N°. 3474.
Vrijdag
A°. 1874.
9 Juni.
W. J. KNOOP,
LEIDSCH
DAGBLAD.
(j PRIJ^ DEZER COURANT.
Voor Leiden per 3 maanden3,00.
Franco per post3.85
Afzonderlijke Nomraers0.05.
Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering van
Zen- en Feestdagen, uitgegeven.
PRIJS DER AnVERTENTIEN
Veoriederen regelf 0.15.
Grootere letters naar de plaatsruimte die zij beslaan.
Generaal W. JT. KNOOP
or
Baron WASSENAEB.
FEITEN DIE SPBEKEN.
Hoe meer wij ons verdiepten in eene nauw-
«ezette studie Van al hetgeen de heer Van Was-
senaer sedert zijn lidmaatschap der Kamer heqft
geredevoerd, des te meer kwamen wij tot de
ilotsom dat deze afgevaardigde eigenlijk volbloed
partijman is. Het is in ieder volksvertegenwoor
diger een groote deugd om onafhankelijk te zijn,
en wat dit betreft hébben de liberalen nog bij
laatste begrootingsdiseussie getoond eene groote
mate van onafhankelijkheid te 'bezitten, mapr
indien deze deugd nu zoover wordt gedreven vaD
geen gelegenheid te laten voorbijgaan om poli
tieke tegertstanders aan te vallen en stelselmatig
alles af te keuren wat die tegenstanders voordra
gen, dan lë'ggén wij aan een ieder de vraag voor,
of dit niet is het opofferen van het algemeen be
lang aan partijzucht?
Geen liberaal ministerie tijdens zijn lidmaat
schap aan het bewind, of baron Van Wassen aer
richtte er zijn batterijen tegen; geen maatregel
kon van zulk een ministerie komen of baron
Van Wassenaer stond in de voorste gelederen
der oppositie.
Maar was dé Regeering in conservatieve handën
dan werd die zoogenaamde onafhankelijkheid
opgeofferd en veranderde de zelfstandige man in
een afgevaardigde die ja en amen zeide op alles
wat van die zijde uitging, die' van veróntwaar-
liging tintelde tegenover de libéralen, waar déze
de scbromelijkste tekortkomingen en feiten van
het conservatief bewind in het licht stelde en
l bestréed
Wij hebben er gisteren reeds op gewezen,-hoe
[zoetsappig de heer Van Wassenaer zijn grieven
legen het onderwijs tijdens het ministerie Heems
kerk e. s. voordroeg. Ook in het tweede heug-
nisvolle jaar, dat dit ministerie beleefde, het zit
tingjaar 1867/68; toonde de heer Van Wassenaer
zich geen al te getrouwe zoon der anti-revolu
tionaire school. In stede toch even nadrukkelijk
voor die richting op te treden als tegenover de
Ministers Fock en Thoi'becke, bleef zijn aandrang
op wijziging- der schoolwet -bij den heer Heems
kerk altijd zeer vleieDd en watermelkachtig. Eu
dat de toen door hem bedoelde wijzigingen niet
naar den zin der anti-revolutionairen en ultra-
montanen waren, kan Meruit blijken, dat bij
het bezwijken van den heer Heemskerk voor de
vleiende aandrang, deze richtingen het wijzigings-
ontwerp niet eens voldoende hebben geacht.
Langzamerhand zijn wij genaderd tot de ont-
I binding der Kamer onder het ministerie Heems-
Ikerk, in 1867. De heer v. Wassenaer werd
[herkozen en zond den 2östen Februari zijne ge
loofsbrieven in.
Eenige merkwaardige feiten dienen wij in het
I geheugen terug te roepen, over de houding van
Iden heer Van Wassenaer in de daarop gevolgde
nieuwe zitting.
1°. Bij gelegenheid der interpellatie van den
leer Thorbecke over deze ontbinding, verdedigde
lonze afgevaardigde magno animo die daad. De
Iontbinding werd door bem in bescherming geno-
I men, omdat zij z. i. geheel was in 's lands be-
1 isng. Het .ministerie mocht niet wijken voor het
1 itonstitutioneel gedrag der vertegenwoordiging.
Kortom hij maakte zich tot uitstekend tolk van
f Azelfde beruchte thesis, door bet Dagblad van Zuid-
I 'Mlani in dien jammerlijken tijd uitgekraamd.
2®. Bij de beraadslaging over het verslag der
I tommissie betreffende de Limburg-Luxemburgsche
I aangelegenheden, ademden de beschouwingen van
pen heer v. Wassenaer eene onafgebroken ophe-
I nieling van het buitenlandsch beleid van graaf
I Van Zuylen in de Luxembursche quaestie, d,oor
lie vorige Kamer ten sterkste afgekeurd,
I oordeel blijkens den ongunstigen uitslag der
lëezingen voor de regeering, ook door de natie
Ifedeeld.
'i'. De beraadslaging over de begrooting van
I■iedarlandsch-Indië, voorgedragen door den heer
[Hasselman gaf den heer v. Wassenaer de gele
genheid zich zoo gepronoceerd mogelijk aan te
[sluiten bij de reactionaire koloniale politiek Van
dien Minister.
llfif.J Wij gaan over tot het liberaal ministerie Fock-
V&n Bosse.
;en
er-
Bij de beraadslagingen over de definitieve bë-
grooting voor het dienstjaar 1868, wendt hij, bij
het debat over Hoofdstuk V, allerlei pogingen
aan om den minister Fock in zake het ouderwijs,
in de fuik te krijgen; doch zij blijven vruchtelods.
De heer Fock staat even pal voor het openbaar
onderwijs, als dezer dagen de Minister Thorbecke
deed, evenals vroeger de heer Heemskerk Az.
vóór dat hij uit politieke kansrekening de ultra-
montanen eu anti-revolutiouaireu te vriend be
greep te moeten houden.
De. bekende interpellatie van wijlen den lieer
Koorders stelde onze vertegenwoordiger in staat
den oorlog voor goed aan den heer Fock te ver
klaren.
Al spoedig zou meer afdoend 'blijken, hoe na
deze oorlogsverklaring de heer Van Wassenaer
zich in alle opzichte schaarde onder het banier
van de ami-revolutionaireii en Ultramontanen.
Het adres van antwoord op de troonrede, bij
de opening van het zittingjaar 1868/69 uitgespro
ken, stelde hem daartoe iü staat.
Bij de paragraaf onderwijs, in antwoord op de uit
drukking: Van Mijne bijzondere zorg voor het onder
wijs zal u blijken", verhief de heer van Wasse
naer zijne stem tegen dit staatsstuk in bewoor
dingen, die wij niet aan bet oog der kiezers mogen
onttrekken.
„Van dit staatsstuk, sprak hij, opgemaakt, door
de raadslieden van de Kroon, kon men toch wel
Diet anders verwachten, of het zou niet vergeten
dat in eene vorige Troonrede de quaestie vén
het lager onderwijs was behandeld en dat kórt
vóór het optreden van deze Regeering een wiet
aanhangig was gemaakt tot opheffing van de véle
bezwaren die omtrent dat lager onderwijs be
stonden. Maar neeD, de raadslieden van de KroÓD,
vonden noodig den gebeelen toestand te ignoreerèu
Mogen wij hetzelfde doen Mogen wij den toestand
ignoreeren waarin de gemeenten zijn gebracht in
plaatsen waar het bijzonder onderwijs bloeit?"
En verder: Mag de Kamer ignoreeren dat er itan
wege de natie een levendig protest tegen de wet van
1857 is in het leven geroepen 1 Mag zij ignoreeren het
mandement der bisschoppen? De hooge katho
lieke geestelijkheid heeft nog nimmer zulk een
toon gevoerd."
„Is niet elke bijzondere school een protest le
gen de wet van 1857
Reeds toen dus kiezers, begon de heer v. Was
senaer de stellingen te huldigen door den opper
priester der katholieke kerk vooropgezet, en die
schrik en ontzetting in gansch Europa teweeg
brachten.
Reeds toen plaatste hij zich 'in de kamer op
het standpunt- van de bisschoppen. De bisschop
pen verkondigden en verklaarden in geschrifte
letter, geest en bedoeling van Encykliek en syl
labus. De heer Van Wassenaer vestigde er de
aandacht der volksvertegenwoordiging op.
Aan de behandeling der staatsbegrooting voor
1869, neemt hij ijverig deel, en geeft bij de
behandeling van Hoofdstuk V, practische bewijzen
van zijn afkeer der schoolwet.
Hij stemt voor al de amendementen die ver
worpen werden van den heer Gefken, strekkende
tot vernietiging van het openbaar-en middelbaar
onderwijs, en wensebt verplichte schoolgeld liel-
fiug op de lagere school.
Den heer Van Wassenaer op den voet volgende,
altijd waar het belangrijke zaken betreft, zien
wij hem zich verklaren tegen den echt liberalen
maatregel tot afschaffing van het zegel op de
dagbladen, en zijne ontluikende denkbeelden over
het stemrecht aan het volk achter de kiezers
neerleggen in het amendement van den heer
Heemskerk Az., waarvan hij medevoorsleller was,
om, bij de behandeling van het wetsontwerp'tot
herziening der kiestabel,- op eenmaal den cencus
voor het kiesrecht te halvceren en hem dus voor de
gemeenteraden op te brengen van het tegen
woordig bedrag.
Wij staan nu voor eene nieuwe zitting die
van 1869/70. Alvorens daaraan onze aandacht
te wïjdeD, stappen wij een oogenblik van 'het
politiek gebied af, om houdiDg en beleid van
den heer Van Wassenaer, waar het de stoffelijke
belangen der natie gold, door eenige feiten; te
doen uitkomen.
Hij stemde in Juli 1868 tegen de gewijzigde
overeenkomst, met de kanaalmaatschappij, waar
door de doorgraving van Holland op zijn Smalst
mogelijk werd, en in verband daarmede stemde
hij in December daaraan volgende tegen de rente
betaling aaD de Kanaal-maatschappij, ten einde haar
te dwingen een contract over te leggen, eene daad
welke de heer De Bosch Kemper niet schroomde een
zeer revolutionairen maatregel te noemen. De baron
Van Wassenaer behoorde dan ook tot de 15 voor
stemmers voor het amendement Pijnappel, tot wei
gering der rentebetaling.
Aldus ondersteunde de heer v. Wassenaer zeer
krachtig alle pogingen om de doorgraving vau
Holland op zijn Smalst, waarbij zoo1 groote be
langen van handel én nijverheid betrokken zijn
tegen te werken en te verijdelen.
In Maart 1869 verklaarde hij zich tegen de
nadere overeenkomst, welke strekte om de uit
voering van den Spoorweg Samarang-Vorsten-
landen ihogelijk te maken.
Den 8sten November 1869 behoorde hij tot de
voorstemmers, voor het amendement' van kien
reactionairen afgevaardigde Nierstrasz, gewicht
tegen het voorstel om de verbetering van1 het
rechtswezen, door afscheiding der rechterlijke en
administratieve macht'in Indië mogelijk te maken.
Gelukkig werd dit amendement, waartegen
de kundigste rechtsgeleerden in' de Kamer hunne
stem verhieven verworpen met 47 tegeD 80
stemmen.
Den 16den November van dit jaar, keurde hij
door woord en stem het amendement Nierstrasz
goed, om de pacht op de pandjeshuizen in Indië
wederom in werking te doen treden. Men weet
dat die onzedelijke pacht door de bezadigste
mannen in de Kamer genoemd werd, de verrij
king van het gouvernement met het bloedgéld
van den Javaan.
Het amendement werd dan ook met verplette
rende meerderheid veroordeeld. Vierenvijftig afge
vaardigden verwierpen het en dertien namen het
aaD. Onder de laatsten bevond zich de heer Van
Wassenaer.
Den 4den December bestreed hij een amende
ment van den heer Moens om den post voor het
zoo hoogst noodige onderwijs in de gevangenissen
met ƒ4000 te verhoogen.
Den 20sten December ging hij weer haDd aan
hand met den heer Nierstrasz. Hij stemde voor
het verworpen amendement van dien Delftschen
afgevaardigde, om den bouw van ijzeren schepen
op particuliere werven te beletten eu dus de par
ticuliere nijverheid te belemmeren.
Het is juist hierover dat de heer De Gasembroot
dezer dagen bij de behandeling van de begrooting
voor Marine/ loyaal amende honorable heeft ge
daan, door de' inrichting te Fijenoord zeer te
prijzen en te bekenflen, dat hij vroeger gedwaald
had, door het bouwen van ijzeren schepeD op
particuliere werven te bestrijden.
Kiezers, wat dunkt u van zulk een afgevaar
digde?
Kan dit wel langer de man zijn die het vrij
zinnige en nijvere Hoofdkiesdistrict Leiden mag
vertegenwoordigen
Zult ge niet schouderophalend Deerzien op een
artikel dat heden in het Dagblad van Zuid-Holland
voorkomt, en dat zeker dank zij de 500 guldens
die de algeineene conservatieve kiesvereeniging
voor ieder district beschikbaar stelt, legio in ons
district zal verspreid worden
In dat artikel dat van geduchte vrees voor den
uitslag der verkiezing iu ons district getuigt, wordt
de heer v. Wassenaer als de trouwste volgeling
van de Dagblad-richting opgevijzeld.
In dat artikel wordt de eerbiedwaardige en
talentvolle staatsman, de heer Groen van Prins-
terer deerlijk gehavend, ja wordt zelfs beweerd
dal de heer Groen er de schuld van draagt dat
de heer Van den Berch van Heemstede niet her
kozen werd tot lid van de Provinciale Staten.
Iu dat artikel wordt gezegd dat de heer Groen
den heer Van Wassenaer vervolgt omdat hij
geen slaafsch volgeling van dien leider der anti-
revolutionairen wil zijn.
Al te maal onwaarheid roepen wij uit.
De heer Van Wassenaer is een zuiver volgeling
vau den heer Groen.
De heer Groen werkt den heer Van Wassnaer
niet tegen.
Wij herinneren aan de volgende woorden1 in
de Heraut, die zijn volkomen instemming belujgd
met de politieke gedragslijn van den heer Groèn
„Alleen zij, die gelijk de heer Van Wassenper
in de Kamer adhaesie zonder beding, instemming
zonder voorbehoud met ons program betuigden,
kunnen bij de scherpe scheiding, die thans niet
meer weg is te nemen door de anti-revolutionai
ren gesteund worden."
Is dit duidelijk of niet?
De conservatieven zijn daarvan evenzeer over
tuigd, maar zij zijn onoprecht en durven niet uit
te komen voor hun verbond met de uiterste ker
kelijke partijen.
Maar bet Dagblad kan dit aan onze kiezers niet
diets maken. Zij hebben geen Haagsche brillen
noodig om te zien wat hier gebeurt.
Zij weten dat de conservatieve fractie zich in
ons hoofdkiesdistrict geworpen heeft in de armen
van de anti-revolutionairenzij weten dat de
heer Van Wassenaer tot candidaat is gesteld door
conservatieven en anti-revolutionairen. Zij weten
dat deze laatsten zich hebben aangesloten bij het
program van den heer Groen en bij het verbond
der kerkelijke bladen.
Zij begrijpen dus, dat iedere stem uitgebracht
op den heer v. Wassenaer, de beteekenis heeft,
dat tneb het opeüba'aTlage'r ohöerwijs wil dooden,
de staatskerk wil ihvöef'en en het algemeen stem
recht in practijk wil brengen.
En wanneer het Dagblad van Zuid-Holland zegt,
gij spreekt onwaarheid, door Te zéggëó daf de
onderwijsstrijd nooit zoo "lievig was' als thaos,
dan zeggen wij, bemóëit u'liever met uwe eigen
zaken, en wilt gij daarvan afwijken stelt u dan
eerst goed op de hoogte van hetgeen in een ander
district omgaat.
Had het Dagblad dit gedaan, dan zoude het gewe
ten hebbeD, dat in het Hoofdkiesdistric't Leiden de
onderwijs-quaestie de verkiezing nimmer zoo be-
heerscht heeft, als thans. Dén zóu het 'geweten
hebben, dat èu de heer Steetgr&cht, èu generaal
Knoop juist candidaat werden gesteld om hunne
gehechtheid aan de openbare lagere school.
En dat dit de kiezers evenzeer weten, zal blijken,
wanneer op den 13den Jh'iii zégevierend uit de
stembus komt de Luitenant-Géneraal
oud-lid van de Tweede Kamer der Staten-Ge-
neraal.
Leiden, 7 Juni.
Sedert de vorige opgave zijn alhier door pok
ken aangetast 7 personen, als hersteld opgegeven
5, overleden 4, zoodat in behandeling blijven 149.
De aanbevelingslijst, dóór de Rechtbank te
Haarlem opgemaakt ter Vervulling vah de open
gevallen recMersplaats, de vol'^énde heerên ge
plaatst Mr. Duymaer van Twist, rechter Dord
recht Mr. T. L. L. PriDS, rechter-plaatsvervaDger
bij de Rechtbank te HaarlemMr. baron Sloet
tot Oldbuis, rechter in de rechtbank te Win
schoten. (H. Ct.)
Bij de Kon. Mil. Akademie worden van af 1
September 1S72 werkzaam gesteld de volgende
officieren: de 1ste luit. adj. M. H. J. Plantenga
van het 7de reg. inf. als leeraar iD de militaire
aardrijkskunde en statistiek-en in liet rechtlijnig
en situatieteekeuen, de 1ste luit. L. De Vlaming
van het reg. gren. ën jagers als leeraar in de
krijgskundige vakken, de 1ste luit. J. C. Gaillard
vau het 1ste reg. vest. art. als leeraar in het
teekeneD voor de art.-weteugchap, de 1ste luit.
J. J. De Greve van het 1ste reg. vest.-art. als
repetitor iu de art. wetenschap, de 2de luit N.
C. Grotendorst van het 2de reg.' vest.-art. als
repetitor in de wiskundige vakken. De heereu
Planteuga, De Vlaming, De Greve en Grotendorst
worden reeds met 1 Sept. a. s., de he6r Gaillard met
1 Februari 1872 voorloopig bij de Akademie
gedetacheerd.
Als een bijzonderheid verdient te worden ver
meld dat gisteren hier ter slede een milicien, die
reeds ingelijfd was, voor den militairen dienst is
afgekeurd, „omdat^.pijn ,jiart niet op de rechte
plaats zat,"
Z. M: heeft tot ridder der orde van den Neder-
landschen Leeuw benóenrid' Dr. P. M. Mess, ge
neesheer vau liet gemeente-badhuis te Scheve-
ningen.
Z. M. heeft aan Mr. H. W. G. Ras, op zijn daartoe
gedaan verzoek, eervol ontslag verleend alk plaats
vervangend kantonrechter te Amsterdam (derde
kanton).
Z. M. heeft goedgevonden bij het wapen der
infanterie te benoemen: bij bet Cde regiment, tot