FEUILLETON.
ÉN0. 3994
A0. 1878.
Zaterdag
15 Februari.
JAN DE ZWERVER.
DAGBLAD
PRIJS DEZER COURANT.
Voor Leiden V 8 mnnndenƒ8.00.
Franeo per poet8-85-
Afzonderlijke Nommeri°-05-
Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering van
Zon- en Feestdagen, uitgegeven.
PRIJS OER ADVERTENTIEN.
Voor toderen regel0.1b.
Grootere totten neer de plaetirnimte die «y beilaan.
LEIDEN, 14 Februari.
Men meldt ons uit KoudekerkI
Op dilj7oogenblik is de waterstand van Rijn-
ands boezem laag en zijn de polders vau hun te
■eel water verlost; echter is voor de bouwlieden
aezuideo den Rijn het wintergewas verloren,
daar het verplichte op peil malen huu belet heeft
het overtollige water, even als de landen teu
noorden van den Rijn, uit te malen. Het voor
uitzicht voor deze polders bestaat dat hun dit on-
;eluk zal te beurt vallen zoo lang er in den ge-
irekkigen toestand van Rijnlands boezem niet
.al voorzien zijn.
Alkmaarsche feestcommissie eene bijdrage van
driehonderd gulden doeo toekomen voor het op
te richten monument voor het heuglijk ontzet
in 1573.
Gisteren is in den Haag overleden Mr. P. A.
i. van Limburg Brouwer.
Het Vaderland, van dit sterfgeval melding ma-
ende, zegt o. a.:
„In 1829 te Luik geboren, onderscheidde hij
ch reeds als knaap door helderheid van oordeel
fijne opmerkingsgave. Toen zijn vader, de be
ende hoogleeraar van dien naam, naar Gronin-
in werd geroepen, ging ook hij naar het Noor-
in oui zijn studiën te voltooien. Aan de Groninger
jogeschool studeerde hij in de rechten, doch
-jsteedde reeds toeo het grootste deel van zijn
jd aan letterkundige studiëu. Na zijn promotie
estigde hij zich als advocaat te Amsterdam, maar
fjn wijsgeerige, staat- en letterkundige geschrif-
"ïn, waarmede hij onze literatuur verrijkte, be-
v ij zen dat hij meer werk maakte van de letter-
unde dan van de rechtspraktijk.
- In 1856 werd hem eeu betrekking aan het
Rijksarchief opgedragen, die zijn verblijf in den
laag noodzakelijk maakte. Van dien tijd af leefde
-n werkte hij in de residentie te midden van
"ijne vele vrienden, die niet slechts zijne talen-
_Tto; maar ook zijn eerlijk royaal karakter wisten
-s waardeeren.
Het resultaat vau zijne letterkundige studiën
_erscheen voor een groot deel in de Gids. In dat
-ijdschrift schreef hij hoogstbelangrijke studiën
iver problematische en parasitische politiek, over
"ociale onderwerpen en koloniale quaesties en,
.sit nut least, over Indische taal- en letterkunde.
Vooral op dat laatsie gebied was hij eeD specia-
iteit bij uitnemendheid. Geen zwarigheden schrik-
en hem terug oui zich volkomen van de gescbrif-
,en der Oostersche geleerden op de hoogte te stel-
eu. Kerst bestudeerde hij het Sanscrit, en toen
hij die taal machtig was, leerde hij ook het He-
breeuwsch eo daarna nog bet Arabisch en het
-Ohineesch."
De overledene had van 1864 tot 1867 zitting
in de Tweede Kamer voor het kiesdistrict Almelo.
De heer A. Moens is door de liberale Kies-
vereenigiug Staatsburgerschap te HeerenveeD met
■8J algemeene stemmen weder tot candidaat geko-
zen voor de aanstaande verkiezing in het kies»
i.B: district Sueek op Dinsdag 26 Februari a. s.
»i°r Naar men verneemt, heeft Z. K. H. Prins Fre-
derik <Jer Nederlanden aan den Voorzitter der
In het Handelsblad leest men, naar aanleiding
van eene Woensdag-avond te Amsterdam gehou
den lezing in Felix Meritis
Wij zijn geen geestgenoot van den heer Alber
dingk Thijrn en men zal dus niet aan partijdige
vriendschap onze opmerking toeschrijven, wan
neer wij den leden van Felix in herinnering
breDgeD, dat de heer Alberdingk Thijm een groot
kunstenaar is. Hij heeft zijn merkwaardig talent
wellicht nooit zoo duidelijk bewezen als in de
novelle vol leven en waarheid, met welke hij
zijne hoorders gisteravond dwong voor een paar
uur in de 17de eeuw adem te halen.
Weldra zal zijn „Baertje Hooft" zeker wel in
het eene of aDdere tijdschrift verschijnen, en wij
willen de lezers niet van te voren hun genoegen
bederven door een flauwe schets van 't schilderij
te geven. Doch wat men lezend mist, dat is de
voordracht van den spreker, die gisteren vooral
uitmuntend was; dat is de stem waarmede hij
enkele van Vondel's verzen op een wijze wist te
spreken, die op deo schrijver dezer regelen zeer
diepen indruk maakte.
Men kan naar een fijn geciseleerde, oorspron
kelijke studie van Alberdingk Thijm niet met
droomerige zelfvergetenheid luisteren; maar het
publiek, dat een zaal kan vullen wanneer een
Fransche dame op meer grappige dan fijne wijze
de mode behandelt, moest Diet alleen aan het
Handelsblad de taak overlaten, aan een Hollandsch
kunstenaar achting te betoor.en.
in Oost-Indië, en van daar den 9den dezer in
Nederland teruggekeerd, wordt met dien datum
op non-activiteit gestold.
In nummer 1 van de Vlinder, een pas bij Nijgh
en v. Ditmar verschenen weekblad, gewijd aan
causerie en bloemlezing uit de dagblad-literatuur,
lezen wij
Uit goede bron vernemen wij, dat tussclien
Behagel en Verlind iets is voorgevallen, dat an
ders men beweert 't althans onder dieven
zelden gebeurt. De eene dief bestal den anderl
Verlind vergreep zich aan Behagels goed; ge
stolen goed, uit de woning aan de bocht va»
Guinea afkomstig wellicht? Behagel deed zijn
beklag bij de politie te Rtjssel, de plaats waar
de twee vrienden zich bevonden, en ten gevolge
vao zijn diefstal werd Verlind gearresteerd, ver
oordeeld en moet nu den hem opgelegde» straf
tijd uitzitten. Een goede reden waarom hij uiet
eerder uit Rijssel herwaarts komt!
De Ned. Maatschappij ter bevordering van Nij
verheid heeft aan hare departementen doen toe
komen een exemplaar van eene handleiding voor
het kweeken van zijderupsen en wat daartoe be
hoort, en daarbij gevoegd het verzoek, om die
zaak in de departementsvergaderingen te willen
doen behandelen.
De luitenant-ter-zee der 2de klasse A. Werumeus
Buning, laatst behoord hebbende tot het eskader
Het volgend overzicht van de opbrengst der
middelen (hoofdsom en opcenten) over de maand
Januari 1873, iu vergelijking gebracht met de
raming van dat jaar en de opbrengst over het
zelfde tijdvak van 1872, werd door het Depar
tement van Financiën openbaar gemaakt.
Opbrengst Opbrengst
over de maand over de maand
Ja.nua.ri Januari
1 8 7 3. 1872.
Directe belastingen, f 973,455.83 f 947.3S5.91'
In- en uitg. rechten. 455,543.73 425,343.50
2,304,946.38 2,110,725.83'
Accij ozen
Waarborg en belas
ting der goudeD en
zilveren werken. 27,063.85 23,634.09»
Indir. belastingen 1,428,657.38' 1,716,342.90
Domeinen80,075.07» 87,244.02
Posterijen253,526.78» 251,225.02'
Rijkstelegrafen 49,637.69' 55,041.90'
Staatslotery
Akten voor jachten
visscherij207.50 117.50
Loodsgelden49,788.56 43,680.-36»
Totaal f 5,622,902.79 5,660,741.06
Z. M. heeft aan P. J. Buteux, gewezen kanton
rechter te Heinkenszand, een pensioen verleend
van f 566 's jaars.
Z. M. heeft benoemd tot plaatsvervangend kan
tonrechter te Grave A. A. Gef ken, ontvanger der
registratie en domeinen aldaar.
Z. M. heeft benoemd tot plaatsvervangend kan
tonrechter te Oirschot Mr. C. K. L. van Woelderen
ontvanger der registratie en domeinen aldaar.
Z. M. heeft aan Mr. baron Bentinck, op zijn
daartoe gedaan verzoek, met ingang van den lsten
Maart 1873, eervol ontslag verleend als substituut-
griflier bij het provinciaal gerechtshof te Overijsel
Z. M. heeft benoemd tot lid bij de administra
tie van het weduwenfonds voor de geëmploieer-
den tot het algemeen bestuur beltooreude, deü
heer Mr. A. A. de Pinto, raad-adviseur bij het
Departement van Justitie.
BINNENLAND.
Amsterdam, 15 Februari. Bij het bestuur van
de Amsterdamsche afdeeling der Maatschappij tot
bevordering der Toonkunst bestaat het plan de
parkinrichtiog met al hetgeen daartoe behoort
vao de tegenwoordige eigenaars over te nemen,
het parklokaal te verbouwen, de concertzaal te
vergrooten en zoowel aan de zijde van de Dok
als Parklaan, breede, ruinte toegangen te maken
Tot bereiking van dat doel stelt men zich voor,
eene naamlooze vennootschap in het leven teroepen.
Haarlem, 13 Februari. De vermoedelijke da
der van verscheidene diefstallen vau pluimgedierte
te Haarlemmermeer is dezer dagen gevat en hier
overgebracht. De landbouwer Verbrugge hoorde
des nachts te 12 uren in zijn stal, nabij zijn kip
penhok, waarin 2 kalkoenen en eenige kippen
waren, een raam breken; vermoedende dat zijn
paard was losgebroken, ging hij daarnaar zien.
Toen hij zag dat zijn paard nog goed vast stond
en hij onraad bemerkte, snelde hij naar buiten
en zag daar Jan Geilvoet, oud 21 jaren, welke
het raam had stuk geslagen. De inbreker zette het
op een loopen en de boer, met eene ijzeren blaas
pijp in de hand, vervolgde hem, tot het hem ge
lukte den dief, door een paar slagen met de blaas
pijp tegen de beenen, te doen vallen en te grijpen.
Op den terugtocht naar de woning moest men een
dam passeeren; daar natn G. zijne kans waar,
wierp den boer hals over kop in de sloot en koos
weder het hazenpad; ntaar de boer kroop vlug
op den wal, vervolgde den dief opnieuw, haalde
hem met veel moeite in en bracht hem toen een
slag op het hoofd toe, ten gevolge waarvan hij
viel en bleef liggen. Hij werd toen met behulp
van anderen gebonden en later door de veldwach
ters in bewaring genomen. Toen de morgen aan
brak, vond men in een boschje bij de woning
een zak, waarin twee levende kalkoenen gebor
gen waren, die te Schalkwijk waren ontvreemd.
Den Haag, 13 Februari. De dezer dagen aan
gekondigde verloting van allerlei voorwerpen van
kunst en smaak ten voordeele der Nederlandsche
Vereeniging van Weldadigheid, te Brussel, onder
vindt krachtige ondersteuning zoowel aan deze,
als aan gene zijde van den Moerdijk. Z. M. de
Koning, beschermheer der vereeniging, zond haar
een prachtigen zilveren waterketel, een voortbreng
sel der fabriek van den heer M. J. van Kempen
te Voorschoten. Nog van andere zijden werden
kostbare zilveren voorwerpen ontvangen, terwijl
Z. K. H. Prins Hendrik der vereeniging eene
gift van f 200 ter tegemoetkoming in de kosten
der verloting aanbood. Een aantal Nederlaudscbe
en Belgische Icuustschilders zonden bijdragen. Wij
noemen slechts schilderijen van de heeren Bos,
Dillens, de Haas, Hanedoes, Merkel bach, Mesdag,
Schamplteleer, van Starkenborgh en*, en teeke-
ntngen van de heeren Allebe, Backer Korff, Bos
boom, Gabriel, Madou, Pecquerau, Storm van
's-Gravesando, Testas, E. Verveer, 8. Verveer
enz. De Belgische graveerschool is door bijdragen
van de heeren Detnaunay, de Mare, Franck enz.
vertegenwoordigd, terwijl nog andere kostbare
plaatwerken van de heeren Nijgli te Rotterdam
en van Goch te Brussel inkwamen. Voorts zon
den de heeren Altorffer te Middolburg, Roelants
te Schiedam, van Santen en Sijthoff te Leiden
belangrijke boekgeschenken, out slechts van die
uit Nederland te gewagen. Kortom met het oog èo
op het reeds ontvangene, èn opdeop waarschijn
lijk nog in te komen bijdragen, is het te voor
zien, dat zoowel de deelnemers als de behoefti-
gen goede zaken zullen maken. De bijdragen
kunnen uiterlijk lot den 2Ssten Februari a. s. aan
de heeren D. Boer, Koniuklijke Bazar, in den Haag,
worden gericht.
Een nieuw middel om op oneerlijke wijze
in zyn onderhoud ie voorzien was uitgedacht door
Vervolg).
Quinze-Onces was niet zoo dom, of hij gevoelde
dat hij medeplichtig was aan een slechte daad.
Maar weerstand te bieden aan het blinkende lem
met van het nieuwe mes, dat kon hij niet. De
verzoeking was te groot.
De zaken gingen dus geheel naar den wenscb
van vader Martijn. Jan, die sedert eenigen tijd de
hoeve niet bezocht had, kwam juist twee ot drie
dagen later aan, om zich zelven een kuil te gra
ven. De oude ontving hem als naar gewoonte,
zonder zich geraakt te toonen over de heftigheid
bij de laatste bijeenkomst. „Hoe gaat het met Lise?"
vroeg Jan, terwijl hij op zijn gewone plaats ging
zitten.
„Dat gaat vrij wel, Jan, dank u."
„Kan ik haar vandaag spreken?"
„Zeker, als zij thuis is en zij het goedvindt;
maar ik weet waarlijk niet of zij er is? Ik kom
pas thuis en heb nog niemand gezien."
„Doe geen moeite, ik zal zelf wel eens zien."
Jan stond op, opende de trapdeur die naar de
eerste verdiepiog leidde, eD riep met een luide
en zacht bevelende stem: „Lise, komt gij even
beneden, om met mij te spreken 1
Op het geroep van die haar zoo dierbare wel
bekende stem, verdwenen alle mooie voornemens
vnn Félise als door tooverij. Door eene onweer
staanbare aantrekkingskracht gedreven, gelijk de
leeuwetik door den spiegel, was zij weldra beneden.
„Wat wilt gij van mij, Jan?" vroeg zij blozeDd
en verrukt.
„Dat zal ik u zeggen, Lise. Wij hebben sedert
lang met elkaar gesproken, en ik ben nu zeker
dat ik voor u eene genegenheid koester, die door
niets ter wereld kan overwonnen of verstoord
worden; wilt gij mijn vrouw zijn, en vergunt gij
mij u ten huwelijk te vragen?"
Félise werd doodsbleek en stond een oogenblik
versteld, beurtelings haar vader eo haar minnaar
aanziende, aarzelend, ten diepste ontroerd. De
oude Martijn, die volstiekt niet verrast scheen
over de onverwachte stoutheid der vraag,schouk
zich bedaard een glas wijn in, dat hij in éene
teug ledigde.
„Hier is mijne hand," zeide Félise eindelijk,
met eene nauw hoorbare stem„doe naar uw goed
dunken."
Jan nam de kleine hand, die erg beefde, in de
zijnen, drukte haar een paar malen zacht en
plechtig en zich voor den grijsaard plaatsende,
die deed alsof hij van wat er voorviel niet de
minste notitie nam, zeide hij: „Vader, ik vraag
u Lise tot vrouw en beloof u voor haar een goed
en trouw echtgenoot te zijn."
„Lise is vrij," antwoordde de oude, „en ik
twijfel niet of gij zult haar trouw zijn; maar
zijt gij waarlijk van plan haar naar den berg
mee te nemen en haar in holen te laten wonen?"
„Zeker niet," sprak Jan; „ik heb wel ingezien
dat ik of van Lise of van mijDe tegenwoordige
levenswijs moest afstand doen; ik beu tot elke
opoffering bereid. Ik wil een proeftijd doorstaan,
want ik begrijp, dat tnijo woord alleen uiet vol
doende is, en dat ik noodig eeu waarborg moet
geven. Hoor dan wat ik u voorstel: als ik een
jaar achtereen geregeld het boerenwerk heb ver
richt, zonder eeu geweer af te schieten, zelfs niet
op Zondag, zult gij dan gelooven, dat ik haar
waardig hen
„Afgesproken! en dat God u 6terkc in dien
goeden wil. Ja, als gij doet wat gij zegt, dan zal
op uiijn woord van waarachtig Lise de uwe zij» I"
Jan gaf den grijsaard eeu hartelijke» handdruk
Félise, buiten zich zelve van geluk, bood hun een
glas wijn aan, en alle drie kloakea en dronken
op den gelukkigen uitslag van deze verloving.
„01" zeide de oude Martijn, zijn glas neerzet
tende, „wat gezegd is, is gezegd, maar gij loopt
nu juist een heerlijk schot mis, mijn jongen."
„Hoe dat?"
„Het schijnt dat een prachtige vlucht patrijzen
het op de Lauzière gemunt heeft en de boekweit
van Jan de Christol opeet. Quinze-Ooces heeft ze
dezer dagen al eenige keeren opgejaagd; hij telt
er zoowat veertien."
„Waarlijk?"
„Naar hij zegt ten minste, en daar kan men
nog al opi aan. De kleinen, heelt hij er Dog bij
gezegd, zijn zoo groot, dat hij ze niet van de
ouders heeft kunnen onderscheiden. Dat zal eeu
aardigheid geven voor Dominique, nu gij er vau
hebt afgezien."
„Minique weet van schieten evenveel als ik
van preeken, hy zou de boel geheel verknoeien,
wees daar verzekerd van."
„Nu, ik weet wei dat hy niet in uw schoenen
kan staan; Minique zal er twee of drie doodeu
en er even veel kwetsen die liter en daar zullen
6terveu zonder dat ieu and er vqordeel bij heeft
hij heelt mets dan een oud geweer met eeu vuur
steen en geen hond, terwijl gij
(Wordt vervolgd.)