saus- .V. 3467 Donderdag A°. 1871. 1 Juni. Aan de Kiezers in het Hoofdkiesdistrict Leiden PRIJS DEZER COURANT. Voor Leiden per 3 maandenƒ3.00. Franco per post..3.85. Afzonderlijke Nommers0.05. Deze Courant wordt dagelijks,met uitzondering van Zen- en Feestdagen,uitgegeven. PKIJS DER ADVERTKNTIEN Voor iederen regel0.15. Grootere lettere naar de plaatsruimte die zij beslaan. f n 'bm.r.i.uu VM'i JJii-j-''iid Met ons zulleD alle liberale kiezers zich zeer I- i ;ii i tl'. i 11 I- leleurgesteld gevoelen, bij het vernemen dat Jhr. Mr. H. A. Steengracht verklaard heeft, de eau- didatuur voor de Tweede Kamer der Staten Generaal ditmaal niet te kun- v i jbuow 9]si99 eliun Iiailoganml .haabsini I nen aannemen. De gelukkige keuze van dezen candidaat was in alle opzichten onbetwistbaar, en wij mochten feeds verheugen in berichten uit de meeste mderkiesdistricten, dat de candidatuur van den bewoner van Duivenvoorde met bijval was ont vangen en zeer veld,won. Iatusschen eerbiedigen wij de redenen die den beer Steengracht bewogen hebben, om den heer Van Wassenaer van Catwijck van een tegen- mididatuur te bevrijden, die werkelijk de her kiezing van het aftredend lid in het hoogste ge vaar bracht. Maar liberalen, daarom de hoop niet opgeven 1, Er is nog tijd over om een goede candidaat op te sporen en ingang te doen vinden. Wanneer dezelfde eensgezindheid voorzit als bij de vorige vergadering van liberale kiezers,' dan zal in eene dergelijke bijeenkomst, die op Zaterdag ,3 JuDi, in het Hotel Rijnland, Beeste- markt alhier, door de Kiesvereeniging het vAlge-I meen Belang" is bijeengeroepen zeer zeker een niet minder gelukkige candidatuur worden voor-' Welnu liberale kiezers geeft dan gehoor aan de roepstem van hen, die met veel ijver uwe be- IY-Z langen behartigen en komt Zaterdag a. s. te kwartier over elven trouw in het aangewezen locaal, om de onverwachte, maar door de omstan digheden geboden taak, te vervullen. REGEERING EN VOLKSVERTEGENWOORDIGING. Het liberaal kabinet van 1868, welks aftreden wij bij eene vroegere gelegenheid niet nalieten te be- litureb, maakte een einde aan een constitutioneelI verschil, dat inderdaad de hartstochten van het! volk sterk overprikkeld had, en waaruit zich ge-' beurtenissen zouden hebben kunnen ontspinnen, waarvoor Nederland steeds bewaard moge blijven. De staatsman, wiens ver reikende blik dit had, yoprzien en wiens vaderlandslievende zorgen ons; land van die benarde tijden verlostte, werd met sKonings vertrouwen vereerd, om aan de her haaldelijk én ondubbelzinnig uitgedrukte wen- Khen der natie te voldoen door haar een liberaal Ministpri© te schenken. Wij zullen ons niet meer verdiepen in de jong ste ministerieele crisis, maar constateeren dat de, formatie van een nieuw kabinet, na herhaalde-' te zijn gefaald, aan Thorbecke opgedra- S'a, binnen ettelijke dagen gelukte. Alleen zij; I bier de plaats tot aanhaling van de volgende woorden, door den Minister van Binnenlandsche.| Zaken bij de algemeene beschouwingen over de kaatsbegrooting uitgesproken «Een ander punt, Diet van zoo grooten omvang, waarover ik ongaarne spreek omdat het mij per soonlijk raakt, doch waaromtrent ik de gezegden 'au een paar sprekers niet onbeantwoord mag' alen. Ik mag ze niet onbeantwoord laten, omdat) 'ij tot geheele vervalsching van de historie zouden' bunnen gebruikt wórden, van eene historie waar van ik zelf deel heb uitgemaakt. Het betreft de strekking van den tegenwoordigen Minister van Binnenlandsche Zaken tot het vorig kabinet. Twee verschillende beweringen, lijnrecht tegen elkander 'udruischende, hebben wij daaromtrent vernomen. De heer Heemskerk zeide: gedurende het bestaan van het vorige kabinet waren, gezag-en verant- i woordelijk gescheiden; van daar de zwakheid van het kabinet. De heer Heijdenrijck stelde den man, die de eer had de samenstelling van dat; kabinet aan den Koning voor te dragen, verant woordelijkheid voor alle handelingen van dal kabinet. Ik wil, zonder een woord meer, de ge tuigenis inroepen van ieder en het zijn niet weinigen die getuigenis geven kan, of degeen, die de eer had dat kabinet voor te dragen, ooit eenige aanleiding heeft gegeven en niet veeleer iedere aanleiding heeft vermeden om hetzij gezag te doen gevoelen, hetzij de verantwoordelijkheid van dat ministerie te deelen." Alzoo bleef's lands bestuur in liberale handen, terwijl de onmacht dér conservatieven om het bewind te aanvaarden treffend uitkwam. Maar de tijd zou weldra verschijnen om te trachten de geleden schade te hersteilen met angstige, zenuwachtige spanning werd het oogenblik verbeid waarop het der reactionnaire leiders gegeven zou zijn de verschansingen aan tq leggen tot hardnekkige bestrijding van het ministerie van den vooruitgang. Bij de begröoting zou poolshoogte worden ge nomen; daarbij zou alles worden aangewend, om het ministerie in het nauw te brengen door het uitlokken van eene spraakverwarring, die meer malen gebleken is een van de bruikbaarste stre ken te zijn om der natie voor eên tijd van hetj rechte pad te doen afdwalen. Census, defensie,! financiën, onderwijs en vooral speculatie op del politiek van een bende gelukzoekers, die te Parijs eene door de udtuurlijke omstandigheden gistende en misnoegde bevolking, tot daden aan hitsten, die in gansch Europa diepe verachting opwekten, deze zouden de middelen zijn van de woelige eri onoprechte conservatieven om de overige anti-liberale fractien in de fuik té krijgen! I ten einde al vast gemeenschappelijk te velde te, trekken tegen die liberalen, die het land aan ai wat maar rampzalig is prijs geven De mijn is evenwel verkeerd gesprongen het liberaal ministerie en de liberale partij kwa-j men sterk, krachtig en ontzagwekkend uit den begrootingsstrijd te. voorschijn; een strijd die in het land éen heilzamen indruk heeft achtergelaten zoodat we geen oogenblik bevreesd zijn voor hef ministerie, als het binnen kort aan de beoor- i deeling van een hoogeren rechter zal onderwor pen zijn. In de Volksvertegenwoordiging werd het, wat de personen betrof, allerheuscht en met vee onderscheiding ontvangen. Het was of éeti geest onze afgevaardigden beheerschte, om tooi vooral te doen blijken van hunne ingenomenheid met het eerbiedwaardig, uit hoogst bekwamt mannen bestaand kabinet, yan hun bijval en ge rustheid dat onze emineDte staatsman met de grootste zelfverloochening, zijne jaren, die. zoo zeer op een welverdiende rust mogen aanspraak maken, njet ontzien had om Vorst en Vaderland nogmaals te dienen in moeielijke tijden. En bij preferentie waren het geen mannen van de libe rale zijde, die zoo spraken. De door de Amsterdamsche conservatieven afgevaardigde heer 's Jacob b. v., doelende op den langen -duur van de jongte miuistrieele crisis, zeide „Inmiddels schijnt mij de toekomst van een; vplk, dat aan een nijpend gebrek aan staatslieden' is -lijdende niet vrolijk. Een eerste vereischte tot een veerkrachtig volksbestaan, is, dat men zich zelve kunne besturen. Daarom vernam ik met genoegeD in de eerste dagen des jaars dat een voledig kabinet was verrezen. Daarom komt m. i. aar hpt hoofd van dit bewind de dank des lands toe, dat hij ons aan een beklagelijken toestand heeft onttrokken èu de van zijn standpunt voor- zekzr weinig begeerlijke taak heeft aanvaard om voer de derde, maal het roer van zaken in handen te aernen." En de heer Van Voorthuijzen, de man van den becachtzamen vooruitgang, 'welke ten laatste op I acheruitgang zou neerkomen, sprak de volgende merkwaardige woorden: „Bij deze algemeene beschouwingen wil ik ter stond reeds te kennen geven dat mijne houding tegmover dit kabinet niet zoo vijandig is als van sommigen mijner medeleden." (Zooals de heeren Van Wassenaer van Catwijck, Haffmans, Van Nispen en Bichon vanIJsselmonde.) rIk vvaardeer de zelfopoffering van den man die zich aan het hoofd daarvan gesteld heeft; die, h,otzeer op hoogen leeftijd, na herhaaldelijk de gewichtigste Staatsbetrekking bekleed te hebben en versierd te isijn met het hoogste bewijs van 's Ivouings gunst, er niet tegen heeft opgezien de leider te zijn van een liberaal ministerie, en, bad gedacht dat dit ook door anderen meer naar waarde zoude zijn geschat." Ziedaar eenige getuigenissen van hen, die zeer zeker niet onder de geestverwanten van liberale miuisters mogen en kunnen gerangschikt worden, En wat na betreft het meer zakelijk terrein, mogen wij eveneens constateeren dat het Ministerie; wel een harduekkigen aanval had door te staan,, maar verblijden ons, er, dadelijk op te kunnen laten volgen, dat het zijn vijanden meesterlijk ontwapende en uit een oniuiveren toestand een zoo zuiver mogelijken schiep. Het ministerie heelt zonder eenige de minste bedoelingen voor de verkiezingen der natie een tip opgelicht van den sluier die zijne tegenstanders bedekte, en voor zich zelf geen schuilhoekje gespeeld, al heeft de heer Thorbecke een gedragslijn gevolgd, die schijnbaar achter houdend, toch niets anders was de uitkomst tooude het dan het bewijs van zijne consequente; huldiging .van 't stelsel dat Regeering en verte genwoordiging op elkander werken, van het talent en de energie, waarmede hij der Regeering niet de volksontwikkeling doet voóruitloopen, maar volgen. Wel mocht de welsprekende af gevaardigde De Ruiter Zylker in zijne uitnemende redevoering zeggen „De Regeering is sober in uitdrukking, matig in beloften, wordt beweerd. Maar M. d. V., in deze grief deel ik niet; voor mij is het eene deugd. Trouwens, Thorbecke heeft altoos weinig beloofd, veel gegeven. Niet velerlei, maar veel, Diet multa, maar multuin. Ook de woorden van den schranderen afge vaardigde, den heer Rutgers van Rozenburg, ken schetste ook de indruk van Thorbeckes tactvol beleid. Over de beginselen en de Ministers, die den heer Thorbecke omringen, sprekende, laat ,hij volgen: „Wanneer ik wijders den heer Thorbecke als Minister van Binnenlandscbe Zaken zie opgetre den, die ons gisteren (de zitting van 26 April)| weder het bewijs gelqverd heeft, hoe hij is sem-, per idem en altijd jong in kracht, die meer dani iemand berekend is voor de taak van regelingj van het hooger onderwijs, eu vaD wien we dus deze mogen vragen en verwachten, den is dit weder een reden tot tevredenheid. En wanneer l ik eindelijk in aanmerking neem, dat dit kabinet door zijne optreding ons uit eene langdurige ministerieele crisis heeft gered op een oogenblik dat naar veler overtuiging geen ander ministerie mogelijk of bestaanbaar was, dan heb ik zeker reden, om tevreden te zijn, niet in den zin van voor altijd yerzqdigd, maar in den zin van voor het oogenblik niet onvoldaan." Wij zullen nu in een volgend artikel de ver dere practische uitkomsten aantoonen van het debat, dat richtsnoer moet worden van het kiezers volk dat den 13den Juni te kiezen heeft tusschen het bfehoud en voortdurend behoud van liberale regeerders en ministers wien niets anders overblijft dan gemeene zaak te maken met de vijanden van het ouderwijs, met de vijanden van de su prematie van den staat boven de kerk, of te ontbinden, herhaaldelijk te ontbinden om ten slótte te bezwijken, weer van voor af aan. te beginnen, en zoodoende de materieele belangen der natie aan politieke hartstochten prijs te geven. Indien het hoofdkiesdistrict Leiden lievër tot defgelijke armzalige politiek wenscht mede te werken, dan heeft 't slechts zijn aftredendlf§- merlid terug te,,zenden; maar is 't wars van dat eeuwigdurend geharrewar, wil het dit doen plaats maken voor discussiën die afdoening van zakejj, beoogen en zoo noodig ook over politiek loopen, dan behooren de kiezers het reactioDnair ele ment te verzwakken, dan de kiezers het derde ministerie Thorbecke té steunen. Lelden, 31 Mei. Zaterdag had alhier eene vprgadering plaats der juridische faculteit, iets wat in de vijf laatste jaren niet gebeurd was. Nadat de notulen ypp 30 October 1865 waren voorgelezen en met. ap plaus goedgekeurd, zeide de praeses dat deze vergadering belegd was op schriftelijk verbek van eeuige leden, ten einde den praeses te ^er- zoeken aan de professoren bekend te maken de regeling der doctoraal-colleges die de faculteit het wenschelijkst achtte. Hiertoe werd besloten, nadat met algemeene stemmen, op twee na, de verga dering de voorgestelde regeling had aangenomen als een series, die het meest aan de tot nu toe bestaande bezwaren kon tegemoet komeD. Ver der besloot de faculteit om bij monde van haar bestuur aan Prof. Goudsmit te verzoeken^ een meer gerieflijke collegekamer te willen beschik baar stellen. (Slud. Weekblad.) Sedert - de vorige opgave zijn alhier door pok ken aangetast 8 personen, als hersteld opgegeten 6, overleden 4, zoódat in behandeling blijven 157. Hedenmiddag zijn de eerste nieuwe aardappelen van 's-Gravesande naar Amsterdam vervoerd. Hedenmorgen heeft de landbouwer C. v. R'. te Oegstgeest zich door ophanging van het le'vén beroofd. De oorzaak er van moet aan twijfel moedigheid worden toegeschreven. Door den gemeenteraad van Oudshoorn is. be sloten, dat dit jaar de kermis aldaar niet. zal plaats hebbeD. Door de Nijmeegsche kiezersvereeniging is tot candidaat gesteld Mr. W. J. Triebeis, jn-ès. van de arr. rechtbank te Nijmegen en schoolopziener in het 9de district van Gelderland. De kiesvereenigifig NedèHand te Delft heeft het volgend gros van candidatcu opgemaakt, oin daar uit 'hanst. Vrijdag eene keus te doeri: Mr. R. J. C. Metelerkamp, lid van de Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland-. Jhr. J. F. van Vredenbu'rch, Dijkgraaf van Delfland, lid der Provinciale Staten van Zuid-Holland, en J. P. De Bordes, oud-officier der genie. De hoogeschool van Groningen heeft weder een zeer gevoelig verlies geleden. Na een kort stondige maar zeer hevige ziekte is in den ouder dom van 63 jaren overleden de heer dr. F„ 'M. Ennerins, sedert 1814 hoogleeraar in de genees kunde aldaar. Niet alleen op het gebied d$r geneeskunde, maar ook op dat der oude iettprqn (o. a. door een uitgave van Hippocrates) hqd de overleden hoogleeraar zich een. grooten naam verworven, zoodat zijn afsterven als een groot verlies voor de wetenschap in het algemeen mag worden genoemd.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1871 | | pagina 1