3458.
A0. 1871.
Zaterdag
20 Mei.
PRIJS DEZER COURANT.
Voor Leiden per 3 maandenƒ3.00.
Franco per post3.85.
Afzonderlijke Nommersi0.05.
Deze C.ourant wordt dagelijks, met uitzondering van
Zen- en Feestdagen, uitgegeven.
FRJJS DKR ADVKRTBNTIKN.
Voor lederen regal0.15.
Grootere letter, naar de plaatsruimte die lij beslaan.
.Leiden, 19 Md.
|lo de zitting van de Tweede Kamer der Sta-
l-Generaal van Woensdag 11. werden de be-
lidslagingen ten einde gebracht over Hoofdstuk V
|g staatsbegrooting voor 1871.
behandeling van art. 162, aangaande het
iderhoud van historische gedeukteekenen, gaf
Iji nieuw aaoleiding tot het uiten van bezwaren
l;en het behoud der Gevangenpoort te 's-Gra-
phage. De Minister van Binnenlandsche Zaken
1de verzekering, dat hij dit onderwerp tot een
lint van onderzoek zou maken.
de behandeling van de Xlde afdeeling
btrheid) gaf de Minister van Binnenlandsche
Lken, n. a. van eenige aanmerkingen van onzen
Ijivaardigde, den heer Taets van Arnerongen,
[kennen, dat met het aanleggen van het dennen-
■intsoen in de duinen niet zou worden voort-
ilet algemeene (68) stemmen werd deze begroo-
i, na de goedkeuring van alle onderdeelen,
ngenomen.
Hierna werden de algemeene beraadslagingen
over Hoofdstuk VI (Departement van Marine).
De heer De Casembroot was de eerste spreker.
|j toonde de punten van verschil aan, die tus-
hen hem en den Minister, over de eischeu aan
jie Marine te stellen, bestonden, 's Ministers
mswijze was, dat wij moeslen hebben eene
|!oniale marine en eene voor de kustdefensie,
wijl spr. van meening was, dat er moest zijn
ie marine voor tijd van oorlog en eene voor
van vrede.
heer De Roo van Alderwerelt had ernstige
tven tegen het beleid van den Minister, die,
irden zij niet weggenomen, hem zouden leiden
afstemming der begrooting. Die grieven waren
icht tegen 's Ministers illiberale en inconsti-
jmeele houding ten aanzien der huwelijken
zee-officieren en 's Ministers weigering tot
illelijke regeling van het onderwijs bij en het
ilerieel van de Marine.
te heer Stieltjes sloot zich in vele opzichten
den vorigen spreker aan, maar deed ook de
len uitkomen, waarin hij van den heer De
afweek.
heer Nierstrasz hulde brengende aan de
lartijdigheid van den heer De Roo, was even
van oordeel, dat 's Ministers beleid, in de
t dien spreker bedoelde onderwerpen, van
|o aard was, dat 't zijn steun verdiende,
te Minister van Marine hield tegenover den
it De Casembroot zijn stelsel omtrent de roe-
onzer marine vol, ook eo vooral wegens
Ie verhouding tot onze finantieele hulpmiddelen
den aanval van den heer De Roo, deed
t. opmerken, dat, al kon hij niet aan alle
schen van dien spr. voldoen, hij toch hoopte,
zijn volgend leven zou bewijzen dat hij een
laai was.
at het huwelijk der zee officieren betrof, zou
met de beantwoording wachten totdat de
tie nader zou worden ter sprake gebracht;
aanging het niet-regelen bij de wet van het
|ilair onderwijs, geloofde hij, dat dit niet tot
optniuar onderwijs behoorde, zoodat het aan
|l'd onderhevig was of de Grondwet de wet
's regeling in deze gebiedend voorschreef,
at de wettelijke regeling van het Marine-
eueel betrof, was de Minister van oordeel,
•lit gansch en al onmogelijk was. Hij had
deskundigen over dit onderwerp gesproken
6J hadden er groot bezwaar in gevonden,
te heer Van Eek kwam niet tot de conclusie
den heer De Roo om de begrooting te ver-
|teo, alhoewel hij met eenige grieven van den
1 De Roo overeenstemde. Ten aanzien bijv.
pft.
Ide wettelijke regeling van het militair onder
jt.zou eene motie kunnen voorgesteld worden, en
I,eu opzichte van de huwelijken der zee officie-
e^tezijn, om bij Hoofdstuk VlIIden Minis
l'an Oorlog te vragen, of hij bereid is de zaak
rgelen in overleg met zijn ambtgenoot voor
16 i zoo ja, dan zou de heer Van Eek de
llng afwachten en anders was hij bereid een
foorstel te doen.
algemeene beraadslagingen werden hierop
flen en een aanvang gemaakt met de behan
der onderdeelen van de begrooting, waar
f 'n de zitting van heden is voortgegaan.
|'!'Men-morgen woonden H. H.de Koningin
1^ K. H. Prins Alexander in de Pieterskerk
alhier onder het gehoor van Ds. Drost de gods
dienstoefening bij naar aanleiding van Hebreeu
wen II, vers 6b.
Burgemeester en Wethouders alhier, gezien het
adres van Gebr. Affourtit, wiukeliers en kooplieden
alhier, waarbij zij verzoeken om eene koffijbranderij
te mogen oprichten in hun pakhuis in eene poort
aan de Koepoortsgracht, geteekend Wijk II N°. 132;
doen te weten, dat tot het hooren der eigenaars
en bewoners van de naast bijgelegen en belen
dende panden, ten opzichte der informatiën de
commodo et incommodo, door Burgemeester en Wet
houders zal worden gevacceerd op het Raadhuis
dezer Gemeente, op Maandag den 22sten Mei
aanst., 's voormiddags te elf uren.
Wij vestigen de aandacht op het dit num
mer voorkomend verslag van de 1ste sectie der
Vereeniging tot verbetering van de volksgezond
heid te Leiden, omtrent het onderzoek naar de
woningen voor onvermogenden. Dit hoogst belang
rijke rapport zal naar wij vernemen, met meer
dere verslagen van genoemde vereeniging, spoe-
worden uitgegeven.
Woensdagavond werd na afloop der muziek
uitvoering in Musis Sacrum, den gemeente-architect,
den heer W. J. Schaap, door den president, Dr.
Brutel de la Rivière, namens de Commissie een
paar sierlijke vazen aangeboden, als huldeblijk
aan zijne verdiensten, bij het ontwerpen van het
gebouw ten toon gespreidt.
De heer Schaap betuigde in hartelijke bewoor
dingen zijn dankbaarheid en op prijsstelling
voor dit verrassend bewijs van onderscheiding,
en uitte de beste wenschen voor deze inrichting,
die door vriendschap gebouwd en door het ver
stand van allen die daartoe hadden medegewerkt
was bevestigd.
Heden opgegeven als door pokken aangetast 20
personen, als hersteld opgegeven 9, overleden 4,
zoodat nog in behandeling zijn 142.
Men leest in de Goudsche Courant
Het uitstel voor de spoorweglijn Utrecht
Leiden, aan de heeren Kaptein en knijff, con
cessionarissen, tot 1 September verleend, heeft
te Harmeien en omstreken groote teleurstelling
verwekt, daar handel en landbouw hoe langer
hoé meer behoefte gevoelen aan die lijn, die haar,
nevens den Rijnspoorweg, nieuwe uitwegen zou
verleenen.
Tot hoogleeraar in het strafrecht en de staats
wetenschappen aan het Athenaeum Illustre te
Amsterdam in plaats van den naar Leiden ver
trokken heer Mr. A. E. J. Modderman, is door
den Gemeenteraad, in zijne zitting van heden,
benoemd de heer Mr. C. M. J. Willeumier, ad
vocaat alhier. De benoemde erlangde 20, de heer
Mr. P. van Bemmelen, rechter in de Arrond.
Rechtbank te Nijmegen, 7 stemmen.
Het heeft Z. K. H. Prins Frederik behaagd,
voor twee exemplaren in te teekenen op het
werk: Algemeen en Tijdrekenkundig overzicht van den
Duitsch-Franschen Oorlog, door F. E. L. A. Abel,
lsteh luit. der inanterie.
Na vergelijkend examen zijn bij het Departe
ment van Koloniën, met ingang van 1 Juli 1871,
tot tweeden klerk benoemd H. P. G. Munnink-
huizen, te 's-Gravenhage, en H. C. Klinkenberg,
te Voorburg.
De Minister van Marine brengt ter kennis van
de belanghebbenden, dat, ten gevolge van het
heerschen van de cholera te St.-Petersburg, de
toepassing van quarantaine-maatregelen is bevolen
op schepen, komende uit de Russische havens in
Europa.
Van deze havens worden uitgezonderd die welke
gelegen zijn aan de Zwarte Zee en hare zee
boezems.
Z. M. heeft aan P. Pineoffs, med. dokter te
Napels, vergunning verleend lot aannemen en
dragen der versierselen van kommandeur van de
2de kl. der Hertogelijk Saksische Ernestische
Huisorde, hem door Z. H. den Hertog van Saksen
Meiningen geschonken.
Z. M. heeft aan den heer Mr. W. F. Rochussen,
laatstelijk Hoogstdeszelfs gezaut te Brussel, ver-
gunnihg verleend tot het aannemen en dragen
der versierselen van ridder grootkruis der Leopolds
orde, hem door Z. M. den Konings der Belgen
geschonken.
BINNENLAND.
Nietjwediep, 17 Mei. Gisterennacht is een op
passend jongmensch, matroos aan boord van het
stoomschip Willem III, de steun zijner reeds be
jaarde moeder, aan welke hij het afscheid had
gebracht, in het Heldersche gevallen en verdron
ken. Hoewel hij er spoedig werd uitgehaald
waren alle aangewende middelen der kunst vruch
teloos om het leven weder in hem op te wekken.
's-Gravenhage, 18 Mei. H. M. de Koningin heeft
gisterennamiddag HD. buitenverblijf, het Huis ten
Bosch, betrokken.
- Gisteren is de metselaar P. J. De Reukzaarn
aan een huis in de Koningstraat, in een kalk-
bluschput gevallen, waardoor hij zijne beenen
verbrandde. Hij is naar het Burger-Gasthuis over
gebracht.
Gisteren had alhier de gewone jaarlijksche
vergadering plaats van de academie van beeW
dende kunsten te 's-Gravenhage. De voorzitter,
de heer J. P. Del prat, opende de vergadering
omstreeks 1 uur met eene toespraak tot de on
derwijzers, de leerlingen en de aanwezigen, en
waarin bij een blik vestigde op den toestand der
inrichting gedurende het afgeloopen jaar. Het
bleek daaruit, dat, hoeveel deelneming de acade
mie ook ondervindt, zij toch zonder ondersteuning
van gemeentewege moeielijk zou kunnen bestaan.
Hij deed daarbij tevens uitkomen, dat aan het
ornainent-teekenen in den laatslen tijd meer de
voorkeur werd gegeven, dan aan het handteeke-
nen. Na de toespraak door den voorzitter werd
door Jhr. Mr. J. K. J. De Jonge, lid van den
raad van bestuur der academie, eene rede gehou
den, waarin hij de leerlingen tot den arbeid aan
spoorde en het groote nut aantoonde, dat een
ijverig bezoek en deelneming aan het onderwijs,
ook uit het oogpunt voor hun volgend maatschap
pelijk leven, zou kunnen opleveren. Daardoor zou
de nijverheid krachtig worden bevorderd. Door
voortdurenden ijverigen arbeid kon hetdoel wor
den bereikt, dat men zich met de vestiging der
academie had voor oogen gesteld. Ten bewijze
hoever men het door stalen ijver brengen kan,
beriep spreker zich op Stephenson, den uitvinder
der locomotieven, die onophoudelijk arbeidde, om
tot die schoone uitvinding te geraken. De voor
zitter zegde den spreker dank voor de gehouden
rede, ging toen tot de prijsuitdeeling over en be
tuigde ten slotte zijn dank voor de belangstelling
bij deze gelegenheid wederom in deze instelling
aan den dag gelegd, als mede in het bijzonder
aan den directeur en de onderwijzers van de
academie en ook aan de beoordeelaren van de
ingeleverde stukken, die tot grondslag van de toe
gekende prijzen hadden gestrekt. Zoowel bij den
aanvang als bij het einde van deze plechtigheid
deed zich het orgel, in de groote zaal aanwezig,
hooren.
Arnhem, 17 Mei. Diepe verontwaardiging maakte
zich meester van het vrij talrijke publiek, dat
gisteren dezitting der R,echtbank alhier bijwoonde,
waar een vrouw te recht stond, die zich her
haaldelijk en laatstelijk in de vorige maand had
schuldig gemaakt aan ergerlijke mishandelingen
op haar elfjarig stiefkind. Als stukken van over
tuiging lagen vóór den voorzitter op de tafel een
dik touw en een mes. Met het eerste was de
beklaagde gewoon haar kind te ranselen, omdat,
zooals «ene der getuigen verklaarde, „daarmede
de botten niet gebroken werden.'' De beklaagde
zelve had haar dit gezegd. Het kind, als getuige
gehoord kwam slechts schoorvoetende en onder
vele tranen tot de verklaring, dat zij door hare
moeder met het touw geslagen was, hetgeen zij
vroeger voor den commissaris van politie uitvoe
rig had verklaard: op hare hand was zij met het
mes gevond, niet, zooals zij eerst verklaarde, bij
gelegenheid dat hare moeder haar dit wilde ont
wringen, maar geheel en al met boos opzet. Als
getuige werden verder gehoord de chirurgijn, die
het kind had behandeld, welke verklaarde 7 a
8 striemen op den rug te hebben gevondenvoorts
eenige puurvrouwen, die mededeelden, hoe de
beklaagde aanhoudend haar stiefkind mishan
delde, es dat het op zekeren dag in April hevig
was gelagen. Voorts bleek uit die verklaringen,
dat het kind zeer oppassend was, en, hoe jong
ook, tooi eeo groot deel der huishoudelijke zorgen
op zich moest nemen.
De subst. officier van justitie deed uitkomen,
hoe schandelijk het misdrijf was, waarvoor deze
vrouw te recht stond. Hij vorderde tegen haar
het maximum der bedreigde straf, zijnde 2 jaar
gevangenis en 2 geldboeten, elk van fib. Bo
vendien meende hij, dat het kind slechts uit
vrees voor nieuwe mishandelingen weerhouden
was, de geheele waarheid te zeggen, weshalve
hij vorderde, dat de rechtbank de oogenblikkelijke
inhechtenisneming der beklaagde zou bevelen.
Deze erkende het haar ten laste gelegde, met
uitzondering van de verwonding met het mes. De
rechtbank achtte bij haar vonnis deze laatste daad
niet bewezen, maar veroordeelde haar wegens
de mishandelingen tot een gevangenisstraf van
éen jaar en zes maanden en twee geldboeten
elk van f8, terwijl zij voorts gelaste, dat de
beklaagde oogenblikkelijk in hechtenis zou wor
den genomen. Aan dezen last werd door een
rijksveldwachter terstond gevolg gegeven.
Zwolle, 17 Mei. De commissie uit het provin
ciaal gerechtshof in Overijsel, belast met het af
nemen vau het examen van adspiranten voor het
notarisambt, heeft heden als candidaat-notaris
tóegelaten den heer Mr. J. E. C. D. IJssel de
Schepper, advocaat bij de arrondissemenls-recht-
bank te Deventer, wonende te Olst.
Deventer, 16 Mei. Voor eenigo dagen verloor
de heer S. alhier eene portefeuille met familie
papieren en drie bankbilletten, elk van /TOOO.
Aan den vinder werd bij oproeping eene premie
van ƒ10 beloofd doch niemand kwain opdagen.
De politie intusschen kwam op het spoor van den
vinder, de minderjarige zoon van H. P., die de
portefeuille aan zijne moeder zou hebben gegeven.
Deze door den commissaris van politie daarnaar
ondervraagd, ontkendè ieis ontvangen te hebbeu.
De commissaris wachtte tot dat de zoon te huis
kwam, en vorderde dadelijk op barschen loon
het gevondene terug, waarop de jongen schreidde
„Moeder heeft het in 't kabinet." Werkelijk werd
het ook daar gevonden. De vrouw wordt thans
ambtshalve vervolgd, ter zake van verduistering
van deze door haar minderjarigen zoon op de straat
gevondene waarden.
Breda, 18 Mei. De oefeningen in het Kriegspel
aan de Koninklijke Militaire Academie te Breda
zijn geëindigd, en de kapiteins der verschillende
regimenten, die daaraan deelnamen, zijn naar
hunne garnizoenen teruggekeerd.
S.nebk, 18 Mei. In de eergisterenavond gehou
den Raadsvergadering was het voorstel der spe
ciale commissie aan de orde, om tweemaal hon
derdduizend gulden beschikbaar ie stellen ten
behoeve van de spoorweglijn HarlingenSneek
Heerenveen. Een amendement van den heer Fen-
nerna om dit bedrag op driehonderdduizend gul
den te bepalen, werd in stemming gebracht. De
stemmen staakten.
Verslag van de 1ste Sectie der Vereeniging to
verbetering van de volksgezondheid te Leiden.
De 1ste sectie der Vereeniging tot verbetering
van de volksgezondheid acht zich gelukkig, te
kunnen mededeelen, dat het onderzoek van al
de woningen der onvermogenden over al de negen
wijken der stad heeft plaats gehad.
Dat onderzoek is bewerkstelligd in de Iste
Wijk door A. Heynsius, J. C. Rijk, A. C. Leem
bruggen en F. B. Coninck Liefsting, in de 2de
door K. A. Rombach, P. G. Houthuijzen en G.
A. Van Hainel, in de 3de door G. M. A. Plaat,
H. J. Giezen en J. J. Brandhoff Isselman, in
de 4de door G. Aalbersberg, P. Van der Kamp
en J. 11. Maronier, in de 5de door twee com-
missiën, waarvan een bestaande uit J. C. Kist,
M.) P. Meerburg en C. A. De Vassy en de later
benoemde uit H. Boursse Wils, J. C. Van der
Tas en W. T. Werst, in de 6de door twee com-
missiën, waarvan de eerste bestaande uit T.
Zaaijer, J. Van Lith en G. Van Gorkom en de
later benoemde uit A. Van Iperen, G. Rietbergen
en C. H. Pleyle, in de 7de uit(J.Ter Laag, C.C. Riet-
Bergen en W. Pleyte, in de 8sie door G. Zaal
berg, C. G. Van Rijsbergen en S. C. Van Does
burg, terwijl de 9de wijk is onderzocht door A.
Heynsius en F. B. Coninck Liefsting.
Terwijl wij aan de bovengemelde heeren, die
ons de behulpzame hand boden, onze oprechten
dank voor hunne medewerking brengen, doen
wij dit in het bijzonder aan de heeren K. A.
Rombach, J. C. Rijk en P. G. Houthuizen, die
de leden van het bestuur dezer sectie niet alleen