èi
r. 3740.
Vrijdag
A«. 4872.
19 April.
STADS-BERICHTEN.
Feuilleton van liet „Leidscli
Dagblad".
SCHETSEN UIT EH&ELAÜD.
/-
tm/r
2,60,
tgevet
LEIDSCH
DAGBLAD
PRIJS DEZER COURANT.
Voor Leiden per 3 maanden.
Franco per post
Afzonderlijke Nommers
3.00.
3.85
0.05.
Deze Courant wordt dagelijks met uitzondering van
Zen- en Feestdagen uitgegeven.
PRIJS DER ADVKKTKNTIKN.
Voorlederen regel. ƒ0.15.
Grootere letten naar de plaatsruimte die zij beslaan.
Kohier der plaatselijke direcle belasting. <872,
BURGEMEESTER kit WETHOUDERS vak
LEIDEN,
Gezien art. 264 der wet van 29 Junij 1831 (Staals-
l tlad n°. 83);
Doen te weten, dat het kohier der plaatselijke
directe belasting over 1872 op heden voorloopig is
Tastgesteld en van den 15den tot en met den 29sten
April aanstaande ter Secretarie dezer gemeente (fi-
inanciële afdeeling), van 12 tot 3 uren, voor een
i ieder ter lezing is nedergelegd.
Eb wordt deze door plaatsing in de Leidsche Cou-
rant afgekondigd.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
v. d. BRANDELER, Burgemeester.
IE. KIST, Secretaris.
Leiden, 13 April 1872.
Lelden. IS April.
Gisterenmorgen is op de Aalmarkt alhier een
paard, gespannen voor een vrachtwagen, aan het
hollen gegaan, doch spoedig door een agent van
.politie gegrepen en tot staan gebracht.
Gisterenmiddag is een meid in de Mare ge-
I vallen en is spoedig er uit gered door een agent
Iran politie, die zich daartoe geheel gekleed te
I water heeft begeven.
Door de Provinciale commissie voor het Lager
Onderwijs in Zuid-Holland zijn gisteren te's-Hage
geëxamineerd: 2 onderwijzeressen in de gym
nastiek, zijnde de dames P. M. S. van 't Hooft en
- J J. J. van der Weijde.
Voor het Hoogduitsch 9 onderwijzeressen, afge
wezen 3, toegelaten 6; de dames S. C. L. van der
Beek, F. J. Boulet, S. M. Brine, M. F. Brine, M.
Gretser en M. J. van Lessen.
Voor de handwerken 16 onderwijzeressen, afge-
I wezen 6, toegelaten 10; voor handwerken van
m nut en smaak, de dames: C. B. Barderwijk, A.
Breedveldt Boer, K. H. Dijkgraaff, P. Groen, M.
Groneman, G. H. J. Lamblet en F. L. Schicke.
Voor handwerken van smaak, de dames: M. A.
I Kempers, A. G. S. van Krieken en J. Mook.
De arrondissements-rechtbank te Rotterdam
heeft ter voorziening in de vacature der betrek
king van kantonrechter te Gouda, veroorzaakt
door het overlijden van den vorigen titularis Mr.
J. H. van GeDnep, de volgende aanbevelingslijst
opgemaakt: 1°- Mr. J. H. van Mierop, kanton
rechter te Hillegersberg; 2". Mr. C. P. E. Hane-
graaff, kantonrechter te Brielle, en 3°. Mr. J. For-
tuyn Droogleever, advocaat, plaatsvervangend
kantonrechter en candidaat-notaris te Gouda.
In de vergadering der Vereeniging tot verbe
tering van den gezondheidstoestand te's-Graven-
hage is besloten tot bet maken eener sterfie-sta-
tistiek der straten en huizen, loopende over de
i laatste 5 jaren. Voorts werden de bevolkingsstraten
der straten en huizen van de stad, tot wier ver
vaardiging vroeger besloten was, vertoond, en
werd door den heer Egeling aan de Vereeniging
ten geschenke aangeboden eene met groote net
heid bewerkte grafische voorstelling van de pokken-
sterfle bin nen de gemeente,vergeleken met de sterfte
aan de andere ziekten.Eindelijk werd mededeeling
gedaan dat ten gevolge van een onderzoek naar de
deugdelijkheid van eenige monsters petroleum,
bevonden is dat door sommige winkeliers zeer
onzuivere petroleum wordt verkocht en raadt de
Vereeniging ieder verbruiker aan zelf eene een
voudige proef te nemen om zich van de deugde
lijkheid der petroleum te vergewisseD, door ze
namelijk op een schoteltje te gieten en te beproe
ven ze met een lucifer aau te stekeu (daarbij
zorg dragende dat de lucifer niet in de petroleum
valt). Petroleum die op deze wijze kan worden aange
stoken is onzuiver en daardoor gevaarlijk.
De Vereeniging zal voortgaan met dit onder
zoek en zich genoodzaakt zien de resultaten be
kend te maken, indien de verkoop van onzuivere
petroleum wordt voortgezet.
Wij lezen in de iliddelb. Cl.:
Onze Regeering heeft onlangs een bewijs ont
vangen dat de Japanners hunne „oude vriend
jes" in Europa niet vergeten. De Japansehe Re
geering heeft namelijk gevraagd, of er geen Ne-
derlandscbe jongelieden gevonden werden, be
kwaam en genegen om in Japanschen staatsdienst
te treden. Bij het meer en meer sluiten van
betrekkingen met andere Mogendheden en't door
dringen der Westersche begrippen in het Japan
sehe Rijk „gevoelt men daar de behoefte en ook
de administratie geheel naar het Europeesch
model te vormen." Vooral in het beheer der bui-
tenlandsche betrekkingen en in de regeling der
geldmiddelen doet zich die behoefte voor, en
daarom wenscht de Japansehe Regeering vooral
voor de departementeu van Buitenlandsche Za
ken en van Financiën ambtenaren uit ons land
te trekken.
Op de aanvrage, tot onzen Minister van Buiten
landsche Zaken gericht, zal het Japansehe ge
zantschap, dat thans te Washington vertoeft,
dcch later ook Nederland bezoeken zal, het ant
woord bomen vragen.
Vreemd is het voorzeker, dat aan die aan
vrage totnogtoe geen ander gevolg is gegeven dan
door een rondzending aau de verschillende
Miuisteries in den Haag. Maar aan eenige ofH—
cieuse mededeeling aau het publiek schijnt nog
niet gedacht te zijn, hoewel de Japansehe Re
geering de vraag toch stellig niet gedaan zal
hebben, opdat de verschillende Ministers er zich
ingenomen mede zouden beloonen, maar opdat de
Nederlandsche natie zelve er antwoord op ge
ven zou.
H. M. de Koningin heeft aan heefen bestuur-
deren van het Ned. Isr. Meisjes-Weeshuis te
Amsterdam de som van f 100 doen toekomen,
als bijdrage tot het fonds van die weldadige in
stelling.
Over den heer F. van Heukelom, onlangs te
Amsterdam overleden vermeldt het Handelsblad
Met het einde van 18-70 had hij zijn ontslag
geiomen als voorzitter der Kamer van Koophan-
de en Fabrieken, eene betrekking, door hem
13 jaren met eere vervuld. Hij had voor die Ka-
iinr aanzien verworven en haar werken steeds
tmt kracht geleid op den weg van vooruitgang;
hij heeft dan ook met haar veel bijgedragen tot
de verbetering der toekomst van Amsterdam, tot
de ontwikkeling van hare bronnen van bestaan;
dei bloei van handel en scheepvaart. Aan zijne
tjvsrige bemoeiingen heeft men b. v. den spoor-
wtg UtrechtKuilenburg te danken en vooreen
gnot deel ook de doorgraving van Holland op
zija Smalst. Io 1851 werd hij bij de eerste di-
rette verkiezing vau de leden der Kamer, ten
gerolge der reorganisatie van die instelling, voor
de eerste maal verkozen als vertegenwoordiger
de: beginselen van vrijen handel. Steeds heeft
hij zijn bauier omhoog gehouden en zelfs dik
wijls anderen tot ondersteuning van die beginse
len overreed, eene taak niet al te licht in eene
stad waar die beginselen verre van algemeen
geauldigd worden. Zijn juist, zijn helder oordeel,
zijne vastheid van wil gaven hem groot gezag,
zoodat zijn oordeel bij de Hooge Regeering veel
in/loed gehad heelt. Hij had dit erkend gezien
toen hij in 1864 o. a. met den toenmaligen voor
zitter der Rotterdamscbe Kamer tot staatsraad
in buitengewonen dienst was benoemd.
Dezer dagen is te Breda op 68jarigen leeftijd
overleden de gepensioneerde luitenant-generaal
A. J. Andresen, oud-kommandant van het O.-I.
leger, adjudant van Z. M. den Koning in buiten
gewonen dienst, ridder der mil. Willemsorde 3de
kl. en der orde van den Ned. Leeuw.
Te rekenen van 20 April worde i briefkaarten
met betaald antwoord in gebruik gesteld. Zij be
staan uit twee aan elkaar verbonden afzonderlijke
kaarten, waarvan de eene voor het geven van
antwoord bestemd is. Dit gedeelte wordt door
de geadresseerden van het in dubbel gevouwen
formulier algescbeiden en afzonderlijk verzonden.
Zij zijn echter geheel vrij het te gebruiken tot
zoodanig einde en op het tijdstip als zij verkiezen.
De briefkaarten met betaald antwoord zijn met
ingang van 20 April op 's Rijks postkantoren en
op de hulpkantoren der posterijen tegen zes cent
per stuk verkrijgbaar.
len worden van den betrokken schoolopziener
en van eenige afgevaardigden uit de schoolcom
missie en uit de gezondheidscommissie. Indien
deze maatregel vroeger genomen ware, gelijk
door deskundigen herhaalde malen is te kennen
gegeven, dan zoude menige paedagogische en
hygiënische fout bij de uitvoering vermeden zijn.
Al moge een woord van lof niet onthouden wor
den aan den gemeente-architect, over het archi
tectonische gedeelte van den schoolbouw, verdient
het opmerking, dat door gebrek aau voorlichting
van schoolmannen vele fouten zijn bestendigd en
bij opvolging in bijüa alle nieuwe lokaleu zijn
begaan. Bij de afdeeling publieke werken is ook
nimmer de van regeeringswege gegeven wenk
ter harte genomen, om de projecten aan het oor
deel van schoolautoriteiten te onderwerpen, en
slechts op bouwkundig gebied zijn tot heden de
uitgevoerde plauneu beoordeeld.
Behalve de reeds vroeger vermelde punteu zul
len in de algeineene vergadering, die vanwege
de Vereeniging voor de Statistiek in Nederland
op 20 April te Amsterdam zal wordeu gehouden,
de volgende maatschappelijke vraagpunten wor
den besproken:
1". In hoeverre is van het voor de arbeidende
klasse bestaande onderwijs iets to verwachten
voor de oplossing der sociale quaestie?
2*. In boeverre is staatshulp weoschelijk tot
vestiging of iuslaudhouding vau arbeidersver-
eenigingen?
Beide punteu in te leiden door den heer Mr.
J. J. F. de Jong van Beek en Donk.
3°. Kunnen de yvoningen voor de arbeidende
klasse bij het vraagpunt over het onderwijs bui
ten rekening blijven, of verdienen deze daarbij
eene ernstige overweging? In te leiden door den
heer G. H. Kuiper.
4°. Over de verbetering en uitbreiding der
spaarbanken. In te leiden door Mr. A. van Eek.
Volgens te Rotterdam ontvangen bericht, lag
Zr. Ms. fregat van Wassenaer den 29sten Maart 11 i
voor Porto Grando, hoofdplaats van het eiland
St.-Vincent. De officieren en adelborsten waren
allen welvarende, en men had tot nu toe een
aangename en goede reis gehad. Men stelde zich
voor den lsten April ook plechtig aan boord te
vieren door het houden van een optocht, het
spelen van comedie enz.
Door den Wethouder vau het onderwijs te
Amsterdam is aan het schooltoezicht aldaar
kennis gegeven, dal voortaan de plannen van de
nieuw te bouwen scholen in handen gesteld zul-!
In de jongste zitting van den Brielschen Ge
meenteraad is den Burgemeester, tevens voorzit
ter der hoofdcommissie voor deu eersten April,
den heer Lette van Oostvoorne, een welverdiende
hulde toegebracht. Een der leden van den Raad,
de heer Mr. De Kanter, bracht hem onder toe
juiching zijner medeleden warmen dank voor
den ijver, waarmede hij het welslagen van het
feest had bevorderd. Niet alleen door uitstekende
politie-maatregelen, maar ook door de onbekrom
pen, ja koninklijke wijze, waarop hij de burgery
in een waardige feestviering was voorgegaan.
De uitgave der feestplaat, die van den histo-
risch-allegorischen optocht van 1 April jl. bij de
heeren Vredenberg en Keiler versctiijoen zal, is
ook vereerd met de inteekening van Z. K. H.
prins Hendrik der Nederlanden.
De heer P. van Hees, ingenieur te Delft, is
reeds eeuigen tijd bezig oui het terrein op te ne
men voor deu geprojecteerden locaal-spoorweg
1871.
en h
naar het fransch van
n. t a i m e.
p«
lioig,r
1.
:t, 0.
a r
are!'
L_1.H
;en
sM
v.
De Maatschappij en de Regeering,
(Vervolg.)
De ossen, varkens en schapen hebben alle
een luchtig en zindelijk hok. Men laat ons een
systeem van stalling zien, waarvan de bodem
doorboord is en waarin de beesten die vetge
mest moeten worden, zes weken achtereen blij
ven. Er zijn uitgelezen rassen; een Indische stier
en zijn familie herinneren ons aan het boed-,
histische beeldhouwwerk. Voor alle werk
zaamheden zijn sloom-machines, zoo wordt b. v.
langs een kleinen spoorweg den beesten hun
voeder toegeroldzij eten gehakte knollen, ge
kneusde boonen en lijnkoeken.
De veeteelt, op deze wijze behandeld, is een
sameugestelde industrie, gegrond op theorie en
ervaring, voortdurend verbeterd, met door de
wetenschap uitgevonden werktuigen.
Maar ik ben niet bevoegd er over teoordeelen
en verlustigde mij met deu pachter waar te ne
men. Ik zie hem nog met zijn rosse haren, zijn
heldere, scharlakenrood gemarmerde gelaatskleur
als van een door de herfstzon verzeogd wingerd
blad, zijn koel nadenkend gelaat, met een zwar
ten hoed op en dito jas aan, zooals hij op een
drogen toon, kortaf, zijne orders geeft zonder een
enkel gebaar, zonder een plooi in zijn gelaat te
vertrekken.
Opmerkelijkde zaak werpt geld af, en de
groote mijuheer, die haar heeft opgericht ten
openbaren nutte, trekt er persoonlijk voordeel van.
In de houding van den pachter, in zijn positieven,
opmerkzamen, naar3tigeu, ouwankelbaren geest
meende ik de verklaring van het wonder te zien.
Wij gaan naar ons logement, terwijl de avond,
valt. De omtrekken der hoornen worden ondui
delijk door den grijzen nevelvreemde geelachtige
tinten verspreiden zich over de weiden, de mist
neemt steed9 toe en omsluiert tot zelfs de heggen
laogs den weg. In die schemering, die bij eene
schilderij van Rombrandt zou voegen, ga ik nog
eens na wat mij het meest getroffen. Op den
voorgrond treden de kinderen, die er zoo frisch,
welvarend, krachtig en gevleescht uitzien,
zelfs in de armste hutten. Een lag
in zijn wieg te slapen met den eeuen arm boven
het dek; het wipneusje was bij het licht bijna
doorzichtig, de mond geleek eeno kers, de beide
wangen groote rozen; men kan een kuiltje maken
in het mollige vleesch als men het even met den
vinger aauraakt, het is zoo donzig en glanzig als
eene door den dauw bevochtigde bloem. Naar
mijne uieeniug is dit veel schoouer dan de types
van Zuid-Europa, waar de menscb als kind reeds
bijna volwassen, afgewerkt, blijvend is wat vorm
en teekening van het gelaat betreft; hier integen
deel neemt men als bij Rubens, den groei, de
broosheid, de teederheid en tegelijkertijd de kracht
van het leven waar, de onuitputtelijke en natuur
lijke hernieuwing vau de menschelijke stof. Een
jongetje vau vier jaar stond sprakeloos en ver
legen van verbazing tegen een muur aan, tnet
zijn groote pogen naar den grond gericht en ziin
duim in den inoud, eu liet zich lief kozen zODder
iets te zeggen; een oogenblik later keek hij even
op en zag ons aan of wij wonderdieren waren,
waarna hij zijn cherubijpengezicht met zijn han
den bedekte. Hun gelaat verandert bij de minsto
aandoening van kleur, even als de kleur hunner
weiden varieert.
Mijne vrienden zeggen mij dat dit dorp een
goed staaltje is, dat deze pachters eu boereu mij
een vrij juist deukbeeld geven van de levenswijs
en het comfort van dien stand in het algemeen,
maar dat, b- v. in den omtrek van Norfolk en
Lincoln, schooner boerderijen gevonden worden.
Later hebben officieele stukken*) mij de onjuist
heid van dit oordeel doen zien; er is meer ar
moede en de armen worden steeds armer. De
groote eigendommen nemeu toe, de kleine ver
dwijnen. In het laatst der vorige eeuw, schreef
Arthur Young:
„Ik ken geen hutje, of er is een stukje gronde
bij." Bovendien hield de arme dorpeling kippen
en had een varken op de gemeente-wei. Maar
door de enclosure acts verviel de gemeente-wei
nu hem niets dan de kippen overbleven moest
hij zijn lapje grond verkoopen, eu zijn forsche
armen verhuren. In die districten waar alleen
de landbouw het middel van bestaan is, schijnt
het weekloon zeven a acht shillings te zijn, en
niet twaalf zooals hier. Om er wat bij te ver-
dieneo verhnurt de dorpeling ook de armen van
zijn vrouw en kinderen. Men ziet ze bij menigten
wortels van planten en onkruid wieden, dat aan-
F,rit and lecond Report! of the commurion on the employ,
ment of children and toornen in agriculture, 1868—186».