3525. Aü. 1fc7i. 8 Augustus. DAGBLAD he<u fkoeien Ji|i 184.00.1 CvettejuJ 6i| 19.00. (ad PR1J H UEZKR COURANT. Voor Leiden per 3 maanden Franco, per post. .Uzonderlyke Nommers 3.00. 3.85 0.05. Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen, uitgegeven. PRIJ8 DiCll ADVKKTKNTIKN. Voor iederen regelO'j 5 Grootere lettert naar <ie plaatsruimte die zij beslaan. e) 26 V^S°' Lelden, I Augustus. 1ste ,,Wij lezen in het bijvoegsel der Arnh. Coufani ƒ1.27' i,1 7 Au gustus een artikeltje, dat uitmunt door ■Io"eknrtjitheid, doch tevens verwondering bpar 120 i,' >r de absolute wijze, waarop er een oordeel geveld wordt over eene zaak, die door de.ge- -,le bekende wereld heen nog een punt yan 'teïüerzoek uitmaakt. De Amh Courant zegt k'Tt "bondig: De cholera wordt niet overgebracht door per ien of voorwerpen, en afsluitingsmaatrege^en, 'irantaine enz. kunnen dus niet baten. Wel wordt - 1 bevorderd door vuilheid, slecht water, als lerzius." Vij nemen de vrijheid, tegen deze apodictische klaring op te komen, en dat niet om nujte- K9 te twisten over een zaak, die door de grootste 'seerden nog steeds bestudeerd wordt, maar in V algemeen belang. Wij houden het toch, jqist de verschillende meeningen, die nog 9te^ds lair het ontstaan der cholera worden aangekleefd, ir noodzakelijk, dat vaD regeeringswege maat- ;elen worden genomen tegen alle mögel ijke wijden verspreiding dier vreesselijke ziekte. Bevindt - h onder eenige valsche munt stukken éeD echt k, en wil men zeker zijn, bet niet te missen, dan 1 men het verstandigste doen, ze allen in zijn - k te steken; latere omstandigheden zullen dan silicht aanleiding geven om het ware metaal ontdekken. De volgende drie hoofdmeeningen worden over verspreiding der cholera voorgestaan: - I*. Door drinkwater, waarin besmettelijke be 1 .nddeelen 'zijn opgenomen. Tegen deze moge- theid moet door de regeering en de plaatselijke - ituren gezorgd worden voor gelegenheid tot VkrijgiDg van goed drinkwater, door publieke icrvoirs, zuiveringsmiddelen enz. I'- Door luchtstroomen, die besmettelijke inoli- i Mo - ten zouden overvoeren; tegen dit gevaar moet or genoemde autoriteiten gezorgd worden door n grooteu voorraad vbd alie mogelijke bekende ddelen tot desinfeotatie van het hoofdvereischte n '8 meuschen bestaan, de lucht. 3'. Door menscheu en dieren, die de smetstof zicli dragen en van de eene plaats naar t|e dere zouden overbrengentegen dit mogelijke rbreidings middel moeten de bevoegde macht velen, dat qan de gren6-stations der spoorw u en de.landing-plaatsen van stoomboten en sch d de passagiers geneeskundig worden undei ebt, voor zoover zij aan de ziekte reeds lijden behoorlijke inrichtingen in quarantaine gehou- n, vuor zoover nog geen uiterlijke teekenen aan :n te bespeuren zijn, gedesinfecteerd worden. - Voor het overige moeten door ieder individueel e zaken in acht genomen worden, die op die. tbaarheid voor de ziekte invloed kunnen uitoe- (4 sen, n. L reinheid, matigheid enz. Dat de Amhemsche Courant hel derde door ons 'genoemde verspreidings middel zoo geheel ne- «rt is een bewijs, dat zij o. a. onbekend is kt het oordeel van iemand, die van het onderzoek lar de qgrzaken der cholera eene diepe studie :eft gemaakt, namelijk van den Muuchener pro- ssor Petten kofer. I Jol pa Ah ziju onlangs uitgegeven werk -. „Verbreitungs- Effectderchfljera iq Indien" bestrijdt dtze geleerde 1 PP'W nVan ^ijue twee collega's Macnauiara 21 i Brijden, waarvan de eerste huldigt de leer der 'ogqnaajpde Contagionisten (verspreiding door 'ruj,j; uitwerpselen van cholera-lijders), de tweede UOTfld<'?r t^oogenaamde Aliasmatici (verspreiding or luctystruoiningeu), Pettenkofer is het met geen fri -e"Jen ee"si Hij kou>t cazorgvuldige oudei- i0 de slotsom, dat de ziekte wordt over ijl, bracht „door den samenloop van twee gegevens, Ptune hij x en y noemt (hetwelk vrij karakteristiek 100 voorjjet onderwerp dat hij behandelt). De "Ad. pleija-kiem i is vatbaar om door de inenschen jovergedragen; de kiem y is inhaerent ochnde gpsteldheid van den bodem. Met andere oorden, .volgens zijne meening ontstaat de ziekte JOC ongezonde uitwasemingen van den grond, i pe hunne vatbaarheid op den mensch verkrijgen .for de, hulp van besmettingsstof, door menschen dieren overgebracht. „priMHqt,zou ons te ver voeren, de verschillende atistische opgaven en ondervindingen na te die de Muuchener hoogleeraar voor zijne eening aanhaalt, en wij bepalen er ons dos toe, boekje om de merkwaardigheid dier voor belden en wegens zijne duidelijkheid zeer ter, lezing aan te bevelen. Maar óeu voorbeeld, ten bewijze der overbrenging van de smetstof door personen, willen wij, als bijzonder opmerkelijk, hier meededen. De eilanden Malta en Gozo liggen zooals men vyect op korten afstand van elkaar in de Middel lundsche zee. Zij hebben gelijke gesteldheid van d,en bodem, gelijk klimaat, zijn duur hunne diebte nabijheid aan dezelfde winden, regen en zonne schijn blootgesteldde bevolkingen houden er dezelfde zeden en gewoonleu op na, kortom de plaatselijke en individueele gegevens voor cholera zijn op beide eilanden in gelijke mate aanwezig. Indien dus tol uitbreiding der ziekie het verkeer met besmette plaatsen niet noodig was dan zou zij zonder twijfel op de beide eilanden nagenoeg gelijkelijk ontstaan, nu eens vroeger op nel eene dan weder op hel andere. Dat nu is nog nooit gebeurd. Bij alle epidemiën in 1337, in 1350, in 1354, in 1356, in 1365, is de cholera zonder uitzondering verscheidene weken vroeger op Malta dan op Gozo begonnen. Waaraan jüit dan toe te schrijven? Aan de eenvoudige re den, zegt Petteukuler, dat Gozo geen direct verkeer met de overige wereld heeft, maar slechts indirect, door Malta, dat de schoonste havens be zit, terwijl Gozo er geen enkele heeft. Het voorbeeld komt ons zeer sprekend en tref fend voor. Doch hetzij verre, dat wij daaruit zouden besluiten, dat de theorie van Pettenkofer de ware is. Zoowel voor het eene systeem toch als voor het andere worden merkwaardige voor beelden aangevoerd. W ij constateeren alleen dut, zoolang nog bepaalde beoefenaren dezer moeielijke quaestie, zulke verschillende meeningen zijn toe gedaan en allen uit de ondervinding bewijzen aanvoeren voor hunne meeDing, de zaak niet als uitgemaakt kan beschouwd worden. Wij oor- deelen het derhalve, indien men waarlijk tot voorzorg wil aansporeu, gevaarlijk, met een en kel woord over de resultaten der jaren lange onderzoekingen van erkende autoriteiten liét vonnis te vellen. Wil de regeenug haren plicht doen, dan moeten tegen Iedere mogelijke uitbreiding ,der ziekte door baar maatrege len genomen worden. Burgemeester en Wethouders ulhier, geziqn art. 18 der wet van den 14den September 1^66 Staatsblad n'. 138). houdende bepalingen betrek kelijk de inkwartieringen en liet onderhoud va^i het krijgsvolk, en de transporten eu leveranciëi, voor 's Konings legers of vestingen gevorderd Doen te weten, dat de lijst, bevattende de na men der inwoners, die voor liet verleenen van inkwartiering en onderhoud in aanmerking ko men, is opgemaakt, op de kleine pers van het Raadhuis aangeplakt en van heden, gedurende veertien dagen, op de Secretarie dezer gemeente voor een ieder ter inzage wordt nedergelegd. Op de voordracht van Burgemeester en Wet houders van Amsterdam voor leeraar in de na tuurlijke Historie aan de hoogere buiger-en han delschool aldaar, is geplaatst de heer H. J. Veth, leeraar aan de hoogere burgerschool en het gym nasium te dezer steden. Verschafte Musis Sacrum ons, eenigeD tijd gele den, het genot van Dunkiers beroemd muziek korps, Donderdag a. s. zal de jeugdige verqeni ging ons op eene dergelijke feestelijkheid vergasten. De heer W. Stumpff zal, met het volle Park- Harinonie-Orchest, naar Leiden overkomen om te toonen, dat er ook in Neerlaudsch hoofdstad een waardig korps bestaat om den uiuziekalen roem van ons land op te houden. Van het pro gramma kunnen wij verzekeren, dal het met even veel smaak eu oordeel is gekozen als hetgeen door de grenadiers werd uitgevoerd. Daar in den laatsleti tijd door het bestuur van Musis Sacrum, vele maatregelen zijn genomen om het genot van eene dergelijke uitvoenug door orde, goede be-, diening enz. te verhoogen, drukken wij de gegronde hoop uit, dat dit concert door velen met hunne tegenwoordigheid zal vereerd wordeD. Hedenmiddag te 4 uren is een soldaat van het 4de reg. inf. gedeeltelijk alhier in garnizoen wtj geus aanhoudend wangedrag als eerloos uit de gelederen gebannen. Al de leerlingeu van de vijlde klasse der hoo gere burgerschool alhier, hebben zich aau het eindexamen der hoogere bqrgerscholen onder worpen. Van de 10 leerlingen mochten er 9 het diploma verwerven, namelijk: W. R. A. Van Alphen, T. A. Bertrand, J. G. Van Deventer, J. O. Van Doorninck, A. Helderman, W. C. Koo- mans, F. A. Liefriuck, J. W. Post en C. F. A. Van Reemst. Sedert de vorige opgave ziju alhier door pokken aangetast 3 personen, als hersteld opgegeven 3, overleden geeue, zoodal in behaudeling blijven 26. De moeder met haar kind, die eergisteren te Scheveningen zich in naakten toestand op de straat vertoonden, zijn, naar men verneemt, piet naar hunne woonplaats Leiden, maar ter zake van bedelarij naar het huis van arrest overge bracht. Betreffende het gevaar, waaraan Z. M. de Koning eergisteren gelukkig ontkomen is, vernemen wij nog het volgendeDes avonds circa halfuegen kwam Z. M., vergezeld van H. D. adjudant (Jen generaal Van Panhuys, in een rijtuig met 2 paar den van Soestdijk, langs den Soester straatweg nabij Amersfoort in sterken draf aanrijden op weg naar het Loo eu stond op het punt den over weg van den centraalspoorweg, terwijl juist de trein van Utrecht in aantocht was, kort bij het station te Amersfoort over te steken, toen de heer C. E. Brun, directeur der onderueming van Van Gend Loos aldaar, die zich op eenigen afstand op den weg bevond, door herhaaldelijk te wen ken, den postiljon onraad deed vermoeden, zoodat deze de paarden inhield, toen het rijtuig op onge veer een meter afstands van den sluitboom was genaderd (alwaar geen rood licht brandde, zoodat de postiljon den sluitboom op een afstand niet kon bemerken). Waren de paarden niet ingehou den, wellicht zouden zij den sluitboom, die van geen zware houtsoort is vervaardigd, hebben ver brijzeld, dan ware misschien het rijtuig met den trein in aanraking gekomen. Toen de trein voorbij was, zette Z. M. de reis naar het Loo voort, wel licht toen wegens, het spoedig beloop der zaak, niet gissende aan welk gevaar hij was ontsnapt. Uit Amersfoort wordt aan bet Utrechts Dagblad geklaagd over een praktijk bij de verkiezingen te dier stede, die dikwijls gebruikt, maar daar door niet fatsoenlijker wordt. Het is de gewone geschiedenis van bedanken, daardoor zijne tegenpartij in slaap wiegen en als men alzoo toch gekozen wordt dan de benoeming aannemen. Op die wijze heeft een oud wethouder zich zelf te Amersfoort weer op zijn gerneenta- zetel bevestigd, die volgens den correspondent vap het Utrechtich Dagblad door verschillende redenen verhinderd werd, zijne betrekking van wethouder waar te nemen, doch tot steun van de vasthou ders aan den goeden ouden tijd diende te blijven zitten. De correspondent geeft met het verhaal dezer gebeurtenis een antwoord op de vraag, die hij zichzelven ten slotte troosteloos doet: (/Hoe is hét toch ter wereld mogelijk, dat, terwijl in Ne derland alle steden en plaatsen aan spoorwegen gelegen zoo vooruitgaan, Amersfoort alleen, onder die zelfde en nog gunstiger omstandigheden, altoos het oude Amersfoort blijft en eerder achteruit dan vooruit gaat." De Stormklok, een repubhkemsch blad uit Antj werpen schrijft tegenwoordig zeer opgewondene artikelen over de vereeniging van Noord- en Zuid-Nederland tot éene republiek. Zij ziet in die vereeniging, onder dien staatsvorm, eeu vol doenden waarborg voor de handhaving onzer zellstaiidigheïd tegenover de gi'botë mogendheden! Voor het overige verzoekt de redactie van het blad, om in de tijden van gevaar tot veslinging der republiek, iu de voorste gelederen te worden ge plaatst. Waarschijnlijk bedoelt zij hiermede de gelederen van de strijders met de pen. Onk verscheidene andere repuhlikeinsche bla den, waaronder de Toekomst van 's-Hageschitiei4, beginnen zich met dat idéé van vereeniging weer betig te houden. De Tijd vindt het terecht zeer, jammer, dat al die opgewondene verbroederings- uitingeu juist plaats hebben, terwijl de weinig eendrachtige stemming der Noord- en Znid-Neder- laiiders zich zoo duidelijk openbaart in de kroeg- gerechten, waarmee de sigarenmakers te Ant werpen zich tegenwoordig amuseereu. in het Utrechts Dagblad wordt het volgeode meegedeeld .- De lezers zullen zich üeriuuereu, dat de kapitein Jansen onlangs is bemoeilijkt geworden wegens een paar door hem geschreven dagbladartikels. Hij heeft zich alstoen tot het H. M. gerechtshof gewend met de klacht, dal hij door zijn bataljons kommandant, den majoor Gisser, ten onrechte gestraft was met 8 en 14 dagen arrest, en die hoofdofficier hem in bijziju van zyn kolonel en een zijner kameraden gelasterd had. Nadat ge noemde kapitein gedurende drie maanden in preventief arrest heeft doorgebracht, omdat hij die klacht iiad ingesteld, heeft etndelijk het H. M gerechthof in deze zaak conclusie genomen. De klacht over de straf van 8 dagen arrest is ongegrond, doch die over de straf van 14 dagen arrest gegrond verklaard; terwijl genoemd hof de wijze, waarop genoemde majoor zich in tegen woordigheid van den kolonel legen of over den kapt. Jansen heeft uitgelaten, leer heeft afgekeurd. Met het oog hierop, en ook op hetgeen later nog is voorgevallen, is men zeer nieuwsgierig te vernemen, of genoemd hoofdofficier in zijne tegen woordige militaire positie zal gehandhaafd worden. Daar, naar wij vernemen, deze militaire proce dure door een rechtsgeleerde in een publiek ge- scbrift eerlang zal behaudeld worden, wijl zij eene eigenaardige bijdrage levert tot de kennis van de militaire rechtspleging, achten wij het over bodig er langer bij stil te staan. Echter kunnen wij deze opmerking niet ont houden. Niettegenstaande het hof, bij dispositie, den klager den lOden Juli uit het arrest ontsloeg, is dit eerst feitelijk geschied den lsten Augustus daaropvolgende, dus drie weken na de dispositie 1 Het Vaderland deelt op verzoek mede, dat er in 's-Gravenhage noch bij de politie, noch bij liet Gemeentebestuur, noch bij de gasfabriek hier lei- stede iets hoegenaamd bekeud is van de voorge nomen opstijging van een Italiaan met een lucht schip morgenmiddag in het plantsoen aan de Bogt van Guinea. Vermoedelijk is de aankondigende advertentie in het Haagsche Dagblad het werk van een grap penmaker, die zijne stadgenooten eeu poele wilde bakken en zich, voor zijn venster gezeten, over de beetgenomen Hagenaars die voorbij komen wandelen, verlustigen, of T is een speculatie van een of ander tapper zonder klaudisie, die zich een voordeelige Zondagavond wil bezorgen. Uit Voorst wordt, aan de Al. H. C.het volgende verhaald Jongstleden Woensdag 2 Aug. geraakte alhier eeu hooimijt, waarin pl. ui. 50,000 halve Ned. ponden hooi geborgen waren, door broeiing in brand. Den geheelen dag was men bezig om den brand te blusschen, doch te vergeefs. Middelerwijl deed zich hierbij nog eene bijzonderheid voor. Bedoelde hoeveelheid hooi behoorde aan twee personen. Tijdeus den brand verkocht nog de eeu zijn aandeel aan den ander, welke laatste de risico voor zijne rekening nam. Intusschen woedde de brand voort. Den volgenden dag was men ge noodzaakt, om door middel van brandspuiten hier aan eeu einde te makendoch het meereudeel was reeds door het vuur verteerd, terwijl het nog overgebleven gedeelte door het inspuiten van eeu massa water, schier onbruikbaar werd gemaakt. De schade is nog al aanzienlijk, aangezien men, naar verzekerd wordt, voor liet hooi gemijt was, het had kunnen verkoopen voor f 4b de 100U halve Ned. ponden, doch toen vond men dien prijs te laag. Dezer dagen heeft zich te Grouingen het vol gende geval voorgedaan. De penningmeester van een polderbestuur was overleden. Zijn inboedel werd verkocht en zoo kwam ook h.el archief van den polder, als scheurpapier, in liet bezit van eeu koopman in vodden, enz. De koopman verkocht dat papier later weder aan een collega in de stad Groningen. Bij liet sorteeren der papieren ont dekte men daaronder eeu zeer groot aantal cou pons in certificaten, elk van lUUd, gezamenlijk ten bedrage van ongeveer twee tonnen gouds. Spoedig bleek, dat die stukken en coupuns reeds waren afgelost en uitbetaald, maar met vernie tigd, nocli gerouyeerd. De koopman was eerlijk geuoeg, alles van onder liet andere scheurpapier uit te zoeken eu aan liet belrukken polderbestuur weder ter hand te stelleu. Dit laatsie betuigde den koopman ziju besten dank voor die terug gave zonder vuurbelioud, en gat, dour een gelde lijk gesclieuk, mede blijk van zijne erkentelijkheid.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1871 | | pagina 1