haar lem een Rijkstoelage van ƒ280, en te 's-Herto- genbosch en te Groningen eeue Rijkstoelage van 250 'sjaars toegekend, ten einde zich, ouder goedkeuring van den directeur der kweekschool, voeding, inwoning, bewassching binnen de ge meente te verschaffen. Nadere bijzonderheden zijn vermeld in de Staatt Ct. van beden. De marketentster Agatha Millerin, die zooals alle dagbladen mededeelen, dezer dagen hon derd jaar zou zijn geworden, was geen honderd De luiteDants-ter-zee 2de klasse W. J. van Hoogenhuyze en R. Bakker, dienende respec tievelijk aan boord van Zr. Ms. wachtschip te Amsterdam en monitor Tijger, worden, met den 20sten dezer, op noDactiviteit gesteld, en met den 21steD daaraanvolgende aan boord van genoem de bodems vervangen door de luitenants ter zee 2de klasse T. Dalbuizen en E. P. H. graaf van Limburg Stirum. De Minister van Financiën brengt ter kennis van de belanghebbenden, dat in den loop van dit jaar vijftig commiezen der vierde klasse der dir. bel. in- en uitguande rechten en ace., kun nen worden aaogesteld op eene bezoldiging van f 420 'sjaars; dat in de maaDd Juli aaDstaaode, op nader vast te stellen plaats en tijd, een onderzoek zal worden ingesteld omtrent de sollicitanten voor die betrekking. De gewone audiëntie van den Minister van Justitie zal op Woensdag 21 Mei a. s. niet plaats hebben. Openbare vergadering van den Raad van State, afdeeliog voor de geschillen van bestuur, op WoeDsdag deu 21steu Mei a. s., des voormiddags te elf uren. ,o .-i Z. M. heeft de benoeming van P. C. van der Willigen, burgemeester van Wadenoijen, tot secre taris dier gemeente, goedgekeurd. Z. M. heeft eervol ontslag verleend aaD M. Langeveld, op verzoek, als plaatsverv. kantonr. te Zaandam, en aan A. A. Gefkeo, op verzoek, als plaatsverv, kantoor, te Grave. B1NN ENL.AN 1). Amsterdam, 16 Mei. Door de commissie uit het provinciaal gerechtshof in Noord-Holland, be last met bet afnemen der examina aan adspi- ranten tot het notarisambt, zijn geëxamineerd en goedgekeurd, de heeren P. A. P. J. P. Colombon, wonende te Amsterdam en D. W.Goninck Wes tenberg, wonende te Texel. Nieuwediep, 16 Mei. Heden ëuibarkeerde alhier aan boord van het stoomschip Koning der Neder landen, kapt. M. C. Braat, bet detachement van 300 mariniers, onder bevel van den kapitein van dat wapen F. A. van Braam van Houckgeest, bestemd om morgen met dit stoomschip naar Batavia via Suez te vertrekken. Den llasg, 17 Mei. Aau de eiodverslageD der commissiëo vbd rapporteurs over de verschillende in de afdeelingen van de Eerste Kamer onder zochte wetsontwerpen, is het volgende ontleend Bij het onderzoek van bet ontwerp tot goed keuring van sommige bepalingen van het tractaat met België is de tevredenheid der leden uitge drukt, dat dit tractaat tot staDd gekomen is. Al gemeen kon men zich met de bepalingen daarvan vereenigen, ook omdat de laatste sporen van vroeger bestaande geschillen daardoor werden uitgewischt. Tegen het ontwerp tot inkoop en amortisatie van rentegevende schuld zijn geen bedenkingen geopperd. Over het ontwerp betreffende de leaning aan de Amsterdamscbe kanaalmaatschappij heelt men vrij algemeen in het verleenen van de voorge stelde hulp aan de maatschappij tot tijdelijke voortzetting van de uitvoering harer concessie berust. De voordracht tot tijdelijke beperking der be voegdheid tot aanmunting van zilveren stand penningen werd over 't algemeeo goedgekeurd. Onderscheidene leden gaven blijk van hunne goedkeuring aan het wetsontwerp tot wyziging der burgerlijke pensioenwet; toch bestond bij som migen dezer nog geen volkomen zekerheid of bij vermindering der tegenwoordige inkomsten en daartegenover staande vermeerdering van pensi oenen ten gevolge der opname in het fonds der leeraren bij bet middelbaar onderwijs en andere klimmende uitgaveD, hel fonds voortdurend aan zijne verplichtingen zou kuoDen voldoen. Tegen deu aanleg voor rekening vao den Staat van de spoorwegen ArnhemNijmegen en Zwa- luiveZevenbergen bestond bij de groote meer derheid der leden geen bezwaar. Bij de behandeling van het ontwerp tot aanleg van een droog dok te VJissingeD waren de mee ningen verdeeld. De leden, die zich tegen den aunleg van staatswege veVklaarden voerden daar tegen hoofdzakelijk aan, de ontijdigheid, en het gevaar, dat er in het beginsel zou gelegen zijn. Door eenige leden werd nog gezegd, dat zij na de treurige ervaring, met het droge dok te Willemsoord opgedaan, niet verzekerd waren dat in geval bet werk van staatswege wierd ondernomen, het niet meer dan de geraamdo som van 1.40U.OOU eischen zou. Tegenover hen stonden, zij, die den aanleg door den Staat krachtig ondersteunden, juist oqi- dat, na al wat er is gedaan, om Vlissiugeu tot een belangrijke zeehaven met spoor- en binuen- water-verbihdingen te verhtffen, liet eene bekrom pen bezuiniging zou wezen om het eenige wat daaraan nog ontbreekt, namelijk een dioog dok voor de gröote stoomvaart, daaraan te ont houden. Vervolg Personen van het stuk: Signol, ex-kruidenier, 48 jaar, een dom uit zicht, gekeperde korten broek, gevlamde kou- seD) voorgesteld door den kolonel Rustem mevrouw Signol, geboren Pinson, zijne vrouw, 49 jaar, jaloersch op hare kindermeid, een japon van donkergele popeline, een muts met grijze linten voorgesteld door mevrouw de markiezin Arena, de moeder Isidore Signol, huD zoon, 21 jaar, een zwak jonguiensch voorgesteld door den graaf de Vaise, auditeur bij den raad van state; Grölarbin, ongetrouwd, 59 jaar, hun buurman, gebloemde chambercloak, verliefd van aard, voorgesteld door deD heer de Villefranche, raads heer van een arrondissement; JeaD Tapetout, sappeur, natuurlijke baard, vr.jer van de kindermeid voorgesteld door den ridder Valdieri; Toinon, kindermeid, eeue vijandio van hare meesters voorgesteld door de gravm Eliaoe vao Saint Loup; Athenaïs, modiste, mooi als eene roos, in rose fluweel en grijs taf gekleed, voorgesteld door Sopbronie Raimbaud; Lisette, werkmeisje, 14 jaar, met een klagende stem, voorgesteld door de kleioe Sophie, de dochter van de liDnennaaister; men heeft voor haar een liedje ingelascht, dat zij zeer goed zong: „Mijn Bustatius heeft mij verlaten." Het tooneel verbeeldt een goed ingerichte keu ken. Étagères met rood- en geelkoperen cassero les. Een buffet aau den kant van de plaats, en een pomp aan den kant van den tuin. Bij hel opgaan der gordijn zit Toinon groenten schoon te maken en brengt eeue ui haar de tranen in de oogen. Zij wordt kwaad„Akelige ui 1" Zij smijt haar mes weg eu krijgt een boekje uit haar zak, leest den titeldriehonderd geestige zetten voor een stuiver, enz. enz. De repetitie ging naar wensch. De kolonel Rustem, schrijver en tegelijk acteur, wees zijue personen de plaatsen aan, liep vaD den een naar den ander, liet twee- of driemaal denzelfden zin overzeggen, beknorde zijne artisten, juichte hen toe, zond ze achter de coulissen, riep ze terug, zoDg, gaf hun den toon aan, en dat alles op de kluchtigste wijze. Maar daar de rollen siDds laDg gekend waren, moest het stuk als van eeD leien dak gaan, en was er geeu hapering te vreezen. De rol, die den kolonel het meeste moeite gaf, was die van Athenaïs; Bophrouie Raimbaud was weerspannig; hy moest haar driemaal een zin voorzeggen, die zij slechts natuurlijk had uit te spreken, en die haar altijd in de keel scheen te blijveu steken. „Mejuffrouw, luister goed," herhaalde de dap pere kolonel. „Vergeet niet dat gij naaister zijt, dat gij eene meesteres hebt, die u het werk bij eene klant laat terugbrengen. Gij zegt dan (iet wel op mijn toon): Mevrouw, ik kom u uw kleedje brengen. Mijn meesteres heeft gezegd dat als het u te nauw mocht zijn, het hare schuld niet is, want gij hebt haar te weinig stol' gege ven. Er moet daD maar een stnk in den rug gezet worden." Maar Sophronie had volstrekt geen zin in de rol. Zij vond al wat men haar liet zeggen bij zonder onuoozel eu bespottelijk, eu zij vond het akelig, dat men haar niet wilde begrijpen. Als de gravin daarentegen driemaal voor het loket van den souffleur had gebogen, Da haar referein te hebben gezougeu: „Niets is heilig voor een sappeur" dau waren de hoorders vol bewon dering en werd er daverend geapplaudisseerd! Uit alle kanten der zaal hoorde meu ecu luid bis van de genoodigden en de bedienden van liet kasteel, die langzamerhand op de galerij waren gekomen. Zij liét zich niet lang wachten en herhaalde het tweede couplet; maar de vermoeie nis, de aandoening over zulk een debuut verhin derden haar om aan de geesidrift te voldoen van het publiek dat riep:" „Bis/ bisl ook de andere coupletten I" Zij viel neer op den strooien stoel, die een deel van bet mubilair van de keuken uitmaakte, veegde zich het voorhoofd afeu hijgde naar haar adem. De kolonel maakte van dit oogenblik gebruik oui naar de gravin te gaan, die zich toen ulleen op het tooneel bevond, en zeide tot haar: „Vergeef mij, mevrouw de gravin, ik hebeede aaumerkiDg: er zullen Zondag in deze zaal bur gemeesters, rechters, raadsheeren, ja zelfs nota rissen en klerken zijn, die nog niet iDgewijd zijn in de vrijheid van ons Parijsch tooneel. Zoo vrees ik b. v. dat het zoo schilderachtige vers: „Daar zwelgt hij de gaosche flesch naar binnen," door de menscheu Diet gued begrepen zul worden. Misschien zal zelfs een geleerde uit de provincie het niet overeeukomstig den goeden smaak vinden en wij moeten ons niet blootstellen aan de beris ping van dergelijke lieden," [Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1873 | | pagina 1