dat hij van een hunner een horologe tot pand verlangd zou hebben, voor het verzenden van een telegram. Bij de groote uitgaven, die door hem voor het telegraferen gedaan moesten worden, kwam het er op de kosten van éen telegram meer (4 sh. 3 d.) niet aan. In de veronderstelling dat de stoombootmaat schappij Nederland zich het lot der passagiers zou aantrekken, werd aan haar getelegrafeerd, doch het antwoord luidde dat het de zaak was der assuradeurs, welke hunnen Londenschen agent, den heer Wendt, naar Portsmouth zouden zen den. De heer Wendt bleef evenwel weg. Ten aanzien der gouvernements-passagiers tele grafeerde de consul op Zaterdag om instruction aan den Minister van Koloniën. Hij ontving Zijner Excellence's antwoord op Zondag, en betaalde dun ook op Maandag het aan die passagiers toe komende uit, eu zoo verder, tot op hunne terug reis naar Nederland, waarvoor hij hun ook de uopdige gelden verstrekte. ten aanzien der zee-officieren telegrafeerde de consul 0111 instructiën aan den Minister van Marine, en ontving van Zijne Excellentie tot ant woord dat hun het volstrekt noodige mocht ver strekt worden. Bij onderzoek bleek het echter, dat die officieren allen zelf de noodige geldmid delen gevonden hadden en reeds vertrokken wa ren, zoodat de consul dat voorschrift niet uit kou voeren. De consul vernam dat zij bijna allen eenig geld gered hadden, sommigen meer, som migen minder, en veronderstelt dat zij elkander gebolpeu hebben. Hetzelfde schijnt, volgens de verklaring van den consul, ook het geval geweest te zijn met vele passagiers, wien de middelen niet ontbroken heb ben oui aankoopen te doen en hunne hotelreke ningen te betalen. Vele hunner verlangden ech ter vrij aanzienlijke geldelijke voorschotten van den- con9ul, zelfs van 50 pd. st. tot 100 pd. st. De cuusul heeft zich daartoe bereid verklaard tegen den volgenden dag (omdat Zondags alle kassen gesloten zijn) mits hem eenige zekerheid gegeven werd',' en sloeg die aanvragers daarom voor, dat zij aan hunne vrienden of bankiers in Nederland zouden telegrafeereu om hun, bij het consulaat of elders, een crediet te openen, hetgeen binnen weinige uren had kunnen geschieden. Zij schij nen zich hierdoor min of meer beieedigd te heb ben gevonden eu weigerden hierin te treden, met uitzondering van een hunner, die op Zondag morgen een telegram van dien aard ontving, waarop de consul hem terstond liet geld be zorgde dat hij verlangde, zoodat hij te 2 uren p. m. van Portsmouth vertrekken kou. Wat betreft het inwisselen van Nederlandsch tegeu Engelsch geld, zoo verklaart de consul dat er geen geregelde koers tussclieu Nederland en Porthsmouth bestaat, dat de gulden er niet meer dan 1 sh. 6 d. waard is en dat hij diegenen, welke bij hem ingewisseld, het volle bedrag heeft, gegeven, dat hij zelf later van de wisselkantoren heeft terug ontvangen, zoodat hij geenerlei voor deel van die transactiën genoten heeft, hetgeen hij bereid is, des gevorderd, met bewijzen te sta ven. Hij hield overigens degenen die wisselen wilden, zoo veel mogelijk daarvan terug, en maakte hen opmerkzaam, dat zij beter deden zoo mogelijk te wachten tot dat zij te Londen zouden zijn, waar de koers veel minder nadeelig was. i lierbij verdient wel in overweging te worden genomen, dat het in Engeland geen gebruik is 0111 geld, boven eene zeer geringe som, in huis te hebben, maar dat men het in de banken deponeert; dat echter de banken des Zondags gesloten zijn en op Zaterdag 20 Mei reeds te éen uur gesloten waren, zoodat het den consul te Portsmouth, al had hij overigeus geen bezwaar ondervonden, onmogelijk zou geweest ziju om gedurende die beide dagen geld in ruime mate voor te schieten. Daar de consul ook te zorgen had voor de lading en den romp van de Willem III en voor de belangen der Maatschappij, zal het geen verwondering baren, dat hij niet persoonlijk ieder passagier kon te woord staan op het oogenblik dat deze dit verlangde. Zulks schijnt door de schipbreukelingen, die allen te gelijk geholpen wilden worden, niet genoegzaam in het oog gehouden te zijn; zooveel mogelijk is echter in ieders behoeften voorzien, en is alleen tegen het //ad libitum" voorschieten van geld door het consulaat bezwaar gemaakt, een bezwaar dat gemakkelijk uit den weg te ruimen geweest ware, indien slechts de geldvragers door hunne vrien den in Nederland, per telegraaf, eene soort van borg hadden willen stellen. Bij de toezending van bovenstaand verslag geeft Zr. Ms. gezant te Londen, die den vice-consul Van den Bergh ook mondeling over de zaak heeft ge hoord, te kennen dat, naar zijne meening, zoowel de Nederlandsche consul te Portsmouth als de ge zagvoerder van de Willem 111 niet alleen hun plicht gedaan hebben, maar zelfs lof voor hun gedrag verdienen. Ter kennis van belanghebbenden wordt ge bracht 1". dat, uit hoofde van uit te voeren werken, de kanaalpaudeu der Zuid-Willemsvaart tusschen de sluizen 14 en 16, alsmede de Noordervaart, van 17 tot en met 30 Augustus aanslaande, ten gevolge van aftapping, \oor de scheepvaart ge sloten worden; 2'. dat, in verband daarmede, de in de Staats- Courant van 9/10 Juli j.l. aangekondigde sluiting van het kanaal van Luik naar Maastricht, is uitgesteld en thans bepaald van 17 Augustus tot 6 September aanstaande. B1NNBNL.AND. Stomfwijk, 24 Juli. Tot leden van den gemeente raad ziju herkozen de heeren t T. C. Roering, burgemeester, en A. Van Dijk; evenwel zal eene nieuwe verkiezing noodzakelijk zijn, daar laatst genoemde heeft bedankt. Veur, 24 Juli. Herkozen de heeren Jbs. De Koning en Fr. Vieveen. 's-Geavenhage, 23 Juli. Gedurende deze week ziju 16 gevallen vau pokkeu aangegeven, die allen te Schevcningen voorkwamenzijnde het zelfde getal als in de voogaande week. Gistereuavoud ten 10 uren is er bij eene bewoonster in de Haagpoort, tengevolge van het omvallen van eeue lamp, gevuld met petroleum, brand ontstaan, die onmiddelijk, door het toege schoten publiek is gebluscbt. Dezen pacht ten halfvier gebeurde hetzelfde Inj mevrouw H., in de Zeestraat alhier. De politie heeft zich met extincteurs derwaarts begeven om den brand te blusschen, en de spuit van het re- gemeut grenadiers en jagers was ook spoedig daar tegenwoordig, doch door eeu bediende uit den Bazar van den heer Boer was het vuur reeds uitgedoofd. Men vermoedt dat de brand ontstaan is door het omvallen van een nachtlampje. De schade is gering. Delft, 21 Juli. Door de politie alhier, is proces verbaal opgemaakt tegen J. B.,koopman te's-Hage, die jl. Douderdag, staande met zijn kraam op de Markt alhier, vijgen, rozijnen eet. te koop aan bood, wegens het bezigen van een gewigt van a hectogrammen, 't welk bij onderzoek is gebleken 6 grammen te licht te zijn. Utrecht, 24 Juli. Een bauketbakkersjongeu, die eenig banket moest bezorgen, dat door een onbekend persoon voor eene familie besteld was, werd door denzelfden persoon op het Munster- kerkhof aangesproken, die zeide, dat hij het zou medenemeii, eu tegelijkertijd nog een tulband bestelde, die hij zou komen halen. De jongen geloofde hem, doch werd nog bij tijds gewaar schuwd; want reeds was de man op den loop gegaan met het banket. De jongen haalde echter op de Mariaplaats den dief in, waar deze het gestoleue op den grond wierp en zijn weg op een draf vervolgde. Doesburg, 22 Juli. Heden overleed alhier Dr. H. P. Timmers Verhoeven, vroeger predikant te 's-Gravenhage, laatstelijk secretaris van de Synode der Ned. Herv. Kerk. Onze stad verliest in hem een verdienstelijk burger, die zich als lid van den gemeenteraad en in andere betrekkingen steeds beijverde haren bloei te bevorderen en zooveel het hem mogelijk was, kennis en bescha ving te verspreiden. Zijne belangstelling in on derwijszaken, waarin o. a. zijne bemoeiingen tot oprichting en instandhouding eener ambachtschool kunnen getuigen, en zijne medewerking bij het organiseeren der litteraire en muzikale vereeui- ging, Utile dalei, zullen alhier niet spoedig worden vergeten. Moeilijk zal bel zijn, den weidenkenden, weiwillenden en weisprekenden man als raadslid en in zoovele andere betrekkingen waardiglijk te vervangen. BUITENBAND. Frankrijk. Men zal zich herinneren dat van de zijde der hooge Fransche geestelijkheid adressen tot de Nationale Vergadering werden gericht tot herstel van de onafhankelijkheid van den Paus. In de zitting van deze vergadering van Zaterdag 11. werd rapport uitgebracht door den afgevaar digde Pajot over de petitiën van de aartsbis schoppen van Cambrai eu Bourges, van den bis schop van Arras. Deze rapporteur verdedigde breedvoerig do wereldlijke macht; hij stelde het gouvernement verantwoordelijk voor de bezetting van Rome door Italiëhij schreef de rampen van Frankrijk toe aan het verlaten van den Heiligen Stoel, en concludeerde namens de commissie van rapporteurs tot verzending vau de verzoekschrif ten naar den Minister van Buitenlandsche Zaken. Over eenentwintig petitiën van dezelfde strek king wordt door eeu ander afgevaardigde rapport uitgebraebt. Daarna was den heer Thiers aan 't woord. De president der republiek drukte zijn leedwe zen uit, dat dit onderwerp in deze zitting moest behandeld worden. Zijne vroegere nreening te dezen opzichte wa» dezelfde gebleven. Iuiusscbeu gold 't ook hier, dat men eene zaak beter dient door te zwijgen dan te spreken. Indien, zeide hij in Frankrijk een nieuw denk beeld opkomt, dan wint 't onmiddelijk veld, daar de rede onmachtig is er zich tegeu te verzetten; daaraan hebben wij al onze rampen te danken. Wij hebben gebroken met onze traditioneele politiek, die vau Hendrik IV, van Richelieu, eu Mazarinwij hebben het schoon politiek even wicht, Van 'tjaar 1315, dat ons iu de plaats van de macht van 't grondgebied die van den invloed schonk, vervangen door de rampzalige politiek der nationaliteiten, eeu politiek die spr. ten sterkste veroordeelde eu wier ongelukkige resul taten hij in 't licht stelde. De Italiaansche eenheid riep die van Duitsch- land in het leven. Ik, ging hij verder, ben niet de grondlegger van dit Italië. Maar de eenheid is voltooid. Zij bestaat. Wat kuuneu wij er aan doen? We moe ten geen politiek huldigen, die ons ten oorlog zou voeren. Wij staan alleen: Rusland heeft Rome in den steek gelalen; Engeland houdt er zicb niet mede bezig; Oostenrijk, zeer sterk Ka tholiek, achtte het wijzer met Italië op een goe den voet te leven Pruisen beproeft zich eeu weg te baneu door de Alpen 0111 zich nauwer bij Italië aan te sluiten; öpauje heeft eeu koning uit Italië genomen. We moeten dus tot de conclusie komen een zeer slecht beleid was van 't vorig »n...LCia^Hl nement, om vau Italië te maken, hetgeen ik neem hartelijk deel in de wederwaardig^1 die het Pausdom treffen. Maar wat kunnen tie zou er aan doen? -liMxl Het verdere gedeelte van de rede van den^y^j, Thiers komt hierop neder, dat hij zich zal om 200 mf den van 't voeren eener avontuurlijke politie^' y6je wat hij beloofde te zullen doen, was dat Franl jjooee alleen of in vereeniging met andere mogendh^^^ alles zou in 't werk stellen ter verdediging 0 0 ren re de onafhankelijkheid vau geest en geweten den Heiligen vader, gelijk een en anüer in r(je concordaat is omschreven. srbodig De zienswijze van den heer Thiers werd on jiadsto steund door verscheidene sprekers. Een zeer warm en onstuimig debat volgde,avau|j( eindigde met de verzending van de petitiën ,.t den Minister van Buitenlandsche Zaken. Duitschland. )r Nergpus is 't verzet van aan hun kerk getroiuarbor) Katholieken tegeu de onfeilbaarheidsleer stera was en O'e I jk r dan in Duitschland. Men detDoor c aan Dölhnger en andere vele eminente gee; het J lijken, die hem volgen. Deze weerzin tegen 1 het vooroordeelen van het concilie neemt met i.ken, dag toe; men laat 't niet bij weerleggingen ivernt protesten, maar tracht al meer en meer pranenzv sche resultaten van die oppositie te verkrijga het Van daar vereeniging van tal van Katholielr laai om middelen te beramen, 't zij tot uitdrukkaarna van de conciliebesluiten, 't zij om die kraciioon loos te maken. r zaal Voor een van die vereenigingen heeft Prof, T. Schülte de volgende punten ter behandeling formuleerdlitasa De Staat verklaart dat hij de dogma's vat Cort Juli 1870 niet erkent als de leer der in de gro:"redel wet bedoelde Katholieke Kerk de Staat nin del1 aan die dogma's geeuerlei werking toelatenireid'^ zijn eigen gebied, noch op dat der gemeeas de noch op dat van burgerlijk ot van politek rechttljd nc de Staat moet elke poging om de leer van ani'le Pauselijk staatsrecht op het terrein des practise!]"*''' levens in toepassing te brengen, met alle ht. ten dienste staande middelen te keer gaan; de Staat moet niet dulden dat de Katholiek: len, d tast worden onderdrukt door de Bisschoppen, die nieuwe leer zijn toegedaan. Ieder Bisschop i zich zoodanige verdrukking veroorlooft, moet «1 den bedreigd met de intrekking der gelden, v j ten behoeve van tot zijn ressort behoorende pet- sonen en iustelliugen uit de Staatskas vloeiei);-"^"^ de Staat moet houden het register van den Bit- gerlijken Stand voor geboorten, huwelijtevvz sterfgevallen. Hij moet het verplicht burger,,. odige indha Par^ rkiez Felix bood mevr. Baum zijn arm, en zij volg den Martin die voor hen uitging. Met inspanning overwon zij het beven dat hare schreden als het ware verlamde, en toen zij nu in de nabijheid van den gevreesden en gehaten man was, toen zij die gebukte gestalte en dat ingevallen gelaat, toen zij dat witte haar zag, niet door den last der jaren, maar door berouw en kwelling verbleekt, toen gevoelde zij diep, dat een hooger rechter tusschen hem en haar recht had gesproken, en al haar haat loste zich op in een diep mede lijden en pijnlijk gevoel. Zij bleef slechts eenige minuten, maar die oogeublikken deden den storm bedaren, die jaren lang in het binnenste dezer vrouw had gewoed, en kalm en getroffeu keerde zij naar Victorine terug, die, met het hartstochte lijke ongeduld der jeugd, het gewichtige oogen blik verbeidde. „Heb ik lang geslapen, Martin?" vroeg de Chevalier toen hij een poosje later ontwakende, zijn ouden, getrouwen dienaar 111 de tuinkamer naast bem zag. „Zoo tamelijk, mijnheer de Chevalier en God dank heel vast." „De kleinste bemoeiing grijpt mij thans aan; ik heb hedenmorgen, daar uien mij met valsche berichten heeft bedrogen, miju oorspronkelijk testament weer in orde gebracht, hoe leed het mij ook voor de kleine Anna doet, die nu zonder middelen is, zooals de Baron mij schreef. Maar het moet toch zoo zijnhaar broeder moet haar steun worden, er blijft nu nog maar over om ded notaris zoo spoedig mogelijk te laten komen, om het testament in ontvangst te nemen." „Dat kan heden nog geschieden mijnheer, maar nu wacht er iets anders op u," antwoordde Martin aarzelend. „Er is daar buiten eene dame, die u wenscht te spreken." „Ach, zeker de presidentsvrouw," zeide St.-Aubin angstig en afwerend, „neen, Martin, ik kan haar niet zien, ik ben werkelijk ziek en zwak, of, zij moet mij tijd laten, voegde hij er bij, aan de aangeboren galanterie jegens dames onwillekeu rig toegevend." „Het is mevrouw Rieger niet, mijnheer de Chevalier," begon Martin weder, „het is eene andere dame die van verre komt, uit Frankrijk, en u eeu gewichtige tijding wil brengen." „Een zacht blosje werd op het ingevallen ge laat van den Chevalier zichtbaar;" „uit Frank rijk," herhaalde hij, terwijl hij begon te beven, „Martin ik kau die tooneelen vol bedrog en snoode teleurstelling niet nog eens doorstaan wie is zij?" „Zij wil haar naam niet opgeven," ant woordde Martin uitwijkend, daar hij altijd vreesde dat de Cbevalier het beslissende oogenblik uiet zou beleven als hij te vroeg zekerheid kreeg, maar zij beweert, dat gij ze vroeger goed gekend hebt. St.-Aubin snakte naar adem; „breng haar binnen Martin," zeide hij opstaande en met de bevende haud op de tafel steunende, ik ben overal op voorbereid." Martin verwijderde zich en de Chevalier bleef staande, zijne terugkomst afwachten. Hij had den rug naar de deur gekeerd, hij hoorde de schreden der terugkeerenden, het ruischen van een zijden kleed, maar de kracht ontbrak hem om zich om te keereu, hij stond als Letooverd, als verlamd in iedere beweging. En daardaar stond zij voor hem eu zag hem ernstig en toch liefderijk aan. „Georgine Lambert!" riep hij vol ontzetting uit en tuimelde terug in zijn stoel. „Ik ben gekomen," begon mevrouw Baum diep bewogen. „Neen neen," riep hij uit, terwijl hij opstond en angstig de handen uitstrekte, „zeg het niet, ik verlies den moed! ik hoor hem nog altijd, dien vloek die achttien lange jaren met mij medegegaan is; bij is vreeselijk vervuld geworden 1 Ik dwaalde van land tot land, van stad tot stad, toen ik in Ems uw spoor verloor; ik wilde, ik inoest hem terugvinden den vrede, ik heb altijd gezocht en nimmer gevondenIk heb verborgen geleefd, zonder rust, zonder vreugde, zonder hoop; ik heb de menschen ontvlucht, eu zij hebben mij verlaten tot op éenen na, die, overeenkomstig uw vreeselijken vloek, ellendig met mij werd. Ik ben huwelijk invoeren. Hij moet zoowel van de lede1 der Vertegenwoordiging als van al zijne Kath.*~T~ lieke ambtenaren en dienaren in hun eed^g de Grondwet de verklaring eischen dat zij g Onfeilbaarheidsleer verwerpen; de Staat m>e toi de geineeuteu der grondwettig erkende Katb |D zl lieke Kerk handhaven in het bezit der kerfce lijke goederen en gelden; de Staat moet st,n n, iederen geestelijke, die de onfeilbaarheidsleqng is toegedaan, de waarneming van elke fundi— bij Staatsinrichtingen verbieden; de Sis moet, wanneer hij eenig recht tot voordraf;Ausi van, of tot deelneming aan de benoeming nirg 1 geestelijken heeft, zijne keuze uitsluitend vesti euwl op dezulken die de onfeilbaarheidsleer vervs3'" pen; de Staat moet in alle geval elke ovt'. ïegei schrijding van de grenzen der bevoegdheid v;ov bisschoppen en priesters op het gebied des bu-nd gerlijken levens ten krachtigste tegengaan. t R; Grr-oot-Brittanië. oolzs Toen Gladstone op 't laatst der vorige wer aan 't Lagerhuis aankondigde het besluit der K ningin, waardoor in spijt van den tegenstai q0 vau 't Hoogerhuis het stelsel van overgang dn ik. zoo moede ik zou van de aarde willen scbty^ den, maar de hemel is voor mij gesloten, die vlo«n is een grafsteen, die mijn geloof niet kan we; wentelent j „Mijn God, mijn God," zeide zij treurig, „waaroLry)e liet ik u de wraak niet over, die toch geztg>j hebt „de wrake is mijn." Wij hebben alle-me gedwaald, St.-Aubin en God moge ons vergevetg, i zooals ik u nu vergeef uit den grond van mijt ja hart. Ik ben gekomen om vrede te brengen eer|£( verzoening en om uwe laatste dagen te zegenetgM opdat het graf en het sterven u met bezware;jer(. maar troost en vrede brengen moge." l0 De Chevalier slaakte een luiden gil, hij de-)egj een stap voorwaarts, ademde twee of driema,jj zoo diep mogelijk, als iemand die naar luc,ijnl snakt, en stortte bewusteloos voor de voeten docht diep geschokte vrouw. (/g< „Trek aan de schel," riep Martin, die zich lonk ijverde, hem op te beuren. „Haal water en az.ijn 1 snel, snel, ik geloof, dat alles gedaan is." Ee Maar de Cbevalier ademde nog; Felix dieu'lotsi Victorine spoedig kwam toeschieten, droeg hf£am< als een kind op de canapé, en na verloop "et 1 eenigen tijd sloeg hij de oogen op. Hij sche Te zich het voorgevallene duidelijk te herinnerdotai hij zag vrij en rustig om zich heen en vooraar op Victorine, die bleek, maar gelukkig glimlachenm aan zijne legerstede stond, vestigde zich

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1871 | | pagina 2