Maandag
23 October.
N°. 3590.
A0. 1871.
LEinscn
DAGBLAD
PRIJS DEZER COURANT.
Voor Leiden per 3 maandenƒ3.00.
Franco per post3.85
A.fzonderlijke Nommers0.05.
Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering van
Zen- en Feestdagen, uitgegeven.
PRIJS DER ADVKHTKMTIEM
Voor iederen regol0.15.
Grootore letton naar de plaatsruimte die zij beslaan.
Lelden, 81 October.
Thans heeft ook de Minister van Marine, de
teer Brocx, een verslag bij de Kamer ingediend
:opens de maatregelen bij de zeemacht genomen tot
Moving onzer neutraliteit in den zomer van 1870.
Ua eene gedetailleerde opgave van de bodems,
aaruit de binnen 's lands in dienst zijnde scheeps-
acht bij het uitbreken van den oorlog en het
sluit onzer Regeering tot inachtneming eener
trikle doch gewapende neutraliteit bestond, lezen
vij de volgende mededeelingen
Onder de rubriek materieel. De rammen en mo
nitors het nieuwe materieel voldeden aan
alle eiscben van strijdvaardigheid. Veilig mag
ineo aannemen dat geene natie tegenover dit ma
terieel van beperkten diepgang, in onze vaarwa
ters krachtiger en beter strijders had kunnen
stellen. Zelfs op den huidigen dag bezit geen der
neenide natiën Rusland misschien uitgezon-
èad een belangrijk aantal gepantserde sche
en van geringen diepgang, die tot onze vaarwa-
rs kunnen doordringen.
Het was dan ook, indien wij op de eene of
ndere wijze in den oorlog waren gewikkeld ge-
orden, te verwachten geweest, dat men bij een
aanval van de zeezijde, daarvoor ook houten
ichepen gebezigd zou hebben, en juist tegenover
die schepen waren de gepantserde batterijen,
verdedigingsvaartuigen en kanonneerbooten, be
nevens het in dienst gestelde houten materieel,
niet geheel zonder beteekenis.
Uit een vergelijk van de data waarop de in-
dienststelling der verschillende bodems werd be
rden en die bodems werkelijk gereed waren,
blijkt dat de monitors Krokodil en Cerberus 6, het
ramtorenschip Prins Hendrik en de stoombatterij
le Ruiter 10 en het ramschip de Stier 14 dagen
lebben vereischt om uit den staat van conserva
tie ie worden gebracht in dien van geheele ge
reedheid.
Bij de Slier had men moeite met het ineenzet
ten der gecompliceerde en ineengedrongen werk
tuigen.
De de Ruiter vereischte voorziening aan het
roer en de luchtkokers op de plechten, later ook
aan de affuiten. Bovendien was het logies niet
geheel gereed.
De Cerberus bleek, met volle kracht stoomende,
een lek te hebben in het achterschip, dat ech-
Ier niet gevaarlijk was en later geheel is her
steld.
niettegenstaande deze gebreken had de indienst-
telling op den bepaalden datum plaats en waren
ie schepen in de medegedeelde tijdsbestekken
gereed. Neemt men in aanmerking dat voor de
indienststelling van schepen, welke in de eerste
klasse van gereedheid verkeeren, in den regel
drie weken wordt gesteld, dan is voorzeker de
'ijd, in den vorigen zomer tot de indienststelling
besteed, kort te noemen.
Gebreken als de bovengenoemde en tegenspoe-
deD bij het gereed maken van vele schepen te
gelijk, zal men altijd ontmoeten. Op een tijdsver
loop van minder dan 8 of 10 dagen mag tot het
gvaardig maken van opgelegd gepantserd ma
terieel niet gerekend worden. Wilde men dien
lijd belangrijk beperken dan zou eene wijze van
conservatie moeten worden ingevoerd, welke óf
de duurzaamheid der schepen en werktuigen
zelve zou benadeelen, óf hoogst aanzienlijke kos-
'eu zou vereischen, om wellicht ten slotte ons
doel nog niet bereikt te zien. Een klein gebrek,
een ongeluk aan torenbeweging en machines, te
eerder mogelijk naar gelang meer spoed bij het
rcerk wordt aangewend, eischt dikwerf weken
Arbeid tot herstel.
Onder de rubriek personeel. De in dienst ge-
Helde schepen waren met het vereischte aantal
'oppen bemand.
0e état-major, de machinisten en de hoogere
onderofficieren waren compleet; de zeemiliciens
mlden het lichte scheepsvolk aan, doch er was
gobrek aan onderofficieren (korporaalsrang), gas-
'on (bevaren volk) en vuurstokers, echter niet in
die mate dat de schepen niet voor den dienst ge-
ochikt waren.
Iu het gebrek aan vuurstokers werd voorzien
door bet aanstellen van hulpstokers uit de mili-
c'ens die voor die betrekking de noodige geschikt
heid en lust hadden.
Als een gevolg van dezen maatregel is men thans
begonnen met een gedeelte der zeemiliciens tot hulp-
kokers op te leiden.
In het gebrek aan onderofficieren en bevaren
volk is niet zoo gemakkelijk te voorzien. De wer
ving is steeds geopend, doch zij levert geen vol
doend aantal onderofficieren en manschappen op,
om daarmede bij het in dienst stellen van het
geheele beschikbare materieel alle plaatsen zoo
aan te vullen als in de bemanningsstaten is be
paald.
Het verdient mededeeling dat de omstandighe
den waaronder de vloot in den zomer van 1870
moest bemand worden, door het afwezig zijn van
het fregat Admiraal van Wasseneer en het trans
portschip de Java, niet gunstig waren. In de gun
stigste omstandigheid, wanneer die beide schepen
binnen's lands waren geweest, had men over 700
koppen meer kunnen beschikken.
Is het ontegenzeggelijk noodzakelijk om tot het
verkrijgen van een bekwaam kader onderofficie-
reu en matrozen, het personeel kruistochten te
laten doen buitengaats, tegen dezen nuttigen
maatregel doet zich bij het uitbreken van een
oorlog het bezwaar met klem gevoelen dat men
over dat geoefende personeel, juist dan wanneer
daaraan de meeste behoefte bestaat, niet zal kun
nen beschikken. Het schijnt uit dien hoofde raad
zaam die oefeningtochten, hoe gewenscht zij ook
in vele opzichten mogen zijn, niet meer uit te
breiden en niet verder uit te strekken, dan tot berei
king van het doel onvermijdelijk is.
Onder de rubriek uitrustinggoederen en behoeften.
Voor de in dienst gestelde bodems waren alle uit
rustinggoederen en behoeften voorhanden.
Buskruit, munitiën en projectielen waren in
voldoende hoeveelheid voorhanden.
Onder de rubriek torpedo's en versperringen. De
onderzoeking door de marine op torpedo-gebied
volbracht, hebben zich bepaald tot het nemen
van proeven tot vaststelling van een stelsel, dat
voornamelijk zou kunnen dienen tot de afsluiting
van den toegang van de Zuider-zee tot het IJ,
nabij Durgerdam. Ware het den vorigen zomer noo-
dig geweest tot deze afsluiting over te gaan dan
had men binnen korten tijd de noodige torpedo's
kunnen bekomen.
Versperringen waren voor geen der vaarwaters
gereed.
Het vraagstuk der versperringen en ook dat
der torpedo's, schijnbaar eenvoudig, blijft vooral
in breede en diepe vaarwaters en waar sterke
stroomen loopen, in de oplossing hoogst moeielijk.
Het gebruik van zinkschepen zal waarschijnlijk
eene ruime toepassing moeten vinden, en daarin
zal de vijand, indien alle tonnen, bakens en mer
ken zijn weggenomen, buiten twijfel de behulp
zame hand bieden.
Ten slotte onder de rubriek opstelling der zeemacht.
Het lag verleden jaar in de bedoeling om voor
de. verdediging van Texel en de toegangen tot
de Zuider-zee te bestemmen Prins Hendrik, de Ruyter,
Schorpioen, Stier, Buffel, Krokodil en Cerberus bene
vens de gepantserde batterijen Jupiter en Draak,
en het schroefstoomschip Dommel. De beide moni
tors, de Dommel benevens het verdedigingsvaartnig
Pro-Patria, had men kunnen aanwenden om een
aanval van de zeezijde op de Utrechlsche linie
te beletten. Ware voor Nederland de oorlogskans
dreigend geworden, dan had men de fregatten
Zeeland en Everlsen bovendien in dienst gesteld en
daarmede de zeemacht ter reede van Texel kun
nen versterken, benevens een zestal kanonneer
booten om in de rivieren post te vatten.
Voor de verdediging van het Zuider frontier
waren aangewezen de monitors Heiligerlee en Tijger,
de gepantserde stoomkanonneerboot n°. 1, de
stalen kanonneerboot u°. 8, de schroefstoomsche-
pen Zilveren Kruis en Citadel van Antwerpen, het
gepantserd verdedigingsvaartuig Boreas, de ge
pantserde kanonneerboot n°. 10, en het verdedi
gingsvaartuig Wodan.
De beide schroefstoomschepen waren bestemd
voor het Brouwershavensche zeegat en moesten
bij overmacht terugtrekken op het Hollandsch
diep, om aldaar, in vereeniging met de forten,
den toegang tot dat diep door het Hellegat te
verdedigen.
De beide monitors moesten positie nemen in
het Goereesche-, de kanonneerbooten, die met
een zestal gewone konden versterkt worden, in
het Brielsche gat. Aan de monitors zou toegevoegd
worden de Bloedhond, waaraan met kracht op de
werf te Amsterdam werd gearbeid en die den
15den September gereed kwam.
Bij de overweging in de afdeelingen der Kamer
van het wetsontwerp tot aanwijzing der midde
len, bestemd om de Staatsuitgaven voor 1872 te
bestrijden, waren er leden, die zooveel hechtten
aan het bezwaar dat de begrooting niet voldoet
aan art. 119 der Grondwet, dat zij ter wegneming
daarvan niet zouden opzien tegen de tijdelijke
heffing van opcenten op sommige belastingen.
Door anderen werd met kracht het gevoelen
voorgestaan, dat geen eenigszius ingrijpende
maatregel omtrent het belastingwezen moest wor
den genomen, zonder dat geheel het samenstel
en de bijzondere deelen werden herzien en zonder
dat het belasten der goederen in de doode hand
en dat omtrent het vervangen van het proporti
oneel recht op de overdracht van vaste goederen
door eene verhooging der grondbelasting in ern
stige overweging werden genomen.
De afschaffing van het patentrecht, ofschoon
men niet wilde praejudicieeren op het aanhangig
voorstel, zou een belangrijken invloed op deu
census uitoefenen. Men wenschte daarom opgaven
van de tegenwoordige opbrengst van het patent,
gesplitst naar de onderscheidene tabellen der
patentwet en naar de beroepen of bedrijven, op
iedere tabel vermeld.
Het behoeft nauwelijks vermelding, zegt o. a.
het verslag, dat indien het tot eene algemeene
hervorming van het belastingwezen kwam, ge
heele afschaffing van den zeep-accijns zeer in aan
merking zou komen.
Bij de overweging in de afdeelingen van het
Vilde Hoofdstuk A (Nat. Schuld) kwam men
terug op het denkbeeld om onder de bestaande
omstandigheden, nu het er op aan komt om de
begrooting te doen sluiten, voor de renten der
schatkistbiljetten bij art. 5 van dit hoofdstuk, in
plaats van f 250,000, slechts eenige duizenden gul
dens, als per memorie uit te trekken.
Op denzelfden grond drong men er op aan,
dat de renten der nationale schuld reeds vooraf
werden verminderd met die van de waarborg
kapitalen der muntbiljetten. Verscheiden leden
wenschten het kapitaal der muntbiljetten met
vijf millioen te vermeerderen. Er heerschte h. i.
bepaalde behoefte aan muntbiljetten van /TO.
Die laatste wensch vond intusschen ook bestrij
ding, op den bekenden grond, dat elke nieuwe
stap op den weg der uitgifte van papiergeld hoogst
gevaarlijk is.
Blijkens het voorloopig verslag over het Ilde
Hoofdstuk (hooge colleges van staat, enz.) werd
gewezen op de leemten, die, naar men meende,
in de administratieve rechtspraak van den Raad
van State bestonden. Ook werd gewezen op de
noodzakelijkheid van het tot stand komen der wet,
volgens alinea 2 van art. 150 Grondwet.
Burgemeester on Wethouders van Leiden heb
ben afgekondigd:
1°. de door den Raad dier gemeente, in zijne
vergadering van den 15den Juni 1871, vastge
stelde en in de openbare vergadering van den
24sten Augustus daaraanvolgende gewijzigde ver
ordening op het brandwezen in deze gemeente;
2°. de in de vergadering van B. en Ws. van
den 28sten Augustus 1871 vastgestelde verorde
ning, houdende bepalingen ter uitvoering der
verordening op het brandwezen in deze gemeente.
De Raad van State, afdeeling voor de geschil
len van bestuur, zal, Woensdag 25 dezer, o. a.
behandelen: het beroep van een besluit van Ge
deputeerde Staten van Zuid-Holland van 23 Juni
1871, waarbij vervallen is verklaard eene vroeger
verleende vergunning tot oprichting van eene
perserij en glanzerij in het perceel Sectie B., N°. 895,
te Leiden.
Een jammerlijk ongeluk greep hedenmiddag
op de Haarlemmerstraat plaats.
Eene dienstbode van den heer W. geraakte
onder de wielen vaneen rijtuigrdat juist draaide.
Zwaar gekneusd werd zij er onderuit gehaald
en in eene nabijgelegen woning vervoerd.
In de gisteren te 's-Gravenhage voortgezetta
examens voor de vakken van het lager onderwijs
verkregen akten voor vrouwelijke handwerken,
voor nut: mej. T. Bout, van Gorinchem en C.
van Borselen, van Leiden. Voor nut en smaak:
mej. S. H. Corts, van Leiden; J. van Dongen,
van Rotterdam; J. Drost, van Leiden; J. C. van
der Eb, van Rotterdam; F. C. M. Hoefnagel, van
GorincbemS. Kellenbacb, van Leiden; H. de
Koster, van Gouda; J. C. Lammers en C. Lelie
veld, beiden van Rotterdam; M. Maandag, B. Om-
vlee, E. M. Pieters en J. H. M. Schmier, alle
vier van Leiden; E. M. Rijff, van Gouda; E. M.
Schoolman en M. M. Slothouwer, beiden van
LeidenO. Speenhoff en G. Stellenaar, beiden
van Rotterdam; A. A. Zwaan, van Leiden. Niet
één der candidaten is afgewezen.
Gedurende deze week zijn dagelijks in het
werkhuis alhier op genomen van 105 tot 118 vol
wassen personen en van 38 tot 45 kinderen.
De Kamer van Koophandel en Fabrieken te
's-Gravenhage heeft het volgend adres aan den
raad dier gemeente ingediend:
„Onder de gewichtige vraagstukken die vooral
tegenwoordig aan de orde zijn, behoort ook dit:
of exploitatie van gasfabrieken door gemeenten
wenschelijk zij? Dit vraagstuk zal ook eerlang
voor deze gemeente eigenaardig belang verkrijgen
en de Kamer van Koophandel en Fabrieken
heeft gemeend, hare bevoegdheid niet te buiten
te gaan, wanneer zij omtrent deze aangelegenheid
die, hetzij men zich plaatst op het standpunt der
theorie of der practijk zoo uiteenloopend wordt
beoordeeld, haar gevoelen aan uwen Raad mede
deelde.
Hoezeer in den regel naar gezonde begrippen
van Staathuishoudkunde, de uitoefening der on
derscheidene takken van industrie aan de parti
culiere nijverheid moet worden overgelaten en
het gezag (hetzij het Rijk, de Provincie of de
Gemeente) zich daarvan behoort te onthouden,
bestaan er ook op dezen regel uitzonderingen.
Zoodanige uitzondering maakt vooral de exploi
tatie eener gasfabriek, omdat de gemeente bier
tevens in eene omvangrijke eigen behoefte
voorziet, namelijk in haar eigen verlichting. Ter
bestrijding dier behoefte vindt men jaarlijks eene
aanzienlijke som in de begrooting dezer gemeente
uitgetrokken, die, bij hare voortgaande uitbrei
ding voortdurend zal toenemen; en op welke
uitgaaf ongetwijfeld eene belangrijke besparing
zou kunnen worden verkregen, in geval van eigen
exploitatie.
Maar bovendien hebben de ingezetenen er een
overwegend materieel belang bij, dat particuliere
ondernemers geen misbruik maken van het mo
nopolie en dat de gasprijs binnen redelijke grenzen
bepaald blijve. De uitkomst heeft toch bewezen,
dat schier alle particuliere gasfabrieken de eerste
beginselen van Staathuishoudkunde op het gebied
van industrie miskennende, en uit het oog ver
liezende dat, evenmin als in belastingzaken, ook
op het gebied van nijverheid 2x2 niet altijd
4 is, ten onrechte haar voordeel zoeken in een
hoogen gasprijs.
Zij zien toch veelal voorbij, dat de metergas,
wal de grondstoffen (steenkolen) betreft, na aftrek
der opbrengst van de surrogaten (cokes, teer en
ammoniakwaler) op 3 hoogstens 4 cents komt te
staan en dat zij dus, overwegende dat renten van
het benoodigd kapitaal, personeel, onderhoud en
kosten van exploitatie, bij een grooter of kleiner
debiet (grootendeels afhankelijk van den gasprijs)
op verre na niet in dezelfde evenredigheid stijgen,
niet minder hun eigen welbegrepen belang als
dat der verbruikers zouden behartigen door den
gasprijs zoo billijk mogelijk te stellen.
Veelal wil het er niet in dat in eene gemeente
van slechts eenige beteekenis, de gasfabriek zeer
zeker meerdere voordeelen zou afwerpen bij een
gasprijs van 10 of hoogstens 12 dan van 15 cents
de meter.
Maar afgescheiden van dit gemis aan inzicht
aan de zijde der particuliere gasfabrieken, deze
kunnen den prijs nooit zoo billijk stellen als de
gemeente. Immers de concessie wordt gewoonlijk
slechts voor een bepaald getal jaren, 20 tot 25,
verleend. Gesteld dat, na dien tijd, de fabriek
door de gemeente worde overgenomen, zij is dan
oneindig minder waard dan de kosten van aanleg.
Bij het verstrijken van den termijn is er alzoo
een grooter verlies op kapitaalrekening dan ge
woonlijk door afschrijving kan worden gedekt in
het verschiet, dat de concessionaris wel zal zorgen
tijdens de exploitatie te dekken, door hoogen
gasprijs en alzoo door eene buitengewone belas
ting op de verbruikers.
Overigens heeft de ondervinding reeds voldoende
geleerd dat, waar, bij bet ten einde loopen der