mede afhankelijk zal zijn van den zedelijk-gods-
dienstigen zin onder het volk. Zij gelooft, dat in
de maatschappelijke orde de zedelijke wereldorde
de heerschappij voert en daarom ook in de maat
schappelijke vervvikkelingon de zedelijke machten
tot eene heilzame oplossing kunnen en moeten
medewerken. In die overtuiging verlangt zij dat
men zich de godsdienstige verzorging vooral van
den arbeidenden stand zal aantrekken. Veel wordt
daarvoor gedaan, maar bij de waardeering van
al deze pogingen, acht de Synode het niet over
bodig, aan de Kerkeraden der vaderlandsche ge
meenten in overweging te geven, of zij in hun
werkkring niet nog bijzondere middelen zouden
kunnen aanwenden, om de zedelijk-godsdienstige
belangen bij den arbeidenden stand te bevorde
ren. Het is moeielijk daarvoor algemeene regelen
te geven, bij de verschillende behoeften die hier
en elders bestaan. Op het platteland zal men
waarschijnlijk een anderen weg moeten inslaan
dan in de groote steden en op elke plaats zal men
zich moeten richten naar de eigenaardige gele
genheden en omstandigheden. Waar het gevoege
lijk kon geschieden, zou men de proef kunnen
nemen met samenkomsten alleen voor mannen
op een geschikt uur voor den arbeider, waarin
de maatschappelijke vraagstukken uit een gods
dienstig oogpunt werden behandeld; men zou
bekwame staathuishoudkundigen kunnen uitnoo-
digen om over die onderwerpen te spreken voor
het volkelders zou meu belangstellende gemeente
leden kunnen opwekken om den arbeider op te
zoeken en hem te dienen van goeden raad; ook
de verspreiding van degelijke volkslectuur zou
in aanmerking kunnen komen. Zoo zijn er ver
schillende middelen, waarvan de keuze en het
gebruik het best aan de wijsheid der Kerkeraden
blijft overgelaten.
„Wij geven zegt de Synode verder daarin
geen voorschriften, wij wenschen alleen, dat onze
vaderlandsche Kerk toone een hart te hebben voor
den nood dezer tijden en trouw volbrenge wat
zij zou vermogen, om aan het volk, in dagen van
zooveel spanning en verleiding, den steun van
godsdienst en zedelijkheid te geven. Gij zult ons
niet misverstaan en onze woorden niet opvatten
alsof wij den werkman alleen lijdelijke berusting
wilden prediken onder zijn drukkend lot. Wij
hopen vurig, dat de tegenwoordige zorgen tot eene
wezenlijke verbetering in den toestand van de
arbeidende klasse mogen leiden en juist daarom
zouden wij die klasse willen leeren begrijpen,
wat de bron is der meeste volksellende en wat
de voorwaarde van wezenlijk volksgeluk, opdat
zij in een ernstiger levensopvatting niet alleen
kracht zoude vinden om te dragen wat haar wordt
opgelegd, maar ook die vastheid in het goede
waardoor zij zelve het meest aan eene zegenrijke
oplossing der groote sociale quaestie kan bijbren
gen."
JDe afloop der gisteren gehouden akten-examens
voor het middelbaar onderwijs was als volgt:
een akte die gevraagd was voor geschiedenis,
werd geweigerd; voor aardrijkskunde werd er
een toegestaan aan L. B. v. d. Kolk, geb. te
Pasaroeanvoor boekhouden waren er twee aan
gevraagd, waarvan 1 is geweigerd en 1 toege
staan aan A. P. Tb. Sassen, geboren te Roer
mond; voor het Engelsch werd een akte ge
weigerd.
De uitslag der akten-examens voor het lager
onderwijs te 's-Gravenhage is gisteren geweest:
Gevraagd: voor Engelsch 11 akien, waarvan 8
geweigerd en 3 toegestaan aan de beeren Goo-
denough, de Heer en van Mourik.
Het stoomschip Prins Hendrik van de stoom
vaartmaatschappij „Nederland," zal in de eerste
helft der maand November van het Nieuwediep
naar Batavia vertrekken.
En wie is die man wiens stoutheid de schuld
zal zijn dat ik mijn costuum niet krijg? Als ik
hem ken, dan zal hij zijn straf niet ontgaan!
„Ha ha I gravin, gij vergeet dat gij mij gezwo
ren hebt"
Het is waar ookl maar toe zeg mij, wie ver
ontrust op die wijze mijne schoone naaister?
„Zult gij voortaan beter aan mijn eed denken?"
„In ernst ik beloof het u!"
„Welnu: 't is een man, waarmede men niet
goed kersen kan eten, zooals het duitsche spreek
woord zegt. 't Is de kolonel der gendarmerie,"
„Lacroix?"
De officier knikte.
Die? riep de gravin verrast. Oh le fatl
„Hij is smoorlijk op haar verliefd, en neemt
de zaak zoo ernstig, dat hij, om nader bij Liza
te zijn mijnheer, uw vader, heeft weten te dwin
gen, om hem een kamer hier in het paleis in te
ruimen."
Dus daarom drong hij daarop zoo aan, riep de
gravin verrast uit. En dat is dus de oorzaak dat
mijn vader zoo wrevelig was. Ge moet weten, dat
mijn vader hem geen plaats wilde inruimen,
en zich tot den koning wendde, die echter be
volen heeft hem zijn zin te geven. Mijn vader
was daarover echter zoo woedend, dat hij er in
den beginne van sprak zijn ontslag te nemen.
De generaal-majoor M. D. graaf van Limburg
Stirum, buitengewoon adjudant des Konings,
maakt, overeenkomstig de aankondiging in de
Staatscourant van den 19den Augustus jl., bekend,
dat bij hem is ontvangen tot het oprichten van
een monument ter eere der gesneuvelden in de
Citadel van Antwerpen in December 1832: eene
bijdrage van f 7.08 (vijftien franken) van den
heer Joseph Jaquet, leeraar aan de academie van
schoone kunsten te Brussel, door tusschenkomst
van den heer M. H. L. aldaar.
De luitenant-ter-zee der 1ste klasse C. ten Bosch
wordt met den lsten November a. s. geplaatst in
de rol van Zr. Ms. wachtschip te Hellevoetsluis,
en gedetacheerd op Zr. Ms. flotille-vaartuig Hector.
Z. M. heeft benoemd tot lid der commissie van
administratie over de gevangenissen te Leeu
warden Mr. W. J. van Weideren baron Rengers,
belast met de waarneming der betrekking van
rijks advocaat in Friesland.
n i r\ rv e >T ia rs i
Arnhem, 16 October. Veertien dagen geleden
hebben twee arbeiders, die aan de Klingelbeek in
den grond voor de Arnhemsche Beetwortel-suiker
fabriek werkzaam waren, een kannetje met oude
zilveren muntstukken gevonden. Dit kannetje dat
ongeveer een halven meter in den grond ver
borgen lag, bevatte tweehonderd drieëntwintig
zilveren of verzilverde muntstukken, waarbij er
waren ruim zoo groot als onze oude driegulden
stukken. Sommigen hadden den dubbelen adelaar
als stempel, anderen het wapen der stad Utrecht,
randschrift Darexmonxorax, keerzijde ep. bellox
constantia. Nu kan de vraag rijzen, wie wordt
als eigenaar der muntstukken beschouwd? daar
de eigenaars der fabriek dien grond voor 25 ja
ren in erfpachtrecht gekocht hebben van den
vruchtgebruiker, den heer Spaan.
Enschedé, 15 October. Naar de Berl. Barsen uni
Handels-Zlg. mededeelt, heeft de raad van bestuur
der spoorweg-maatschappij Pleszner C'. in
eene den 9den dezer gehouden zitting besloten,
met den de maatschappij opgedragen bouw der
spoorweglijn Munster-Euschedé een begin te
maken.
Harlinqen, 15 October. De afzet van faecale
stoffen, thans volgens het systeem-Buttinger ver
zameld en bewaard, is zoo groot, dat de voorraad
reeds tot het laatst der maand aanwezig, ver
kocht is; nieuwe aanvragen kunnen eerst na 1
November worden beantwoord. Volgens kenners
der materie is het door Harlingen geproduceerd
mestpreparaat in geen enkel opzicht beneden
het Groninger te stellen. Deze uitkomsten strek
ken ongetwijfeld tot groote voldoening van hen
die geene moeite ontzien hebben om het tegen
woordige stelsel hier in te voeren en aan eene
goede verwachting te doen beantwoorden.
Maastricht, 15 October. Hedenmorgen werd in
een der achterbuurten dezer stad gevonden eeD
kindje van ongeveer zes weken. In afwachting
dat de ontaarde moeder zal worden ontdekt, is
het wicht van stadswege uitbesteed.
Sittard, 16 October. Wegens bet voorhanden
hebben van maten en gewichten, niet voldoende
aan de wet op het ijkwezen, zijn, gedurende de
beide vorige maanden, door het kantongerecht
alhier, niet minder dan 28 ijkplichtigen in geld
boeten verwezen.
INGEZONDEN.
GAS-COKE.
De verkoop van Gas-coke aan de Stedelijke
Gasfabriek te Leiden heeft sedert jaren plaats
gehad tegen een onbeduidend lageren prijs dan
„Mijnheer, uw vader want tegenover hem
ontsla ik u van uwe plechtige belofte mijn
heer, uw vader zal nu kunnen begrijpen, waar
om Lacroix er zooveel prijs opstelde om zich hier
te vestigen."
Het is een eerloos mensch die kolonel, riep de
gravin uit, Het meisje heeft groot gelijk, dat zij
zich niet meer aan zijne ontmoetingen bloot wil
stellen.
„Wij willen maar hopen, dat zij er niet veel
door te lijden zal hebben."
„Laat ons eens iets bedenken om den kolonel
op het bal een poets te spelen. Wilt gij mij daar
toe behulpzaam zijn?"
„Van harte gaarne!"
„Ik zal er over nadenken; het moet iets zijn
dat hem verschrikkelijk hindert.... Er zal mij
wel iets invallen, en ik reken op u, ingeval ik
u noodig hebben mocht."
„Niets zal mij aangenamer zijn dan de eer van
uw bondgenoot te zijn."
„En onze geheimen?"
„Zijn ods heilig, dat spreekt van zelf."
De officier kuste de hand, die de gravin hem
toestak en nam afscheid.
Eenige oogenblikken later trad luitenant. Men-
sing de kamer van den inspecteur Seitz binnen,
die in zijn armstoel bij den haard zat. Vroeger
de waarde; met zoodanige beperkingen, als in
het voordeel was, en van den arbeider en van
den kleinen fabrikant. Of dit doel bereikt werd,
zij hier onbeslist. Zeker niet geheel en al; maar
ten deele.
In den aanvang van de exploitatie der fabriek
was de prijs, op 35 cents per mud gesteld, niet
te laag; daar het verbruik van coke destijds be
last was met eene rijksbelasting van 30 cents per
mud. Commissarissen der Gasfabriek lieten, bij
de afschaffing der belasting op de brandstoffen,
den prijs onveranderd en van dien tijd af, nam
de vraag naar Gas-coke zoodanig toe, dat menig
werkman, in de gure winterdagen 's morgens te
3 of 4 uren reeds, de snerpende koude trotseerde
en eene ziekte er aan waagde, om toch tijdig
genoeg aan 't loket te zijn, om zijn goedkoop mudje
coke te bekomen.
De onhoudbare toestand moest eindigen; een
stap tot verbetering werd gedaan, door eene. ver
hooging van 35 tot 45 cents en blijft de aanvraag
nog te groot, zoo is verdere verhooging mogelijk,
tot het naaste cijfer getroffen zal zijn.
Doch vóór dat nog het minste heeft kunnen
blijken omtrent het nuttige van deze prijsverhoo-
ging, vragen twee verschillende firma's, hande
lende in brandstoffen, ieder met hunne consorten,
bij request aan den Raad der Gemeente, tot eene
verpachting te besluiten van de gefabriceerd wor
dende coke; daarbij het vooruitzicht openende,
dat de opbrengt der coke van éen jaar 10 dui
zend gulden hooger zal kunnen zijn ten voordeele
der Gemeente. Nu ligt achter dit liefelijk uit
zicht vau die hoogere opbrengst wel verscholen,
dat het vervoeren van het terrein der fabriek
naar de pakhuizen der pachters, de huurwaarde
van die pakhuizen, het vereischte bedrijfkapitaal
en eene billijke winst, door het publiek zal be
taald moeten worden, en de prijs bij gemis aan
concurrentie der Gas fabriek allicht tot 75 cents
per hectoliter kan stijgen; maar voor d&t geld
zullen Leidens ingezetenen, dan toch nog dezelfde
coke kunnen krijgen mits de goede Leidsche coke
niet naar buiten de stad gevoerd wordt om er
slechtere weer in te voeren.
De nadeelen voor de gasve rbruikers, die veelal
ook coke-verbruikers zijn, zijn te ernstig en te
algemeen om te kunnen gelooven, dat zij ond er
zoo bezwarende voorwaarden zullen gebracht
worden, ter verkrijging van de coke, die door hun
geld wordt geproduceerd; en dat wel ten ver
zoeke van handelaars, die ongeroepen en onnoo-
dig eene bestaande regeling willen verdringen,
die thans in het voordeel werkt van hen die er
de grootste rechten op hebben.
En toch Commissarissen der Stedelijke Gas
fabriek adviseeren tot die verpachting over te
gaan. Ieder die coke wil hebben, betale later de
aanzienlijk hoogere handelsprijs. Ieder? Neen, de
Gemeente Leiden niet; voor hare scholen, voor
het Stadhuis, en voor het personeel der Gas
fabriek worden 5000 hectoliters gereserveerd. Die
dwaasheid zou te veel in het oog toopeu als ook
die eerst verkocht werden om ze tegen hooger
prijs terug te koopen. Maar de Gemeentcnaren I
dat doet er minder toe.
Zouden Commissarissen niet veel meer den
dank der Burgerij verdienen, als zij, in plaats
van het uitgebrachte, een advies gegeven hadden
tot aanschaffing van het materieel tot vervoer
der coke naar de woningen der verbruikers, naar
mate die hunne bestellingen deden aan de fa
briek? Honderdduizenden guldens zijn besteed
geworden aan het leggen der buizen tot het ver
voer van het gas en meD heeft er niet aan gedacht
om een wagen te timmeren tot vervoer der
cokel
Wanneer eene stedelijke commissie het beheer
heeft over een monopolie, dan is zij verplicht dat
deed deze daar zijn middagdutje; maar heden,
even als sedert zoo vele dagen, was er geen slaap
in zijne oogen gekomen.
Toen de oude man den officier zag, stond hij
op en vroeg, terwijl hij Mensing angstig aanzag
„Wel?"
„Mijn plan is gemaakt!" zeide de luitenant.
/'God zij gedankt!" antwoorde Seitz.
Luister
„Laat ons eens gaan zitten," hernam de inspec
teur, terwijl hij een stoel naderbij schoof.
„Zeg mij eerst eens," vroeg Mensing, „of gij
dezelfde mannen nog bij de hand hebt, die den
schat onder den trap verborgen hebben?"
„Ja, die heb ik bij de hand. Het zijD twee
vertrouwde personen."
„En zouden ze bij de hand dadelijk kunnen
zijn om in den nacht den schat op te graven en
met spoed op een wagen te laden."
„Ik geloof daarvoor te kunnen instaan. De een
voegde hij er nauw hoorbaar bij, is de regeerings-
raad Brethauer en de andere de voormalige lijf
arts Mann."
Besten waar moet de schat afgeleverd worden
»In het stadje aan gene zijde der grenzen. De
agent van Rothschild, wacht in de herberg „Het
Witte Paard" om den schat naar Itzehoe te
brengen."
monopolie zoo min drukkend mogelijk te maken
en mag zij, om welke reden ook, niet een deel
van de taak der administratie in handen geven
van enkele personen, wanneer dit personen zjjn
die geen 10 duizend gulden hoogere opba^
kunnen beloven, tenzij zij kans zien om LeidensJ
ingezetenen 20 a 25 duizend gulden jaarlijks meet I
te doen betalen, dan zij tot dusverre gewoel
waren.
T.
KOLONIËN.
Suriname, 19 September. De Surinaamsche Ci«.
rant, Gouvernements-Advertentieblad, behelst iB
haar niet officieel gedeelte eenige vertoogen, ge
titeld: „De minister van koloniën en het belan;
van Suriname", waarin wordt gezegd dat in de
wet alle waarborgen zijn nedergelegd voor eene
goede behandeling van immigranten in Suriname
Men staaft dit door feiten. Men vangt aan mei
een kort overzicht te geven van den aanvoer m.
en het vertrek der immigranten uit Suriname
Daaruit blijkt dat op 31 December 1870 op de
verschillende plantaadjes in de Kolonie te zamei
2236 immigranten op vast contract werkzaas
warende overige Chineezen hebben andere be-l
roepen aan de hand genomen, of arbeiden zonda
contract. Dan wordt in die vertoogen nagegaan,
de al of niet slechte behandeling der imuiigra:
ten, meer bepaald de Chineesche, op wie de t;
devoering van den Minister van Koloniën uitsloi.
tend betrekking heeft. Uit de statistiek der im
migratie blijkt, dat van de in 1858 ingevoerd:
landverhuizers na het verstrijken van hun aaa-
gegaan contract ruim 90 pCt. in Suriname terl
bleven, en verreweg de meesten Dieuwe overl
eenkomsten hebben gesloten; terwijl van deel
1864 vertrokkenen, 3, in 1866 zijn teruggekeerrl
Neemt men daarbij in aanmerking dat de la'el
ingevoerde Chineezen met lust en ijver aan.il
arbeid zijn gebleven, zonder aan terugtocht tul
hunne geboorteplaats te denken, dan ontvatel
men reeds in de eerste plaats den indruk eeial
beweging die algemeene goedkeuring verdien!
en doet zich in de tweede plaats de gevolgtrek!
king op dat de ondervonden behandeling in Sul
riname de tevredenheid dier immigranten in hoojil
mate moet verworven hebben. Men leidt hieiuïl
af, dat de aantijging alsof er in Suriname waa:-l
borgen tot bevrediging van het Britsche Gouver-I
neinent voor het toelaten van immigranten naa:|
onze kolonie zouden ontbreken, ten eenenmadl
valsch is. Men doet zien dat die Chineesche iol
migranten bij uitnemendheid niet sleobts t.-J
goede behandeling in Suriname zich verheugel
maar ook kunnen bogen op verkregen geldelijfl
vermogen, verworven rechten, te beurt gevallal
zedelijke verheffing. Men geeft dus zijne bevreecl
ding te kennen dat de Minister van Kolooiêil
zich Diet ontzien heeft om in de raadszaal n:l
's Rijks vertegenwoordiging valsche voorstelliDgel
van zaken te geven, die geene andere strekkiïl
kunnen hebben dan de koloDie in haar leveml
ader te treffen. Wij achten ons derhalve in fcl
recht, zoo besluiten deze vertoogen, om voor®
bevolking van Suriname van dien betrokken!®
nister te verwachtenIntrekking van hetgfcH
Z. Exc. ten nadeele der Kolonie heeft gezegd,«fl
als een bewijs van zijne oprechtheidkracüH
bevordering vau immigratie Daar onze Kok- I
Naschrift. Wij hopen dat de zin voor imfcpM
tie, bij den Minister van KoloniëD, aangepriUi®
zal worden, als wij in herinnering brengeD,i>®
tengevolge der diensten van immigranten in t®
district Nickerie, de productie aldaar, sinds®
laatste jaren aanmerkelijk is toegenomen, zool®
eene vergelijking van den uitvoer van 1863
dien van 1870 eene verdubbeling der cijfers iel
wijst.
Luister nu eens Seitzl De moeilijkheden, d®
wij te overwinnen hebben, zijn niet gering.Te®
eerste, moeten wij een wagen en een voernia®
hebben en er zal niet zoo gemakkelijk iemand®
vinden zijD, die zijn leven in de weegschaalv®
stellen om den schat te vervoeren, en die
tevens het geheim zonder gevaar kunnen toeve®
trouwen.
„Alsof ik dat niet reeds sedert langoverwog®
had"! zeide Seitz.
De groote moeilijkheid, ging de luitenaot voor®
is om de patrouilles te passeeren, die door kolon®
Lacroix gesteld zijn, zonder door hen aaugehoud®
en gevisiteerd te worden.
Seitz knikte met het hoofd en liet de kin®
de hand zakken, terwijl hij Mensiog met®
spannen aandacht aan bleef zien.
Wij moeten bijgevolg, ging deze voort,
Koninklijken wagen en daarbij een vrijgelei®
een laisses-passer, zien te krijgen.
„Maar lieve hemel, hoe wilt gij dat krijgen
Daar moet gij voor zorgen Seitz, antwoorde®
officier met een glimlach. Gij zijt een oud hovel)"®
en ik ben overtuigd dat het u niet aan diplom®
tie ontbreekt. Luister verder! Uw chef is de gm®
de Boucheporn, niet waar
„Ja, hij is „maitre de logis" en daarenbov®
gouverneur van het paleis." (Wordt vervolgd) I