a - zich hoofdzakelijk bepalen: 1*. tot behandeling me van Staats-, Provinciale en Gemeenteaangelege2gr0 get heden in gezonden economischen zin; 2°. omB#ar de noodig de beginselen der vereeniging Ncderlantva jn verdedigen zonder kwetsing van het religieus!get voel der bevolking, de neutraliteit van den Stijgen te handhaven en te bestrijden elke partij (z<1 de liberale), indien deze door staatsdwang, der welken vorm ook, hare opvatting van rt gieuse waarheid wil toepassen of indien zij do: ^r„aa prikkeling van godsdienstig gevoel, zuiver politisi rR doeleinden wil bereiken. (W6( kingen der vrijheid in ons burgerlijk recht, maar de spreker zag voorbij, dat de beperkingen, die hij aanhaalde, berustten op billijkheid en alge meen belang. Die redenen ontbreken hier. Over het verband tusscben dit wetsontwerp en de Internationale, kan de minister verder hetstilzwij gen bewaren. Dit verband is denkbeeldig. De heer Wintgens, voor het grootste gedeelte reeds door den heer van Houten wederlegd, ver weet der Regeering wél te kunnen afbreken, maar niet op te bouwen. De tegenwoordige voor dracht is juist het bewijs tegen die bewering. De heer W. zeide verder: werkstaking is eene daad van eigen richting. Maar de vrijheid om overeenkomsten te sluiten is in het burgerlijk recht gehandhaafd en gewaarborgd. De heer Heemskerk Azn bracht tegen dit wets-ontwerp het verwijt in, dat de wet op de naamlooze ven nootschappen, onderlinge kredietvereenigingen on mogelijk maakte. Wat doet het verwijt hier af? Maar het is ongegrond. En het bewijs? Die on derlinge credietvereenigingen bestaan reeds onder de werking der tegenwoordige wetgeving op de naamlooze vennootschappen; en in den korten tijd, dat de heer Heemskerk Minister van Justitie was, heeft hij zelfs het bestaan van onderlinge krediet vereenigingen erkend. Met den heer Haffuians stemt de minister in dat talus publico de tuprema lex is. Maar om dat doel te bereiken moet men al leen rechtvaardige middelen bezigen. Met het aangekondigde amendement kan de min. zich niet vereenigen. Hij behoudt zich echter zijne meening daaromtrent voor bij de behandeling van art. 1. Het beeld van den beer de Brauw van de onreine bron en het stinkend water gaat niet op. De bron is niet onrein en behoeft daarom niet gestopt te worden. De minister heeft dit wetsontwerp voorgesteld met bedaarden zin en na rijp overleg en behoeft zich dus niet aan te trekken het gezegde, dat hij te veel philanthroop is. Hij zal er naar streven dien naam te behouden. Daarop volgen replieken van de heeren Godefroi, Heemskerk Azn., Wintgens, van Houten, de Bruyn Kops en Haffmans, hetzij op de rede des Ministers, hetzjj op die van hunne ambtgenooten, waarna de heeren Heydenrijk, van Nispen Jr. en Sr. als nieuwe sprekers hun afkeurend votum motiveerden, waarop de Minister weder dupliceerde, anderen opnieuw antwooidden, totdat eindelijk het algemeen debat gesloten werd. In de gisteren gehouden bijeenkomst van de leden der sub-commissie voor de Brielscbe feest viering en van verschillende corporatiën alhier werden door den voorzitter, den burgemeester, eenige leden der sub-commissie uitgenoodigd met het dagelijksch bestuur zich te vereenigen om maatregelen te beramen, ten einde zich de noo- dige gelden voor de feestviering te verschaffen en een plan voor bet feest te ontwerpen. Naar wij vernemen is door eenige meubelma kersgezellen alhier eene tweede vereeniging op gericht onder de zinspreuk: Eendracht baart genoe gen, welke zich gevormd heeft uit de reeds bestaande vereeniging, waarvan bet bestuur onlangs door eenig verschil ia gevoelen was afgetreden en nu met eenige andere personen met den oud-presi dent aan 't hoofd is opgetreden. Zij stelt zich, evenals de reeds bestaande, ten doel, eene gel delijke uit.keeriug te doen aan de leden, die door ziekte worden verhinderd hun werk te verrich ten. Tot benoeming van een tweeden praeceptor aan de Latijnsche school te Zwolle worden door cu ratoren aanbevolen de heeren S. J. Warren, doc torandus in de letteren aan de Leidsche Hooge- school, en W. F. H. Coeuen, candidaat in de let teren aan de Utrecbtscbe Hoogeschool. Het Vaderland meldt: Voor een vijftigtal personen, zoo heeren al: dames, heeft eergisterenavond iemand, die ons ver zocht heeft zijn naam niet te noemen, te 's-Gra venhage eene eerste lezing gehouden over spiri tualisme. Zij die gekomen waren om nu eens een ver klaring te krijgen van de geconstateerde feiten in iedere spiritualistische vergadering waar tt nemen, zijn ongetwijfeld teleurgesteld. De voordracht bestond grootendeels en dai was zeker niet het minst belangrijke deel uil een betoog over de ontwikkeling van het spiri tualisine en over de groote vlucht, die het genomet had, sedert in 1847 de gezusters Fox)in Ameriki de aandacht op de verschijnselen hadden gevestigd Dat betoog werd gevolgd door een reeks van verklaringstheoriën, die echter geen van allen d« goedkeuring van den spreker wegdroegen. Hij zelf, de voorlichter, behoorde tot de school van hen die feiten constateeren, doch niet evenalt Cardec het geloof aan geesten vooropstellen. Hei onpartijdige standpunt, waarop hij bij het begir der lezing verklaarde te staan, werd o. i. niei tot het laat6te gehandhaafd, want als een vurig spiritualist liep door zijn geheele redeneering hel beginsel, dat de „geconstateerde feiten" moesten worden aangeuoinen en door onderzoek de waar heid, bet licht moest worden verkregen. Wij waren dit onderzoek wachtende, maar toen hel zoover zou komen, was de vergadering afgeloopen. Dat wij niet geheel bevredigd waren, is zeker grootendeels de schuld van onze te hoog gespan nen verwachting. Over acht dagen zal de spreker aan alle nieuw sgierigcn een verhaal doen vau door hem zelf „geconstateerde feiten" en wat meer is, mededeelen hoe iedereen in zijn familiekring bet spiritualisme kan toepassen. H. M. de Koningin heeft, aan de Brielsche Hoofdcommissie doen toekomen 500 voor het ontworpen asyl, en Z. K. H. Prios Frederik heeft haar eene bijdrage van 200 toegezonden voor de feestelijke viering van 1 April a. s. De Arnh. Cl. meldt Een lid der commissie, die zich te Arnhem heeft geconstitueerd om giften in te zamelen ter gemoetkoming aan den hongersnood in Perzië, deelde ons het volgende mede: „Men heeft mij gevraagd, waarom de commis sie uiisluitend uit Israëlietische leden bestaat. Ik kan u slechts zeggen, dat de beden om hulp aan Israëlietische kerkbesturen gericht zijn. Dat de hulp echter verleend wordt aan belijders van iedere confessie, die zich in Perzië bevinden en die men maar helpen kan, als daar zijn Christenen, Muzelmannen en Joden. „De oude sir Moses Montefiore, die beroemde menschenvriend, heeft het voornemen opgevat, om, heeft hij 5000 gecollecteerd, zelf naar Per zië te reizen, ten einde ter plaatse van het onheil te kunnen weldoen. Aan hem zenden wij in de volgende week, wat wij hier hebben bijeen gegaard. „Dr. Lehmann, opper-rabbijn te Mainz, heeft aldaar 10,000 thr. bijeengezameld; Dr. Hildeshei- mer O. R-, te Berlijn, had jl. Donderdag reeds 8000 thr. Even zooveel de rabbijnen te Lyk en te Hamburg. „Misschien willen ook andere medeburgers (niet Israëlieten) zich met onze commissie vereenigen, en daardoor de collecte bevorderen; wij willen hen gaarne daartoe aansluiten." De markgenooten van Eext (Drenthe) hebben met algemeene stemmen besloten, het ongeschon den Hunebed, in gemelde marke liggende, aan de provincie Drenthe ten geschenke aan te bieden. De Hunebedden in deze provincie zijn thans bijna alle aan den Staat der Nederlanden Qf de provincie Drenthe overgedragen. Op Dinsdag 26 Maart a. s. zal te Utrecht eene buitengewone algemepne vergadering plaats heb ben van den Nederl. Weerbaarheidsbond, ter be spreking van het programma voor den derden Nationalen Schietwetstrijd, in den aanstaanden zomer op de Wieselsche heide te houden. In het concept-programma wordt voorgesteld den wedstrijd te houden op 1118 Augustus 1872. Tot deelneming aan dezen wedstrijd worden uitgenoodigd: alle leden van weerbaarheids- vereenigingen, dienstdoende en rustende schutte rijen, en alle afdeelingen van zee- en landmacht, zoo in Nederland als in Nederlandsche koloniën. Voor hen, die op 1 April door zang of orgel tonen hun vaderlandsliefde en vrijheidszin wil len uiten, wijzen wij er op, dat de heer Marius A. Brandts Buys Een liedje van de Watergeulen heeft gedicht, op de wijze van: „Heb je van de zilver vloot wel gehoord," dat verkrijgbaar is gesteld a 2 cents. Tevens is van dezelfde hand versche nen „Wilhelmus van Nassouwe," voor orgel be werkt en Z. M. den Koning aangeboden. Het lOjarig bestaan der vereeniging van gym- nastiek-onderwijzers in Nederland zal 3 en 4 April aanst. te 's-Hertogenbosch feestelijk gevierd worden. Uit Breda wordt van gisteren aan de Nieuwe Roti. Cour. gemeld De graaf de Chambord trekt hier weinig de aandacht; dezen ochtend is hij reeds te 7 uren uitgegaan, te voet naar de kerk, en te 8 uren in het hotel geretourneerd. Dagelijks komen er bezoekers, vooral uit Frank rijk; onder hen merkt men vele leden van de Nationale Vergadering op, bijv. Dahirel, afge vaardigde uit Morbihau; Ctu Combier, afgevaar digde uit Ardèche; Ferd. Boyer, afgevaardigde uit het departement du Gard; Louis de Saint Pierre, afgevaardigde uit la Manche; L. Bouchez, de Keridec, l'abbé Gaffre, afgevaardigden uit Mor- bihan. Ook kwamen den 4den dezer vier gees telijken, wier gewaad ook zeer in 't oogvallend was (wit met violet), t. w.Ie Révérendissime Père Edmond, abbé du mouastère de ND. de St. Michel, le Comte Fernaud de Brücher, abbé, l'abbé A. Vernoux, vicaire dans le diocèse d'Avignonle Père Marie, secrétaire de l'abbaye de St. Michel. Aan de Amst. Cl. wordt o. a. bet volgende uit Breda gemeld Men ziet hier soms de meest vreemdsoortige toiletten. Zoo waren er heden een paar monni ken, in witte pijen, maar blootshoofds, waar schijnlijk dominikaoers, die hun opwachting zjjn komen maken. De logementen varen er wel bij, en dus indirect ook de stad. De aanzienlijke gel delijke offers, die de graaf brengt in de kerk, waar hij de mis bijwoont, worden loffelijk vermeld. Den 17den Februari 1872 heeft te 's-Graven- hage de uitwisseling plaats gehad der akten van bekrachtiging op het postverdrag, den 18den November 1871 tusschen Nederland en Spanje gesloten. (St. Cl.) Door bestuurders en leden der St.-Lucas- Ver eeniging te Amsterdam, in vereeniging met de onderteekenaars van de lijst tot verhooging van loon, welke in de maand December 11. gecircu leerd heeft, is onlangs besloten, dat op 15 Maart a. s. het loon der schildersgezellen aldaar gesteld wordt op zeventien centen per uur. Naar ons uit's-Hertogenbosch geschreven wordt, zal aldaar een dagblad worden opgericht, dat tot steun zal dienen van de liberale kiesvereeniging Nederland, welke daar zonder verdediging, wat de pers betreft, is tegenover de clericale kies vereeniging Noord-Brabant. Dat liberale blad zal doch zal er maar van zwijgen. Al stelt men de omstandigheden anders voor, meu loopt licht gevaar deze of gene familie te kwetsen. Somtijds speelt een koetsier, een lakei de rol, zooals in bet geval, dat Al fieri aanhaalt. In dat geval zendt ineu dezulkeu naar Australië en zoekt de familie eene schuilplaats te Londen of buitens lands. De meisjes zijn dan ook geheel vrij en moeten zich besturen en dat dikwijls geheel zonder uitzet en genoodzaakt zelfs een man te zoeken I Wat al gelegenheid oin uit te glijden en boe sterk moet lichaam en ziel zich kunnen be teugelen om te blijven staan. Zoo gaat de dochter van een predikant dagelijks te paard uit met den jongen landheer, wandelt met hem en begint hem over zich zelf te spreken; de flirtation, zijn best doen om een man te krijgen, is niet zeld zaam: Thackeray heelt zulks beschreven in Vanity fair. Bij dal spel is men op glad ijs, en moet veel koelbloedigheid bezitten om niet te vallen. Bij de middle class, den stand tusschen de gentleman en de handwerkslieden, veroorlooft menig jong meisje zich zonderlinge vrijheden, zij gaat b. v. den jongman, dien zij de voorkeur geeft, bezoe ken. Daarvan zou ik origineele staaltjes kunnen geven. Ongetwijfeld staan de burgermeisjes bij ons meer onder opzicht, maar zij zijn ook on schuldiger. Men doet zooveel om een man te vin den 1 In de couranten wordeD dit wijls annonces daartoe geplaatst. Heeft de lezer genegenheid dan vraagt hij een portret liefst in groot costnum (full-dress), hetwelk dan ten bureele van den uitgever wordt neergelegd. Twee jongelui te Manchester lieten eene hu welijks-advertentie plaatsen, en verzochten de dames op een bepaald uur voor zeker koffiehuis te komen. Zij gingen in een daar tegenover ge legen calé en zagen op den bepaalden tijd drie aardige, fatsoenlijk uitziende meisjes eerst heen en weder loopen én daarna voor de aan gewezen deur stilstaanIn dit land en in dien stand heeft eene vrouw behoefte aan een man om in haar levensonderhoud te kunnen voorzienhaar eigen arbeid is daartoe niet voldoende. Vereenig dien ongelukkigen toe stand der vrouw met de ruwheid van den man en gij zult beseffen welke eene ellende Haymarket oplevert. Mijne Engelsche vrienden zeggen zelfs dat het aantal zeer groot is van zulke meis jes, die zich zeiven verwaarloozen en geene po gingen doen om er weer boven op te komen; zij hebben niet den veerkrachtigen geest, de vin dingrijkheid en hulpmiddelen eener Franjaise te haren dienste. Zij verstaan de kunst niet van te sparen en b. v. een modewinkeltje op te zetten of waschvrouw of modiste te worden, zooals te Parjj8 gebeurt. Zij zijn hunner vernedering ten volle bewust, beschouwen zich als verloren, leven bij den dag, geraken aan den drank en sterven in het gasthuis. Ik weet niet waarom, maar als ik hier de menschelijke samenleving beschouw, zie ik altijd een fraaien kop op een sierlijken romp, rustende op een vuil, modderig voetstuk. IV. De opvoeding. Eene reis naar Harrow-on-the-Hill. Ik heb ook Eton gezien. Harrow, EtOD, Rugby zijn de voornaamste inrichtingen voor middelbaar onderwijs. Zij komen nagenoeg met onze groote lyceums overeen. Er ziju te Eton ongeveer 800 leerlingen en op elk der beide andere scholen 500, van 13 tot 18 jaar. Maar tusschen die scho len en onze lyceums bestaat een zeer groot onder scheid en bare vergelijking vooral doet het con trast tusscben beide volken uitkomen. Men zegt mij dat ik Harrow als voorbeeld kan nemen. (Wordt vervolgd.) Ik k oplhet boden Zeer onlangs heelt meu te Medne in Egy eene zeer oude grafstede ontdekt, de oudste c tot nu bekende. Zij is een vorsten-grafkelder vi 100 meters lengte en 50 meters breedte, wai schijnlijk uit den tijd der derde dynastie, iu dez, kelder vond men twee prachtige statuëu, zooi er geen gevonden werden. Een en ander is zot, vuldig ingepakt en naar Cairo overgebracht, daar ten toon te worden gesteld. B teren, gaaD, maar persooi Men sominig A raai is het ree ODttver Zr. Ms. fregat met stoomvermogen Admiraal:;, August Wassenaar, onder bevel van den kapitein-ter-y (a'"' u R. L. de Haes, is in den namiddag van fa l .Jr<ze 6den dezer van de reede van Texel naar tt- we' va vertrokken ter opvolging zijner bestemming nai *'nsuec' de Kust van Guinea. lotelifg of in Ir Door den Nederlandschen consul te Caen is d ken, d heer E. Liais aangesteld tot zijnen vice-consi >ou ae te Honfleur. of bij door C benoemd tot com miss, van tl< 2». geleze en gt of \h moedt militie Als defoe 'ing, 2». en a de i, i'. dent 1 A, Z. M. heeft opnieuw rissen van Rijkswege bij het Rijks-entrepötdt te Amsterdam de heeren Mr. J. Messchert n Vollenhoven en Jhr. D. Bicker, en benoemd i commissarissen bij voormeld entrepötdok de hi ren Mr. W. Rahusen en M. H. Insigner. Z. M. heeft aan den luitenant-ter zee der li klasse I. D. J. van der Hegge Spies en aan rit kapitein der artillerie van het leger in Nede: landsch Indië M. A. Kuytenbrouwer vergunnin, doet verleend tot het aaunemeu van het eereteekci des di genaamd Nebha Bhom, hun door Z. M. den Eer - lijd en sten Koning van Siam geschonken. dB. b' tredin B1JVNÜNL.AND. tot de I billijk 's-Gravenhage, 6 Maart. De Minister van Finan l j0teu„ ciën heeft bij resolutie van den 26sten Februari [oveilg jl. medegedeeld, dat de vermoedelijke beloooingMjg^ en verdere inkomsten, verbonden aan de vacaptegnln betrekking van deurwaarder der directe belastiu- gen te Wormervcer, kunnen worden geraamd op f 250 'sjaars, na aftrek der kosten ter zsi'O der reizen, drukwerk enz.; en 2". dat de oermoedtlijke p belooning en verdere inkomsten, verbonden aan de vacante betrekking van deurwaarder der s directe belastingen voor het district Haarlemmer- utre, meer kunnen worden geraamd op 1000, na aftrek der kosten ter zake der reizen, druk werk enz. ren Dezelfde Minister heeft bij resolutie van den ,jen llden Februari jl. aan de Provinciale inspecteun aan der directe belastingen in- en uitgaande rechten; tor e en accijnsen doen afgaan de volgende mis sive „De vraag, in welke gemeenten de aansla; voor het personeel wegens dienstboden en paarden moet plaats hebben ingevolge art. 25 der wet, hetwelk daarvoor de gemeente van het wettig domicilium op den 15den Mei des diensijaars aanwijst, vindt bij eenige ambtenaren alleen hare oplossing in eene andere, namelijk in welke gemeente de belastingplichtige op genoemden dag in de bevolkings-registers staat ingeschreven. Het wettig domicilium mag evenwel niet uitslui tend daarnaar worden beoordeeld. Het beginsel van het Burgerlijk Wetboek is, even als dat van den Code Civil, die bij de uitvaardiging der wet op het personeel vau kracht was, dat men zijne woonplaats heeft in de gemeente waar meu gevestigd is. Heelt iemand meer dan een verblijf, dan geldi de plaats van het hoofdverblijf voor woonplaats, Heeft hij geen hootdverblijf, dan wordt luiden: art. 74, 2de lid, van het Burgerlijk Wetboek, d plaats van het werkelijk verblijf daar voor gelioudet Tot verandering van woonplaats wordt volgem art. 75 niet siechts gevorderd het voornemen om zijn hootdverblijf in eene andere plaats te vestigen maar ook de werkelijke woning in die plaats. Alleen het eerste, niet de werkelijke v\,<uing, wordt luidens art. 76, 1ste lid, bewezen uoor de verklaringen bij de twee in dat wets-artikel ge noemde gemeentebesturen. Die alzoo met ziju gezin, dienstboden, paarden en meubelen in eene gemeente gevestigd is en in eene andere gemeente eene kamer huurt om daar van tijd tot tijd ,den nacht door te brengen, be houdt zijn domicilium in eerstgenoemde gemeente, ook al moge hij, ten blijke van zijn voornemen, om zijn hoofdverblijf naar de andere gemeente over te brengen, bij de besturen der beide ge meenten de bedoelde verklaringen hebben gedaan. Het andere vereischte, overbrenging van woonplaats of werkelijke woning in die andere gemeente, is toch dan niet verwezenlijkt. Daarentegen brengt degeen welke die verklaringen niet aflegt en iedt dee ove nan thai adr aar wo ten sch gel na mt voi OU! ooi gr: de soi dil zo: ve: WI

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1872 | | pagina 2