accijnsen, tevens belast met de functiën van in
specteur der Rijn- en Maasvaart, tijdelijk gesteld
ter beschikking van den Gouverneur-Generaal van
Ned.-Indië.
B1NNENL.AN D.
Amsterdam, 22 November. De Gemeenteraad
heeft heden in eeu zeer talrijk bezochte verga
dering (slechts 1 lid ontbrak) met 31 tegen
stemmen het voorstel van Burgemeester en Wet
houders aangenomen, om den Minister van Bin
Denlandsche Zaken te antwoorden, dat de ge
meente Amsterdam niet treden kan in het door
den Minister gedane voorstel, om de Amsterdain-
sclte Kanaalmaatschappij te hulp te komen in
hare behoefie aan gereede penningen o. a. door
reeds dadelijk ter beschikking van de maatschappij
te stellen de 3 millioen inschrijving op het Groot
boek der 4 pCt. Na belangrijke discussiën loonde
de Raad dus het gevoelen van het Dagelijksch
Bestuur te deelen, dat de voorwaarde dier leening,
volgens welke de som eerst dén mag worden
uitgekeerd, wanneer het kaoaal voltooid en ten
gebrnike is opengesteld, een vervroegde uitkee-
ring belet. Het voorstel van den heer Jager, om
in het reglement van orde te bepalen dat de leden
staande van hun gewoue zitplaatsen het woord
zullen voeren, werd, na discussie, met verlof der
vergadering ingetrokken. De discussiën vingen
hierop aan over het voorstel van denzelfden heer,
om eeuige plaatsen op de openbare scholen voor
lager en middelbaar onderwijs kosteloos ter be
schikking te stellen van onvermogende jongelin
gen en meisjes van bijzonderen aanleg. Wegens
het vergevorderde uur is de voortzetting dier
beraadslaging uitgesteld tot aanst. Woensdag.
Gisteren stond voor het Prov. Gerechtshof
alhier te recht J. C. Camphuijnder, van beroep
verwer, wonende te Haarlem, beschuldigd van
diefstal bij nacht in een bewoond huis, onder
omstandigheden, die een bijzondere aandacht ver
dienen. Deze beschuldigde was namelijk nalatig
geweest in de betaliDg eener aan de gasfabriek
aldaar verschuldigde sotn. Dientengevolge was,
op last van den directeur dier fabriek, de meter
bij hem weggehaald en de toegang vau het gas
in zijne woning verhinderd door behoorlijke af
sluiting der hoofd buis, door middel van een schroef.
Eenigen tijd later bemerkten de gasfitters, Breems
en Massé, dat hij op 3 Januari 11. des avonds te
10 uren gas brandde in eene kamer, die in zijn
winkel uitkwam. Zij schelden daarop aan en
verlangden overeenkomstig de bepalingen van het
contract, den stand van den gasmeter te mogen
opnemen. Dit werd hun echter, o. a. op grond van
het late uur, geweigerd.
In deze terechtzitting als getuigen gehoord,
verklaarden zij intusschen, bij een door getuige
Breems in den winkel opgestoken lucifer te heb
ben gezien, dat de hoofdbuis, in den winkel des
beschuldigden, met een compositiebuis verbonden
was, welke verbindiugsbuis aan de beide einden
met stopverf aan de gaspijpen was vastgehecht.
Toen zij den volgenden dag met een inspecteur
van politie zich tot een nader onderzoek naar
dezelfde woning begeven hadden, bleek hun dat
deze verbindingsbuis was weggenomen en dat
aan de uiteinden zoowel der hoofdbuis als vaD
de gaspijp eene hoeveelheid stopverf aanwezig
was, terwijl de hoofdbuis, gesloten was. Op een
vraag des voorzitters (Mr. J. M. van Maanen)
antwoordden die getuigen, dat de beschuldigde
de schroef, die als hoofdkraan aan de hoofdbuis
dient, met geweld had moeten openschroeven.
De voorzitter merkte hierop aan, dat deze
wijze van afsluiting in de woning hem onvol
doende voorkwam, als er geen afsluiting daar
buiten van de straatzijde geschiedde. De besch.
ontkende de hem te laste gelegde feiten, zooals
o. a. de verbinding van een compositiebuis met
de hoofdbuis door middel van stopverf. De stof-
verf was door hem aan de hoofd buis en de gas
pijp alleen aangebracht, om het ontsnappen van
gas en den stank tegen te gaan, daar hij zooveel
gas in zijn huis kreeg. Het gas, dat hij op 3
Januari II. en ook nog na dien tijd brandde, was
door hem zelf vervaardigd uit een chemisch pre
paraat, bereid in een pul, welke zich, volgens
zijne opgave, in een mand bevonden had, ter
plaatse waar vroeger de gasmeter had gestaan.
Ten gevolge van dit beweren was op 10 Februari
11. eeu gerechtelijk onderzoek ingesteld, waarbij,
volgens daarvan door den rechter-comuiissaris
opgemaakt proces-verbaal, ook door eenige getni
geu te dezer terechtzitting gestaafd, o. a. geble
ken is, dat wel is waar uit dat preparaat eenq
licht ontstond, doch dat, geheel verschillend van
liet op 3 Jan. door eenige getuigen geconstateerde
heldere licht, zoo flauw was, dat men de perso
nen in het daardoor zoogenaamd verlichte ver
trek niet kon onderscheiden, veel minder daarbij
het proces-verbaal opmaken of een courant lezen.
Beschuldigde beweerde evenwel op dien dag de
vuldoeude preparaten daarvoor niet te hebben
in huis gehad, doch bleef weigeren nadere inlich
tingen te geven over de bereiding daarvan, hetgeen
zijn geheim was. De hoogleeraar Dr. E. H. von
Baumhauer, door den rechter-commissaris met
het onderzoek van het in beslag genomen pre
paraat belast, verklaarde én in een schriftelijk
rapport én voor den Hove, dat hij op onderschei
dene wetenschappelijke gronden de beweringen
van den besch. onaannemelijk achtte. Zonder toe
stellen, die hier in het land niet aanwezig waren,
dan misschien op een laboratorium, kon men z. i.,
duaruit geen eenigszins duurzaam en helder licht
ontwikkelen.
Nadat in het geheel 7 getuigen k charge en
2 éi décharge gehoord waren, requireerde de
advocaat-generaal, Jhr. Mr. C. H. Bakker, op
grond van het voldoend aanwezig bewijs der ten
laste gelegde feiten, de schuldigverklaring van
den beklaagde, ter zake van diefstal in een be
woond buis en zijne veroordeeling deswege tot
een cellulaire gevangenisstraf van 3 maanden.
De adv. Mr. W. Binger achtte daarentegen dè
feiten noch wettig, noch overtuigend bewezen.
Hij beweerde namelijk, met beroep op eenige
wetenschappelijke autoriteiten, dat er mogelijk
heid bestaat om onder zekere omstandigheden
brandbaar en lichtgevend gas te bereiden uit de
stoffen door den beschuldigde gebezigd. Hij be
toogde verder dat het niet bewezen was (hetgeen
toch voor de aanneming der schuld vereischt
werd), dat die omstandigheden in dit geval niet
aanwezig waren. Voorts beriep pleiter zich op
de omstandigheid, dat het tusschen de fabriek
en den beschuldigde gesloten contract nog loopeude
was op het tijdstip, waarop het ten laste gelegde
feit zou hebben plaats gehad. Op grond nu van
dat contract kon, zijn erachtens, het feit, zoo het
al bewezen ware, in geen geval als een strafbare
daad worden beschouwd. De beschuldigde toch
was, volgens dat contract, gerechtigd tot het ge
bruik van gas, eeu recht dat hem niet door eeu
eigenmachtige daad der fabriek kon worden ont
nomen.
Pleiter concludeerde mitsdien tot vrijspraak of
wel tot ontslag van rechtsvervolging. Uitspraak
28 November e. k.
Alkmaar, 21 November. Eeuige dagen geleden
heeft er onder de gemeente Koedijk een brutale
aanranding plaats gehad. Een landbouwer, uit
de gemeente St.-Maarten afkomstig, reed in den
laten avond naar huis met een aanzienlijke som
d bij zich. Door een persoon, die te Alkmaar
en in den omtrek wél bekend is, en dien hij even
te voreD in het oog gekregen had, werd plotseling
zijn paard bij den teugel gegrepen en tot staan
gebracht. De aanvaller, die sieeds den teugel
vasthield, begaf zicli achter de tilbury, greep den
boer aan en eischte het geld, dat deze bij zich
had, onder bedreigingen tegen zijn leven.
De boer grijpt hierop zijn mes en geeft den
aanvaller een snede over het voorhoofd, waar
door deze achterover tuimelt. De aangevallene
zette hierop zijn tocht voort en kwam bleek van
schrik in zijn woning aan. In deD aanvang was
men bevreesd, dat de landbouwer ten gevolge
van den schrik van zijn verstand beroofd was
Deze vrees is gelukkig ijdel gebleven. De aanvaller
bevindt zich reeds in verzekerde bewaring.
's-Gravenhage, 22 November. Aan het depar
tement van marine is heden ten behoeve van het
korps mariniers aanbesteed, de levering van;N°.
1. 300 meter blauw onderofficiers laken; N°. 2.
2000 meter blauw gewoon laken N". 3. 100 me
ter rood laken; N°. 4. 600 meter blauw karsaai;
N". 5. 400 meter blauw baai; N\ 6. 150 meter
goud chevron-galon (half); 600 meter geel chevron
galon; 1000 meter rood chevron-galon1000 meter
rood galon voor langdurigen dienst; 10 meter
breed goud lissen-galon (half); 10 meter smal
goud lissen-galon half; 100 meter breed geel lissen-
galon 150 meter smal geel lissen-galon; 50 stuks
sabelkwasten voor onderofficieren; 75 stuks sabel
kwasten voor korporaals; 30 stuks groene hoorn-
snoeren; N°. 7. 5 stuks knielappen; 10 stuks pa
troontassen (compleet); 100 stuks bandeliers; 100
stuks koppels met slot; 10 stuks hertsvanger-
scheeden; 200 stuks dragers tot zijdgeweer; 150
stuks ransels (compleet met pak- en draagrie
men); 25 stuks lange pakriemen; 25 stuks korte
pakriemen; 10 stuks tromslagbanden; 5 stuks
tromdraagriemenN°. 8. 200 stuks schakots25
stuks schakot-bodems; 200 stuks schakot-kleppen;
50 stuks schakot-kokarden voor onderofficieren;
300 schakot kokarden voor mindereu; 400 scha
kotlissen met knoop; 200 gekroonde kruisankers;
200 pompons; 50 muts kokarden met kleinen ko
peren knoop voor onderofficieren; 1000 muls-
kokarden met kleinen koperen knoop voor min
deren; 1400 mutskleppen; N°. 9. 600 dozijn grootc
koperen ankerknoopen500 dozijn kleine koperen
ankerknoopen; 350 dozijn kleine d ubbele koperen
ankerknoopen; 200 stuks koperen schouderbe
dekkingen; N°. 10. 5 stuks trommen; 200 stuks
tromvellen; 10 stuks tromreepen (5 boven en 5
onder); 10 stuks tromstokken15 stuks signaal
hoorns; N°. 11. 600 stuks stropdassen van zwart
everlast; 500 paar broekdraagbanden; N°. 12.300
stuks haarkammen; 400 stuks kleederborstels;
400 stuks schoenborstels; 400 stuks slotborstels;
200 knoopscharen 400 stuks blikken smeerdoozen;
400 blikken wasdoozen; 100stuks kleederkloppers;
en N". 13. 200 stuks eenmans wollen dekens.
Minste inschrijvers voor de verschillende per-
ceelen waren de heerenN°. 1. Krantz en Zonen,
k ƒ6.99 de nieter; N°. 2. P. en H. Vreede, a
ƒ3.91 de meter; N". -3. Bogaerds en Zoon, k
ƒ5.19 de meter; N°. 4. dezelfden, 3.93 de meter;
N°. 5. Beljaars, ƒ6.30 de meter; N°. 6. Uhluian
voor 6.47. N°. 7. W. Pauwels en Zoon, voor
ƒ1113,50; N°. 8. dezelfden, voor 1291; N°. 9.
dezelfden, voor ƒ431.50; N°. 10. Smulders en C'.,
voor ƒ489.50; N°. 11. Orizant, voor 353; N°. 12.
de wed. Souget, voor 248; en N°. 13. de heeren
Zuurdeeg en Zonen, éi 6.35 per stuk.
Dordrecht, 21 November. Ten gevolge van den
lagen waterstand is het heden niet mogelijk ge
weest de veertiende of laatste spanning voor de
spoorwegbrug tusschen Willemsdorp en den Moer
dijk van de paaljukken af en op haar plaats
tusschen pijler 1 en 2 te brengen, tot groote
teleurstelling van belanghebbenden en een aan
zienlijke menigte belangstellenden van hier en
van elders. (0. Cf.)
Utrecht, 22 November. Wij vernemeD dat tot
assistent van den hoogleeraar Halting aan de
hoogeschool alhier is benoemd de heer R. Horst.
"Ppers,
Zijn wij wel ingelicht, dan zullen achtereenvw.
gens ook de IIH. Loncq en Goudoever assistenten
bekomen, hetgeen men in het belaDg der stadij
noodig acht.
Zwolle, 21 November. De ingevallen vorst beeft
eeDe belangrijke verstoring in de binnen
weeg gebracht, en eene menigte binnenschi
die zoowel de vorst als den lagen w
vreezen, hebben hunue voorgenomen reizen nli
durven voortzetten. In dezen en den vorigeu naoht
heeft bet zoo sterk gevroren, dat het ijs in S0U1
inige wateren ineer dan eeu decimeter n,X
had; het vallende water doet het doorgaan ran
de vorst vermoeden.
Het (irovinciaal gerechtshof in Overijl
heeft heden Grietje Voerman, oud 34 jaren
laten huisvrouw van Jasper Schipper, laatst gj
woond hebbende te Zwartsluis, schuldig verklaa
aan kindermoord, door de gehuwde moeder
pleegd, en haar, met aanneming van verzachtende
omstandigheden, veroordeeld tot tien jaren tucht.)
huisstraf. ZuiCl.)
Frederiksoord, 21 November. De onbekendi
weldoener der Maatschappij van Weldadigbeii
die haar in 1864 25,000, in 1867 6000 en n
1870 weer 5000 schonk, heeft thans deisii
richting met 10,000 begiftigd na lezing van he
jongste jaarverslag, waaruit blijkt dat de toestan
der Maatschappij nog niet gunstig is.
Evenals de vorige schenkingen isookdezeaan
zienlijke gift, door tusschenkomst van Jhr. lit
J. K. W. Quarles van Ufford te 's-Gravenhaj
bij het Bestuur der Maatschappij ontvangen, tei.
wijl ook nu de edele gever onbekend wenschtt
blijven.
Harlinqen, 20 Novemher. In de heden gehouden
gemeenteraadszitting is gunstig beschikt op eene
aanvraag van 100 door het bestuur van het
Schoolverbond, ten einde de oprichting eener alge-
meene kinderbibliotheek, die reeds een begin van
uitvoering verkreeg, volkomen mogelijk te maken.
BUITENLAND.
Frankrjj Ia.
Sensatiebericht. Fusie. De paus in Frankrijk.
Algemeene dienstplioht.
De Parijsche beurs, die in den laatsten tijd
toch reeds zooveel schokken heeft ondergaan,
werd dezer dagen in beweging gebracht door een
gerucht, dat de generaal Valentin, kommandanl
der republikeinsche garde, en maarschalk Mac-
Mahon beiden waren betrokken iu eene Bons-
partistische samenzwering. Dit valsche gerucht
schijnt zijn oorsprong te hebben in de pogingen
tot omkooping van het leger, die in den lasteen
tijd menigvuldig door aanhangers van het oudt
régime zijn in 't werk gesteld.
De Ind. Beige, die gisteren vol vertrouwen ver
zekerde, dat de pogingen tot eene fusie tusschen
de huizen van Orleans en Bourbon niet de
minste kans van slagen hadden, is heden tol
andere gedachten gekomen, waarschijnlijk dooi
het bericht van de France. Het is ons vrij onver
schillig of hij gisteren dan wel heden gelijk heeft
gehad; het zou ons alleen spijten voor den g
van Parijs. Voor de toekomst der republiek vree
zen wij van eene fusie op het oogenblik weinig
kwaads, vooral omdat de hertog van Aumale en
de prins van Joinville in allen gevalle aan hou
beginsel van volkssouvereiniteit getrouw schijnci
te blijveD. Indien de ineensmelting kort na tel
Parijsche treurspel was tot stand gekomeo
zij misschien een grooten invloed hebben uitge
oefend. Sedert dien tijd echter heeft de graaf de
Charnbord (die dan toch altijd de eerste recht
hebbende zou blijven) zich door zijne witte-vlag-
manifesten onmogelijk gemaakt.
Het Journal dei Débats deelt een gesprek mede,
dat een zijner vrienden met Thiers zou gehad
hebben over het plan van Pius IX om naar Frank-
Met taaie, bewonderenswaardige volharding
bleef de oude op haren post voor de kamerdeur,
onbeweeglijk als een lijk.
Eerst toen zij het luide gesnurk van haren
man onderscheidde en daardoor zeker wist dat
hij sliep, opende zij zachtjes de deur en sloop
als eene kat om den man heen naar het hoofd
einde van het slapende kind.
Hare hand beefde echter hevig, toen zij onver
hoeds het hoofd van den beul even aanraakte.
Zij wist dat haar leven op het spel stond maar
zij moest de kleinooden hebben, al ware het
slechts om bevrediging te zoeken voor haar on
tembare begeerte en ijdelheid. Het pakje was in
hare hand en rustig sliepen beiden, de beul zoo
wel als de argelooze onschuld naast hem.
De afschuwelijke vrouw sloop nu als een slang
naar buiten, haar buit als met de klauwen eens
tijgers vasthoudende.
Zij bereikte de benedenruimte op hetzelfde
oogenblik, toen Thiele de huisdeur opende. Bijna
verschrikt zag zij hem aan, want een woeste
moordlust schitterde uit de kleine arglistige
oogen.
„Wat is er gebeurd?" vraagde zij haastig.
„Nog Diets! Er moet echter spoedig iets gebeuren,
antwoordde hij met een heesche stem.
„Is het waar, wat de oude van Sophie vertelt?"
Thiele knikte.
„Ziehier wat ik buit gemaakt heb," ging de
moeder voort. „Dat zijn de kleinooden, waarvan
ik u vertelde."
„Zij had bij deze woorden het pakje geopend
en hield hem nu den glinsterenden ketting voor.
Thiele greep er gretig naar, woog deD ketting
en sloeg een onverschilligen blik op het beeld.
„Wat is dat I" riep hij verwonderd. „Alcken's
Sophie, zooals zij er werkelijk uitziet!"
De oude ontrukte hem het af beeldsel en hield het
tegen het haardvuur.
„Waarachtig," zeide zij, daar hebt gij gelijk in.
Dat is Sophie met haar gele haar en oogen als
vergeetmijnietjes, maar deze lacht en ik heb
Sophie nooit zien lachen.
Thiele had den riug gegrepen en de letter met
de kroon ontdekt.
VaD een letter had het geheele gezin niet het
miDSte begrip, maar de kroon was voor hen een
duidelijk teeken, en de kleinooden verkregen
daardoor eene hoogere beteekenis in hunne oogen.
„Wat beginnen wij er mee, Thiele?" vraagde
de oude na een poos.
„Ik zal ze tot ons voordeel aanwendeD," her
nam de ander, „en denk dat het best is dadelijk.
Waar is de oude?
„Hij slaapt."
„Des te beterHet sloeg op de klok van
St. Crucis zoo even negen uren. Dan is het juist
nog vroeg genoeg om Johan Duve optezoekeD."
„Dat zal niet gaan, mijn zoon. Men zal u niet
meer inlaten."
„Ik zal de deur wel openen," antwoordde
Thiele trotsch, en buitendien zou het morgen te
laat zijn; als de oude den roof bemerkt.
„Gij hebt gelijk, het moet van avond nog ge
beuren. Vooruit dan maar, zonder dralen."
Thiele stak het pakje in zijn zak en verwijderde
zich zacht, om zijn vader niet wakker te maken.
Daarbuiten huilde de storm heviger dan ooit en
viel de regen bij stroomen.
HOOFDSTUK IV.
Het huis van den beul stond op zichzelf. Onge
veer twintig schreden verder bevond zich het
naaste buurhuis in dezelfde straat, den kleinen
„Wulfeshorn."
Hier woonde mooder Alcken, en dit was zoo
Datuurlijk, daar zij als de moeder der verbrande
heks wel het eerste recht op de nabuurschap van
den beul bezat. Zij was toch ook door het vree-
selijke lot der ongelukkige dochter half en half
door de maatschappij verstooten, welke zich van
ouds bij deze rechtspleging door een duivelsche
hardvochtigheid heeft doen kennen.
Het was slechts eeDe armoedige hut, waarin
moeder Alcken met haar kleindochter woonde.
Overschrijden wij den drempel er vaD.
Niet ongezellig, zooals de woDiug des beuls, is
deze armoedige ruimte.
Reinheid lacht ons uit eiken hoek te geinoet,
en daar op de armoedige maar reine legerstede
rust een gestalte, als van een betooverde prinses.
Wel heeft de ruwe Thiele gelijk! Het oog der
ijverzucht had de gelijkenis tusschen het geheim
zinnige beeld en dit jonge meisje spoedig her
kend.
Hetzelfde licht blonde haar, dezelfde blauwe
oogen, ja het geheele wonderschoone gelaat trek
voor trek, slechts de vroolijkheid ontbrak.
Ware Sophie Alcken op een vorstentroon ge
boren, waren deze schoone, buigzame vormen
de pracht des rijkdoms gehuld, zij zou betoovereo'
schoon, de kroon aller vrouwen geweest zijn-
Zoo scheen zij werkelijk in deze ellendige ruiuite.
door nood en armoede omgeven, de betooverde
prinses van een sprookje te zijn.
Aan haar leger stond dokter Albert Horn. Hij
hield haar koortsige hand in de zijne en voelde
opmerkzaam de zieke den pols. Achter hem stond
moeder Alcken, met een kloppend hart de uit
spraak des dokters afwachtende.
Wordt vervolgd.)