Na opening der vergadering sprak de voorzit ter, Dr. L. Ali Cohen, ongeveer het volgende: i,Mijne Heeren, Het is nu ongeveer 6ü jaar geleden, dat ik, bij de installatie van den geneeskundigen raad van Overijsel en Drenthe, de volgende woorden sprak: „De ervaring der laatste jaren heeft toch ge noegzaam doen zien, met welke werkelijk groote bezwaren het tot stand brengen eener nieuwe geneeskundige wetgeving noodwendig gepaard gaat, bezwaren, die al het talent, al de ener gie, al de inspanning en volharding van een mi nister als Thorbecke noodig maakten, om zulk eene zaak, ik zeg niet aan te vatten, maar tot het gewenscht einde te brengen." Mijne heeren, de staatsman, wien deze woor den gelden, de schepper onzer geneeskundige staatswetgeving, is niet meer. Over een halfuur zal in de residentie zijn stoffelijk hulsel ten grave worden gedragen. Ik acht het plicht in deze vergadering zijn naam met eere te herdenken. Het is hier niet de plaats en de tijd om zijne verdiensten als staatsman, wijsgeer, denker, hoogst verdienstelijk staatsbur ger, te schetsen. Maar wel is het hier de plaats hulde te brengen aan den man, wien Nederland zijne geneeskundige wetgeving te danken heeft, eene wetgeviug, die reeds nuttig heeft gewerkt en, men kan er van overtuigd zijn, in de toe komst nuttig zal werken. Mijne heeren, op hetzelfde oogenblik, dat in de residentie het stoffelijk hulsel van Thorbecke ten grave zal worden gebracht, hebben zijne vrienden en vereerders hier eene bijeenkomst georganiseerd, om een woord van hulde aan zijne nagedachtenis te wijden. Ik acht het gepast, ja gevoel mij zelfs eenigs- zins verplicht, het voorstel te doen de vergade ring voor een korten tijd te schorsen, omincor- pore deze bijeenkomst te gaan bijwonen, ten einde daardoor dezerzijds een blijk van erkentelijkheid te geven der verdiensten van Thorbecke, bepaald ten aanzien der geneeskundige wetgeving. Ik hoop, dat hiertegen geen bedenking zal bestaan en dat allen bereid zullen zijn voor dit doel eenige korte oogenblikken op te offeren, waar tegen te minder bezwaar kan bestaan, omdat thans het verslag, dat anders mondeling wordt uitgebracht, gedrukt aan de leden is rondgedeeld." De vergadering vereenigde zich met het voor stel, waarna de zitting voor een korten tijd werd geschorst en de leden zich allen naar de socië teit de Harmonie begaven. Uit het voorloopig verslag der Tweede Kamer over het wetsontwerp tot regeling der Naamlooze Vennootschappen blijkt het volgende: Men erkende algemeen de verdiensten van het ontwerp en de zorg aan de toelichting besteed, maar had ulgeuieen den indruk dat het in veler lei opzicht gebrek openbaart aan practisihe ken nis. Men had voorlichting der Kamers van Koop handel of een enquête gewenscht, hetgeen nog kon geschieden. Zeer vele leden erkenden dat een nieuwe regeling der N. V. wenschelijk is. lichter waren zij van oordeel dat de regeeiiug zich niet had moeten bepalen tot één enkelen vorm, waar onder zich vereenigiug van kapitaal vertoont. De overgroote meerderheid was tegen het denk beeld der regeering om alle naamlooze ven nootschappen als vennootschappen van koophandel te beschouwen. Men vroeg naar eene duidelijke uitspraak over de quaestie der rechtspersoonlijkheid. Nagenoeg éénstemmig keurde men het wegval len der koninklijke bewilliging goed. Men erkende over het algemeen met de regeering, dat de wet zoowel de belangen van derden, als die van de vennooten tegenover het bestuur moest waarborgen, maar achtte, dat, wat het laatste betreft, het ont werp óf te veel óf te weiuig regelt en een halfslach tig stelsel huldigt, en dat ook de waarborgen voor derden onvoldoende geregeld worden. Men wenschte meer openbaarheid dan het ontwerp voor- Btelt namelijk openlegging der boeken bij vermoeden van verkeerdheden. Naar wij vernemen zou de commissie uit HH. officieren, belast met de regeling en het beheer van het muziekcorps der dienstdoende schutterij alhier, aan den majoor-commandant haar ontslag hebben ingediend. Gisterenmiddag is een jongetje van 5 jaar op de Steenstraat tusschen een goederenwagen van de Holl. IJzeren Spoorweg geraakt, waardoor het eenige kneuzingen aan zijn beenen bekwam. Door twee agenten van politie werd het naar de ouder lijke woning gebracht. De 's-üravenhaagsche afdeeling van de Neder- landsche Guttaaf-Adolf-Vereeniging heeft van een Haag- schen ingezetene de zeldzaam belangrijke gift ont vangen van ƒ10,000 ten behoeve dier Vereeniging. Door den Secretaris der Nederlandsche Juris- ten-Vereeniging is aan de leden eene circulaire toegezonden, waarin de volgende der reeds vroe ger medegedeelde onderwerpen, te behandelen op de algemeene vergadering, welke te Arnhem, Donderdag, Vrijdag en Zaterdag, 22, 23 en 21 Augustus e. k., zal worden gehouden, aldus is opgegeven: lsie dag: 1°. Enkele of dubbele rechts bijstand. 2°. Opdracht der jurisdictio voluntaria aan den kantonrechter. 2de dag: 1". Naamlooze vennootschappen. 2°. Rechtbanken van Koophan del. 3de dagGevangenisstelsels. In den loop dezer maand zullen aan de leden het programma en de praeadviezen worden toe gezonden. Luidens een telegram uit Batavia is het stoomschip Conrad, kapitein E. Oort, den Ssten Juni te 11 uren 's voormiddags van daar naar Nederland vertrokken, met volle lading, 32 volwassenen, en 23 kinderen, passagiers 1ste klasse, 11 passa- siers 2de klasse, 76 soldaten en 10 Chineezen. De heer H. F. Ankersmit is erkend en toege laten als vice-consul der Vereenigde Staten van Noord-Amerika te Batavia. Bij Kon. besluit van 8 Juni is goedgevonden en verstaan: 1°. den militieplichtige Jan Bosveld, te Arnhem, ontheffing van den vverkelijken dienst voor zijn geheelen diensttijd te verleenen 2°. te bepalen, dat genoemde militieplichtige niet in persoon aan de militaire autoriteit zal worden afgeleverd, maar dat zijne inlijving op overgilte van den staat model N". 19, voorge schreven bij art 15 van Ons besluit van 8 Mei 1862 (Staatsblad n°. 46), zal geschieden. BINNENLAND. Amsterdam, 7 Juni. De Amsterdamsche eft'ec- tenwereld verkeert in rep en roer. In April 11. werden namelijk door twee bankiers aandeelen in de Buston-Hartford-Erie-spoorwegmaatschappij, een maatschappij, die loen reeds in faillieten toe stand verkeerde, ter markt gebracht. Als specu latie-artikel werden de stukken, die tien actiën representeerden, gretig genomen, en, hoewel tot zeer lagen prijs verhandeld, verdiende menigeen door het verschil in koers van koop en verkoop een aardig 6ommetje. Doch wat gebeurt? De bankiers verklareu in het laatst van Mei nadrukkelijk, niet in staat te zijn stukken van tien actiën te kunnen leveren, daar hunne grootere obligatiën door het sluiten van de overschrijvings- boeken der maatschappij niet kunnen worden gesplitst. Algemeeue onrust onder de beurslui, die weigeren iets anders te ontvangen dan de verkochte kleinere stukkeD, die volgens beurs- usance reeds 21 dagen na den verkoop geleverd hadden moeten zijn. Afrekening door middel van rescontre wordt voorgedragen, en de bankiers doen daarvan een lijst opmaken, zonder echter het voorstel aan te nemen. Plotseling echter ver klaren de bankiers op een door de koopers be legde vergadering, wel in staat te zijn de ver kochte stukken te leveren, mits men hun uitstel geve. De koopers protesteeren en willen na de pertinente verklaring, dat dit tot de onmogelijk heden behoorde, van geen leveriug meer weten. Die zaak is heden voor de Tweede Kamer der Arrondisseinents-Rechtbank alhier bepleit. De heeren van Leeuwen en van Ee brachten die zaak voor den rechter en wel door dagvaarding van den commissionair Lion Hertz tot ontbin ding eener overeenkomst van koop en verkoop van een zeker aantal dier aandeeleD, met scha devergoeding wegens niet-levering. De gedaagde deed het verzoek om zijne committenten, de ban kiers Wertheim en Gompertz, in vrijwaring te mogen roepen. Dat verzoek maakte heden vooral het onderwerp der behandeling uit van de a bref délai voor den eischer door Mr. Aug. Philips, voor den gedaagde door Mr. A. S. van Nierop gevoer de pleidooien. Vrijdag 14 Juni e. k. zal de recht bank daaromtrent uitspraak doen. Wij komen nader op eenige het beurspubliek veel belaDg inboezemende punten uit die pleidooien terug. Zaandam, 8 Juni. In den gemeenteraad is be sloten aan deu sectie-ingenieur bij de Amster damsche Kanaal-maatschappij, den heer K. van Rijn, op te dragen het maken van een plan voor een zijkanaal of andere werken, tot verbinding van de Voorzaan met het Noordzeekanaal, met inbegrip der opmetiugen, waterpassingen, peilin gen, grondboringen, het in kaart brengen en uit werken van het ontwerp en de daarbij behoo- rende begrootingen. Edam, 6 Juni. Voor de verkiezing van een lid van den gemeenteraad alhier, in plaats van den heer Mr. C. W. A. baron van Haersolte, wegens vertrek naar elders, zijn ingekomen 123 geldige briefjes, waarvan op Mr. M. Buchner 61 en op den heer VV. Jzn. Futjn 32 stemmen zijn uitge bracht, zoodat op 20 dezer eene herstemming zal moeten plaats hebben. 's-Guavenhage, 9 Juni. De Fransche gezant, markies de Gabriac, heeft hedenmorgen de resi dentie verlaten en zich naar Parijs begeven om over veertien dagen alhier terug te keeren. Voor het Middelbaar Onderwijs zijn giste ren in de gijmnastiek uitgereikt: 1 acte aan Ct A. Bader, en F. Beukelman van Leiden en E. G. Delfome van Haarlem. Voor de wiskunde K I waren 4 caudidaten opgeroepen, waarvan 1 niet is opgekomen, terwijl 1 is afgewezen en 2 zijn toegelaten, de heeren N. L. W. A. Gravelaar, van Hoogezand, en L. Bouman, van Zegwaard. Voor het boetseeren werd 1 acte van bekwaam heid verkregen door den heer G. M. Kosters van Rotterdam. Rotterdam, 7 Juni. De Weleervv. heeren Ds. Griethuizen en Ds. Graaudijk, predikanten bij de Ned. Hervormde en Doopsgez. gemeente al hier, hebben in gezelschap van 2 nog jeugdige en bekwame jongelieden eene reis naar het Noorden ondernomen. Het gezelschap is hedeu van hier met het stoomschip Anna naar Ber gen in Noorwegen vertrokken, vanwaar uit de verdere reis zal worden voortgezet; er zal zich te Drontheim nog een student uit Arnhem, te land reeds vooruit gereisd, bij hen voegen. De reis zal ongeveer 5 a 6 weken duren en zeker, behalve aangenaam en nuttig voor de reizigers zeiven, ook niet onvruchtbaar zijn voor hunne gemeentenaren. Delfshaven, 8 Juni. De kiesvereeniging Burger plicht alhier heeft iu hare vergadering van Don derdag 6 dezer besloten: 1". Een brief van rouwbeklag te zenden aan de naaste bloedverwanten van wijlen den Minister Thorbecke en daarbij tevens hulde te brengen aan de vele en groote diensten door den overleden Staatsman aan het Vaderland bewezen; 2° Een adres van dankbetuiging te zenden aan den heer P. Blussé voor zijn als Minister van Finauciëu genomen initiatief tot hervorming van het bestaande belastingstelsel 3". Eeu adres te richten aan den Gemeenteraad, houdende verzoek zijoe handelingen in openbare vergaderingen door middel der drukpers aan het publiek bekend te willen maken. Brielle, 8 Juni. Gisterenavond werd hier eene vergadering gehouden der Kiesvereeniging Koning en Vaderland, waarin het reglement defini tief is gearresteerd, en tot bestuurslid gekozen is, in plaats van den heer Biemond, de heer Mr. H. van der Hoeven. Voorts was er eene missive ingekomen van Dr. K. A. Rombach, houdende eenige mededeelingen over zijne verhouding tot de afgestemde inkomstenbelasting, welke, op voor stel van deu heer Hein Sr., is aaugenomen voor kennisgeving, terwijl het voorstel van het bestuur betreffende de afstemming der inkomstenbelasting niet behandeld is, o.ndat de vergadering, op voor stel van den heer vau Audel, besloot tot de orde van deu dag over te gaan, nadat men het voor stel had gehoord. Eindelijk is op voorstel van het bestuur, geamendeerd door den heer van der Hoeven, besloten te verklaren, dat Nederlaud door den dood vau Mr. J. R. Thorbecke deu grootsten Staatsman en Staatsburger verloren heeft. Utrecht, 7 Juni. Wij vernemen, dat het Nederl. comité voor de ondersteuning vau den opbouw van den Willemstoren te Nassau Dillenburg gis teren alhier ten huize van generaal von Pestel is vergaderd geweest, om aan den voorzitter Ds. W. Francken Az. rekening en verantwoording te doen van de tot dusverre ingezamelde gelden op de verschillende plaatsen in ons vaderland, en ruggespraak te houden, over ter tafel gebrachte voorstellen uit Dillenburg, aangaande de eerste steenlegging voor den toren, die met de meest mogelijke feestelijkheid op den 29steu dezer zal plaats hebben, den datum waarop iu 1572 Willem van Oranje zijn geboortegrond voor goed verliet om Nederland vau de Spaausche dwingelandij te verlossen. De Dillenburgers weuschen, dat velen van de genen, die door hun bijdragen sympathie hebben betoond voor den torenbouw, zich ook nog de reis- en verblijfkosten zullen willen getroosten, om door hun tegenwoordigheid het internatio nale feest op te luisteren op den 29sten Juni. Het Nederl. comité heeft te zorgen voor een oorkonde in de Hollandsche taal, die inet andere soortgelijke documenten in den eersten bouwsteen zal worden gelegd. Het comité beveelt nog voort durend zijne zaak aan die landgenooten aan, die nog niets daarvoor hebben bijgedragen en vleit zich ook nog uit Amsterdam en Haarlem bijdra gen te mogen ontvangen. In de gisteren gehouden zitting van den Raad werd nog rapport uitgebracht door den heer van Nooten, namens de commissie in wier handen gesteld is het request van het departement Utrecht der Maatschappij tot Nut 't Algemeen, om de kermis af te schaffen enz. De conclusie daarvan luidt aldus: „Ofschoon de leden uwer commissie niet ge heel eensteuimig waren omtrent de bovenaan- gevoerde motieven, en deze bij alle leden althans niet van overwegend belang waren, om het ne men van doortastende maatregelen achterwege te laten en daardoor niet de hand te reiken aan de zedelijke ontwikkeling en beschaving, zoo heeft de commissie de eer aan uwe vergadering voor te 6tellen het navolgende te besluiten „Vooralsnog niet over te gaan tot afschaffing van de kermis. Het openen der speleD en het uitventen der kramen te doen aauvangen op Maandag en te doen eindigen op Zaterdag van diezelfde week en geene uitzondering in aan merking te nemen, om de kermis iets langer te doen plaats hebben. „Onder geen enkel voorwendsel toe te staan, dat in de kermisweek de spelen later dan el en de tapperijen laler óbd twaalf uren in dei avond voor het publiek geopend niogen blijven „Burgemeester en Wethouders aan te sporei om op indirecte wijze steun te verschaffe aaD commissiën tot veredeling van volksverina kelijkheden, door het afstaan van pleiuen en he beschikbaar stellen van muziekcorpsen, zoo dik vvijls zulks door de couimissiëu verlangd mochi worden en geene overwegende redenen zulle mochten beletten." Utrecht, 8 Juni Het tweedaagsch muziekfeest is glorierijk geëindigd. De medewerkers hebben zich zeiven overtroffen. Koren, orkestleden, de solis ten Hill, Gips en Schrötter, men bewondert h dat dit alles hun zóó gelukte. De Maatschappi van Toonkunst heeft een feest gegeven, waarvai Nederlander en vreemdeling nog zoo lang zullen] gewagen. De grootste dank daarvoor komt toe aau „den rechten man op de rechte plaats," aau den heer Richard liol. Geen wonder dan ook, dai men het er op had toegelegd om den leidsman op den tweeden avond een ovatie te brengen, zooals nog zelden aanschouwd is, en die de blijde verbazing opwekte van hen, die in zeer groo- ten getale herwaarts waren gekomen. Het scheen alsof ieder, die van een toegangskaart voorzien was, zich ook met een bouquet had ge wapend, en er moet eene algemeene plundering vau de lusthoven en tuinen van Utrecht gisteren hebben plaats gevonden, wil men zich de hon derden en honderden bouquetten verklaren waar onder Hol levend werd begraveD, bjj het einde der uitvoering zijner symphonie in D mol, nog gezwegen van de kransen die voor hem bestemd waren. Was het wonder dat hij een oogenblik sprakeloos was van ontroering I Zoo was hij no| nooit gevierd I Het is niet mogelijk den indruk' van zulk een feestavond weer te geven men moet er bij tegenwoordig zijn geweest, om telen begrijpen, hoe groot het genot was. „Calanus," dramatisch dichtstuk van Carl Andersen, muziek van Niels W. Gade; „An die ferne Geliebte," ge zongen door Hill; duo voor sopraan en tenor uit», de „Jaargetijden," gezongen door mej. Gips en den heer Schrötter; het slotkoor uit de „Jaar-I getijden," door de dames en heeren van het koor gezongen dat alles was grootsch en rijk in uit voering. De leden van het orkest, meestal kunste naars van hoogen rang, hebben zich zei ven over troffen, en naast den bloemregen, waaronder Hol was bedolven geweest, kwam ook eeu deel te recht neder op de solisten, die natuurlijk over de ont vangst, welke hun ten deel viel opgetogen waren. Utrecht, 9 Juni. Thans loopen in den n<*oht sneltrein der Maatschappij tot Exploitatie van Staats-spoorwegên van Amsterdam naar Noord- Duitschland de nieuwe expresselijk daarvoor ge bouwde rijtuigen. De inrichting daarvan is zoo danig als in Nederland nog op geen enkelen an deren spoorweg bestaat. Door de aangebrachte caoutchouc schijven is de gang van die rijtuigen zoo stil en rustig dat men van het onaangename schokken en slinge ren der gewone rijtuigen niets bespeurt en, niet tegenstaande de groote snelheid waarmede de trein rijdt, zeer gemakkelijk en zonder eenige vermoeienis daarin kan lezen. In de compar timenten der 1ste klasse kunnen de rnet rood trijp bekleede banken uitgeschoven en geheel aau elkander aangesloten worden, zoodat men als het ware het rijtuig in een bed verandert, waarop men zich gedurende den nacht kan ne- dervlijen en het vermoeiende van eene lange reis bijna geheel verdwijnt. Donderdagavond jl. warende bewoners op de Weerd Singel nabij het poortje Nooit Gedacht getuigen van een onmenschelijke daad, gepleegd door twee sjouwerlieden, die met een grooten ruigharigen hond, naar men zegt op straat Opge vangen, in een naburige kroeg gingen, en den hond voor een kwartje te koop aanboden; toen de kroeghouder het beest niet wilde koopen, hebben ze den hond buiten op den Singel vree- selijk gemarteld; hem eerst de beenen gebroken, later op den grond gesmeten terwijl zij mei beide knieën er op gingen zitten, waardoor zij hem de lenden brakenvervolgens werden de gebrokene voorbeenen als een knoop om den hals geslagen en werd het beest bij her haling in het water gesmeten tot dat het einde lijk niet meer kon en verdronken is. Ofschoon er nog al omstanders bij waren, heeft niemand die marteling tegengegaan. Men zegt, dat de po litie met de zaak in kennis is gesteld; of er pro ces-verbaal van is opgemaakt weet men niet. Zalt-Bommel, 7 Juni. Hedenmorgen had de plechtige teraardebestelling plaats van den Weledel Gestr. heer Mr. J. Thooft, oud-burgemeester dezer gemeente, oud-dijkgraaf van het polderdistrict Bommelerwaard boven de Meydijk, lid van de Prov. Slaten. Volgens uitdrukkelijk verlangen van den overledene werd zijn lijk gedragen door den deftigen burgerstand. Bij de familie en vrienden, onder welke laatste men opmerkte den heer Sloet van de Beele, sloten zich aan de geheele gemeenteraad, de regenten van het Oudmannen- en Vrouwenhuis, het polderbestuur van de Boin- Selerwaard boven de Meydijk; de stoet werd gesloten door een tal van belangstellende vrien- t pl .worpt at ei ba was tentc pen i heb eder aarti tad, king een stad rdig daar gelee en z uit die werk n w prin 8 in [gegev ie bt Isler t :hte vi latsen 1 de zen ile se kun er scl 'Mig. Goi loorli de ei ilgenc er sl arte Jndie Ui g< |t leve taan seere orde jaardi rekei 't Is idoelc [olgen ie da «te Bote vei aste (jkste 'iet o\ '86 p< legote i&ugei ir be; iebede Het Ie hoi lebou 1365 c tindei bouw

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1872 | | pagina 2