Btifjljorgedrongeu. Maar overigens wordt ons van id ■•[dediging der barricades," bloedige straatgevech- ïnzicJi enz' t0' n" 'oe n'e's medegedeeld. De zaak .ipliJB.-tiiint zich als volgt toegedragen te hebbenIn lr3 ml l8illste dagen hadden de batterijen van het ■uvernement den zuid-westelijken hoek der stad "eacHidg beschoten. Niet alleen hadden daardoor be..jm! jgsurgenten hunne positiën buiten de muren mkbfli Vanvres en Montrouge verlaten, maar ook in ten wijken, aan dien kant binnen de stad gele- kwaï". was een PaQisc'ie schrik ontstaan. Deinwo- 'er dï 's van Pö'i'-Montrouge, Vaugirard en Petit- r jeuBientil'y waren zoodanig met projectielen over- paljiilpt, dat zij hunne huizen verlieten en verder zekj p in de stad eene toevlucht zochten. Bij die addjiijken nu, n.l. aan de poort van Montrouge is d toMxl eene gedeelte der Versaillers de stad binnen 'isvRelrokken en het laat zich hierdoor verklaren, saoifl:it zij geen tegenstand hebben gevonden en door gaaRooden dringen tot aan de Ecole-Militaire, die deiRosschen genoemde wijken en de Seine gelegen HuRj. Waarschijnlijk is dit dus het korps van gene- ïebiRiial Cissey geweest, maar ook aan de westkant loedBler Seine tusschen Point du Jour en Auteuil is ectiReoe troepenmacht binnen getrokken, loedl Hoever deze is doorgedrongen en of zij geen XhaHtegenstand ontmoet heeft blijft nog in het duistere. zaB'Lj schijnen dus alleen te kunnen aannemen, sijaBht het gedeelte van Parijs, ten zuiden der Seine, kiiJiagenoeg in de macht der Versaillers is, maar halls' in het noordelijk gedeelte de insurgenten ei|nog vastgenesteld zijn. Dit nu is verreweg de enlilbelangrijkste en grootste helft van Parijs; déar rijn het stadhuis, de Tuileriën, de Louvre, de :.p»(B[ilace Vendöme, de gevaarlijke wijken Mont- ;ho|!Iartre, Belleville, kortom het geheele terrein it|ivaarop de vijandelijkheden begonnen zijn, maar vooBnu doorweven met een net van barricades. Dat s d|je insurgenten nu teu slotte het onderspit moeten i„ ,|delven, daaraan bestaat geen twijfel meer; maar iel|het is nu de gewichtige vraag, of al de plaats nol gehad hebbende ellende nu voldoende is geweest nJiiaa wel of Parijs ook nog het tooneel zal moeten e;,| worden van bloedige straatgevechten. Het is niet- I ui tegenstaande de opge wonde verzekeringen van „■de insurgenten, zeer mogelijk dat aan de 6tad Jdeze ramp bespaard worde. Het gouvernement „B toch is nu in staat een 100,000 man de stad bin- I^Rsen te voeren en wellicht zullen de opstandelingen j.Bzich aan zulk eene groote overmacht onderwer- ,^Bpen. Een correspondent van de Independance ver- „■zekert, dat een bende van 12,000 man zich ver- jjM eenigd heeft met het vaste voornemen om de r,,l stad tot den laatsten droppel bloed te verdedi- tJ 6en; bij zulk een verschil van sterkte mogen wij isll echter hopen, dat zij óf hun plan zullen laten Braren óf door de burgers zelf in hunne bedoe- r m iingen zullen worden verhinderd, hel mannen van 18 Maart hebben intusschen irel no° eene laatste gelegenheid aangegrepen om de J stad tot volharding aan te zetten. Het programma J namelijk van de afgevaardigden van het congres te Lyou is op de straten aangeplakt en wordt .1 door de revolutionaire bladen behoorlijk geco- fil mentarieerd. Dat programma behelst: bevestiging J van de republiek, einde der vijandelijkheden, JÊ ontbinding der Nationale Vergadering, ontbinding .1 der Commune, gemeentelijke verkiezingen inParijs, I verkiezingen voor eene constituante in geheel Frankrijk. Weigert een van de partijen tot deze I voorstellen toe te treden, dan stellen de mannen van Lyon haar verantwoordelijk uit naam der bevolkingen die zij vertegenwoordigen. Zich nu I beroepende op de laatste toevoeging, vleien en- kele bladen en de mannen van het gezag het Parijsche volk, dat de inwoners vooral van het zuid-oosten van Frankrijk hoo te hulp zullen I tekomen. Het is niet te ontkennen dat in die depar- menten, waarvan Lyon het middelpunt uitmaakt, legen het bestuur van Thiers vrij groote onte- vredenheid heerscht. De benoeming van vele il Bonapartisten, Orleannisten en Legitimisten tot administratieve betrekkingen is daarvan een voor- Dame oorzaak, maar bovendien heeft de houding tan Thiers in de quaestie van de benoeming I der maires hen stoutmoedig gemaakt. Niettegen- I staande de nieuwe gemeentewet toch hebben de meeste steden hunne eigene maires benoemd en bet gouvernement heeft den middelweg, gekozen fl om de benoemingen allen te bekrachtigen, zoodat het voor zich den schijn behield en het wezen M inderdaad aan de steden bleef. Dat echter de zuid-oostelijke departementen zoover zouden gaan om Parijs te hulp tekomen, I omdat de voorstellen der Lyonsche afgevaar- I digden niet aangenomen worden, mogen wij niet tegenstaande alle verzekeringen van dezen kant fl betwijfelen. Dat die voorstellen niet aangenomen I worden, is intusschen zeker; enkele der afge- fl vaardigden zijn door Thiers ontvangen en hebben I oen afwijzend antwoord gekregen. Dit is voor- eerst te begrijpen door de sterke positie, waarin zich op het oogenblik het gouvernement bevindt en ten tweede, doordat het genoemde programma I volstrekt geene oplossing geeft aan de tusschen I Parijs en Versailles bestaande geschilpunten. I Hoe het nu echter met de nationale vergade- ring moet afioopen is eene lastige vraag. Het I lichaam is op 8 Februari gekozen om over de 1 quaestie van vrede of oorlog te beslissen. De vrede is nu definitief gesloten, het mandaat der vergadering is dus geëindigd. De algemeene stem des volks wenscht nieuwe verkiezingen. Maar wie moet nu de kamer ontbinden? De rechter zijde ontkent dit recht aan den heer Thiers en is zelf niet genegen om aan haar bestaan een einde te maken. Om hierin te beslissen, stelt de linkerzijde voornamelijk pogingen in het werk om aan Thiers een meer uitgestrekte en bepaalde macht op te dragenmaar toch deinst ook zij er voor terug om hem daarbij het recht van ontbinding der volksvertegenwoordiging te geven. Zij wil hem wel voor den tijd van twee jaren president der republiek of hoofd van bet uitvoerend bewind maken; maar dat Thiers met de tegenwoordige Kamer nog lang als zoodanig zou kunnen fun- geeren, is om alle redenen eene onmogelijkheid. Het is dus noodig en de linkerzijde geeft zich alle moeite om hieromtrent met de andere partijen tot eenig besluit te komen, dat de vergadering óf zelf een term stelt voor haar maudaat, óf de macht daartoe aau een ander opdraagt. De reis van Jules Favre en Pouyer-Quertier naar Frankfort heeft tot allerlei gissingen aan leiding gegeven. Men begrijpt niet dat voor de eenvoudige uitwisseling der ratificatiën, die zeer geschikt door gevolmachtigden kon plaats hebben, de aanwezendheid van twee ministers wordt vereiseht, die in hun eigen land op het oogenblik waarlijk genoeg te doen kunnen vinden. Er loopt daardoor nu een gerucht dat Pouyer-Quertier ook nog met een ander doel de reis zou onder nomen hebben en wel om opeens eene leening te sluiten van 6 milliards. Deze reusachtige ope ratie zou vooreerst het voordeel hebben, dat Frankrijks grond dadelijk van de hatelijke Pruisi sche bezetting werd verlostmaar bovendien heeft de ondervinding geleerd, dat eene leening zeer bemoeielijkt wordt door het vooruitzicht van vol gende leeningen en daarom zou de verkrijging van 6 milliards naar evenredigheid minder bezwaar opleveren dan het aangaan van eenige achtereenvolgende kleinere empruntes. Intusschen is de geheele zaak slechts eene gissing, waaraan wij vooreerst nog niet veel waarde kunnen hechten. Onder at deze beslommeringen, gevechten, be dreigingen, fiuancieele verwikkelingen enz. is de jury d'accusation, door de Commune ingesteld, begonnen in Parijs hare zittingen te houden. Die eerste vergadering leverde niet veel belangrijks op; zij handelde over de houding van eenige onderofficieren van de gendarmerie, op den 18den Maart. Doch kenmerkend voor de verhevenheid van alles wat van de Commune uitgaat was weer de handeling, waarmee de heer substituut Hu- genot de zitting, die in de zaal van het oude hof van Assises werd gehouden, besloot. De man rees met waardigheid van zijne zitplaats op, strekte zijn vinger uit naar een Christusbeeld tegenover hem en verklaarde dat tegen de volgende zitting zou gezorgd worden, dit beeld te vervangen door dat der republiek! België. Zooals men zich zal herinneren had de centrale commissie in de Belgische kamer van afgevaar digden een amendement op het ministerieele ont werp voorgesteld, waardoor de verkiezing van een vertegenwoordiger in het vervolg zou kunnen plaats hebben in den zin van de urmerieke min derheid der kiezers. Twee vijfden van het aantal der uitgebrachte stemmen zou voldoende zijn om iemand naar de Tweede Kamer af te vaardigen. Dit amendement was even als het geheele wets ontwerp kennelijk gedaan in het belang der cle- ricalen. Het is toch een bekend feit, dat de stem mingen van de aanhangers dier partij altijd op hooger bevel en dus met volkomen eensgezindheid plaats hebben, terwijl de liberale partij verdeeld is in verscheidene onderdeelen al nadat hare leden meer of minder geavanceerd zijn in hunne gevoe lens en daardoor ook hare stemmen meestal ver deeld worden. Vooral in sterk bevolkte steden kunnen dus de clericalen bijna zeker zijn, bij de eerste stemming twee vijfden der stemmen op hunne candidaten te vereenigen. Het Belgische ministerie nu heeft zich bij de behandeling van het ontwerp in de kamer van afgevaardigden eenigzins wankelend tegenover dit amendement gedragen. Eerst scheen het kabinet er zich mede te vereenigen, waarop het door eene kleine meerderheid der Kamer werd aangenomen. Daarna werd het in eene volgende zitting door een amendemeut van de linkerzijde beperkt tot de verkiezingen voor de volksvertegenwoordiging, terwijl het zich oor spronkelijk ook uitstrekte tot de gemeentelijke en provinciale verkiezingen. Eindelijk werd het geheele artikel door het ministerie ingetrokken, hetzij omdat het begreep, dat inderdaad een stelsel van verkiezing door de minderheid on houdbaar en onbillijk was, hetzij dat het kabinet toegaf aan de algemeene oppositie, die er in den lande tegen gevoerd werd. Op het oogenblik nu is het wets-ontwerp in behandeling bij den senaat en dat het ministerie verstandig heeft gedaan door zijne oorspronke lijke houding te veranderen, bewijst het rapport, dat in dat lichaam bij monde van den heer Malou over het ontwerp is uitgebracht en waarbij hij genoemd besluit van het ministerie zeer toe juicht en den senaat aanbeveelt er zich bij neer te leggen. Hij noemt het systeem, dat eerst door de re peering werd gevolgd," een stelsel waardoor d( grondi egels van het politieke recht werden verkracht," Indien men nu in aanmerking neemt, dat de heer Malou tot de trouwe aanhangers van het gouvernement behoort, dan kan men nagaan, in hoe weinig populariteit zich eene regeling als die vau het centrale comité der Kamer van afgevaardigden zich zou hebben mogen verheu gen. De seuaat zal er dan waarschijnlijk ook wel niet op terugkomen en dit is inderdaad eene gelukwensching waard voor de liberale partij in België, daar de intrekking van art. 9 het eenige lichtpunt voor haar is. De behandeling van het ontwerp, waarbij de cencus aanmerkelijk ver laagd wordt, de capaciteit totaal genegeerd wordt. TELEGRAMMEN. Pcslh, 22 Mei. In de zitting der Hongaarsche delegatie is graaf Maylath tot president benoemd. Hij heeft zijne functie als zoodanig aanvaard met eene korte rede, waarin hij, met verwijzing op de gebeurtenissen in het buitenland, de noodza kelijkheid aantoonde van de Monarchie te onder steunen, door haar de middelen te verschaffen tot eene goede defensie. Berlijn, 22 Mei. Bij de voortgezette behande ling van het wetsontwerp betreffende de Elzas en Lotharingen, heeft de minister Delbriick ver klaard, dat de verbonden regeeringen de vaststel lingen van een korter termijn van voorloopige regeling zouden gelijkstellen met eene verwerping der wet, daar eene geheele organisatie dezer ge westen tegen 1 Januari 1872 onmogelijk kan worden tot stand gebracht. Na die verklaring werd artikel 2 aangenomen. Op art. 3 werd door den heer Stauffenberg een ameudement vastge steld, volgens de keizer ten opzichte van wetten, krachtens welke de Elzas en Lotharingen met lasten van leening of waarborg worden bezwaard, gebonden is aan de toestemming van den Rijks dag. Dit amendement werd aangenomen. De minister Delbriick verklaarde er zich tegen, op grond dat het geval zich kan voordoen, dat er spoedig eene leening moet worden gesloten. Zoo zouden misschien de kosten voor eene Duitsche Universiteit te Straatsburg alleen kunnen worden goedgemaakt uit de gelden eeuer leening, daar de inkomsten hiervoor niet toereikend zullen zijn. Hij verklaarde tevens, dat bij de administratieve maatregelen in die gewesten de medewerking der aanzienlijkste bewoners zal worden inge roepen. Ten slotte is bet ontwerp bij tweede lezing aangenomen. Versailles, 22 Mei nam. 2 aren). Onze armee heeft het plein der nieuwe opera bezet. Generaal Cissey heeft zijn hoofdkwartier gevestigd in de militaire school. In de Manége, nabij de esplanade, heeft tegen den middag eene hevige ontploffing plaats gehad, gevolgd door brand. Ongeveer 80,000 man zijn Parijs binnenge trokken door den Are de Triomphe en het Tra- cadero en de Avenue Uhrich. Aan den linker oever der Seine hoorde men hedenochtend een levendig kanonvuur, dat ongetwijfeld gericht was tegen de barricades bij den Are de Triomphe. Onze troepen maakten zich hedennacht meester van het kasteel Muette te Passy; zij maakten 000 gevangenen. Heden zijn 400 gevangenen uit Parijs aangekomen; onder hen bevindt zich de burger Assy. Wcenen, 22 Mei. Het Roode Boek, met diplo matieke stukkenis bij de vertegenwoordiging inge diend. Het behelst 105 documenten, loopende over het tijdperk van November 1870 tot April 1871; 58 documenten hebben betrekking op de herzie ning van het Parijsche tractaat van 1856; 25 stukken loopen over de Donau-quaestie, 10 over de erkenning der Fransche Republiek, 5 over de aangelegenheden in de Donau-Vorstendommen een aanhangsel bevat de protocollen betreffende de Londerische conferentie en den tekst van het tractaat van den 13den Maart 1871. Bijzonder belangrijk zijn laatstbedoelde dofcumenten, daar zij een nauwkeurig overzicht geven vau Oostenrijks houding in zake de neutraliteit der Zwarte Zee, vooral blijkende uit de instructiën, aan graaf Ap- ponii, den Oostenrijkschen afgevaardigde, op de conferentie gezonden. Ook verdienen zeer de aan dacht op de aangelegenheden van de Donau- Vorstendomuien betrekking hebbende. Daaruit blijkt, dat graaf Beust en prins Bismarck zich in deze geheel met elkander verstonden, en dat de Kabinetten van VVeenen en Berlijn gelijkelijk belangstellen in de handhaving der Regeering van prins Karei van Rumenië; 't wenschelijkst achten zij daartoe eene conservatief Ministerie, waardoor de binnenlandsche politiek van het Vorstendom zou kunnen geconsolideerd worden, zonder dat de bemiddeling der Europeesche Mo gendheden in den zin van het Parijsche tractaat noodig zou wezen. Het laatste gedeelte bevat de diplomatieke stukkeu, die gewisseld zijn tusschen Oostenrijk en de Vereenigde Staten van Noord- Amerika naar aanleiding van hel overlijden van admiraal Tegethoff. Deze geheele officieele ver zameling levert opnieuw blijken van de hoogst vredelievende bedoelingen der keizerlijk-konink lijke regeering, en van hare zucht om punten van verschil uit den weg te ruimen. De zitting van den Rijksraad is geopend. De heer Schmerling is verkozen tot presidenten de heer Vidalich tot vice-president. Graaf Beust heeft medegedeeld dat de keizer morgen te 2 uren de delegatie van den Rijksraad ontvangt tot overlegging van het budget. Versailles, 22 Mei (9 uren des avonds). Onze troepen zetten hun voorwaartschen tocht in Parijs voort. Zij hebben, na een Hauwen tegenstand, het station van Mont-Parnasse bezet. De insur genten hebben batterijen opgeworpen op het terras van de Tuilleriën, waardoor de Champs Elysées worden bestreken, maar deze stelling is door Clinchant omgetrokken. Men hoopt, dat de tegenstand niet Yau langen duur zal zijn. Onze troepen hebben reeds 8000 a 10,000 man krijgs gevangen gemaakt. Eenige maires van Parijs vertrekken hedenavond van hier, om zich in hunne mairiën te installeeren. Niemand zal ge durende eenige dagen Parijs in of uit kunnen gaan, voordat de voornaamste hoofden van den opstand gearresteerd zijn. St.-Denls, 22 Mei. des avonds). De afsluiting van Parijs is volkomen. Het vuur der batterijen van Montmartre wordt nog slechts flauw voort gezet. Strenge orders zijn aan de Duitsche voor posten gegeven om alle insurgenten terug te drij ven. De vooruitgeschoven posten zullen verdub beld worden. In den afgeloopen nacht heeft een generaal der insurgenten, die gewond was, getracht tot de Duitschers over te loopen, maar hij werd door hen afgewezen. Te Parijs worden herhaalde ontploffingen gehoord. Het hoofdkwartier van den prins van Saksen zal binnenkort van Margency naar Compiègne overgebracht worden. De garde zal in den loop dezer week naar Duitschland terugkeeren en door het vierde legerkorps ver vangen worden. Washington, 22 Mei. In den senaat heeft de heer Butler zich tegen de met Engeland gesloten overeenkomst verklaard. Hij beschouwde haar als onbillijk en meende, dat de visscherijen daar door te gronde zouden gericht worden. Een deel van Bradfort, in Canada, is door brand vernield. Florence, 22 Mei. Er worden bij voortduring door alle partijen van de Kamer der Afgevaar digden, in bijzijn van den minister van financiën, bijeenkomsten gehouden, met het doel om tot eene overeenstemming te geraken ten opzichte van de dekking van het deficit. De dagbladen geven de hoop te kennen, dat men door alle mogelijke middeleu een kabinetscrisis voorkouie. Madrid, 22 Mei. Bij het Congres is een voor stel ingekomen van de repubiikeinsche partij, waarin wordt gevraagd: wijziging der grondwet en vestiging van den repubiikeinsche regeerings- vorm. Door de Carlistische partij is het voorstel gedaan tot erkenning der rechten van Don Carlos op den Spaanschen troon. De heer Beccera heeft het voorstel gedaan, om de behandeling dier pun ten uit te stellen. LAATSTE BERICHTKN. (Per telegraaf.) 's-Gravenhage, 23 Mei. In de zitting van de Tweede Kamer der Staten-Gene- raal van heden is de algemeene discussie over de begrooting van oorlog afgeloopen. De minister had eerst alle sprekers van gisteren beantwoord en heeft verklaard geene legerorganisatie bij de wet te kunnen voorstellen. Wijders is verworpen een amendement van den heer Van Sypesteijn, om het geld voor het kampeeren, wederom op de begrooting te brengendoch aangenomen het amendement van dienzelfden heer, tot herstel der 6000 man voor de practische oefeningen der artil lerie. Morgen komt de afdeeling geuie in behan deling. 's-Gravenhaqe, 23 Mei. Bij Kon. besluit van 20 Mei 1871, n°. 11, is de heer J. Wiggers, op zijn verzoek, eervol ontslagen als directeur van het postkantoor te Oldenzaal, behoudens aanspraak op pensioen. Bij Kon. besluit van denzelfden datum, n". 12, is de heer M.J. Cambier, op zijn verzoek, eervol ontslagen als surnumerair der posterijen Bij besluit van 14 Mei 1871, n\ 16, is, met ingang van 1 Januari 1871, een pensioen ad f 100 'sjaars verleend aan Helena Horst, weduwe van den Hervormden predikant P. A. Van Toore- nenbergen. 2 riste STAATÜ-LOTEK lü. vijfde klasse. tweede lijst. Trekking van Dinsdag 23 Mei. N°. 6827 f 5000. N°. 15401, 17859 ƒ1000. N». 12182 ƒ400. N°. 10789, 12570, 19904 ƒ200. N". 1519, 2394, 2911, 6017, 6265, 11298, 12232, 18016 ƒ100. Prijzen van f 70. 16 2243 4275 6455 9289 12183 14503 16802 54 2351 4566 6631 9600 12197 14596 16854 223 2445 4629 6826 9765 12239 14604 17023 291 2670 4963 7602 9797 12264 14609 17031 363 2700 4968 7606 9808 12476 14714 17659 448 2734 5252 7638 10299 12477 14740 17978 683 2941 5330 7772 10370 12566 14759 18199 802 2959 5508 7790 10400 12788 14886 18206 907 2974 5625 7802 10620 12988 15437 18217 961 3074 5629 7978 10737 130-24 15735 18258 1010 3168 5657 8132 10876 13104 15792 18260 1105 3252 5712 8203 11036 13133 15906 18558 1199 3293 5869 8338 11455 13420 16039 18708 1268 3758 6031 8487 11709 13467 16161 18716 1342 3861 6093 8892 11781 13613 16242 19021 1445 3874 6134 8975 12094 13614 16423 19818 1756 3968 6144 9171 12150 13746 16493 19903 1947 4105 6148 9202 12157 14118 16739 19920 2144 4253 6181 9-278 12170 14119 16786 lite lijst staat No. 15111, moet zyn i 15211 70. No. 10606 en 14184 met ƒ70, moet rijn nieten.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1871 | | pagina 3