In de Noord- en Zuid-Hollandsche Courant leest
men omtrent de functie van wegwijzer, die
Z. K. H. de Prins van OraDje zoo welwillend
tegenover een vreemdeling in de residentie op
zich nam
/Iemand, die het zeer goed weten kan, omdat
hij zelf de vreemdeling was, in de Haagsche
correspondentie van het Handelsblad bedoeld,
wenscht het een en ander te rectificeeren in de
ontmoeting van den vreemdeling met den Kroon
prins. Vooreerst: //De blonde heer legde 't hem
zoo goed mogelijk uit, maar den vreemdeling
scheen het toch niet helder," moet wezende
blonde heer zeide dat het hem moeilijk was het
hem hier uit te leggen, maar dat, zoo hij een
eindje met hem wilde gaan, hij het hem vol
gaarne zoude wijzen en al keuvelende over den
Haag, wees hij hem zelf het huis aan.
De tweede opmerking betreft dat de aanwij
zing, dat het de Kroonprins was, niet door een
straatjongen, maar door een zeer fatsoenlijk ge
kleed burger werd gedaan, die den vreemdeling
toevoegde op hoogst beleefden toon/Mijnheer,
u weet aardig uw wegwijzer te kiezen 1" De
vreemdeling autwoordde: //hoe dat" eu nu volgde
de opmerkiDg: //Weet u dan niet dat het de
Kroonprins was?" De vreemdeling, een platte
landsbewoner, kan zich zeer goed met de lof
tuitingen den Prins gegeven vereenigen de Prins
heeft hem uiter6t minzaam en welwillend te
woord gestaan en mocht Z. K. H. misschien dit
blad ouder de oogen krijgen, dan wordt hem
door dien vreemdeling bij dezen dank gebracht
voor dezen dienst en verschooning gevraagd voor
misschien te groote gemeenzaamheid door onbe
kendheid met Z. K. H. ontstaan.
E. a/z. V. L."
In een onzer nummers van de afgeloopen week
namen wij een stuk van den heer Wertheim uit
het Handelsblad over, ter zake van weigering tot
toelating zijner dochters op eene bijzondere meis
jesschool, omdat zij van den Israël, godsdienst
waren. Thans plaatsen wij, niet zonder warme
hulde aan de liberale inzendster te hebben ge
bracht, het volgend ingezonden stuk van de di
rectrice der school, Mejufvr. A. C. Wijbrands, in
hetzelfde blad, in antwoord op dit schrijven
i,Mijnheer de Redacteur!
Met belangstelling werd zeker door menigeen
uwer lezers kennis genomen van het ingezonden
stuk van den heer A. C. Wertheim, in uw nom-
mer van 19 December jl. In dat stuk wordt ge
wezen op de treurige waarheid, dat op verreweg
de meeste bijzondere meisjesscholen te dezer
stede de toegang aan Israëlietische kinderen
geweigerd wordt. Wie dat verschijnsel een open
baring wil noemen van den overouden, nog niet
verbannen geest van onverdraagzaamheid, moge
recht hebben; hij beschuldige echter niet in de
eerste plaats de hoofdonderwijzeressen, die aan
dergelijken maatregel tot nog toe zich hebben
gehouden.
Die hoofdonderwijzeressen wisten of konden
nagaan, dat, ten gevolge van een heerschend
vooroordeel, de plaatsing van een Israëlietisch
kind op; hare school aanleiding zou moeten
geven dat zij een aantal van hare leerlingen
verloren.
Het is een waarheid de inwoners van Am
sterdam weten het dat velen tot nog toe
bezwaar maakten, hunne kinderen op eeue school
te plaatsen, waar zij met Israëlietische kinderen
in aanraking zouden komen, en indien ook al
nu en dan enkele der bijzondere inrichtingen
van onderwijs hare deur voor Israëlieten open
zetten, dan werd er al was 't soms misschien
ten onrechte gefluisterd, dat dit geschiedde uit
nood, en de meeste dier iurichtingen hadden
binnen korten tijd bij velen haar goeden naam
verloren.
De hoofdonderwijzeressen, bij wie Israëlieten
zich aanmeldden, om plaatsing voor hunne kin
deren te verkrijgeu, stonden dus voor eene
moeielijke vraag: het viel hard te weigeren, waar
gezond verstand en overtuiging het bestaande
vooroordeel leerden verfoeien; maar, met het
aannemen dier kinderen zouden zij haar duur
gekocht middel van bestaan op bedenkelijke wijze
in de waagschaal stellen.
Zelve heb ik, gedurende den tijd dat ik aan
het hoofd eener bijzondere school sta, herhaalde
lijk de moeilijkheden ondervonden, die het gevolg
waren van dien treurigen toestand. Meer dan
eens heb ik aan kinderen van geachte Israëlieti
sche ouders den toegang tot mijne inrichting, na
zeer zwaren tweestrijd, moeten weigeren.
Toonden sommigeu dier ouders zich gebelgd
over zoodanig besluit, anderen gaven mij op de
meest humane wijze te kennen, dat zij gevoel
den, hoe moeielijk de keuze was voor ons, hoofd
onderwijzeressen aan bijzoudere inrichtingen.
Na het ingezonden stuk van den heer Wertheim
te hebben gelezen, heb ik mij echter wederom
de vraag gedaan, of oiut de tijd is gekomen dat
wij eindelijk het oude vooroordeel moeten trot-
seeren.
Na rijp beraad heb ik het besluit genomen,
mijne iurichting ook voor israëlietische kinderen
open te stellen.
Zal ik daardoor schade aanbrengen aan mijne
inrichting
Zal ik financieel de treurige gevolgen moeten
ondervinden, die al te dikwijls het Toon waren
van een weinigje zedelijkeu moed? of zullen zij,
die hunne kinderen tot nog toe aan mijne leiding
toevertrouwden, mij doen ondervinden, dat uiijn
besluit hunne goedkeuring wegdraagt, dat ik ook
naar hunnen geest handel? Mijn toekomst be-
schame mijne goede verwachtingen niet."
Z. M. de Koning heelt twee kostbare prijzen
uitgeloold voor den nationalen schietwedstrijd,
in 1872 op de Wieselsche heide te houden.
Het zijn een 1ste korpsprijs, bestaande uiteen
zilveren vergulde bokaal met voetstuk, en een
2de korpsprijs, een zilveren bokaal met voetstuk.
Deze prijzeu moeten op twee achtereenvol
gende wedstrijden gewouneu worden, alvorens
het eigendom van het winueude korps te zijn.
De wedstrijd zal plaats hebben op een afstand van
400 passen.
Aan de deelneming zijn eenige bepalingen
verbonden, om vroeger gebleken misbruiken ten
aanzien der gebezigde schietwapenen tegeu te
gaan.
Alle winners van prijzen, door Z. M. den Koning
bij de Nationale schietwedstrijden te Waalsdorp,
de Bildt en Rotterdam uitgeloofd, zijn van mede
dinging uitgesloten, evenals alle niet werkende
leden vau vereenigingen.
Verder heeft Z. M. voor een officierswedstrijd,
waaraan officieren van de Marine, de Landmacht
en Schutterij en van het O. en W.-I. leger kun
nen deelnemen, en die op een afstand van 600
pas zal gehouden worden, twee prachtige prij
zen uitgeloofd, zijnde 1ste prijs: Een zilveren bo
kaal met voetstuk. 2de prijs een zilveren servies.
(Utr. Dagbl.)
Gisteren hield te 's-Gravenhage de Geneeskun
dige raad in Zuid-Holland eene zitting onder
voorzitterschap van den heer Inspecteur Dr. L. J.
Egeling.
Tal van mededeelingen worden gedaan betrek
kelijk gedane bezoeken in verschillende gemeen
ten, den algemeenen gezondheidstoestand in de
provincie, de maatregelen, hier en daar genomen
of voorbereid in het belang der volksgezondheid,
de meerdere of mindere geneigdheid van sommige
besturen om in dat belang werkzaam te zijn
inzonderheid in betrekking tot de begraafplaat
sen, enz.
Wat den algemeenen gezondheidstoestand in de
provinciën aangaat, laat die nog al veel te wen-
schen overig en doen zich, blijkens de ervaring,
nog vele gevallen voor van pokken, typhus en
andere zieklen.
Omtrent de vraag, of het niet wenschelijk ware
met opzicht lot de armen-ziekenzorg eenige alge
meene maatregelen in het leven te roepen, een
punt, reeds vroeger ter sprake gebracht, is beslo
ten alsnog deze zaak aan te houden, in afwachting
van hetgeen door de gezamenlijke inspecteurs zal
worden gedaan of voorgesteld.
Omtrent een reeds verleden jaar besproken
gerucht, als zouden er te Dordrecht //scheepsla
dingen" brood zijn ingevoerd en gebruikt, dat
vermengd zou zijn met Chiua-klei, schijnt een voort
gezet onderzoek daartoe te hebben geleid, dat dat
gerucht op onwaarheid moet berusten, gelijk het
dan ook minder denkbaar is, dat eene gansche
burgerij van dat brood zou gegeten hebben, zonder
cr althans iets van te merken.
Voorts wordt mededeeling gedaan van een be
langrijk schrijven van den Minister van Binnenl.
Zaken aan de Commissarissen des Koniugs, daarbij
wijzende op de verplichting der gemeentebesturen
om, ingevolge art. 14 der wet op het geneeskundig
staatstoezicht, aan de inspecteurs advies te vragen
in het belang der algemeene gezondheid, al mogen
zij dan ook niet verplicht zijn dat advies op te
volgeneen advies, dat ten doel heeft de maatre
gelen aan te geven in het belang der volksge
zondheid
Van den toestand der begraafplaatsen in ver
schillende plaatsen loopen de mededeelingeu zeer
uiteen.
Met betrekking tot de maatregelen van desin-
fectatie bij besmettelijke ziekten, blijkt, dat in
zonderheid het Gemeentebestuur van Aarlander-
veen daaraan veel zorg besteedt en het groote
nut daarvan zich ook vertoond heeft. Die gemeente
steekt in deze dan ook alleszins gunstig af bij
andere gemeenten; maar zij klaagt over de na
latigheid van andere aangrenzende gemeenten tot
bestrijding van epidemiën.
De gevangenis te Brielle blijft nog steeds in
een zeer ougunstigen toestand verkeeren, hetgeen
in den afgeloopen zomer vooral bleek, toen zich
aldaar nog al ziekten hebben voorgedaan, die
o. a. door de inrichting der privaten moeten ont
staan zijn. Wenschelijk is geoordeeld dit gebouw
door een ander te doen vervangen.
Door het gemeentebestuur vau 's-Gravenhage
gevraagd zijnde naar de middelen, in het belang
der openbare gezondheid, om de riolen en secreten
te desinfecteren, is door den inspecteur aange
geven het gebruik van ijzer-vitriool, dat nog
meer is aan te bevelen dan carbolzuur. Maar in
ieder geval wordt daarbij aangeprezen het
vooraf ledigen van secreten ook bij particulieren.
Van niet minder belang is eene klacht over
een zeker liefdadig verblijf te Scheveningen onder
beheer van het Herv. kerkbestuur aldaar, en ge
naamd de Citadel, eene inrichting door een aantal
gezinnen bewoond, die in een allezins slechten
toestand verkeert en die wegens de onreine om
geving een ongelukkigeu invloed doet vreezen op
de openbare gezondheid. Eene opruiming daar
van wordt allernoodzakelijkst geacht. Van eene
tusschenkomst bij het gemeentebestuur om hierin
te voorzien wordt de uitslag nog afgewacht.
Bij een bezoek te Kralmgen heeft de inspec
teur zich kuunen overtuigen van de nadeelen,
voor de openbare gezondheid te vreezen, door
de aansluiting van den Hollandschen met den
Rijnspoorweg, omdat daardoor eene belemmering
zal ontstaan in den vrijen waterstroom, die reeds
in die gemeente zooveel te wenschen overlaat
en door demping nog meer zal verslimmeren. Het
is hier de vraag, of niet, door veranderde rich
ting, aan den vrijen waterloop geen hinder meer
zou behoeven gebracht te worden.
In verband tot de vaccine en haar nut, en tot
de meerdere of mindere geneigdheid om tot hare
toepassing in het belang der algemeene gezond
heid mede te werken, werden curieuse ge
schiedenissen medegedeeld. Het bleek daaruit o. a.
dat,) terwijl vele predikanten de vaccine offici
eel bestrijden, ze toch officieus zelf ondergaan.
Een hunner is zelfs zes weken geschorst, om
dat hij zich had laten inenten.
Over den ellendigen waterloestaud te Schie
dam, die nog steeds zich zoo dreigend vertoont
voor de openbare gezondheid, werden wederom
de bekende mededeelingeu gedaan, en door som
migen nader toegelicht. Wel worden plannen
voorbereid tot verbetering, maar deze berusten
op groote geldelijke offers, terwijl èu de moeilijk
heden met het betrokken waterschap èn de eigen
aardige inrichting der vele branderijen met haren
afvoer van vuile stoffen den toestand gaandeweg
verergeren.
Met Spijkenisse is eene nog al belangrijke cor
respondentie gevoerd over de omstandigheid, dat
aldaar inesthoopeu van eeu aantal personen te
gen de huizen aan worden geplaatst, zeer scha
delijk voor de algemeene gezondheid. Aangezocht
om maatregelen te nemen, ten einde niet meer
binnen de bebouwde kom der gemeente zich die
uiestboopen bevinden, heeft het gemeentebestuur
alsnog geene nieuwe politiebepalmgen op dat stuk
noodig geacht en den toestand als minder beden
kelijk voorgesteld.
Ook te Wateringen bestaat aanhoudend een
zeer ougunstige toestand in betrekking tot slooteu
en poelen. Het gemeentebestuur is niet geneigd
iets tot verbetering aan te brengen en meent niet
het recht te hebben eene verordening te maken,
die aan dien toestand een einde maakt, als zul
lende hierdoor inbreuk gemaakt worden op het
bijzonder eigendomsrecht, intusschen is aan dat
bestuur mededeeling gedaan van een zeer belang
rijk schrijven van den Commissaris des Konings,
waarin die bevoegdheid verdedigd wordt.
Na deze en meer andere mededeelingen heeft
de commissie, aan wie was opgedragen een over
zicht te geven van de verschillende verslagen
nopens gedane visitatiën en hervisitatiën bij apo
thekers enz., zich van die taak gekweten. Over
het algemeen bleek daaruit, dat zich dienaan
gaande een betere toestaud heeft voorgedaan dan
vroeger, ofschoon nog meermalen blijkt van eene
verkeerde interpretatie van de bepaling der wet
betrekkelijk de vergifkasten.
Naar aanleiding van het vroeger ingesteld on
derzoek door den heer ouder-inspecteur Carsten,
die thans niet ter vergadering tegenwoordig was,
omtrent den invloed op de gezondheid, dien de
vlas-industne op hare arbeiders te weeg brengt,
cn welk onderzoek nog wordt voortgezet, is,
van tiet tot dusverre geblekene het verslag van den
heer C. voorgelezen. Daarin komt hoofdzakelijk
uit, dat die industrie een zeer onguustigen in
vloed op de werklieden uitoefent, inzonderheid
in betrekking tot hunne adeuibalingswerkluigen.
Die invloeden moeten bepaaldelijk gezocht worden
in de fijne stoffen, die deze bewerking afwerpt en
die de atmosfeer bederven, en in de ondoelmatige
inrichting der zw.ngelkeet. Uit de tcd estaten
blijkt, dat iu de gemeenten met vlasindusirie zich
veel meer sterfgevallen voordoen dan in gemeen
ten zonder die industrie.
Als middelen tot herstel worden aangegeven
eene verbeterde inrichting der zwingelkeeten en
van de bruakplaats, betere ventilatie en meerdere
ruimte voor de arbeiders. Op de vraag, door een
dor leden, in hoover of in die koeten ook verwar
ming zou zijn aan te brengen, was het antwoord,
dat de vlasboeren waarschijnlijk daartoe met ge
neigd zullen worden bevonden.
Omtrent de ziekenhuizen en krankzinnigenge
stichten werden eenige gevoelens gewisseld. Men
meende, dut het vertrouwen in de gasthuizen te
Dordrecht en 's-Graveuhage was geschokt door
hetgeen daarvan was bekend geworden of met
meer of minder grond verspreid; en liet belaug
werd uangetoond, dat dezerzijds zoowel daarom
trent als wegens de krankzinnigengestichten een
nader onderzoek werd ingesteld.
Omtrent de ziekenhuizen strekte het antwoord
dat te Dordrecht een nieuw wordt gesticht en
dat dat te 's-Graveuliage aan zeer overdreven en
ongegronde beschuldigingen heeft blootgestaan.
Ten aanzien van de krankzinnigen wordt ove
rigens naar het voorschrift der wet geregeld
verslag gedaan van de bezoeken, noor speciale
inspecteurs in bijzijn van den officier van justitie
gedaan.
liet Licruur-stelsel schijnt, in betrekking tot
de uitkomsten van den atvoer van fecale sloffen,
zeer practicabel te zijn, gelijk uit de mededeeling
van den inspecteur blijkt op do deswege gedane
vraag. Het A B C.-stelsel daarentegen blijkt ook
in Engeland al meer en meer ondoeltreffend
te zijn.
Eindelijk is na eene wisseling van gevoelens
de inspecteur uitgenoodigd oui bij wijze van
proef, vóór de volgende vergadering de verschil
lende mededeelingen, die iu den regel mondeling
worden gedaan, gedrukt en bij resumtie vooraf
aan de leden worden toegezonden, ten einde niet
liet grootste deel der vergadering aan het aan-
hooreu dier mededeelingen te besteden eu over
meer tijd te kunnen beschikken voor ouderwer-
pen aan de orde van den dag of die men in het
belang der openbare gezondheid dienstig achten
mocht, te bespreken.
Het stoomschip Prins van Oranje, kapitein Braat,
zal, volgens outvangen telegram, Zaterdag 23 De
cember van Gibraltar vertrekken. Het ongunstige
weder had eenige vertraging veroorzaakt.
Van betrouwbare zijde vernemen we, dat de
heer Groen van Prinsterer, die door eene vrij
ernstige borstaandoeuing was aangegrepen, zoover
hersteïd is, dat de aanval als te boven gekomeu
kan beschouwd worden, ook al blijft gesprek en
arbeid hem nog streng verboden. (Heraut.)
De Staatscourant bevat de volgende rivierbe-
richteu
Keulen, 22 December. Bijna geen drijfijs.
Gorcum, 22 December. Stoom- en zeilvaart op
de rivieren geheel hersteld. Waterstand 4.23 me
ter onder noodpeil; val 0.37 meter.
Z. M. heeft aan Leeudert Logendijk, gewezen
sluiswachter aan de Spieringsluis onder Wer
kendam, verleend een pens. ten laste van den
Staat ten bedrage van f 208 'sjaars.
Z. M. heeft aan Jhr. G. K. van den Santheuvel,
ouder dankbetuiging voor de door hem bewezen
bijzondere diensten, op zijn verzoek, eervol ont
slag verleend als Isten luit. bij de d.d. schutterij
te Steen wijk.
Z. Al. heelt aan de na te melden officieren bij
de d.d. schutterijen, op hun verzoek, eervol ont
slag verleend, ouder gekoudetiheid tot het vol-
breugeu van de op lieu rustende schutterlijke
verplichtingen als gewoon lid der schutterij bij
de reserve, met al de gevolgen daaraan bij de
wet gehecht alsbij die te Amsterdam, aan A.
Calkoen en aan Air. S. J. Brug uians, beiden als
isten luit.; bij die te Zaandam, aan P. Lange -
baerd, als kapit.
Voorts zijn bij de d.d. schutterijen benoemd:
bij die te Zutfen, tot 2deu luit. B. A. Albers, thans
serg.bij die te Zaandam, tot kapit. E. H. Buys,
thans 1ste luit.; tot isten luit. P. van Heyns-
bergen, thans 2de luit.; tot 2deu luit. A. f'.
Avis, thans schutter.
Z. M. heeft het eereteoken, ingesteld tot be-
loouiug vau eervolleu langdurigeu workeiijken
dienst b/j de sehutterij, toegekend aanA. Nortier,
kapit., en J. Reutmger, offic. van gezondh. der
2de kl., beiden bij de d.d. schutterij te Gouda.
Z. M. heeft aan de na te melden officiereu bij
de d.d. schutterijen, op hun terzoek, eervol ont
slag verleend, aisbij die te Gouda, aan P. L.
J. Kamsteeg, als 2deu luit., onder gehoudenheid
tot het volbrengen van de op hem uit kracht dei-
wet nog rustende schutterlijke verplichtingen als
gewoon lid der schutterij bij de reserve, met al
de gevolgen daaraau bij de wet gehecht; bij die
te Auisterdam, aan W. van Rinkhuyzen, als Isten
luit. onder gehoudeuheid tot het volbrengen van de
op hem uit kracht der wet nog rustende schut
terlijke verplichtingen als gewoon lid der schut
terij bij de reserve, met at de gevolgen daaraan
bij de.wet gehecht; bij dte te Aaaudaui, aan L.
Driesciier, als 2den luit.; bij die te Roermond,
aan A. Th. E, H. Kessels, als 2deu luit.
Voorts zijn bij de d.d. schutterijen benoemd
bij die Zaandam, tot 2den luit. P. Latenstein,
thans schutter; bij die te Amersfoort, tot kapit. E.
L. Visser, thans 1ste luit.; tot Isten luit. A. Herschel
Bz., thans 2de luit.; tot 2den luit. M. L CelosJ
bij die te Roermond, tot 2den luit. R. T. Me^J
thans serg.; bij die te Venlo, tot kapit. P. J, jjl
Alattousch, thans 1ste luit.; tot Isten luit. 4]
Th. E. H. Kessels, tot dusverre 2de luit. bijdell
d.d. schutterij te Roermond.
BINNENLAND.
Boskoop, 22 December. De subcommissie vo
de oprichting van een monument te Brielle iS
dezer plaatse samengesteld als volgtvoorzin
is de heer J. H. van Marcelis Hartsinck, bt
gemeester; verder zijn leden de heerenK. G.
VV. Ham, W. F. K. Hussem, P. Hooftman J
J. Alaarsclialk, P. van Nes en N.J. Solioore
Na kennisgeving aan de ingezetenen zal eet
collecte langs de huizen gehoudeu worden.
Amsterdam, 22 December. Iu eene vergader»
van aandeelhouders der Amsterdamsche Ban
zijn de leden van den raad van toezicht en
directeuren benoemd. De raad van toezicht besla
uit de heeren C. Fellinger, lid der firma Kreglii
ger Co. alhier, voorzitter; M. Eltzbacher, Ij
der firma Eltzbacher Co. alhier, oudervoorzi
ter; J. L. Eltzbacher, lid der firma J. L. Eltzbach:
Co. te Keulen; Ad. B. H. Goldschmidt, liddï
firma B. H. Goldschmidt, te Frankfort a/Al.; H. Ali
rensse, te Frankfort a/Al.; Mr. Al. Alees, lid dt
firma R. Alees en Zooneu, te Rotterdam; F. J
Aluller, president-directeur der Rotterdamscli
bank, te Rotterdam; C. A. Schaezler, te Amstg
dam; H. Vaupel, lid der firma Deichmann von
Rath, te Amsterdam; Th. Wendelstadt, directei
der Bank für Haudel uud Industrie, iu Darm
stadt; Th. v. Wendelstadt, directeur van heil
ücliaaffhausensche Bankverein, te Keulen; eu 1
C. Wertheim, lid der firma Wertheim Gomperii
alhier. Directeuren zijn: Mr. F. S. van Niero
consulent opgetreden als directeur; J. H. Spaii
Jr. tot dusverre plaatsvervangend directeur di
Nederlaudsche Credit- en Depositobank en Hers
C. Christman.
Deventer, 21 December. Naar men vernees
hebben de timmerlieden, metselaars en verwei
leden der Vereeniging „ter bevordering van a.l
ambachten of vakkeu, welke in betrekking stai
tot de bouwkunde", besloteu met 1 Alaart a
de loonen der werklieden met 2 cent per uuri
verhoogen-
's-Hertogbnbosch, 21 December. Eene veel in
langstelling wekkende zaak werd heden voordi
rechtbank alhier behandeld, waarbij een talrij!
publiek aanwezig was. De heer P. F. van <k
Aleulen, oud 49 jaar, Rooinsch-katholiek prieslt:
en pastoor, geboren te's-Bosch, wonende te Engs
len, stond te recht omdat hij eene vrouw, dl
zeven maanden zwanger was en ongeveer et
uur te voren was overleden, met een scheermt
de zoogenaamde keizersnede kruiselings had tos
gebracht.
Éen getuige was er in deze zaak, die vei
klaarde, dat het kind had geleefd, terwijl d:
beklaagde zeide, dat hij meende dat het leefde
Wijders de heer R med. dokter te Empe
die meermalen was geroepeu om het noodig
voor de verlossing te doen, doch die zijne dieusiti
geweigerd heeft, bewereude dat dit zijn vak me
was. De president deed evenwel hierover zijd
hooge afkeuring ten aanhooren van het publie
blijken. Het openbaar ministerie kreeg daaro
het woord en beweerde, dat de handeling de
pastoors, zelfs onder voormelde omstandighedei
toch groote afkeuring verdiende. Z.E.A. wei
speciaal op hel gevaar, dat daardoor kon om
staan, om aau iemand, die schijndood is, h
leven te benemen, waarvan zoo menige voorbee!
den voorhanden zijn, eu requireerde schuldigvei
klaring en veroordeeling tot tien gulden boen
subsidiair een dag gevangenisstraf. Air. E. vai
Ziuuicq Bergmann verdedigde den beklaagde ei
beweerde, dat de pastoor eene edelmoedige das
gedaan had, die hoogst prijzenswaardig was;dj
de heer van der Meulen niets anders had beooj
dan het leven van een kind te reddendat, inge
volge de geneeskundige wet, de verlossing oude:
de omstandigheden, zooals die zich in deze zaal
hadden voorgedaan, was geoorloofd, evenals he
b. v. geoorloofd is, dat men gaat over eens anders i
oogst staanden grond, wanneer dit strekt om spoe
dig een water te genaken waarin iemand dreig
le verdrinken; ook verbreking van afsluiting, om eei
pand te genaken, dat door brand dreigt te wordei
vernield; hij concludeerde ten slotte tot vrijspraal
van den beklaagde. De rechtbank heeft daaroj
de uitspraak bepaald op 4 Januari e. k.
J3(jirx,jiiivj-J^.ivr>.
Frankrjjk.
Inkomstenbelasting. Terugkeer naar Parijs.
Luie diplomaten.
Na het hevige debat, uitgelokt door de inter
piellatie van den heer Raoul Duval, een debal
waardoor waarschijnlijk een miuisterieele crisi
zou ontstaan zijn, indien niet de rechterzijde ei
het rechtercentruui evenals bij de stemming over
de prinsen van Orleans verdeeld waren geweesi
na al die hevigheid is de vergadering eindelij!
begonnen aan hare wezenlijke werkzaamliedei
en heeft Donderdag de algemeene beraadslaging:
geopend over de inkomstenbelasting. Zooveel t
nieruit gebleken dat het grootste gedeelte dei
kamer er mede is ingenomen, en de financieel
politiek vau Thiers eu Pouyer-Quertier in di
opzicht sterken tegenstand zal ontmoeten.
Gisteren is opnieuw eeue vergadering gelid-
den van de commissie over het voorstel Duchaiel
om de vergadering naar Parijs te doen terugke
ren. De heer Thiers zou daarin weder gehoon
worden 0111 op de tegenwerpingen te antwoorden
die iu de zitting van Dinsdag tegen zijne ziens
wijze gemaakt en hem daarop medegedeeld zijn
Een voornaam argument, van de tegenstander:
is, zoo men verzekert, ditdat uit den staat van
beleg, waarin Parijs nog steeds verkeert, te'
duidelijkste blijkt, dat de stad nog geen voldoend:
veiligheid voor de vertegenwoordiging aanbiedt.
Het is duidelijk, dat zoo de heer Thiers beo
voorstelde, zonder den staat van beleg naar Pa
rijs te gaan, zij heui verwijten zouden, hen aau
den volkshoop te willen overleveren.
Het argument heeft inderdaad niet de minsb
waarde omdat ieder weet dat de exceptioneel'
toestand van Parijs niet meer noodig is om volks
onlusten te voorkomen, maar alleen nog wegens
bijkomende omstandigheden, en zooals velei
meenen geheel ounoodig, wordt gehandhaafd.
De ware reden der oppositie is een iugekan;
kerde haat tegen Parijs als het broeinest van po
litieke, philosophische en sociale plaunen.
De aandacht der pers is op de diplomatieks