N°. 3355.
Dinsdag
A0. 18/1.
17 Januari.
Feuilleton van liet „Leidscli
Dagblad".
DE FAMILIE-JUWEELEN.
DAGBLAD.
PRIJS DEZER COURANT.
Voor Leiden per 3 maanden
Franco per post.
Aizonderlijke Nommers
3.00.
3.85.
0.05.
Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering van
Zon- en Feestdagen, uitgegeven.
PRIJS DER ADVKRTKNTIKN.
Voor iederen regelj 0.15.
Grootere lettert naar de plaatsruimte die zij beslaan.
DE PLAATSELIJKE BELA9TI1VG.
III.
Ingezonden
|j Wij kotnen nu tot de berekening ran de ver
moedelijke verteriDg uit de genoemde grondsla
gen. Daartoe moet uit de huurwaarde volgens het
tarief in art. 7 het meubilair worden berekend, vijf
percent van het laatste bij de eerste gevoegd en
daaruit door vermenigvuldiging volgens art. 8 de
vertering opgemaakt woiden. Dan komt de toe
voeging voor dienstboden en paarden waarbij
om geen overdrijving te gebruiken zal aangeno
men worden dat op eene vertering van 1600—4000
ééne dienstbode, van 400010000 twee en voor
hooger vertering drie dienstboden in rekening
komen; de paarden blijveD volgens het slot van
het vorig artikel hier buiten.
Zoo ontstaat de volgende tabel:
HUURWAARDE.
MEUBILAIR.
VERTERING.
60
65
70
75
80
90
100
125
150
200
250
300
350
400
450
500
550
600
650
700
750
800
850
900
950
1000
1050
1100
1150
1200
60
97
140
187
240
315
400
562
750
1100
1500
1800
2275
2600
3150
3500
4105
4500
5200
5600
6375
6S00
7650
8100
9025
9500
10500
11000
12075
12600
378
420
462
506
552
644
732
950
1132
1832
2312
2774
3353
3857
4513
5060
6089
6687
7507
SI 44
9060
9888
11700
13150
14171
15161
16750
17930
19592
21130
Oppervlakkig gezien is deze tabel zoo kwaad
niet. Zij sluit vrij wel op de regelen der theorie;
'het kan zijn dat zij in de leerboeken der staat
huishoudkunde als model uitstekend is. Gemiddeld
is de huurwaarde een tieude van de vertering,
"alleen de hooge en de lage posten wijken daar
van af; zoodat de waarschijnlijkheid meebrengt,
dat de vermenigvuldigers juist met het oog hierop
gekozen zijn. Dan moeten nog eenige bijkomende
'Omstandigheden in acht genomen worden. Wan
neer van elke post in de laatste kolom ƒ250 af
getrokken wordt, blijft de som waarvan de be
lasting geheven wordt. Dit is ongetwijfeld in het
voordeel der mindervermogenden; door de wij
ziging in de laatste raadszitting is de verminde
ring 300 geworden, waarvan de invloed op f 1000
heel wat meer is dan op ƒ10,000. Ook worden
bij de huurwaarde niet in rekening gebracht de
kamers die door den hoofdbewoner verhuurd zijn;
evenmin het gedeelte van het huis, dat voor de
uitoefening van zijn bedrijf gebezigd wordt, der
halve: werkplaatsen, winkels, magazijnen en
ook de collegekamer van den professor. Zijn
de studiekamers van predikanten en andere ge
leerden bieronder evenzoo begrepen? Ik weet
niet of dat in de toepassing wordt aangenomen,
doch er is wel iets voor te zeggen; die heeren
zijn toch bij het huren van een huis onafhanke
lijk van hun vermogen evengoed verbonden door
den eisch van een studeerkamer, als de klein
handelaar door die van een gescbikten winkel;
zoowel de een als de ander is onmisbaar voor
de uitoefening van ambt en bedrijf.
Dan wordt nog (art. 10) voor elk eigen of aan
gehuwd kind of inwonend kleinkiüd van den
belastingschuldige, beneden den leeftijd van 18
jaren, de belasting met twee ten honderd ver
minderd. Dat maakt voor vijf kinderen 10 pCt.
en voor tien kinderen 20 pCt.
Een huisvader betaalt derhalve iu plaats van
ƒ100 wanneer hij vijf kinderen bezit 90, en
wanneer hij tien kinderen heeft 80.
Merkt op de vaderlijke zorg van het gemeente
bestuur. Kunt ge ter nauwernood het hooge aan-
slag-billet voldoen, maakt dan dat ge veel kinderen
krijgt, brengt ge het tot 50 inwonende kinderen
en kleinkinderen dan betaalt ge in het geheel
geen belasting meer, en hebt een goedkoop huis
houden. Of anders wie belet u een gedeelte van
het huis b. v. de boven voor- en achterkamer te
Terhuren; het bestuur moedigt u aan; met de
kamerhuur ontvangt gij nog vermindering van
belasting. Zijt gij wat slim er bij, dan wordt de
winst verdubbeld; de huur moet gij opslaan, om
dat de belasting zoo hoog is, en deze wordt ver
minderd hoe hooger de huurwaarde der kamers.
Wel is waar betalen de kamerhuurders dubbel,
doch die hebben geen huishouden en kunnen het
meestal wel missen.
Het aanslag-billet bevat alleen de totale som,
die de belastingschuldige moet opbrengen. Wel
zijn de kohieren gedurende eenige dagen van
het jaar voor een ieder ter inzage, doch hiervan
zal gewis betrekkelijk weinig gebruik worden
gemaakt. Zou het zoo omslachtig of bezwarend
zijn, wanneer op elk billet stond uitgedrukt vol
gens welke opgaven de som is berekend, opdat
een ieder zich van de rechtmatigheid zijner aan
slag zou kunnen overtuigen, zonder naar het stad
huis te gaan, waar men zoo spoedig van bemoei
zucht eu wantrouwen wordt beticht. Aan dit
bezwaar zou men terstond te gemoet komen, wan
neer het billet als bij de rijks persooneele belas
ting werd ingericht. Dan was tevens eene alleziDS
gewenschte verificatie mogelijk, waarbij een ieder
slechts voor zich zei ven bad te zorgeD. Hu onder
werpen de meesten zich aan het onverbiddelijke
cijfer en betalen in stilte wat hun is opgelegd.
Evenmin moet het tweede gedeelte van art. 4
der verordening op de invordering over het hoofd
worden gezien.
Daar leest menbij de beoordeeling der terug
ontvangen beschrijvingsbiljetten worden de aan
giften, die onjuist zijn bevonden, verbeterd Daar
gronden ontleend, hetzij aan de kohieren der rijks-
personeele belasting, hetzij aan andere bewijs
stukken, en worden de aanslagen in de plaatse
lijke directe belasting dienovereenkomstig be
rekend.
Ook deze bepaling heeft eene sterke reuk naar
willekeur, wanneer ten minste bij de uitwering
over het hoofd wordt gezien, wat in de bepaling
is verzuimd, namelijk de betrokken persoon daar-
over gehoord. Nu toch kan het geval zich voordoen,
dat men naar den schijn wordt veroordeeld. Stel
b. v. dat iemand zijn huishouden op een minder
voet gaat inrichten en in plaats van 2 of 3 slechts
ééne dienstbode houdt, dan zal hij dit op zijn
billet invullen. Het is mogelijk dat bij de beoor
deeling aan ontduiking wordt gedacht, hetgeen
versterkt kan worden door vergelijk mét de ko
hieren der personeele belasting, die de opgaven
van het vorig jaar behelzen. Bijgevolg zal de aan
slag worden verhoogd, zonder dat de betrokken
persoon die gewoon is te betalen wat verlangt
wordt, zulks merkt. Dit is een voorbeeld uit velen;
zijn de andere bewijsstukken niet geldiger dan de
kohieren der personeele belasting, zoo bestaat de
mogelijkheid, dat aan sommige belastingschuldigen
onwillens en zonder herstel onrecht wordt ge
pleegd.
Lelden, 16 Januari.
Up de door B. en Ws. van 's-Gravenhage den
gemeenteraad aangeboden aanbeveling ter benoe
ming van een leeraar in de Nederlandsche taal,
geschiedenis en aardrijkskunde bij de hoogere
Burgerschool aldaar, komen voor de heeren Van
Aalst, candidaat in de letteren, te Leiden en
Swartz, candidaat in de letteren te Amsterdam.
van hunne menschlievendheid zijn geworden,
indien niet andere omstanders door middel van
lange stokken de redding van het drietal hadden
bewerkt.
Eergisterenavond werden indeStads-Gehoorzaal
de prijzen uitgereikt aan de winnaars van de op
dien dag gehouden hardrijderij op schaatsen.
De heer De Bruine, president van de studenten
ijsclub, kweet zich vau die taak en sprak daarbij
de heeren Vulsma, Pontier en Hesselink in har
telijke bewoordingen toe.
Als blijk van waardeering voor de verdienste
lijke wijze waarop de heer Schultetus Aenae bij
den wedstrijd de studenten-ijsclub had vertegen
woordigd, werd hem een zilveren lucifersdoos
vereerd, terwijl aan drie andere rijders ieder 5
werd geschonken.
De avond werd overigens zeer feestelijk door
gebracht.
Buiten de Koepoort zakte gisteren een knaap
door het ijs. Twee persoDen die tot het verleenen
van hulp toeschoten, zouden echter de slachtoffers
's Rijks middelen hebben 1». over de twaalf
maanden van 1869 op gebracht ƒ74.100.704.991/,;
2°. voor 1870 waren zij geraamd op 72.099.533.00
en 3'. zij hebben werkelijk in 1870 opgebracht
ƒ75.682.626.82 en derhalve 3.583.93.82 boven de
raming.
De Dordrechtsche Vrijzinnige Kieiersvereeniging heeft
tot candidaat voor de vacature van een lid van de
Tweede Kamer der Staten-Generaal, in de plaats
van Mr. P. Blussé van Oud-Alblas, geproclameerd,
den heer J. P. Bredius, met 39 tegen 20 stem
men die op Mr. De Raadt, oud kamerlid ver-
eenigd waren. De heer Jhr. Mr. W. T. Gevers
Deynoot en D. Schotman Dz. hadden voor de
candidatuur bedankt.
Naar men verneemt is Zaterdag-middag, door
een commissie bestaande uit studenten en oud
studenten aan het Athenaeum Illustre te Amster
dam, uit naam van een groot aantal zijner
leerlingen en oud-leerlingen, aan den, op zijn
verzoek eervol als hoogleeraar in de letter
kunde ontslagen heer Dr. J. C. G. Boot, een
keurig geschenk tot een aandenken aangeboden,
bestaande uit een antiek bronzen beeld, geplaatst
op een marmeren voetstuk, waarop de inscriptie:
uviro claristimo J. C. G. Boot, grali discipli."
In de raadsvergadering te Schiedam jl. Zaterdag
avond gehouden is besloten tot het voor afbraak
verkoopen van de voormalige vleeschhal, waar
door verbreeding van een groot gedeelte van twee
straten zal verkregen worden, en licht en lucht
aan de zijde van de burgerschool voor lager on
derwijs zal worden behouden.
De behandeling van het in eene vorige verga
dering gedane voorstel van eenige leden tot het
niet meer opnemen der openbare discussie in het
gemeenteverslag, is tot eene nadere vergade
ring aangehouden.
De Maatschappij van Weldadigheid te Erederiks-
oord ontving dezer dagen een geschenk van ƒ600
van den heer W. J. Hanekuijk te Haarlem,
In 1867 en 1869 werd door dien heer telkens
een certificaat 214 pCt. W. S. nomminaal groot
ƒ1000 aan deze inrichting geschonken.
Naar wij met genoegen vernemen, is aan onzen
landgenoot, den heer Ds. W. Heudrikz, consul
terend geneesheer en Oogarts van Z. M. den
Koning der Nederlanden, stichter en president
der Sophia-Vereeniging tot bescherming van
Dieren te Amsterdam, de onderscheiding te beurt
gevallen, van wege den Vertin zum Schutz der
Thiere zu Hamburg" te worden begiftigd met zijne
zilveren medaille van verdienste. Naar wij vernemen
is de met dit eereblijk begiftigde, die onderschei
ding verschuldigd aan zijne, in weinige jaren
(Novelle naar het Hoogduitech).
(Vervolg.)
'n «Zouden wij dat niet in ieder geval hebben
mot-ten doen?" vroeg zij.
H „O, neen," in geval dat de waarschijnlijkheid
bestond dat de uitspraak ten mijnen voordeele
zou uitvallen, zooals ik voor een kwartier nog
met zekerheid aannam, zou ik u verzocht heb
ben, uwe rechten en aanspraken op mij over te
dragen, wat gij volgeDS het testament van uw
echtgenoot, dat u en niet Felix tot universeele
erfgenaam stelt, zonder zwarigheid kondedoen."
//Maar dat kan immers Dog geschieden," ant
woord mevr. Von Bork, „en ik verzoek u zelfs
dringend, dat voor mij te bezorgen. Wat uwe
liefde, vóór de ontdekking van deze vergissing
voor goed en wenschelijk oordeelde, is het im
mers nog; ik sta mijne rechten op die erfenis
geheel en al aan u af. Het is zoo natuurlijk, dat
wij beiden thans zonder de hulp der advocaten
eene overeenkomst sluiten en als dezelve u tot
een rijken erfgenaam en mij tot een arme vrouw
maakt, dan zal de wereld hoop ik geene aan
merkingen meer maken op uwe liefde voor mij."
„Mijne dierbare, geliefde vriendin," riep hij
teeder, „hoe gelukkig maakt gij mij door deze
schikking, door die zorg voor mijne eer, die het
heiligste goed van een man is. En omdat het
dan het eenige is wat mijne liefde u aan kan
bieden daar mijn naam ook de uwe wordt, en
zuiver moet blijven zonder eenigen smet, zoo neem
ik uw voorslag aan, en zal een beschikking gereed
maken, waarbij gij van uwe rechten afstand
doet. Voor ons beiden, is het't hetzelfde daar wij
toch in ieder geval met elkander gedeeld had
den, voor de wereld is het zoo beter. Ik zal er
den justitieraad bericht van geven, en het noo-
dige bezorgen, en nu, goeden nacht, mijne dier
bare Marie, gij ziet er bleek en ontroerd uit, en
verlangt zeker naar rust na alles wat u heden
overkwam."
Hij kuste haar 't voorhoofd en de handen, en
ging toen heen, en liet mevr. Von Bork alleen.
Deze verheugde zich inderdaad op eenige
oogenblikken rust om alles te overdenken,
en hare bedaardheid te herkrijgen. De wen
ding in haar lot had zoo plotseling en ver
rassend plaats gegrepen, dat zij eerst met zich
ielven en het verledene moest afsluiten, eer dat
zij haar gevoel tot helderheid en vrede konde
brengen. Nog eenmaal verspreidde de herinnering
aan hare eerste liefde een zonneschijn in haar
hart; hoe had dat arme hart toen gebeefd en hoe
ontroerd had het toen in zalige vreugde gehoopt,
gebeden, geloofd! Nu was het niet zoo als toen,
zij gevoelde duidelijk, dat die tijd nimmer zijne
betoovering voor baar zou verliezen, en dat hare
liefde, al gaf zij zich ook duizendmaal geheel en
al aan haren vriend over, die baar zoon ten vader
wilde zijn, toch bij het graf bleef, waarin de
echtgenoot harer jeugd en met hem, al de vreugde
eu zonneschijn rustte, die eens haar leven had
vervrolijkt. Zij was er Rieger dankbaar voor,
dat hij de verhouding tusscben hen beide zoo
bedaard en vreedzaam bad gemaakt, dat bij het
aandenken aan baren eersten man door geene
•tormen der ijverzucht en gekrenkte liefde be
dreigde; zij vatte het heilige voornemen op, zijne
wenschen te voorkomen, en zijn hart eene warme
getrouwe vriendschap, en zijn huis behaaglijk
heid en vreugde daarvoor te schenken.
Zoo dacht zij aan alles, uitgenomen aan de
quaestie van het testament, waarop hare gedach
ten niet terugkwamen. Mevrouw Von Bork was
zooals wij reeds gezegd hebben, te onervaren in
geldelijke zaken, dat zij er begrip van zou hebben
gehad, welke gevolgen haar stap konde hebben, zoo
niet voor haar, dan toch voor Felix. Zij meende
dat het bij een huwelijk hetzelfde was, wie der
beide echtgenooteu het vermogen behoorde; maar
zij bedacht volstrekt niet, dat Felix geen erfge
naam van zijn stiefvader was. Had zij zich die om
standigheden met alle gevolgen duidelijk voor
gesteld, zoo zoude zij verschrikt zijn geweest, dat
zij het rechtmatige eigendom van Felix, dat zijn
vader haar in handen had gegeven, in de vaste
overtuiging dat zij het zou weten te bewaren,
weggegeven had, en daardoor haar geliefd kind,
voor wiens toekomst zij geen moeite of opoffe
ringen bad ontzien, opnieuw onbemiddeld en af
hankelijk had gemaakt, zoo als vroeger, toen de
zorg voor hem, zijn vader belette, de moede oogen
te sluiten.
Reeds den volgenden dag, bracht Rieger, die een
notaris en de noodige getuigen medegebrucht had,
het document dat zij teekende, en toen eenige
dagen later haar oude raadsman, de justitieraad
Kraus haar bezocht, was er aan de zaak niets
meer te veranderen, zelfs niet wanneer de waar
dige man zich daartoe bevoegd geoordeeld bad
gevoeld.
(Wordt vervolgd.)