-iriëu en wouden voortbrengen, Chicago als «chenpersoon aaD New York levert, get is to' "°ff 108 n'et mogelijk te bepalen, groot het geldelijk verlies is, noch hoe de brand zich heeft uitgestrekt. Gelukkig j geen groot verlies van menschenlevens te be- jeuren, maar duizenden zijn zonder dak en toorloopig zonder middel van bestaan. Het is te jDpen, dat spoedig daarin voorzien worde en j|e reden om dit te verwachten, waar reeds moreel gedaan wordt. Toch heeft ook deze ramp een lichtzijde. Zij namelijk Chicago fraaier en beter doen her- [en. Met de gedachte daaraan zal men er niet .^r houten woningen laten bouwen, die niet echts onsierlijk, maar ook gevaarlijk zijn, daar bioogo zoowel aan den wind der prairiën als j dien van het meer is blootgesteld. 'rELEOiJtAiMiyiEiy. Berlijn, 23 October, In de zitting van den ttsla^ is het wetsontwerp tot het stichten van 'gijksoorlogsfonds aan de commissie voorliet •toet gerenvoyeerd. Bij de gevoerde debatten loogde de Minister van Financiën, de heer mphauseD, dat dit ontwerp eene bepaald vre- ilievende beteekenis had. Hoe meer Duitschland den oorlog is toegerust, hoe meer men zich bedenken het aan te vallen. Betreffende het wetsontwerp tot amortisatie van s5 percents-leening van 1870 werd besloten tot e tweede lezing over te gaan. De heer von Delbrück gaf mededeelingen be- effende de wijze, waarop tot nu toe de Fran- he oorlogscontributie werd gebezigd. Hij con- teerde dat de Fransclie Regeering thans fei- ■lijk lib milliard heeft betaald. De verrekening jo die som heeft nog niet. plaats gehad. Over t voorstel om verder mede te deelen hoe de iUen zullen worden besteed, verklaarde hij zich iet te kunnen uitlaten. Londen, 23 October. De Times deelt het vol- -»ie als gezegde van Napoleon mede: „Ik ge il liet aan eene Bonapartistische samenzwering, -;il Frankrijk door rust van zijn rampen omen moet; omdat de tegenwoordige voor- pige regeering geen regeeringsvorm uitsluit, i geen besluit der Kamer maar slechts een ebisciet mij de souvereiniteit over Frankrijk loemen kan. Officieren, die mij verzoeken hen ii hun eed te ontslaan, heb ik dit geweigerd, aar ik veroorloofde hun in den dienst van hun nd te blijven. JUdrid, 23 October. In de Cortes heeft de min. ndan aan Torino en Jose Hevia geantwoord, at het gouvernement de Internationale zonder enade zal vervolgen en dat de rechtbankeu over e redevoeringen, den vorigen dag uitgesproken, heslissen zullen hebben. Parijs, 21 October. Vautrain is tot president an den algeuieenen Raad der Seine gekozen; iltré en Cautagrel tot vice-presidenten. Versailles, 24 October. De meeste algemeene den heiiüen tot presidenten gekozen aanhangers r tegenwoordige regeering; men noemt onder «deren Pouyer-Quertier in het dep. der Boveu- ine en Casimir Périer in dat van de Aube. Thiers heeft gisteren den pauselijken nuntius higi, ontvangen. Over de vertegenwoordiging n Frankrijk te Rome is nog niets beslist. Wcenen, 24 October. Naar aanleiding van de Irijke verzoekschriften, die bij den Gallicisclien nddag ingekomen zijn, om aan uitgeweken olen in Galicië een ongestoord verblijf toe te aan, besloot de Russische regeering aan die olen, die niet zwaar gecoinpromiteerd zijn en ch bij een Russisch gezantschap of bij den ste- houder te Warschau aanmelden, den terugkeer vergunnen. Londen, 24 October. Graaf Davilliers heeft aan e Times geschreven, om tegen te spreken, dat apileon verklaard zou hebben slechts als over- 'ioaaar of dood naar Parijs terug te keeren. De kamer van koophandel te Manchester heeft "teren met algemeene stemmen besloten, al te «ren de in beschermenden geest voorgestelde ijtigingen van het handelstractaat met Frankrijk. Gemeenteraad. ALGEMEEN VERSLAG het verhandelde in de seotiën van den Go- maenteraad, bij het onderzoek van de begroo ting der gemeente LEIDEN voor 1872. Algemeene beschouwingen. In slechts ééne sectie werden algemeene beschou wen gehoord: de meerderheid verklaarde, dat t eindcijfer der uitgaven in vergelijking met dat sn andere jaren inderdaad ongunstig kon genoemd orden, Eén lid toch meende, dat dit ruim f 57000 toger was dan der vorige begrootingeene vermeer- ring niet onaanzienlijk op een totaal van ruim 4 Hij gaf toe, dat wilde men eene juiste vorgelij- 'g tuBschen de eindcijfers der beide bedoelde be- "otingen maken, er termen zouden te vinden zijn, 11 vaa die f 57000 af te trekken eene som van 1°. 11000 voor het bouwen eener nieuwe school en 2°. - f 9000 tot belegging op het Grootboek bestemd, °or welk gezamenlijk bedrag op de voorgestelde be- "otiug 23000 aan uitgaven meer voorkomen dan P die van den loopenden dienst. Ook wat de inkomsten betreft meende dat lid de op- 'ftking niet achterwege te moeten laten, dat op de ö°rgestelde begrooting als eerste post van ontvangst inkomt een aanzienlijk batig saldo van 37000 ilechts 60Ü0 op de vorige begrootingdus f 31000 meer. Hij had zich gevleid dat die som bunnen strekken tot vermindering van den hoof den omslag met 31000, dat is met bijna de Dit is echter geenszins het geval en aan den wordt voorgesteld den hoofdelijken omslag we- 1 tot hetzelfde bedrag te heffen als voor den loo- dienst is bepaald, niettegenstaande die dienst •fer zijne ontvangsten #en batig «lot telde van "hts ruim 6000. .Een ander lid meende te moeten opmerken, dat '^tegenstaande het eindcijfer zeer hoog was, men ^aan toch niet te veel waarde kon hechten, daar, huneer men de werkelijke uitgaven over 1870 post °°r post naging, men tot de ervaring zou komen, at bij meerdere artikelen de uitgetrokken som te °°g was geraamd, zoodat bij eene meer juiste ra- •ajg het eindcijfer wellicht nog lager zal worden. eü derde lid meende bij deze algemeene beschou "ngen de aandacht van het dagelijksch bestuur te ^ten vestigen op de onregelmatige werking van het belastingstelsel. Door de aangenomen splitsing worden velen, die betalen kunnen, gebaat en anderen, die minder vermogend zijn en geen© nering doen of kamers verhuren, bovenmate gedrukt. Hij wenscht dus dat door eene doelmatige wijziging hierin ver betering wordt gebracht. Daartegen werd door een ander lid opgemerkt, dat het beginsel van te beffen van het gedeelte dat in eigen gebruik is, toch juist is. Wijziging op het oogenblik, dat voorstellen tot herziening van het belastingstelsel door den Minister zijn toegezegd, komt hem niet wenschelijk voor. INKOMSTEN. HOOFDSTUK II. OPBRENGST VAN BELASTINGEN EN HEFFINGEN. Afdeeling IV. Heffingen voor het gebruik van openbare plaatsenwegtn, werken en inrichtingen. Volgn. 15 en 16. In twee sectiën wordt door de Voorzitters medegedeeld, dat de opbrengst van school gelden door vermeerdering van leerlingen hooger kan worden geraamdart. 15 f 800 (Gymnasium) en art. 16 f 475 (Hoogere Burgerschool). Afdeeling IV. Andere belastingen en heffingen. Volgn. 19. In ééne sectie meent men, dat deze post, in aanmerking nemende de opbrengst over 1870 en die over de zeven eerste maanden over 1871, wel op f 2000 kan geraamd worden. HOOFDSTUK III. Baten en opkomsten spruitende uit gemeente-eigen dommen en bezittingen. Volgn. 23. Een lid wenscht de aandacht van het dagelijksch bestuur te vestigen op den slechten toe stand van de ypenboomen, staande langs de grachten en op de pleinen der gemeente en wenscht dat een nauwkeurig onderzoek worde ingesteld nuar de oor zaak, waarschijnlijk de ypenkever, ten einde middelen in het werk te stellen, die tot verbetering konden leiden. Volga. 27. De meerderheid der leden van eene sectie vindt de prijs van het gas te hoog gesteld, tegen de grove winsten, die de fabriek afwerpt en wenscht die te verlagen. HOOFDSTUK V. Buitengewone Ontvangsten. Volgn. 41. Een lid in een der sectiën maakt be zwaar in het toestaan van het geraamde cyfer van f 17000 door verkoop van inschrijvingen in verband met n°. 116: Kosten van aanbouw van een school lokaal, waarvoor een som van f 17000 benoodigd is. UITGAVEN. HOOFDSTUK I. HUISHOUDELIJK BESTUUR. Afdeeling I. Bezoldigingschrijfloonen enz. Volg. 47. In eene sectie wordt door een der leden de opmerking gemaakt, dat in het algemeen de amb tenaren in dienst der gemeente niet genoegzaam naar de behoeften des tijds gesalarieerd worden en we) inzonderheid die bij dit nommer bedoeld. Andere leden in deze sectie zoowel als de meeste ledéh in eene andere sectie verlangen kleiner getal van ambtenaren, waardoor dan reeds betere bezoldiging te verkrijgen was. De wenschehjkheid werd betoogd, om bij vacaturen dit getal zoo mogelijk te vermin deren, daar het beter was minder ambtenaren te hebben, maar die alsdan meer voldoende te salarieeren. Om die zaak juist te kunnen beoordeelen wordt ver- eischt een duidelijke omschrijving van den aard en het gehalte der werkzaamheden aan ieder der ver schillende beambten opgedragen. Volg. 48. In eene sectio is een der leden van oordeel, dat bij vacature van Boden wel eenige be zuinigingen zijn toe te passen, vermits de jaarwedden te hoog kunnen genoemd worden, in vergelijking met die van sommige ambtenaren ter gemeente-secretarie. Volg. 51. In eene sectie wordt de vraag gedaan of deze zaak niet zou kunnen worden geregeld evenals zulks bij andere besturen plaats vond In een andere sectie werd door een lid gevraagd, of het noodig is de betrekking van archivaris te be stendigen Afdeeling II. Andere kosten van dage lijksch bestuur. Volgn. 58. In al de sectiën vond de voorgestelde restauratie van de Raadkamer ernstig bezwaar. In de eene wenschte men, dat die uitgaaf voor dit jaar achterwege bleef. In een andere achtte de meerderheid de geraamde som veel te hoog, de daaronder begrepen som voor een nieuw aan te koopen lichtkroon en voor het veranderen der zitplaatsen niet noodig, en slechts f 600 voldoende voor een nieuw behangsel in de raadkamer en voor het doen verwen van die kamer. In de overige sectie meenden al de leden, dat het voor de enkele avondzittingen onnoodig is eene licht kroon te plaatsen, die wel is waar de kamer zou versieren, maar voor het doel ongeschikt en veel te kostbaar zou zijn. Een lid had nog bezwaar in de f 850 voor buiten gewone werken, meenende dat het geheele onderhoud moet gevonden worden uit eene vaste jaarlijks uit te trekken som. Volg. 63. In éene sectie gaven alle leden hunne bevreemding te kennen over net aanmerkelijk bedrag der kosten van nieuwe bevolkingsregisters, en wenschten door eene meer breedvoerige omschrijving gaarne eenige ophelderingen te ontvangen. In eene andere sectie werd gevraagd of dat werk niet kon worden aanbesteed, om tot een minder cijfer te geraken, daar men deze post verbazend hoog vmdt. Volgn. 69. In twee sectiën werden inlichtingen verlangd, waaraan deze gelden worden besteed, omdat het niet op den weg van het gemeentebestuur ligt steeds nieuwe voorwerpen aan te koopen. HOOFDSTUK II. Kosten voor werken en inrichtingen lot openbaren dienst bestemd. Volgn. 70. In eene sectie werd gewenscht aanwij zing van de plaatsen, waar de bestrating geschieden zal. In eene andere sectie wenschten de meeste leden, dat er voor gewoon onderhoud niet meer keien wer den aangevraagd dan bij het aannemingscontract is bepaald. Volgn. 71. In eene sectie werd gevraagd, waarom het onderhoud bij sub 2 en 3 bedoeld ook niet wordt aanbesteed In eene andere sectie meende een lid de aandacht van het dagelijksch bestuur te moeten vestigen op het gebruik, dat door de cavalerie wordt gemaakt van ae Singels en het wenschelijk geacht, dat daaraan een einde kwam. Een ander lid meende evenwel, dat wanneer de Singels voor rij- of andere voertuigen werden open gesteld, de infanterie en cavalerie in hetzelfde recht moesten deelen. Volg. 74. De meerderheid in eene sectie verlangt, (kt het onderhoud van het Liernursche stelsel la. d ais eene afzonderlijke uitgaaf wordt gebracht achter het Ilde Hoofdstuk, daar dit werk van te veel be lang wordt geacht, om een onderdeel van een artikel uit te maken, vooral ook met het oog op de geschie denis der zaak. Volgn. 75. In eene sectie wordt de wenschelijkheid betoogd, dat in het contract van aanbesteding van het uitdiepen der grachten wordt vermeld, dat op enkele tijden van het jaar niet mag worden gebaggerd. I Volg. 76. In eene sectie meende men, dat dit Werk, tot dusver aan éen persoon opgedragen, kon worden aanbesteed. Verder werd de vraag gedaan, in hoever door de Gemeente Commissie van het Nederduitsch Hervormd Kerkgenootschap het onder houd van het uurwerk op de Marekerk zal worden bèstendigd, daar het voor velen een zeer groot onge rief zou zijn indien zulks werd nagelaten. Volgn. 78. In eene sectie verlangde men bij de beperking der posten onder eigen beheer, vooral met het oog op de aanstaande aanbesteding van het uit diepen der grachten, de som met f 200 te vermin deren. Volgn. 80. In eene sectie vragen sommige leden of de levering niet kan worden aanbesteed, bij het toenemend gebruik van duinwater en met het oog op de enorme hooge kosten van den aanvoer tegen over de betrekkelijk geringe kosten van het water zelve? dan wel, of het nog niet meer raadzaam was om, hangende de onderhandelingen der gemeente met 's-Gravenhage omtrent die zaak, de beslissing af te wachten, ten einde alsdan pogingen te kunnen aan wenden, om van dien kant op uitgebreider schaal en rechtstreeks door eeDe waterleiding het benoodigde water te kunnen verkrijgen. HOOFDSTUK III. Kosten voor eigendommen welke de gemeente naar het burgerlijk recht bezit. Volgn. 81. In éene sectie vestigen eenige leden de aandacht op de som van ƒ1200 voor den aanleg van eene muziektent. Zij meenen dat, bij de tegenwoor dige overvloedige gelegenheid tot het hooren van muziek, zoowel voor de meer- als voor de minge- goede klasse, zulk een uitgaaf als geheel overbodig kan beschouwd worden. Ook kan de meerderheid zich niet vereenigen met de vergrooting van het telegraafkantoor, welke uitgaaf kan vermeden worden. HOOFDSTUK V. Kosten der openbare veiligheid en van de brandweer. Volgn. 89. In al de sectiën werd door of namens den heer Burgemeester voorgesteld de jaarwedde van den 2den Commissaris van politie met ƒ200 te ver- hóogen. Ia eene sectie werd besloten dat voorstel te be handelen bij de begrooting in de algemeene verga dering. In eene andere sectie werd dit voorstel door al de leden gunstig opgenomen. In eene sectie verklaren de meeste leden zich tegen hét toestaan der gevraagde verhoogingterwijl een lid daarbij nog opmerkt dat de jaarwedden van de Commissarissen van politie ingevolge art. 191 der gemeentewet door den Koning worden bepaald en de Gemeenteraad dus niet geroepen is, om in deze het initiatief te nemen. Volgn. 95. In eene sectie wordt door den Voor zitter opgemerkt, dat de uitgetrokken som eenige verhooging zal moeten ondergaan door het raads besluit om het getal spuitgasten van 60 op 80 te brengen. HOOFDSTUK VI. Kosten der plaatselijke gezondheidspolitic. In éene sectie was men van meening, dat de beide posten, onder volgn. 102 en 103 te zarnen op f 275 gecierd, de kosten der plaatselijke gezondheidspolitie uitmaken. Vele leden zagen gaarne, dat onder dit hoofdstuk jaarlijks werd gevoegd een artikel met een betrekkelijk aanzienlijk cijfer, bestemd om daaruit goed te maken alle kosten voor reiniging ea desinfectie van huizen enz en verder al die uit gaven welke kunnen strekken om de gezondheid en het welleven der ingezetenen te bevorderen, waarvan de regeling en uitvoering later zouden kunnen worden vastgesteld. HOOFDSTUK VII. Kosten voor het onderwijs. Volgn. 106. In éene sectie maakten twee leden be zwaar in het toestaan der gelden uitgetrokken voor het onderwijzend personeel aan de Tusschenschool. Het bouwen der school scheen niet noodzakelijk, vooral met het oog op de bijzondere scholen die in de meerdere behoeften kunnen voorzien. Andere leden meenen, dat met het oog op de bestaande verordeningen de gelegenheid tot opname van leerlingen moet bevor derd worden. Volgn. 108. In twee sectiën werd medegedeeld, dat na het opmaken der begrooting was ingekomen een voorstel van de Plaatselijke School-Commissie, om in drie scholen glazen afscheidingen of glaswanden te maken. In beide sectiën acht men die verbetering wenschelijk. Volgn. 110. In eene sectie werd toelichting ver langd waarom deze post zoo hoog is uitgetrokken. Volgn. 116. In eene sectie verlangt men bij eene buitengewone uitgaaf van ƒ17000 eene meer berede neerde toelichting dan nu gegeven werd. HOOFDSTUK VIII. Kosten voor hel armwezen. Volgn. 122. In eene sectie werd gevraagd, welke godshuizen hier bedoeld worden en geantwoord, dat de zieken tot dusver in het Caecilia Gasthuis worden verpleegd tegen eene vergoeding van 30 cents daags en het ontbrekende verstrekt wordt uit de fondsen van het gesticht. Men wenscht voortaan de omschrijving wat nader aan te wijzen. Volgn. 129. In eene sectie baarde het verwonde ring, dat deze post op het bij raadsbesluit van 22 April 1869 bepaalde maximum geraamd was. Men meende dat, in aanmerking genomen het in 1870 uit betaalde, een som van ƒ2000 voldoende was. HOOFDSTUK X. Andere uilgaven. Volgn. 143. In éene sectie wenschte men, dat de Raad werd ingelicht, in hoeverre Burgemeester en Wethouders gevorderd zijn met de onderhandelingen betreffende het jaagpad in gemeen met Utrecht en Woerdenalsmede dat door eene raadscommissie wordt onderzocht, of het noodzakelijk en goed is, om voor gemeenterekening eene bank van Leening te besten digen en hare voorstellen dienaangaande den Raad aan te bieden. Voorstel van de Commissie van Financiën, betrekkelijk de plaatselijke directe be lastingen. Pij gelegenheid dat zij zich bezig hield met het onderzoek van de begrooting voor 1872, had de Com missie van Financiën eene zeer natuurlijke aanleiding om ook de vraag te overwegen, of voor het genoemde jaar moest worden vastgehouden aan het Raadsbesluit waarbij de heffing eener plaatselijke directe belasting laatstelijk werd geregeld? Ofschoon nu als vroeger gaarne erkennende dat wezenlijke gebreken die regeling aankleven, heeft zij toch gemeend de bovengenoemde vraag toestemmend te moeten beantwoorden. De quaes- tie van de zoogenaamde income-tax schier jaarlijks in de vergadering te werpen, zou naar hare overtuiging niet strekken tot verhooging van het gezag dat aan de Raadsbesluiten moet worden toegekend, en daaren boven weinig strooken met het wezenlijk belang der ingezetenen, daar dit belang onmogelijk kan meebren gen dat men telkens en telkens weder groot© veran deringen brenge in de grondslagen waarnaar de belas tingen geheven worden. Om over het thans geldende stelsel een definitief oordeel te kunnen uitspreken, meent de Commissie een ruimere ervaring te moeten afwachten dan op dit oogenblik verkregen isen dit te eer omdat wanneer men na verloop van een of twee jaren tot het invoeren van eene zuivere inco- metax mocht willen besluiten, het mogelijk bestaan van eene soortgelijke belasting bij het Rijk do ten uitvoerlegging van dergelijk besluit dan misschien veel gemakkelijker zoude maken dan nu het geval zoude zijn. Het was intusschen eene andere vraag of men niet met het behoud van de tegenwoordige belasting door deze of gene wijziging van ondergeschikt belang te gemoet zou kunnen komea aan sommige bezwaren, ook weder in den laatsten tijd tegen onze belasting gerezen. Aan den wensch van enkelen, die op de pas ingevoerde splitsing ten behoeve van hen die kamers verhureD, zouden willen terugkomen, kan zeker niet worden voldiian, omdat, naar de overtuiging van Uwe Commissie althans, die splitsing in hel stelsel van belasting, alhier aangenomen, volkomen past. Maar al eerbiedigt men dat stelsel volkomen, zoo zou de uitgesproken wensch toch ten deele kunnen worden bevredigd, wanneer men aan bet slot van artikel 5, eerste zinsnede, van het Raadsbesluit, dd. 29 Decem ber 1870, deze woorden toevoegde: //De huurwaarde van dat gedeelte, verhoogd met twintig ten honderd, zal voor den hoofdbewoner grondslag van belasting uitmaken." Het gevolg van deze wijziging, welke de Commissie van Financiën de vrijheid neemt hierbij aan het oor deel van Uwe Vergadering te onderwerpen, zal na tuurlijk zijn, dat de verhuurder van kamers in het vervolg eenigszins hooger wordt aangeslagen dan nu laatstelijk het geval was, terwijl toch het beginsel gehandhaafd blijft dat niemand belasting schuldig is voor het gedeelte) van zijn huis dat anderen in gebruik hebben. De Commissie gaat daarbij namelijk uit van deze stelling, dat het gebruik van verhuurde kamers, namelijk in eene stad als Leiden, waar die kamers in den regel althans vier maanden van bet jaar, le dig staan, gedurende een goed gedeelte van dat jaar niet geheel voor den hoofdbewoner verloren gaat, en dat het billijk is ook op dat feit te letten bij het bepalen der huurwaarde van dat gedeelte van het huis, 't welk hij voor zichzelven behoudt. Een soort gelijk beginsel werd dan ook door den Rijks wetge ver aangenomen, waar hij de belasting op het perso neel vaststellende, splitsing van perceelen voor pakhui zen, magazijnen enz. slechts ten deele toeliet. Uwe Commissie heeft daarentegen geen raiddel gevonden om een ander bezwaar weg te nemen, tegen de tweede zinsnede van artikel 5 aangevoerd, houdende o. a., dat als verhuurde kamers enkel worden aange merkt die, welke op het oogenblik dat de schatting plaats heeft, werkelijk verhuurd zijn. Laat men dit beginsel los en gaat men afschrijving van huurwaarde toelaten ook voor kamers, die niet nu maar vroeger verhuurd werden en misschien in de toekomst opnieuw verhuurd zullen Jworden, dau schendt men niet slechts het beginsel, dat alleen daar waar geen gebruik is van eenig deel van het huis vermindering van huurwaarde kan worden toegelaten, maar zet men ook de deur wijd open voor allerlei misbruiken, welke het zelfs niet noodig is hier aan te stippen. De Commissie zou om die reden de tweede zinsnede van artikel 5 niet willen wijzigen, en'kan daartoe te eer besluiten, om dat het genoeg bekend is dat het ledig staan van kamers, ter verhuring bestemd, althans in den tegen woordigen tijd le dezer plaatse tot de zeldzame uit zonderingen behooren. De Commissie van Financiën, Leiden, J. T. Buis. 13 October 1871. P. C. Lezwijn. H. C. Hartevelt. VERBETERING. In hel verslag van den Ge meenteraad van gisteren, staat hij de discussie over het adres van den heer Hoos: //Het praeadvies van B. en VVs. tot wijziging van het verzoek enz./' moet zijn: //lol afwijzing van hei verzoek." LAAT^Tii BEitlUHTEiV. 's-Gravknhage, 24 October. Bij Kon. besluit van 22 October 1871 zijn, na afgelegd examen, be noemd lot surnumerair der posterijen, de heeren G. Moerland te Hoorn; H. C de Maréc te Doo- tinchem; E. .1. K. van Lith de Jeude te Tiel A Franken te Doesborgh; J. A. Seesar te Uooge- zaud; H. J. Greven te Zwolle; L. J. F. Ramaer te 'sHerlogenboschS. van Delden te Deventer; P. li. Queijsen te Zwolle; J. P. Th. van der Kemp te Lobuh; H. Beets le Grouingen; en H. van Trojen te Nijmegen. Bij Kon. besluit van dezelfde dagteekening, is benoemd tot directeur van het postkantoor ie Boskoop, de heer T. Tuilekeu, thans geagreëerd klerk ten posikautore te Winschoten. Door Z. M. den Koning zijn verleend de navolgende pensioeueu als, aan: C. A. Ram, Herv. prddikant le Oosi- en West Souburg (Zee land) 994; J. H. Stork, id. te Weerselo (Overijsel) 5U0; ingaande 1 Nov. en W. Bezeuier, id. te Berlicuui c. a. (Noord-Brabaui) 899, iugaaude 1 Dec. 1871. Baron von Niethammer, voormalig gezant van Beieren, heeft heden zijne apariemenien in het Hotel Paulez verlaten en is uit deze residentie vertrokken om naar Beieren terug te keeren. Ook de luit. gen. baron von Langenau is heden mid dag te 2 uren met het Rijnspoor naar zijne nieuwe bestemming vertrokken. Het gevaar voor eene nieuwe uitbarsting der vlammen in de steenkoldnmassa, zich bevin dende in het magazijn van brandstoffen op de Brouwersgracht, waar Zondag II. brand was ont staan, was hedenochtend, nadat men gisteren den ganschen dag en avond voortdurend is bezig ge weest met blusschen en het uithalen der steenko len, geheel en al geweken. Aan het Dep. van Marine is heden aanbesteed de levering vau 22Ü0U kiiogr. rood of njniarvve; 22000 Uilogr. Zeeuwsche of witte tarwe en 14000 kilogr. iul. of pruis. rogue. Minste inschrijvers waren voor de roode tarwe, de heeren Heijinck en Co. a ƒ16 39, voor de witte de heei Jansen te N Diep a ƒ15.42; terwijl de voor de rogge inge komen monsters werden afgehaald,

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1871 | | pagina 3