Donderdag
23 Mei.
SCHETSEN UIT ENGELAND.
N0. 3767.
Feuilleton vau liet „Leidsch
Dagblad".
hp. 1872.
PRIJS DEZER COURANT.
Voor Leiden per 3 maandenƒ8.00.
Franco per post..«3.85.
Afzonderlijke Nommera0.05.
Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering van
Zon- en Feestdagen, uitgegeven.
PRIJS DER ADVERTENTIEN.
Voor iederen regel...,,,...,CO.16.
Grootere letten our de pluteroimte die 11J beslui.
Lelden, 22 Hel.
Jleerdere bladen en ook wij hebben gemeld
it de voorloopige concessionarissen voor de lijn
ajdenUtrecht ondanks het besluit van den
dschen gemeenteraad er in geslaagd zouden
n de uitgeschreven leenicg te doen gelukken.:
tusseheu werd aan deze uiededeeling bier en
,or eene zekere strekking gegeven, als zoude
:t schipbreuk lijden dezer hoogst gewenschte
Qebi6l[*ik te wijten ztju geweest aan het Leidsche
aieentebesluur. Concessionarissen zelf geven
jad tot deze opvatting, door hunne missive
1.11 Mei 1872 aan den Raad; daarin heette het
|ch: i/Wij herbalen het, de aanneming van het
gestelde subsidie zal oorzaak zijn, dat voor
tuiaal weder de gewenschte spoorweg niet
uit," na van te voren verklaard te hebhen
l&l het aannemen van het voorstel om ons
- I iUO.OOü subsidie te geven voor ons bet teeken
ttl zijn onmiddellijk op te boaden verdere moeite
4q Isd kusien te maken, daar de zaak door ons
.erdoor uioest worden opgegeven."
Hu het blijkt dat concessionarissen hun doel.
reikt hebben, stellen wij er prijs op te verkla-
en, dut riiets ongegronder was dan de verant
woordelijkheid van hei mislukken dezer onder,
ming op de schouders vau het Leidsche Ge-
entebestuur te werpen. Ettelijke dagen voor
t publiek worden van het gecombineerde prae-
vies van B. en Ws. en de Commissie van.
uanciëu kweten wij ons van de aangename
ak bet goede en nuttige dezer onderneming aan
prijzen en het welslagen der leening, ook onder
edewerking van deze gemeente, als eene voor
lar hoogst verblijdende zaak te beschouwen.
Wij kenden de schaduwzijde van de zaak toen
ig niet. Die werden wij eerst gewaar uit bo-
ubedoeld praeadvies. Wij nemen ook nu geen,
oord lerug van hetgeen we toen zeiden in bet be
ngdezer onderneming, in zoover wij althans hare
istandkoming voorstonden, maar kunnen niet
daten dat op ons gemeentebestuur eeu blaam
orde geworpen, welke het geenszins verdient,
as gemeentebestuur heeft gehandeld zooals plicht
geweten dit voorschreven; ons gemeentebe-
uur heeft het geld der burgerij niet willen
eken in eene onderneming die geheel van wezen
iranderd was sedert den lijd dat het besloten
,d wel de penningen daaraan toe te leggen;:
gemeentebestuur heeft verder een doorslaand
wijs gegeven, dat de onderneming haar zeer
r harte ging, zoodat allerminst de bejegening ie
,s kwam, dat het de zaak in de war heeft
tuurd.
Als men van buiten af beter gelet had op de
joote financieele bezwaren die het gewijzigd
d van concessionarissen aankleefden, indien men
ht had geslagen op de adviezen van de uitne-
lendste leden van den Raad en van de financieele
[commissie, waarin Leden zitting hebben die het
auciewezen onzer gemeente door en door ken-
dan had men gewis Leiden niet tot den
Jndebok in deze gemaakt, uiaar in stede daar-
?Sd toegejuicht, dat men op een middel bedacht
is geweest om de tweeledige belangen der ge
meente, dat zijn de geldelijke en die, welke be
trokken zijn bij het tot stand komen van den
spoorweg, op zoo gelnkkige wijze met elkander
in harmonie te brengen.
Bij beschikking vau den Minister van Justitie
is aangesteld tot adjunct-directeur in het cellulair
huis van arrest te Utrecht de heer J. Beijl, thans
eerste commies-boekhouder iu het huis van cor
rectie te Hoorn; terwijl in diens plaats is aan
gesteld de heer Idetna, thans tweede commies-
boekhouder in de militaire strafgevangenis te
Leiden.
Hedenmorgen omstreeks 11 uren viel in den
Singel, tegenover de fabriek van den heer Schret-
len, een meisje van 5 jaren. Zij werd door een
paar voorbijgangers gered en in bewnstelooze n
toestand naar bare woning gebracht.
Z. M. heeft het Grootkruis van. den Nederland -
schen Leeuw geschoukeo aan den graaf de Bour-
going, laat9t gezant der Frausche Republiek bij
het Nederlandsche Hof.
Men verneemt dat de oudste zoon van H. K.
H. de Hertogin van Saxen-Weimar Eisenach,
zuster des Koniogs, de Grooterfhertog Karei, her
tog van Saksen, geb. in 1844, is verloofd met de
Hertogin van Oldenburg, prinses Theresia Olga,
geb. in 1852.
Het wets-outwerp tot bekrachtiging der nieuwe
overeenkomst met de Amsterdamsche Kanaal
maatschappij, hetwelk even als de vroegere voor
dracht de strekking heelt om in de geldelijke
ongelegenheid, waarin die Maatschappij zich op
nieuw bevindt, door tijdelijke hulp van Staats
wege te gemoet te komen, is in de afdeelingen
door 56 leden onderzocht. De eerste vraag, die
zich hier opdoet, is duszal door den Staat aan
de Maatschappij op nieuw hulp worden verleend!'
De overgrote meerderheid aarzelde niet die vraag
toestemmend te beantwoorden. Het Staatsbelang
eischt de zoo spoedig mogelijke voltooiing van
den nieuweu Amsterdamscben waterweg, en dat
doel i9 niet te bereiken, tenzij de Maatschappij toi
voortzetting van het werk instaat worde gesteld.
De Commissie van rapporteurs vereenigde zich
met liet door de meerderheid voorgestaan gevoe
len. Ook zij meent, dat hulp aan de Maatschappij
moet worden verleeud en dat thans niet op over
name van het werk door den Staat moet wor
den aangedroDgen.
De tweede vraag, die hier te beslissen viel, is
of de Slaat de tijdelijke hulp aan de Kanaal-;
maatschappij verstrekken moet door garantie der
rentebetaling en aflossing van eene door haar
aan te gane geldleening van 15% millioeu no
minaal, gelijk thans weder bij de nieuwe over
eenkomst is bepaald, dan wel door het doen van
een voorschot van gelijk bedrag. Even als bij de
vroegere behandeling dezer zaak, had de meer
derheid in de afdeelingen liet verkieslijk geacht,
dal het laatste alternatief ware gekozen.
Verscheidene leden, ofschoon de juistheid van
sommige der van de zijde der meerderheid ge
maakte bedenkingen niet miskennende, toonden
zich voor het verleenen der garautie en dus te-
gen het te hulp komen der Maatschappij door
recbtstreeksche leening van staatswege gestemd.
Met opzicht tot den toestand der werken van
de Kanaalmaatschappij werd door sommige le
den het gevoelen geopperd, dat deze niet zoo
gunstig is als men uit gezegden der regeöring
zou kuuuen opmaken. Meer algemeen vestigde
men de aandacht op de bezwaren die de scheep
vaart op de Zuiderzee ontmoet, sedert zij, daar
de vaart door de opening van den afsluitdijk on
veilig is geworden, gedwongen is van de Oranje
sluizen bij Schellingwoude gebruik te maken.
Evenzoo meende men bij de Regeering er krach
tig op te moeten aandringen, om bij de allengs
naderende afsluiting van het IJ aan de zijde van
Schellingwoude de belangen der waterverver-
scbiog van Amsterdam niet uit het oog te ver
liezen.
i De commissie van rapporteurs bad over het
algemeen den indruk, dat de Maatschappij tot
nu toe aan de haar bij de concessie opgelegde
verplichtingen voldaan heeft. Metnameis dit het
geval met de afsluiting bij Schellingwoude, waar
aan de Maatschappij, welke ongelegenheden daar
uit ook kunnen voortvloeien, wel heeft moeten
doen voortwerken opdat de dam. op den bepaal
den termijn, namelijk met 1 November 1872,
gesloten zou kunnen zijn. Intusschen erkent de
commissie, dat aan de bepalingen der concessie
met opzicht tot het maken der veilige ligplaats
voor 300 schepen en tot het sluiten van overeen
komsten met de waterschappen en gemeenten
Dog niet is voldaun. Zij acht de geopperde beden
kingen omtrent de handhaving van het kanaal-
peil ten behoeve der afwalering op het IJ en de
waterverversching vau Amsterdam geenszins van
ondergeschikt belang; maar doet toch opmerken,
dat 'Ie artt. 57 der thans gesloten overeenkomst
aan de Regeering meer macht dan vroeger ge
ven, om daarin behoorlijk te voorzien. Zij vleit
zich dat die bevoegdheid in 't vervolg zal blij
ken voldoende te zijn.
Men schrijft ons uit Brielle dd. 21 Mei
Sedert een paar weken komen er in de dag
bladen berichten voor over een locaalspoorweg
op ons eiland. Wij hebben tol nog toe hierover
niet veel gemeld, doch wenschen dit nu eenigs-
zius uitvoerig te doen.
Hoewel onze gemeente een van de eerste was
die door een stoomschip werd bezocht, was dit
geheel anders met stoomwagens. Niettegenstaande
voor tal van spoorwegen concessie werd aange
vraagd, werd ons eiland altijd vergeten. En toch
hebben wij groote behoefte aan een spoorweg.
De tegenwoordige regeling van 't brievenvervoer
(per stoomboot) is ongelukkig. Des winters zitten
wij bijna geheel geïsoleerd. De heer Henket gaf
bet eerst in zijne brochure over de buurtspoor
wegen een plan aan. Den lSden April jl. werd
door het bestuur der Nederlandsche Locaal-spoor-
wegmaatschappij te Nieuwesluis eene vergadering
belegd. De heer van Doorn verklaarde er na
mens de maatschappij, dat deze spoedig wilde
overgaan tot het carteeren en uitbakenen van
de lijn Eellevoet-Brielle-RoUerdam, loopendevan
Hellevoetsluis naar Heenvliet met een zijtak Daar
Brielle, en vervolgens van Heenvliet naar Geer
vliet, Spijkenisse, Nieuw-Beierland, Oud-Beier
land, Heinenoord, en die op het eiland IJselmonde
dan zon aansluiten aan den Staatsspoorweg. Ver
schillende bedenkingen werden tegen dat plan
gemaakt, en eindelijk vereeuigde zich de vergade
ring met- bet volgende plan; van Hellevoetsluis
door 't Z. van Voorne tot Hekelingen, dan over
het Spui naar Oud Beierland lot Heinenoord en
daar over de-Oude Maas iu aansluiting met de
Staatsspoor, de zijtak van Brielle door 't N. van
-Voorne tot Hekelingen. Er zijn dus twee brug
gen noodigj over het Spui en de Oude Maas. De
maatschappij beeft het voornemen, uit eigen fond-
sen den weg aan te leggen, doch de overbrug
ging zal zijn, naarmate er geldelijke bijdragen
iukomen. De vergadering gaf met algemeen
applaus haar verlangen te kennen, om eene vaste
brug te leggen. Tot ledeD van bet'comité, om
de gelden voor de carteering en uitbakening te
verkrijgen, werden benoeindde heeren A. Voge-
lensang, G. F. Lette, W. A. Tenckinck, J. D.
Prenyl (burgemeesters), Mr. A. Vau Weel, C.
Kwak eu P. Lammerse (industrieelen). Dit co
mité richtte zich tot den Brielsoben gemeenteraad
Om eene bijdrage in de voorloopige kosten voor
carteering en uitbakeaing. Een der leden van
den raad was er sterk tegen, omdat hij meende,
dat de gemeente geen belang had bij de zaak.
Met veel taleat weerlegde eeu ander raadslid,
de heer J. W. Hein, die ineening. Doch daar.de
leden in onzekerheid waren omirent de richting
van den weg, werd besloten aan de Maatschappij
te vragen, hoe het voornemen is, om den weg
uit te bakenen. In de volgende vergadering (10
Mei) werd het antwoord van de Maatschappij
medegedeeld. Toen meende eeu der leden, dat
het plan „tamelijk wel in de lucht hing"; hij
geloofde „dat het bij de proefneming zou blijveu
en dat de weg er nooit komt; dat het geld dat
voor de proefneming zal worden uitgegeven dus
als verloren kan beschouwd worden." Met 6 tegen 1
stem werd echter besloteü om f 420 voor de voor
loopige werkzaamheden toe te staan. De vorige
week zijn nu al twee ingenieurs, de heeren A. von
Löüen Seis en N. J. Beversen, begonnen het terrein
op te meten voor de lijn Hellevoetsluis-Feyenoord.
Waarschijnlijk zullen zij nog in 't laatst dezer
week op ons eilaod met de werkzaamheden
beginnen. Wellicht zullen wij dus over 3 jaren
reeds in het bezit van den zoo lang gewenschten
spoortrein zijn.
Deze week is een van de twee nog ver
miste lijken der artilleristen, die voor deze ge
meente verdronken ziju, op de Weiplaat gevonden
en te Spijkenisse begraven. Naar wij vernemen,
was aan het lijk een gedeelte der horlogeker-
4 p<
naar het fransoh van
u.
rJT M.
V.
o.
op D
tï>e Maatschappij en de Beeeerlng.
Vervolg
Aaaat hem die de staatszaken leidt staat hij
de gewetens bestuurt. Bij dezen heerscht
delfde grondbeginsel en is de uitwerking de
lude, namelijk in .dieD zin dat het bestuur in
inden is van de waardigsten, die geëerbiedigd,
stand gehouden worden en een volinakenden
vloed uitoefenen. Ik bedoel de geestelijkheid;
ij willen vooreerst nagaan, waardoor zij ge-
lund wordt.
Het is Zondag; de bedienden zijn vrij vaD
teldienst; de gast bedient zich zelf; men eer-
edigt zooveel mogelijk den Sabbath. Ook
andere opzichten wordt dal- bijbelscbe .denk
beeld gehandhaafd; des Zondags komen er geen
kranten en rijdt er maar eens een spoortrein.
De hertogin van in Schotland moest om hare
stervende moeder te gaan bezoeken, omdat bet
Zondag was, een speciale» trein doen loopeD
voor hare rekening.
Wij gaan naar de kerk om den namiddag-
dienst bij te wonen. De predikant, een lang
mager man van veertig jaar, neemt tot tekst het
leven van Johannes den Dooper naar het evan
gelie, verhaalt die geschiedenis in korte.trekken,
en eindigt met eene verstaudige en kalme toe
passing. Hij, heeft een goede uitspraak en den
noodigen ernst, maar raakt niet in vuur. Eene
flinke, heldere redeneering op een ernstige» toon
voorgedragen is .altijd voor het publiek, vooral
voor het dorpspubliek, eene nuttige les.
Vooraf en daarna leest hij den dienst, en zingt
de kleine vergaderiug, psalmen, door het orgel
begeleid. De stemming is eerbiedig en de aan
dacht algemeen. De muziek is een ernstig, eenigs-
zins eentonig recitatief, rnaar nooit schel of
schreeuwerig als ons kerkgezang. Deliturgie,
die psalmen uit bet Hebreeuwsch vertaald of in
Hebreeuwscheu trant vervaardigd, zijn'inderdaad
welsprekend, verheven, indrukwekkend. De He-
breeuwsche stijl, kernachtig en verheven,, vol
doet zeer. goed iin het Engetsch. Wel heeft men
dien eenigszins zachter en duidelijker gemaakt,
maar de Engelsche taal is liet best van alle ge
schikt om het grooiscbe en kon afgebrokene er
van over le nemen; want zij kan de hevige ge
moedsaandoeningen, de hartstochtelijke vereering
uitdrukken. Zoo is b. v. ods „mon Uienzon
der kracht en bijna toonloos, terwijl huu „My
God!" een kreet of een verzuchting is, die uit
het diepste der ziel oprijst.
Hoe meer ik het Common Prayerbook lees, hoe
schooner en doeltreffender het mij voorkomt.
Welke ook de godsdienst- vun een land moge
zijn, dc kerk is de plaats waar de medscliem,
na zes dagen werk tui ge lij kén arbeid, komen om
het gevoel voor het ideaal in zich te verfrisschen.
Daartoe was de Grieksche tempel onder Cimon,
de gothiscbe cathedraal ten tijde van Lodewijk
den; Heilige, Naarmate de denkbeelden en ge
voelens uiteenloopen, verschilt ook de plechtig
heid en het gebouw,' maar de hoofdzaak is dat
)iet gevoel opgewekt en versterkt wordt. Naar
mijn inzien nu heeft dit hier plaats: een dagloo-
ner, een metselaar, een stopster, die de godsdienst
oefening hebben bijgewoond, hebben er edele
indrukken verkregen die voor hunnen stand voe
gen een onbeschrijfelijk denkbeeld van iets ver
hevens, iets van eene hoogere orde, van een on
zichtbare gerechtigheid.
Toch kan ook een meer ontwikkelde naast
hen plaats neme», daar hij niet afgeschrikt
wordt door domme bijgeloovighedeu. Geen nietige
versieringen, geschilderde poppen, gekunstelde
parade, werktuigelijke en verouderde plechtig
heden en processies, waarvan de aanwezigen
de beteekenis vergeten hebben. De muren zijn
bijna naakt; het gezang en de preek hebben in
de volkstaal plaatsde dienstdoende priester
maakt geen kniebuigingingen, zijne houding is
die van een magistraat, op het koorhemd na is
)ijj ook zoo gekleed e» men kan hem noemen,
zooals Joseph le Maisire het zou uitdrukken,
eeu heer dij? gepaste redevoeringen tot u richt.
De geheele godsdienstoefening is eene meeting
waar zedelijke onderwerpen behandeld wordep,
en waarbij de president van den kansel spreekt,
zooals anders van de estrade. Daarenboven
\yprdt bij de preek en de ceremoniën bet dogma
altijd op den achtergrond geschoven en de kunst
en de wil om braaf te leven bovenaan geplaatst.
De godsdienst zelve met de gemoedsbewegingen
(Ije zij veroorzaakt en hare groote uitzichten is
niets dan poëzie eu de hoogste trap der zede-
leer, het oneindig voortgezette verheven begrip
„rechtvaardigheid".
Wordt vervolgd