N». 3944. Maandag A°. 1872. 16 December. STADS-BERICHTEN. LEIDSCH DAGBLAD PRIJS DEZER COURANT. Voor Leiden per 3 maandenƒ8.00. Franco per poet..,.8.85. Aiionderlyke Nommen0.05. Deze Courant wordt dagelijks, met ïitzondering van Zon- en Feestdagen, uitggeven. PRIJS DER ADVKRTENTIKN. Voor lederen regelƒ0.15. Orootere letten naar de plaatsruimte die beslaan. HEII1SGEVUO. be COMMISSARIS DES KONINGS in di Iyincue ZUID-HOLLAND, ezien het besluit van de Gedeputeerde Staten den 9den December 1872, n°. 38; elet op art. 11 der wet van den 13den Juni (Staatsblad n°. 87) rengt ter kennis van belanghebbenden, dat bij ngenoemd besluit van de Gedeputeerde Staten, jacht op klein wild in deze Provincie is gesloten Dinsdag den 31sten December aanstaande, met londergang, met uitzondering van bet in art. 15, llett. g, dier wet bedoeld jachtbedrijf van het ingen van houtsnippen met laat-, war- of valflouwen, jtwelk blijft toegelaten tot en met den 29sten [aart 1873. -En zal deze kennisgeving, in plano gedrukt, wor- afgekondigd en aangeplakt, waar zulks te doen ruikelijk is, alsmede in bet Provinciaal Blad en de Nederlandsche Staatscourant worden geplaatst. 'b-Gravenhage, 11 December 1872. De Commissaris des Konings voornoemd, FOCK. LEIDEN, 14 December. p aanstaanden Woensdag avond te zeven uren Daar men verneemt, in de Evangelisch-Lu- sche kerk alhier eene godsdienstige sainen- st gehouden worden tot gedachtenisviering het 75jarig bestaan van het Nederlandsche deliDg-genootschap, namens de Leidscbe Af- ing. Verschillende sprekers zullen, onder af- ;eling van den zang der Leidsche koraalver- Biging, daarbij het woord voeren, terwijl tevens mens de Leidsche Hulpvereeniging tot bevor- ring der zendingszaak het eerste jaarverslag worden uitgebracht. laar wij vernemen zal de heer W. F. G. Nicolaï, [s-Gravenbage, weldra de laatste hand leggen i een „Nederlandsch" oratorium,getiteld: Bont- jus, cn zal dit in den aanstaanden zomer door Leidsche Zangvereeniging ten voordeele van het tngelisch-Luthersch Wees- en Oudeliedenhuis den uitgevoerd. Velen onzer stadgenooten l zeker van het laatste muziekfeest nog wel |e aangename heriunering zijn bijgebleven, dat dit bericht hun niet anders lan welkom o zijn. ebben we onlaDgs eene al keurende stem doen ren over een voorstelling van de Zuid-Hol- sche toODeelisteD, onder directie van den r J. C. Valois, nu verheugt het ons eene goede IrstelliDg voor aanstaanden Maandag te kun- d aankondigen. Rabagas en de Commune is liet gste tooueelspel door den verdienstelijken Vic- ieD Sardou geschreven, en reeds het lezen deed de voortreffelijkheid er van waardeeren. Over uitvoering kunnen wij natuurlijk nog niet ken, maar dit weten wij toch, dat het in Haag reeds bij herhaling is opgevoerd en meesten bijval heeft verworven. Ir circuleert te dezer stede een lijst om in te kenen op een boekje, geschreven door een rknian, waarvan de opbrengst zal strekken voordeele van het standbeeld van den onver- lelijken burgemeester van der Werff. aar aanleiding daarvan vragen wij: Is er ake vaD een standbeeld voor van der Werff, -arom wordt dan de commissie daartoe niet end gemaakt; is er echter geen sprake van, -arom moeten dan door deze handelwijze van werkman (auteur) de krachten verbrokkeld -rden laar onze meening is het uitgeven van ge- nften, voor dat zich eene commissie gevormd :lt, zoo niet ongepast, dan toch voorbarig, lat zich weldra eene commissie vorme, is onze ige wenscb. t-edurende deze week zijn in in het Werkhuis ler 133 tot 150 volwassen personen en 41 tot kinderen opgenomen. De Italiaansche korvet Governolo en het advies- ht Vedetta zijn dezer dagen naar Napels ver- 'kken, ten einde te worden uitgerust. Te Na- s zullen zij veertien dagen blijven, om ver- 'geDs naar de wateren van Borneo onder zeil gaan. Bet doel van dezeD tocht is, gelijk wij reeds 'ben medegedeeld, een onderzoek in te stellen, in deze streken gelegenheid is tot vestiging eener Italiaansche strafkolonie, om later, naar bevind van zaken, dienaangaande met de Neder landsche Regeering in onderhandeling te komen. (Hbl) Openbare vergadering van den Raad van State, Afdeeling voor de geschillen van bestuur, op Womsdag den ISden December 1872, des voor middag te' elf ureü. De Minister van FinaDcien maakt bekend dat bij hein ouUangen is eene som van 16.85, door een onbekende, onder het postmerk Oldenzaal van 11 dezer, tot voldoening van te min betaald successierecht ingezonden. Z. M. heeft aan den Oost-Ind. auibt. A. Slicher, gew. 3den comm. bij de algem. rekenk. van Ne- derlandsch Indië, thans buiten bezwaar van den lande met verlof in Nederland, op zijn verzoek een eervol ontslag verleend uit 's lands dienst. Z. M. heeft aan C. Bisschop, kunstschilder, wo nende te 's-Gravenhage, vergunning verleend tot het uanneinen en dragen der versierselen van ridder der Leopolds-orde, hem door Z. M. den Koning der Belgen geschonken. Z. M. heeft Mr. Ch. F. G. de Meuthon Bake, op zijn verzoek, eervol ontslag verleend als 2den luit. bij de dd. schutterij te Stad-Almelo, onder gehoudenheid tot het volbrengen van de op hem nog rustende verplichtingen als gewoon lid der schutterij bij de reserve, met al de gevolgen daaraan bij de avet gehecht. Voorts zijn hij de rusfeude schutterij benoemd: in Gelderland, 14de bat. staf, tot lsteu luit.-adj. J. G. den Treffer, thans 1ste luit. bij de 2de comp.; 2de comp., tot lsten luit. Ph. C. Van der Pant, thans 2de luit.; tot 2den luit. G. Timoier, thans serg.ln Fries land, 7de bat., 4de couip., tot kapit. S. Bijlsma, thans 1ste luit.; tot lsten luit. A. Kuipers, thans 2de luit.; tot 2den luit. C. W. C. Th. Visser. ljininknl.anu. Haarlem, 13 November. Tengevolge van de steeds toenemende klachten over den hoogst on- gunsiigon toestand van het IJ vuor Spaarndam, alsmede over de belemmering, die hieruit voor de scheepvaart ontstaat, heeft de Kamer van Koop handel en Fabrieken alhier zich in eeD breed voerig adres tot den Minister van Binnenlandsche Zaken gewend met het verzoek, dat door zijne tusschenkouist ten spoedigste maatregelen mogen worden genomen, ten einde aan de billijke klach ten der schipperij gevolg worde gegeven. Voorts heelt eene commissie uit die Kamer zich heden naar 's-Gravenhage begeven, met het doel om gemeld verzoek nader bij den Minister toe te lichten. Ameland, 11 December. Hedenmorgen te 3 uren is alhier gestrand, op de hoogte van de Kooiplaats, beoosten de Buren, het Engelsche schoenerschip Oreon, kapitein Bucher, met steenkolen van Sun derland naar Zierikzee. De opvarenden, bestaande uit zeven man, zijn gered en hebben veel hulp ondervonden, vooral door de wakkere inspanning en tegen woordigheid van geest vaD Bote Bakker, zeeman te Nes, en P. de Jong, landbouwer te Buren. Al zwemmende en op stukken hout drijvende naar wal gedreveD, werden de schipbreukelingen door genoemde per sonen, die zich zoover mogelijk in zee begaven, verder aan land geholpen. Men hoopt, indien het weder Diet al te onstuimig vvordi, tuigage en la ding te kunnen bergen. Nlakkum, 11 December. Gisteravond vernam men dat bij den storm van Maandag nabij de^e plaats een tjalk op strand was geraakt. Heden morgen begaven zich drie schelpvisschers naar het wrak, waarvan zij afhaalden een mast, gaffel zwaard, eenig touwwerk, een zeil,anker,ketting en een groote bus met zeekaarten. Het was eeD oude tjalk, met steen wrak geladen; zij was in het midden gebroken en de achterplecht was afge slagen. Het wrak zat bijna onder water; van den naam was hoegenaamd niets te ontdekken. MeD houdt het er voor dat de opvarenden allen hun graf in de golven hebben gevonden. Den Haag, 13 December. Aaü het diner, gis teren door den Voorzitter van de Tweede Kamer der Stateu-Generaal aan een gedeelte van de le den dier Kamer aangeboden, waren tegenwoor dig de Ministers van Financiën en marine, bene vens eenige leden van den Raad van State. He denkbeeld van een der leden van den Gemeenlraad alhier, bij de behandeling van de gemeentbegrooting voor 1873 den raad in over weging pgeven, betrekkelijk de wenschelijkheid eener ifforting van het middenpad van het Lange Viorhout tegenover de Parkstraat, wordt door de meerderheid van de commissie van Fa bricage, wier gevoelen de Raad verlangde te leeren kmnen, toegejuicht, omdat door daaraan uitvuerin; te geven het drukke rijtuigverkeer veel genakkelijker zou worden. Zij geeft intus- schen in overweging voor de veiligheid der voet gangers, sen vluchtheuvel aan te brengeD, waarop dan een sierlijke- candelabre ware te plaatsen. Burgemeister en Wethouders sluiten zich even- wet aan bij de minderheid der Commissie en zonden ene inkorting betreuren, omdat daardoor het schoine van het Lange Voorbout verloren gaat. Hm praeadvies strekt dus om in den toe stand gein verandering te brengen. He Provinciaal Gerechtshof in Zuid-Hol land hefft, bij arrest van heden, in hooger beroep uitspraak gedaan op het vonnis der Leidsche Rechtbaik, waarbij D. v. Z. tot twee jaren een zame opiluiting is veroordeeld wegens oplichting ten nadeele van zijn meester gepleegd. Dat vonnis is door het Hof vernietigd; maar het heeft dezelfde straf opgelegd, als de Rechtbank uitge sproken had. Vervolgens is ten crimineele uitspraak gedaan in de zaak vao G. K. en P. V., beschuldigd van in het begin vaD October jl., 's avonds, uii een herbei g te Delfshaven een Üesch met sterken drank te hebben ODtvreemd. Het Hof heeft G. K. niet schuldig verklaard, wegens gebrek van be wijs en hem vrijgesproken; maar P. V. onder aaunetning van verzachtende omstandigheden ver oordeeld tot 45 dagen eenzame opsluiting. Eindelijk zijn de personen van A. A. eD P. J. D., die gisteren terechtstonden wegens het ple gen van diefstallen van trossen touw enz. van vaartuigen, die in September jl. te Rotterdam aau den wal lagen, mede, ouder aanneming van verzachtende omstandigheden, ieder tot driejaren gevangenisstraf veroordeeld. Daarna werd door het Hof behandeld eene zaak, die, vooral wat betreft het juridiek gedeelte, niet van belang ontbloot is. J. V., gemeente-ont- vauger te Alkemade, wonende aan de Rijpe- wetering, werd door de Leidsche rechtbank den 16 Augustus jl. op eigen verzoek verklaard te zijn in staat van faillissement in zijne qualiteit van lid der ontbonden Leidsche kassiersfirma Prins en C°. Daarbij werd de heer Mr. A. J. de Geus, advocaat te Leiden, als curator aange steld, die dan ook reeds den volgende dag zich naar de woning van den failliet verklaarde begaf, ten einde diens boedel te iDventariseeren. Op aanwijzing van de vrouw van V., daar deze niet thuis was, werden de toen gevonden goederen getaxeerd op een bedrag van ƒ412 45. Aanstonds viel het den curator in 't oog, dat men hem niet alles wat tot den boedel moest worden aange merkt had opgegeven, en gaf daarvan reeds mede- deeliog aan de vrouw. Deu 21 Augustus meldde V. zich zelf bij den curator aaD en deed toen nog aangifte van een huis en eene schuldbeken tenis die mede moesten worden aangemerkt als tot den boedel te behooren en hield nu zelfs, Dadat de advocaat heui had voorgehouden dat hij zijne opgave zou moeten beëedigen, vol, dat hij niets meer bezat dat deel van zijn boedel uitmaakte. V. werd eenigeo tijd daarna, krach tens de bepaling van het Wetb. van Koophandel, als gefailleerd koopman gegijzeld, en zulks ten gevolge van het niet betalen eener som van ƒ18,000, die de firma Meyers en C°. van de firma van besch. had te vorderen; daarbij werd tevens op zijne goederen beslag gelegd. De curator zette intus- schen zijn ondeizoek voort en kwam tot de ODt- dekking dat een groot gedeelte van den boedel van besch. zoowel te Rijpwetering als te Leiden verborgen en pretentiën aan den boedel onttrok ken yvareD. Zoo ontdekte hij dat besch. te Rijp- weiering een huisje naast zijne woniDg had ge huurd en daarin zoowei meubelen als andere goederen had verborgen, geschat op eene waarde van 214.50, terwijl op twee plaatsen te Leiden dergelijke goederen vau besch. aanwezig waren, die op 71,50 en 18 werden getaxeerd. Eene pretentie van 4400 had V. aan zijn zwager overgedragen voor eene van 800, die echter reeds was voldaan. Eene andere pretentie van 100 had besch. aan iemand ter bewaring gegeven om die, na regeling van zaken, te kun nen incasseeren. Goud en zilver was mede niet gevondenmaar omdat de vrouw van besch. een gouden ketting droeg toen de curator in zijne betrekking ten huize van besch. werkzaam was, deed hij ook daarnaar onderzoek en nadat besch. had gezegd dat hij bedoelde voorwerpen zijn schoonvader had overgedaan voor zekere schuld, kwam, toen deze opgave bleek logenachtig te zijn, voor een bedrag van 221 te voorschijn. Hierbij moet worden gemeld dat besch. zelf vele aanwijzingen deed, die tot ontdekking aanleiding hebben gegeven. Zoo ook werd op zijoe aanwij zing uit den moestuin achter zijne wooing een trommel met geldswaardig papier opgegraven eD een zilveren lepel en vork, die in een regenbak waren verborgen, den curator ter hand gesteld. Al deze handelingen, die door den curator onder eede werden bevestigd, erkende besch. te hebben bedreven; maar hij had daarbij, zooals hij opgaf, geen bedoeling zijne schuldeischers te benadeelen. Alleen meende hij zich daardoor te kunnen waar borgen voor de uitvoering van het vonnis waarbij beslaglegging op zijne goederen was bevolen. Nadat behalve de curator nog een tiental ge tuigen waren gehoord, was het woord aaD den adv.-gen. Mr. van Maanen, die de opgaven van besch. in verband beschouwde met de verklarin gen van de getuigen en tot de overtuiging kwam dat besch., wetende hoe zijne zaken stonden, drie weken vóór dat hij failliet verklaard werd, mobi laire en andere goederen en in schulden tot zijn boedel behoorende, daaraan had onttrokken. Dat hij geen plan had zich ten nadeele van zijne crediteuren te bevoordeeleD, kon adv.-gen. niet toegeven; de firma Meijers en Co. had zich mede als crediirice aangemeld. Besch. was volkomen van zijn toestand bewust en had dus in den zin der wet goederen verborgen en presentiën ver duisterd. Uok de houding van V. deed adv.-gen I gelooren dat hij terecht wordt beschuldigd van frauduleus bankroet en requireerde ten slotte diens schuldigverklaring en veroordeeling tot tucht huisstraf van 5 tot 15 jaren. De verdediger, Mr. van Gigch, gaf toe al het door den procureur-generaal aangevoerde, maar voegde er dadelijk bij dat door de handeling van beschuldigde geen nadeel aan deo boedel was toegebracht, ja op eigen aanwijzing was veel ge- vondeD. Indien bij het maken van den inventaris terstond beëedigiDg had plaats gehad zou wellicht ook dadelijk beschuldigde hebben bekend wat hij gedaan had; van eenige benadeeling van wer kelijke eD wettige crediteureu was niets bewezen. Pleiter kwam nu tot de behandeling eener be langrijke vraag, die nog Dooit is beslist, voor de onvoldoende toelichting waarvan hij de toege vendheid van het Hof inriep, daar zijne ongesteld- heid hem eene breede uiteenzetting verhinderde. Deze vraag was namelijk: of eeD gewezen koop man kan worden failliet verklaard, hetgeen ten deze door de reebtbank te Leiden is gedaan. Alleen een getailleerd koopman kan als bedrie- gelijke bankbreukige worden vervolgd, maar niet een gewezen koopman. Pleiter gaf toe dat omtrent het eindigen van het koopmanschap in vele ge vallen twijfel kan bestaan, maar bij een vennoot schap, waarvan hier sprake is, is ge m twijfel mogelijk, omdat krachtens het wetboek van koop handel de ontbinding vaD een vennootschap muet worden gepubliceerd, hetgeeD ten deze heelt plaats gehad. Zijns inziens had de rechtbank te Leiden gedwaald, door niet alleen een ontbonden ven nootschap, maar zelfs een der leden individueel failliet te verklaren. Daar dus het voornaamste element voor eene schuldigverklaring wegens be- driegelijke bankbreuk, namelijk een gefailleerd koopmaD, z. i. niet aanwezig was, concludeerde pleiter tot vrijspraak van zijn cliënt. Na re- en dupliek, waarbij de proc.-generaal toegaf dat in den letterlijken zin der wet de ver dediger gelijk had, maar dat naar den geest der wet een koopman koopman bleef, zoolang zijne zaken niet zijn afgedaaD, en het dan zijns inziens wel degelijk een gefailleerd koopman betrof, werd de uitspraak bepaald op heden over aciit dagen. Delft, 13 December. Met zekerheid kan men inededeelen, dat het gemeentehuis van Vrijenban, dat nu in het koffiehuis de Prins aan de Oostpoort Dabij Delft is gevestigd, met primo Januari 1873 zal worden overgebracht naar Reineveld aan den Haagweg.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1872 | | pagina 1