Gistereuavoud omtreeks 8 uren is hier eeD ho rizontaal golvende aardbeving waargenomen, die oDgeveer twee min. aanhield. De beweging kwam uit het N.O., doch veranderde eenige malen van richting. Batavia, 11 September. Jl. Zaterdagmorgen ontvingen wij de tijding, dat het stoomschip Prins van Oranje Anjer was gepasseerd, en 's na middags liet het schoone vaartuig zijn anker vallen op Batavia's reede, na een reis van 12 dagen. Wij wenschen de Stoomvaart-Maatschappij Nederland geluk met de behouden aankomst van dezen eersteling, dien wij spoedig en geregeld door anderen gevolgd hopen te zien. De opening van het gedeelte spoorweg Batavia- Koningsplein zal aanstaanden Vrijdag door Z. E. JeD Gouverneur-Generaal plaats hebben. De handelsstand hier ter plaatse heeft een zijner oudste en geachtste leden verloren, den heer G. Suermondt, die in 53jarigen leeftijd op 1 dezer I overleed. BUITENLAND. Frankrijk. Circulaires aan en brief van Gambetta over de algemeene raden. Geschriften van officieren. Antwoord aan Benedetti. De baronesse- veekoopster. in 19de zachtjf MeosiM lieu gij lij geze en, niM jan ziju' lijn boril :en eindt kommer ,e inspet- gij koop jene mot n daarbi verheugd hebben Van het ministerie van binnenlandsche zaken ziju twee circulaires uitgegaan aan de prefecten over de algemeene raden, die Maandag a. s. hunne eerste bijeenkomsten zulleD houden. De eerste circulaire, die gt teekend is door den heer Cal rnon, ondersecretaris van staat bij het departement, geeft een volledig overzicht van de wijzigingen k in het oude departementale regime gebracht i,o door de wet van 10 Augustus 1871. De tweede, tor deu lieer Casimir Pórier zelf onderteekend, iandelt over de zittingen der algemeene raden cn de departementale commissiën, die zooals uieD hveet de leiding der zaken op zich nemen wan nier de raden uit elkaar gaan. De minister geeft Jaarin wenken over de wij ie van beraadslaging van het onderzoek der geloofsbrieven enz., die voor de algemeene raden zelf meer waarde heb ben dan voor ons. Over het algemeen straalt uit zijue circulaire een volledig vertrouwen door in de goede gezindheid der verschillende vergade ringen, maar herinnert hen even als reeds bij eene nota van 8 October was geschied, aaü art. 51 der nieuwe wet, dat de algemeene raden volkomen vrijheid geeft, hunne wenschen kenbaar [Ie maken over administratieve oeconomiscbe juaestiën, maar het politiek terrein voor hen Insluit. In denzelfdeu zin spreekt Gambetta, die zijne gedachten eu wenken aao de nieuwe departe mentale vertegenwoordiging doet toekomen door middel van een brief aan een harer leden uit bet departement l'Allier. Gambetta verheft vooral len sterkste zijne stem tegen iedere inmenging [die de definitieve vestiging der Republiek of de l.-olbiuding der Nationale Vergadering ten doel hebben. Is de voornaamste roeping van de algem. «u beschouwt hij vooreerst een nauwkeurig mierzoek naar den oeconomischen toestand van Itdir departement, naar de ware behoeften en islpbronnen, en vooral naar den staat van het f'ger onderwijs. Deze quaestie heeft op het oogen- lik den voorrang, zoo zegt hij, boven alle mo- lelijke andere. Op die wijze zullen de alge mene raden meer nut eu voordeel aanbrengen door over te gaan tot hevige en abstracte Metwisten. Het voorbeeld van den Parijscben l'meenteraad, die alle partijhaat op zijde heeft eten te schuiven om in het ware belang der loofdstad werkzaam te zijn wordt daarvoor door i'm aangehaald. Voorts herdenkt Gambetta met voldoening de "kiezingen van 8 eu 15 October, die hij als een tachtige uitlating van den volkswil voor de de- 'ocratie beschouwt. Hij waarschuwt ten slotte tegen de half-repu- 'ikeinen, tegen hen, die onder den naam van ['publiek, alle royalistische instellingen laten be- asu en tot iedere transactie te bewegen zijn. is te begrijpen, dat een oprecht, vurig repu- likem als Gambetta met dergelijke menschen het minste sympathiseert en het bewijst ukt ons geheel vour de eerlijkheid zijner over- 'giug. Maar uit een utiliteits-oogpunt heeft de Beige gelijk, wanneer zij den volksman er op '9l, dat door de hulp van die transigeerende ''tonen de republiek moet gevestigd worden en fij ook dikwijls voor dit doel te goeder trouw "toe transacties aangaan. Gambetta zou, zoo het blad, op dergelijke wijze kunnen spre- wanneer de republiek eenmaal stevig ge- Mt,gd is, zooals de zakeu nu staan moet hij met lauwere personen meewerken om die vestiging 'erkrygen. minister van oorlog, de Cissey, heeft naar "leiding van de vele klachten en wenschen door de officieren door middel van de pers "er het leger werden kenbaar gemaakt, een or uitgevaardigd, waarbij zij ten strengste ge- Ia't zullen worden, die zich, zoüder vergunuing, lel hunne klachten tot liet publiek wenden. let i iet De openbaringen van Benedetti hebben Bismarck aanleiding gegeven om in den Duitschen Moniteur eenige stukken openbaar te maken, die gedurende den oorlog in het bezit der Pruisen zijn gekomen, en waarop Be nedetti waarschijnlijk niet gerekend had. Daaruit wordt bewezen, dat Frankrijk in 1866 verschei dene voorslagen aan Pruisen heeft gedaan als prijs voor zijne neutraliteit, waardoor het zijne grenzen tot aan den Rijn wenschte uit te breiden. In één van die voorstellen vroeg het o. a. Lu xemburg en een of- en defeosief verbond met Pruisen voor het geval dat Frankrijk België soms mocht willen annexeeren. De Moniteur verzekert verder dat de regeering nog meer gewichtige stukken onder zich heeft, die zij niet openbaar zal maken, dan ingeval nieuwe pogingen worden gedaan om de schuld van den oorlog van 1870 op Pruisen te werpen. Voor het Parijsche gerechtshof is veroordeeld mevrouw de baronesse von Schlick. Deze dauie woonde bij het begin van den oorlog sedert ee- nigeu tijd te Parijs, hield daar een groote staatsie, en ging door voor iemand van min of meer losse zeden. Door den minister van koophandel, Clé ment Duvernois, werd zij begunstigd met ver scheidene groote bestellingen voor de provian deering der stad, onder anderen van 4,000 ossen. Terwijl zij over het algemeen inet hare leverin gen veel te laat kwam, wilde zij ook nog verscheidene van deze koeien afzetten, toen reeds de republiek was gevestigd en de nieu we minister Magniu alle door Clément Du vernois aangegane contracten voor ontbonden verklaarde. De baronesse heeft zich toen om hare koeien toch nog te doen aannemen, gewend tot den heer Nicolle, markt-iuspecteur van la Villette (waar zij de beesten had staan) doch toen deze hiertoe niet was over te halen heeft zij een zilveren theeservies gekocht en be proefd om daarmede het hart van mevrouw Ni colle voor zich te winnen. Deze vrouw is zoo krachtig geweest, zich zelfs tegen eene dergelijke verlokking te verzetten, doch de baronesse heeft haar daarop verlaten en het theeserviesje ter sluiksch bij haar aan huis laten staan. Deze slimme streek heeft haar nu na anderhalf jaar eene veroordeeling voor omkooperij op den hals gehaaid, van drie maanden gevangenisstraf en 500 fr. boete. Oostenryk-Honij;. Monarchie. Splitsing van Bohemen. Inwendige orisis. Antwoord aan kardinaal v. Rauscher. Tengevolge der vijandige verhouding tusschen de Duitschers en de Czecben komt thans bij de eersten weder een idéé boven, dat vroeger reeds geopperd, maar ook altijd bij een idéé gebleven is. De constitutioneele vereeniging in Praag, waartoe natuurlijk de Duitsche afgevaardigden van den landdag behooren, heeft namelijk het besluit genomen om de scheiding van Bohemen in twee deelen te vorderen. Het kleinste gedeelte, het noordelijke, zou dan eene zelfstandige Duit sche provincie worden en zich ongeveer uitstrek ken van de stad Eger iu het westen tot Hagenau in het oosten. Met de grootere zuidelijke helft zouden de Duitschers hunne tegenstanders dan lateu omspringen op welke wijze zij wilden. Nauwelijks had de constitutioneele vereeniging dit besluit genomen of zij werd de door officiëele Prager Zeitung beschuldigd, zich te vergrijpen aan de historische overlevering, aan Oostenrijk en aan de constitutie. De Tagesbote schreef hiertegen dat het idéé volstrekt niet zoo maar plotseling werd opgeworpen, maar dat het in 1848 en wel met ondersteuning van beide kanten reeds op het tapijt was gebracht. In afwachting dat in Wee nen nu de hooldquaestie zal beslist worden, hou den de Boheemsche bladen zich onledig met deze neven-quaestie te bespreken. De beslissing van de hoofdzaak evenwel doet vooreerst nog op zich wachten eu het is dan ook geen kleinigheid, hierin vonnis te vellen, daar toch van het antwoord des keizers op het Bo heemsche adres de toekomst van Oostenrijk voor een groot gedeelte zal afhangen. De kans dat hunne eischen zullen ingewilligd worden staat voor de Czecben op het oogenblik niet zeer schoon, voor zoover men ten minste kan afgaan op de vele tegenstrijdige berichten die door de dagbla den verbreid worden. De Hongaarsche ministers schijnen als de groote grief legen het Boheemsche adres aan te voeren, dat het dualisme of liever de overeenkomst met Hongarije daarin wordt voor gesteld als van de goedkeuring der Boheemsche algevaardigden afhankelijk te zijn. De beide ministeriën zijn voorts van oordeel, dat de wet van 1867 over de regeling der gemeenschappelijke zaken niet dan langs grondweltigen weg, dat wil zeggen door een op constitutioneele wijze bij elkander gekomen rijksraad en met '/j der stem men kan veranderd worden. Von Beust en de Hongaarsche ministers zoudeu er voorts bij den keizer sterk op aandringen, om iu zijn antwoord de Czechen op hunne auticonstitutioneele vor deringen te wijzen, en ze te weigeren als leidende tot de desorganisatie der monarchie. Welke de beslissing des keizers zal zijn op deze hedeukingen, die de zaak in het hart aangrijpen wordt met groote spanning te gemoet gezien. De Wiener Abendpost deelt het antwoord mede, dat door den minister van eeredienst, Jirecek, gegeven werd aan den kardinaal-aartsbisschop van Weenen, von Rauscher, op zijn verzoek aan de regeering om de oud-katholieken de uitoefe ning van hunnen godsdienst in de Salvator-kerk te beletten. Het antwoord is bondig en huldigt volkomen het beginsel van scheiding tusschen Staat en Kerk, voor zoover het zaken betreft, die tot ieders afzonderlijk gebied behooren. Het luidt: „Eminentie! In uw geëerd schrijven van 13 October dezes jaars, heeft Uwe Eminentie tot mij het verzoek gericht, het misbruik van de St.-Salvatorkerk door de zoogenaamde oud-katho lieken te voorkomen door afdoende maatregelen. Het spijt mij aan dit verzoek niet te kunnen vol doen, daar het in dit geval slechts de vraag is of Al. ADton het recht heeft, om in het algemeen en in de Salvatorkerk iu 't bijzonder, godsdiens tige functiën te verrichten, eene vraag die onge twijfeld van geheel kerkelijken aard is, en der halve naar de bestaande wetgeving buiten het staatsbestuur ligt. Ontvang, Emiuentie, enz." Portugal, Het vereende Iberia. In de politieke kringen van Lissabon heeft men het tegenwoordig zeer druk over een bezoek dat door den Italiaauschen generaal Lamarmora aan het Portugeesche hof is gebracht. Hoewel hij onder een anderen naam reisde is hij door het hof ontvangen, een week in Lissabon geble ven en toeu weder vertrokken. Men brengt deze reis in verband met het jongst gebrachte bezoek van den Italiaanschen kroonprins en vreest dat uien onderhandelingen wil aanknoopen om den afstand des konings ten gunste van Amadeus van Spanje te bewerken. De groote meerderheid der Portugeezen zou hier sterk tegen ingenomen zijn, maar men moet erkennen, dat een dergelijk plan voor de hoven van Florence en Madrid zeer veel verlokkelijks aanbiedt. TELKGHAMMEN. Breslau, 21 October. Hedenavond heeft eene door meer dan 3000 burgers bijgewoonde verga dering plaats gehad, ten doel hebbeode sympa thie op te wekken voor de Duitschers iu Oos tenrijk. Eeusteinmig is aangeuomeu eene motie, waar- deerende den manneüjken tegenstand der Duit schers in Oostenrijk tegen den aanval, waaraan zij van de zijde van het Ministerie Uohenwart blootstaan. De natie begroet de Oostennjksche Duitschers als de voorvechters voor eene grond wet, welke, voor verdere uitbreiding vatbaar, deu iuwendigen vrede en weivaart waarborgt, en zij spreekt de overtuiging uit, dat de stelling door de Duitschers in Oostenrijk lot dusver in genomen, bestemd is om door in de historie ge grondveste trouw en aanhankelijkheid aan den lveizersiaat, den band tusschen dezen en het Duit sche Rijk steeds vaster dicht te snoeren. Parijs, 22 October. Prins Napoleon is Zaterdag avond te Ajaccio aangekomen. Geen enkele mani festatie had plaats. Von Arniin heeft Thiers en de Remusat een bezoek gebracht. Florence, 22 October. De Naiione verzekert, dat het Gonsistorium, hetwelk den 27sten moest plaats hebben, wegens nieuwe moeilijkheden is uitgesteld. Konstaatlnopel, 22 October. De gecousolideer- den ziju ter beurze van 49.08 op 49.38 gestegen, als gevolg van het gerucht, dat liet gouverneineut voornemens is de inkomsten der moskeen aan te wenden ten behoeve van den Staat. Mustapha Fazyl-Pacha is benoemd tot Minister van Justitie en Nainyk-Pacha tot President van den Raad vau State. tienéve, 22 October. Op eene meeting der Inter nationale zijn ter eere der Commune redevoeringeu gehuudeu. De bijeenkomst was slecht bezuchl. De stad hield zich onverschillig. Londen, 23 October. Sir Roderick Murchison is overleden. De Times geeft verslag van een onderhoud, dat iemand gisteren met Napoleon gehad heeft. Hij oocheude het bestaan van een Bouapartistische intrige en verlangde een plebisciet. Koningin Victoria weigert de fenians te bege nadigen, omdat zij tot het leger behoorden. Marseille, 23 October. Voor de gemeenteraads verkiezingen waren slechts twee candidatenlijsten, eeu der radicalen en een der ultra-radicalen. Van de 73,270 ingeschreven kiezers stemden slechts 24,181; 27 ultra-radicalen werden gekozen. Negen herstemmingen moeien plaats hebben. De maire is niet gekozen. Parijs, 23 October. Het Journal Offieiel bevat eeu entrefilet, waarin de lasterlijke bewering der Bonaparti8tische bladen weerlegd wordt, dat Thiers zich zijn tractement in goud doet uit betalen, om van het agio te profiteeren. Dat trac tement is altijd in papier betaald. Het officieel blad voegt er nog bij, dat de Bo- napartisten niet willen doen vergeten, dat Frank rijk zijn treurigen toestand aan het keizerrijk te danken heeft. Overigens is hetgouvernement niet weerloos en zal het hunne aanslagen weten te verijdelen. Gemeenteraad.. Zitting van heden. Voorzitter de heer Burgemeester. Geopend te halfdrie. Tegenwoordig de heerenStoffels, Tollens, Hubrecht, de Fremery, Hartevelt, Goudsmit, Lezwijn, Evers, v. HettiDga Tromp, le Poole, Bu s, Bijleveld, Ver ster, Veefkind, Cock, Dercksen, van Outeren, van Wensen en Wttewaal. Afwezig met kennisgeving de heer Eigeman. Mededeelingen van ingekomen stukken, waaronder a. Voorstel tot verhooging van de jaarwedde van den leeraar in de staatswetenschappen aan de Hoo- gere Burgerschool. b. Voorstel tot voortzetting der parellel-klasse van de Hoogere Hurgerschool. c. Nader rapport der Commissie van fabricage be treffende het verzoek van de vereeniging Musis Sacrum ten aanzien van de verstrekking van duinwater. Aan de orde zijn de onderwerpen van behandeling 1°. Adres van P. H. Hoos, pachter van het op halen van asch, enz. dezer gemeente, waarbij hij verzoekt dat aan hem, even als aan zijne voorgan gers, de puin afkomstig van straat- en gemeente werken, welke in eigen beheer der gemeente werden gemaakt, worde afgestaan, waarop hij bij de berekening zijner pacht heeft gerekend, en die nu door de ge meente zelve wordt gebezigd tot aanplemping of net onderhoud van wegen. B. en Ws. refereeren zich aan het rapport van de Commissie van fabricage, die adviseert des adressants verzoek als niet voor eene gunstige beschikking vat baar, te wijzen van de hand. De Commisie meent toch dat uit de aangehaalde contraeten voldoende blijkt dat sedert 1 September 1846 de puin van gemeentewerken, die vroeger aan den pachter werd afgestaan, sedert dat het ophalen van de haardasch en het vuilnis met dat van de puin in hetzelfde pachtcontract is begrepen, alleen dan aan den pachter vervalt, wanneer de gemeente die niet tot hare eigene behoeften gebruikt. De Commissie zal dan ook niet geacht kunnen worden in dwaling te verkeeren, wanneer zij de meening van den adressant ten eenenmale ongegrond verklaart, omdat juist in het laatste en het nog loo pend contract het beginsel is aangenomen, dat de puin van gemeentewerken vallende ter beschikking en ten dienste der gemeente blijft, voor zooveel zij daaraan behoefte heeft, maar het overige komt ten voordeele aan den pachter, die dan ook in het alge meen enkel kan beschikken over hetgeen op de open bare straat gevonden wordt en alzoo afgestaan. De Secretaris deed voor het openen van het debat voorlezing van een nader adres van den beer Hoos, waarin deze tracht aan te toonen dat het rapport van de Commissie van fabricage op ondeugdelijke gron den steunt en nader aandringt op het toestaan van zijn verzoek. De heer Dercksen, vindt na kennisneming van het contract met den pachter, dat daarin vele duister heden voorkomen, die bij eene loyale interpretatie, waartoe de aard en het karakter van deze quaestie alle aanleiding moet geven, in het voordeel van den pachter moeten uitvallen. Hij zal inlichtingen afwachten ter bepaling van zijne stem, die tot dusver niet gun stig is voor het rapport van de commissie van fa bricage. De heer Goudsmit kan zich na de lezing van het geheele contract niet vereenigen met het advies van B. en W. Na de noodige lezing van dit contract, is zijn oordeel, dat de pachter volkomen in zijn recht is en het de bedoeling van het contract is ge weest al de puin aan den pachter af te staan en hij daartegen verplicht de puin die voor de gemeente noodig is, tegen een zekere vergoeding af te staan. De beer van Outeren verdedigt het rapport der Commissie van fabricage en zegt dat de bedoeling van art. 1 van het contract is, dat de pachter op niets anders recht heeft dan op de puin die door de ingezetenen is geabandonneerd. De heer Goudsmit beweert dat de heer van Outeren eene verkeerde juridische interpretatie aan art. I geeft, door eene min juiste opvatting van het woord abandonneeren. Spr. blijft er bij dat de pachter recht heeft rp al het puin. De heer van Outeren repliceert. De heer Buys zal het contract niet verdedigen, maar schaart zich waar het de tegenwoordige uitleg ging van dit contract betreft, aan de ztjde van de commissie van fabricage. Dit geeft hem aanleiding om in eene refutatie te treden van de uitlegging door den heer Goudsmit aan art. I gegeven. De heer Dercksen blijft na de discussie bij zijne opvatting dat als het contract loyaal wordt uitgelegd, het verzoek van den pachter moet worden toegestaan. De heer Goudimit wil de verklaring van den heer Buys niet ongerijmd noemen, maar acht dat zij vol strekt niet opgaat. De redactie is onnauwkeurig, er is volstrekt geen reserve voor de gemeente gemaakt en zij heeft dus geen recht op het puin door de commissie van fabricage bedoeld. De heer Buijs blijft bij zijn gevoelen perlisteeren. Het praeudvies van B. en Ws. tot wijziging van het verzoek wordt in stemming gebracht en aange nomen met 17 tegen 3 stemmen. Tegen. De heeren Goudsmit, Veefkind en Dercksen. 2°. Suppletoire begrooting van de dd. schutterij voor het jaar 1871. Zonder discussie met algemeene stemmen goed gekeurd. 3°. Adres van M. van Weeren, fabrikant alhier, om het gedeelte der pakhuisstraat tot de 7de Haven straat waarop onderscheidene perceelen staan die hem toebehooren, in eigendom te krijgen, om dien grond aan zijn fabriek te verbinden. Het afwijzend praeadvies op dit verzoek van B. en Ws. werd zonder discussie met algemeene stemmen aangenomen. Niets meer aan de orde zijnde wordt de vergade ring gesloten. Vergadering van den Gemeenteraad van Leiden op Donderdag, den 26sten October 1871, des middags te een uur. Onderwerp: De gemeente begrooting voor 1872. De stukken betrekkelijk dit onderwerp zijn in druk, tegen betaling der kosten ter Gemeente-Secretarie ver krijgbaar. Marktberichten. Amsteudah, 23 October. Rogge, N. Pruissische 230; N. Galatz 220jarige idem. 210; jarige Odessa 210; Gebr. idem. 177; Petersburg 206 206. Leve ring, October voor 1 uur 209; na 1 uur 209, 208; Maart 218; Mei 220; aangezegd 500 last; totaal 12925. Raapolie 6/vv. 50; vliegend 48$t;Hei52% November 48%, 43%; December 48%, 48%.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1871 | | pagina 3