H^ene verbod tegen eigenmachtige requisitiën II de burgers; 4°. definitieve verklaring van I publiciteit van de zittingen der Commune. ^Ëjcluen zijn deze bepalingen in het Journal Ofliciel ■enouien tengevolge van het verzet, dat zich Irerichillende manieren tegen het insurrectio- H bewind openbaart. Zoo heeft het 116de Biljuu geweigerd, den dienst op de buiten- likeu waar te nemen en verklaard, dat het lp verdedigen zou als men het wilde ontwa- BeI). De nationale vergadering van de wijk By heeft er zich tegen verzet, dat daar eene B erij artillerie zou worden opgeworpen, zoodat M( toeü op het Trocadero is gevestigd. De 18de, I en 20ste bataljons eindelijk zijn wegens - Bsiiweigering ontwapend. lDe commissie van 15 leden, die aan Thiers I Is toegevoegd wordt door dezen in belangrijke Mvn vrij wel buiten werking gesteld, en heeft I, daarom bezig gehouden met de brieven van I aartsbisschop Darbay en van Deguerry te >|ierzoeken. Zij heeft besloten hierop publiek II antwoorden, dat de wreedheden, die in die lieven aan de troepen van Versailles worden l.eschreven, en waarvoor de insurgenten re- Baillss nemen, niet zijn voorgevallen. 1 Be deze verklaring echter zoo heel juist zou lis valt te betwijfelen; de soldaten moeten de 3 lijrgenten die zij gevangen namen zeer goed I BanJeld en zelfs bij den intocht in Versailles "|en de menigte beschermd hebben; maar het ■ijkt tevens dat de twee hevige réactionaire Bertn Viuoy en Gallifet zonder vorm van proces ,1 lecuties hebben gehouden van personen, naar ililkei' individualiteit zij zelfs geen onderzoek 8 Is ii. Indien deze feiten waar zijn verdienden BiJe heeren naar ons inzien veroordeeld te s Biiiien, tot hune vreeselijke foltering, levenslang let een rooden broek en een phrygischen muts :lk>als wij per telegraaf meldden is de nieuwe op de gemeenteverkiezingen door de natio- vergadering aangenomen. Bij de laatste be- ■delmg is niet veel belangrijks voorgevallen; dl moet gewezen worden op de aanneming bet amendement van Léon Say, die weder i. ■wijst hoe zelfs in deze ernstige omstandigheden 3 ■flauwe kleine hartstochten bij de beraadsla- B^,.. Jer volksvertegenwoordiging de overhand ,'^Kutebben. De Kamer was namelijk nog wat ea spijtig, dat zij aan Thiers had toe moe- '■^Byeven in de quaestie van de benoeming der :'i door de regeering of door de gemeente- iliraaknemiug daarover is in waarheid de oor- Btt., van de aanneming van het genoemde amen- lisut, dat strekt om ieder arrondissement van tlnjs 't leven voor den raad te doen benoemen, ''■wijl het regeeringsvoorstel was om het getal j.Badsleden in verhouding te breDgen tot de be- Biting in elk arrondissement. Vooreerst wordt Brdour een onrechtvaardigheid begaan tegen de Bik bevolkte arrondissementen en ten tweede ie Bpi het voor Parijs den eiceptioneelen toestand Is 'l leven, die de regeeriug juist wilde beletten, Bar toch in de overige steden de verschillende e, Brondissementen raadsleden kiezen naar even- l-gheid hunner bevolking. Oo9tenrük*Houg. _>Xoij.r*r eliie. I Graal Von Beust heeft aan de Italiaansche regee- lag een nota gericht over de wet op de waarborging ,Bu de rechten van den paus. De ultramontanen Bliktri van deze gelegenheid gebruik om te be lleren dat Oostenrijks Rijkskanselier hierdoor de e| hiertoe gevolgde richting in zijne Romeinsche I8 llitiek, van non-interventie zou verlaten hebben. II B Pester-Lloijd deelt daarom van „zeer bevoegde :r Ie" mede, dat genoemde DOta volstrekt het daar- 3 B toegeschreven karakter niet draagt. Zij betreft B bescherming van de kerkelijke instellingen, die s In internationaal karakter dragen (zooals de ge- ie |intveu, waarin de generaals der verschillende lk Bfltn hunne zittingen houden, daar deze verga- lireen terugwerken op al de onderafdeelingen Bier orden in Europa), verder de kloosters en III Bleges, die ouder het protectoruat van de Oos- r' Bnrijk-Hougaarsche regeering «taan, en die In- Binten, waarop Oostenrijksch-Hongaarsche onder- Banen een onbetwist eigendomsrecht hebben. Van :1* Bel uitoefenen van invloed op den toestand des 0 fnuseu of van de herstelling zijner wereldlijke Bacht was daarbij geen sprake. De bedenkingen, 'r B te§en He wenschen van Oostenrijk door den Buister Sella gemaakt worden zijn dan ook alleen 'r Ban finantieelen aard. 'P B Het tot stand komen der minnelijke schikking |as.!chen het ministerie en de Polen uit Gallicië p |"Jgt hoe meer waarschijnlijkheid. Hoewel graaf 10 ■'ihenwart in al de eischen van den Galicischen l'iddag niet wil toestemmen, heeft de Poolsche lartij in het huis van afgevaardigden te kennen r' ■;;even, dat zij de concessies, door den minister ■'"geboden, voor aanneembaar houdt. De landdag 'e B daardoor verkrijgen het recht van wetgeving ■•'tr de wijze van verkiezing voor den Rijksdag, ■!ler de organisatie der kamers van koophandel, e liVct de policie, de scholen, de curateelen, de vre- BlerecHtbanken, zelfstandig staatsbestuur (met in- B^'ueining der gewone bevoegdheden van het ministerie) het recht van initiatief voor wetsvoor stellen, een eigen Galicisch opper-gerechtshof en eindelijk een minister voor de bijzondere Galici- sche belangen, waartoe zooals wij vroeger zagen de heer Grocholski benoemd is. Met de Czechen schijnen de onderhandelingen niet zoo voordeelig te gaan. De regeering is tot de overtuiging gekomen dat dezen niet te vrede te stellen zijn en bij alles wat men hun toestaat steeds meer eischen. Een wetsontwerp over de toekomstige bevoegdheid der verschillende land dagen, dat op het oogenblik door het ministerie wordt gereed gemaakt, zal dan ook waarschijn lijk de vrees niet beantwoorden der Duitsche con- stitutioneele partij, die vreesde dat bij dat wets ontwerp te veel zou geconcedeerd worden aan de eischen der Czechen. TELEGRAMMEN. Versailles, 15 April. Het Journal Officiel maakt eene circulaire der Regeering bekend, waarin gezegd wordt dat een uitval der opstandelingen tegen de forten met kracht is afgeslagen. De gene raal Wolff heeft verscheiden huizen te Neuilly genomen en bij die gelegenheid den opstandelin gen een gevoelig verlies toegebracht. De commissie van 15 leden (der Kamer) heeft gisteren eene bijeenkomst gehouden, om over de brieven van den aartsbisschop Darboy en van den pastoor Deguerry te beraadslagen. Zij heeft be sloten officieel het bericht te logenstraffen, dat de troepen van Versailles zich aan wreedheden en afschuwelijke represailles schuldig maken. Lockroy is gisteren aan de voorposten bij Neuilly gevangen genomen en te Versailles in verzekerde bewaring gesteld. Hij wordt met onderscheiding behandeld. Heden heeft geen enkel militair feit plaats gehad. ParJJs, 16 April, ('s avonds). Het Journal Officiel maakt eene dépêche van generaal Eudes bekend, waarin gezegd wordtDe afgeloopen nacht was verschrikkelijk. Het fort Vanvres had een zeer hevigen aanval te verduren. De vijand had zware verliezen en is op de geheele linie teruggeslagen. De Commune heeft de 18de, 19de en 20ste bataljons nationale garde ontbonden. De barrica den-commissie zet hare operatiën voort. De kanon- neerbooten (der opstandelingen) kunnen door af damming van het water bij Suresne weinig of geen dienst doen. Hedennamiddag is het kanonvuur op hevige wijze voortgezet. Tusschen de voorposten had een levendig geweervuur plaats. Volgens een gerucht is het fort Issy zeer beschadigd. De telegraafdienst begint weer. Ter beurze is zoo goed als geen handel. De Kransche rente wordt genoteerd op 51.30, Weenen, 15 April. De heer Grocholski is tot Minister benoemd. Par(]s, 16 April, (8 uren 's ochtends). De strijd- voerende partijen nemen ten zuiden van Parijs de volgende positiën inde opstandelingen be vinden zich buiten de forten, in de dorpen Issy en Vanves, die door middel van barricades ver dedigd worden; zij bezetten ook den omtrek van de forten Bicêtre en Moutrouge. De troepen van Versailles bezetten Sceaux- Volgens berichten van Communalisten heeft Dombrowsky gisteren de Gouveruementstroepen bij Neuilly aangevallen en is het hem gelukt hen terug te slaan uit de huizen in de nabuurschap van de kerk; hij noodzaakte 400 man zich over te geven. Te middernacht waren de opstandelingen bijna meester van de brug bij Courbevoie. De troepen waren gekampeerd in Longchamps zij trokken zich terug in de richting van Sèvres. De strijd werd gedurende den nacht voortgezet. Te twee uren verwachtte men op nieuw eene offensieve beweging. Het militair rapport aan de Commune consta teert dat de forten Vanves en Issy de aanvallen, die den 14den en 15den er op zijn gericht, met groote verliezen voor de troepen van Versaille» hebben afgeslagen. De Mont-Valérien wordt heftig gebombardeerd. Versailles, 16 April. Heden is er geen enkel feit van belang op het oorlogstooneel voorgevalleu. Aan de voorposten hoorde men eenig geweervuur. Verleden nacht openden de oproerlingen uit de forten Vanvres en Issy op nieuw hun kanon-en geweervuur tegen niemand. De troepen hadden slechts éen gewonde. Wat de organen der Commune melden, dat Dombrowski 400 gevangenen zou gemaakt heb ben, is geheel onwaar. Parijs, 16 April des avonds halfzeven. In een rapport van Cluseret leest men, dat het fort Vanvres 6 aanvallen afgeslagen heeft. In het ge vecht van Neuilly werd voet voor voet terrein gewonnen. „Ieder huis vereischte een beleg. Ik heb bevolen korte wetten te maken en de huizen niet aan te vallen. Ik heb er verwoestingswerk tuigen genoeg heen gezonden, om er een einde aan te maken. „Het gouvernement van Versailles zet zijn ijdel gezwets voort. Het spreekt van 24 uren om ons over te geven. Het buskruit zal het ons antwoord overbrengen." liet geschutvuur is in het zuiden verflauwt, maar zeer levendig op het Trocadero, vanwaar men Lonchamp beschiet. De gefedereerden zijn er nog niet in geslaagd om zich van Neuilly en van de brug aldaar meester te maken. De strijd is er allerhevigst. Vele bataljonschefs hebben hunne diensten aan de republikeinsche unie aangeboden. De houding van het meerendeel der Parijsche burgers is passief. De koopwaren worden schaarsch en duur. Brnscel, 17 April. Aan de Indépendance Beige wordt in een brief van zijn Parijschen correspon dent, onder dagteekening van den 15den dezer ter middernacht, het volgende gemeld Men ge looft, dat het einde der crisis ophanden is. Het bevestigt zich, dat het gevecht van Asnières en van het Bois de Colombes, hedenmorgen gele verd, noodlottig voor de gefedereerden is geweest, hunne dooden bedekken aldaar den grond. De troepen van Versailles hebben zóo groote vorde ringen gemaakt, dat zij zich op 1 kilometer af- stands van de Porte de Femes bevinden. Londen, 17 April. De Times verneemt uit Philadelphia, dat de overeenkomst ter regeling der Alabama-quaestie geteekend is. De kontrakteerende partijen zijn het er over eens geworden, dat onzijdige landen verantwoor delijk zijn voor de schade veroorzaakt door een in hunne havens uitgerust en bemand schip. Eene commissie van 5 leden zal de verschillende eischen tot schadevergoeding wegens de Alabama binnen twee jaren onderzoeken. Fromotiën. Leiden, 17 April. Bevorderd tot doctor in de geneeskunde de heer A. Van Iperen, geboren te Leiden, met een academisch proefschrift, geti teld: Een geval van Aneurysma Aortae Udscendenlii. GEVEILDE PERCEELEN. Gehouden verkooping aan den Burg alhier op Zaterdag 15 April door den Not. Mr. A. J. Wijn stroom. Een huis en erf aan de Westzijde van de hee rengracht omtrent de Slopsteeg Wijk VII, N°. 140 sectie I, N°. 118», Kooper J. Parmentier voor /T950. Marktberichten. Amsterdam, 17 Maart. Tarwe, stemming onver anderd O. B. Pools 415 op tijd. Rogge, stem ming prijshoudend; Petersburg 210, 215; Galatz 216, 217, 218; Berdianski 216; Moldavische 226; Marionopel 217 c. z./k. Levering, stemming onver anderd; Mei 207, 218, Oct. 212, 213. Raapolie, 6/w. 49%; vliegend 48%; Mei 45%; najaar 43%. Lijnolie, 6/w. 34%; vliegend 33%; voorjaar 33; najaar 34y«. Koolzaad, Oct. S0%. LAATSTE BERICHTEN. 's-Gravenkage, 17 April. Naar men verneemt heeft het Provinciaal Gerechtshof in Zuid-Holland, ter voorziening in eene vacature als raadsheer in dat college, in plaats van nu wijlen Mr. G. Mat- thes de volgende aanbevelingslijst opgemaakt, als: 1". Mr. S. A. Lette van Oostvoorne, rechter in de arrondissements-rechtbank te Brielle; 2°. Mr. J.J. Loke, rechter in de arr.-rechtb. te Rotterdam; 3°. Mr. A. M. Van Stipriaan Luisyius, advocaat te 's-Gravenhage4'. Mr. P. R. Feith, rechter in de arr.-rechtb. te Amsterdam; 5°. Jhr. Mr. A. F. De Savornin Lohman, rechter in de arr.-rechtb. te 's-Hertogenbosch; en 6°. Mr. J. W.T. Swaters van Schaumburg, officier bij de rechtbank te Mid delburg. De nieuw-benoemde kantonrechter alhier, de heer Mr. L. G. Greeve, heeft heden zijne func- tiën aanvaard. STATEN-GENEBAAL. TWEEDE KAMER. De Minister van Oorlog heeft geantwoord op het voorloopig verslag der Tweede Kamer nopens hoofdstuk VIII der Staatsbegrooting voor 1870. 1. De minister zou voorzeker de hem toever trouwde taak niet hebben aanvaard, indien bij hem geen bepaalde inzichten omtrent de middelen ter verzekering van 's lands weerbaarheid beston den, maar hij zou evenwel, naar hij vermeent, een verzuim plegen, zoo er geen gebruik gemaakt wordt van het gunstig oogenblik dat zich thans heeft aangeboden om te onderzoeken, wat zich gedurende den onlangs tusschen twee naburige Rijken gevoerden oorlog, als voortreffelijk of wel als minder geschikt heeft doen kennen. Bij de regeling eener zaak van zoo overwegend belang als 's lands verdediging, dient partij getrokken te worden van al hetgeen de ondervinding heeft ge leerd, en het is dan ook met het oog daarop, dat aan eenige zaakkundige officieren de taak is opgedragen, om uit de vele berichten die open baar zijn geworden en andere gegevens, ter plaatse zooveel doenlijk te onderzoeken wat daarvan zij en in hoeverre het een en ander bij ons van nut zou kunnen zijn en toegepast zou dienen te wor den. Overhaasting moet hier worden vermeden, en zoolang dus de bedoelde inlichtingen niet zijn ontvangen en tevens de verkenning van het terrein, die door het aan te nemen meer geconcentreerde verdedigiugsstelsel evenzeer als door andere om standigheden noodzakelijk worden geacht, niet zijn afgeloopen, kan het gewijzigd wets-ontwerp tot regeling en voltooiing van het vestingstelsel niet worden ingediend. Met eenige zekerheid ver meent de ondergeteekende evenwel de toezegging te kunnen doen, dat bedoeld wets-ontwerp bin nen weinige maanden bij den Raad van State aanhangig zal worden gemaakt, terwijl aan dat college de ontwerpen tot wijziging der wetten op de inkwartiering en de onteigeningen, reeds dezer dagen zijn gezonden. Zoo als in de Memorie van Toelichting is te kennen gegeven, moet de regeling van het ves tingstelsel de basis uitmaken van de sterkte onzer levende strijdkrachten. De laatste is onderge schikt aan de eerste; van daar dan ook dat de voorstellen tot herziening van enkele bepalingen der militiewet nog niet zijn ingediend. De op merking van een lid, dat de herziening dezer wet, met uitzondering van de bepaling aangaande het contingent, zou kunnen plaats hebben onaf hankelijk van de andere wetten betreffende de verdedigingsbelangen, wordt niet volkomen be aamd. De hoegrootheid toch van het jaarlijksch contingent of de totale sterkte der militie, staat niet alleen in verband met de verdediging; op de bepaling van dat cijfer zullen andere wijzigingen, zoo als het beperken der vrijstellingen als eenige zoon en de afschaffing der plaatsvervanging, even zeer van invloed kunnen zijn. Daarenboven zou de behandeling dezer aangelegenheid veel om slachtiger worden wanneer de herziening der bedoelde wet na korten tijd moest worden gevolgd door eene nadere wetsvoordracht tot het bepalen van de getalsterkte der militie. 2. Gevolg gevende aan den geuiten wensch dat gewezen worde op de meest in 't oog val lende leemten en gebreken, welke zich bij ons krijgswezen hebben doen kennen, zoo wordt ver meld, dat die hoofdzakelijk hebben bestaan in de geringe getalsterkte der troepen, terwijl hunne geoefendheid en bruikbaarheid voor den oorlog te wenschen hebben overgelaten; in de onvoldoende organisation der versohilleude staven en dienst vakken, waardoor vele officieren aan hunne dienst bij den troep moesten onttrokken worden en het reeds ver van ruime officierskader dikwijls onge noegzaam werd; in gebrek aan paarden bij de cavalerie en artillerie, zoodat de veld-escadrons bij de cavalerie niet spoedig genoeg op hunne orga nieke sterkte kunnen gebracht worden, en de batterijen veld- eu rijdende-artillerie te veel tijd behoefden om met zes stukken en de daartoe behoorende voertuigen te kunnen uitrukken. Het in batterij stellen van het geschut in de vestingen en versterkte plaatsen, vorderde te veel tijd, daar waar de vuurmonden en het verder materieel niet in de nabijheid der batterijen waren opge legd, terwijl het in staat van verdediging brengen der vestingen, in het algemeen meer tijd vorderde, dan waarover bij plotselinge en ernstige bedrei ging in sommige gevallen wellicht zou mogen worden beschikt. Voorts was de voorraad patro nen niet voldoende, hetgeen veroorzaakt was door de opgedane ervaring, dat de messingen hulzen niet voldoende bestand zijn tegen de bewaring in de magazijnen, ten gevolge waarvan het raad zaam was geacht, de proefneming af te wachten, welke tot eene meer duurzame huls moest lei den; zijnde deze thaDS in eene huls van getrokken rood-koper-plaat gevonden. Eveneens bleek de aanwezige voorraad kleeding- en uitrustingstuk ken bij de opkomst der vier afwezige lichtingen van de militie, niet al dadelijk voldoende om in al de behoefte te voorzienverder bleken de voor handen paardentuigen voor een groot deel niet meer geschikt voor het doel. Terwijl eindelijk belemmeringen van onderscheiden aard zich meer bijzonder hebben doen kennen als een uitvloeisel van de omstandigheid, dat bij de bestaande wet geving, slechts op twee scherp afgeteekende toe standen, die van vrede en van oorlog, wordt acht gegeven, en de toestand van voorbereiding tot den oorlog, geheel buiten beschouwing wordt Hoezeer het buiten eeuigen twijfel is, dat dit gelaten. alles verbetering eu spoedige verbetering eischt, zoo mag bij het beoordeeleu van den toestand onzer strijdmiddeleu tijdens de mobilisatie van het vorige jaar, toch niet uit het oog worden verloren, dat die toestand voor een goed deel een gevolg was van een bijna 40jarig tijdperk van volkomen vrede, en voorts van den overgangs toestand, waarin vele zaken zich bevonden. Zonder voorts iets terug te nemen van het zoo even met opzicht tot den toestand in het vorig jaar ver melde, eischt de billijkheid toch de erkenning, dat men zich, bij het toetsen van onze strijd middelen, gewoonlijk «telt op het standpunt van voortreffelijkheid door een groot*n naburigen

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1871 | | pagina 3