deri; inbs| D n ay ie J is t| Drhi get] n etii stui nasi r a Luxemburg den inhoud vernomen eener litsche nota, waarin zij openlijk wordt beschul- ;d, de plichten der neutraliteit te hebben ge lag/Jonden, en waarin Pruisen zich ontheven ver- iart van de verplichting tot eerbiediging der ukkige positie, waarin het Groothertogdom ichtens het Londensche tractaat is geplaatst. „Majesteit I De Noord-Duitsche regeering is in hare be deeling van de houding der Luxemburgers op onwaardige wijze misleid geworden. Zijne Koninklijke Hoogheid Prins Hendrik, de ninde Vertegenwoordiger van Uwe Majesteit, is getuige van de onophoudelijke bemoeiingen ^er regeering tot handhaving onzer neutrali- De naburige natiën, Pruisen, Frankrijk en |gie, kunnen het luide verklaren; dat zij altoos kleine Luxemburg vooraan op den post der de tot den naaste en der weldadigheid hebben getroffen. Geheel Europa kan tevens de ver- ring geven, die in dit plechtig oogenblik voor [wordt afgelegd door een ongelukkig volk, dat zijne verdediging niets anders heeft dan het roei van recht, plicht en billijkheid. „Majesteit I Op dit oogenblik is ons arm Vaderland meer eetJreigd, dan in éenig ander tijdvak zijner geschie- is het geval is geweest. Te midden dezer crisis, 'Jnen wij tot Uwe Majesteit, met de bede Luxem- g te redden, en niet toe te laten dat over het tick bestaan des lands zonder de vrije toe- mming der bevolking beschikt worde. Uwer Majesteils getrouwe, gehoorzame dienaren en onderdanen" enz. lijders zegt de Luxemburger Zeilung Naar wij vernemen, zal de Kamer binnen ;e dagen weder bijeenkomen, waarschijnlijk kennis te nemen van de nota van graaf Bismarck. Wij zijn overtuigd, dat de Kamer het bestaande willen handhaven, gelijk zij dit reeds vroe- heeft gedaan, en waarin wij haar ten volle lersteunen. Toen er in 1867 sprake was van eene aan- ihting bij Frankrijk, hebben wij de handha- g onzer onafhankelijkheid verdedigd, zonder t een enkel woord het gevoel der Franschen kwetsen. Wat wij ten jare 1867 tegenover mkrijk gedaan hebben, zullen wij ook thans n. Zonder het rechtmatig gevoel onzer ooste- |e naburen te na te komen, verlangen wij dat ons in dien gelukkigen toestand zal laten, arin wij in den loop der omstandigheden ge- jatst zijn. Wij hebben naar niets anders gestreefd dan bestendiging van onzen toestand. Doch hebben gemeend tot dat doel niet den weg ';e moeten slaan, die door vele onzer mede- gers wordt gevolgd. Wij hebben steeds gezegd, het belang van ons land gebiedend eischt, aan Pruisen geen aanleiding worde gegeven zich los te maken van de waarborging onzer ijdigheid. Eu terwijl wij ons steeds door het welbegrepen ang des lands hebben laten leiden, heeft men beschuldigd van onze verklaringen te verloo- neu en de onafhankelijkheid des lands in ge- r te willen brengen. De dag zal spoedig komen, waarin het recht- §rdig en bedaard deukend deel des volks ons kt zal doen wedervaren, en van ons zal willen luigen, dat onze wijze van handelen, meer dan woelingen van vele anderen, overeenkwam de eischen van beleid en voorzichtigheid." Turkije. [Jit eene particuliere correspondentie van de 'pendance uit Coustantinopel ontleenen we het etfcende ke| Constantinopel, 5 December, Wat de Russische quaestie aangaat, zoo |et gij, dat het er op dit oogenblik alleen aankomt om de zaak bij eene internati- idjle conferentie aanhangig te maken, en om r alle belanghebbenden, de beschuldiging van kabinet van St.-Petersburg tegen artikel 11 het Parijzer tractaat te doen erkennen. Dit [de uitslag geweest van alle pourparlers tus- len de verschillende mogendheden. Ik wees u nclds in mijn vorigen brief op deze oplossing, toen de nieuwe verhouding deed uitkomen die de tnsch-Duitschen oorlog daarstelde tusschen mo- idheden tegenover de Oostersche quaestie. Overi- heeft in onze regeeringskringen er niemand aangedacht, dat dit incident buiten het diplomo- 'p4e terrein zou gaan, of tot verwikkelingen jileiding geven. De Turken hebben beter in- gehad, ik zou zelfs zeggen zijn verstan ier geweest dan de andere belanghebbenden, ietJwijl de nota van prins Gortschakofif te Lon- te Weenen, en nagenoeg overal een groote uning en hevigen storm deed ontstaan, ait§ef de verhevene Porte kalm en bedaard. i-Pacha verklaarde dat de quaestie geen Turk- quaestie was, maar eene Europeesche, en bij gevolg Turkije slechts de gedragslijn zijner jidgenooten en vrienden van 1856 kon volgen, minste behoort Turkije thans niet tot hen een groot geschreeuw aanhieven en eindigden niets uit te voeren, dat wil zeggen, dat zij tegenover Rusland niet blootgesteld hebben, lailli orti in n d| drt >edi :chi| in t ei mal Vf ieu da i va .11 i zi larl W i, i ihi\ zei :acl di ihe: ve D U dj iee| di hi ïdel Mjp ori veij ia! lp li ïaifte lei en iedereen moet bekennen dat dit eene zeer voorzichtige politiek was, op een tijdstip dat het duidelijk werd dat zij niet meer zooals vroeger op het Oostersche Bondgenootschap konden re kenen. Daarbij beschouwt Turkije de quaestie uit een praktisch oogpunt, en komt tot de slotsom dat het niets te duchten heeft van de tegenwoordig heid eener Russische oorlogsmacht in de Zwarte Zee. Rusland heeft Turkije steeds te land, nimmer ter zee aangevallen, en daarbij is de militaire toestand van Turkije heden ten dage zeer ver anderd. De Turksche vloot telt een 15tal geduchte gepantserde schepen, die niet zoo gemakkelijk te bestrijden zijn dan de weinige oude vaartuigen, die slecht gewapend en ontoereikend uitgerust, door de Russen gedurende den Krim-oorlog bij Sinope gemakkelijk overrompeld en vernield wer den. Herneemt Rusland van de eene zijde zijne rechten op de Zwarte Zee, dan herneemt de Sultan ze ook. De Turksche schepen kunnen nu de monding van den Bosphorus verlaten. De voordeelen staan nu eenigermate gelijk, en voor het geval dat Rusland zich houdt aan de herroeping van dit enkele artikel van het Parijzer tractaat, dan zal Turkije geen berouw hebben dat het zich omtrent die zaak inschikkelijk heeft getoond. In dien zin zijn naar men mij verzekerd heeft ook de verklaringen geweest die tusschen Ali- Pacha en generaal Ignatieff gewisseld zijn. De laatste heeft dan ook een onderhoud gehad met den Sultan wien hij dezelfde conciliante gezin- ning vondt toegedaan. De Turken hebben dus in de nota van prins Gortschakoff niets meer dan eene quaestie van diplomatieken aard gezien. Boven alles zijn zij rechtvaardig en erkenden zelfs sedert lang dat Rusland niet voortdurend kon en mocht blijven gebukt gaan onder de vernedering die haar door het congres van Parijs was opgelegd op een tijd stip dat in generlei verband meer staat met de tegenwoordige omstandigheden. Op dit oogenblik, houdt men zich bij de ver hevene Porte veel minder met de Russische quaes tie bezig, dan wel met een opstand die onder de Arabieren van de Hedjoz ontstaan is en van zeer ernstigen aard schijnt te zijn. Hunne cheiks of opperhoofden, die door hun godsdieustig prestige zeer machtig zijn, weigeren den sultan gehoor zaamheid en trachten zich van de heerschappij meester te maken. De Porte heeft 10.000 man troepen naar de plaats van den opstand gezonden maar, èn door de gesteldheid van het land èn door de weinige topografische kennis, zal deze expedi- tiën met groote moeilijkheden te kampen hebben, voordat zij de oproerige stammen kunnen bereiken. De Amerikaansche generaal Sheridan bevindt zich sedert een week alhier. Hij komt van Frank rijk, van het tooneel des oorlogs, waar hij veel van zich heeft doen spreken; men zegt, dat hij zich naar Rusland begeeft en vandaar naar Ame rika zal terugkeeren. TELEGRAMMEN. Brussel, 14 December. Men meldt uit Luxem burg, dat Montmédy heden gecapituleerd heeft. De dépêche van graaf Bismarck betreffende de schending der neutraliteit van de zijde der Luxem- burgsche regeering, luidt als volgt: Het gouver nement van Noord-Duitschland behoudt zich tegen over een dergelijk gedrag volkomen vrijheid van handelen voor." Uit Rijssel wordt gemeld, dat de tijding omtrent het hernemen van la Fère voorbarig is. Generaal Faidherbe is met zijn leger de stad voorbijgetrokken, zonder haar aan te vallen. De tijdingen uit Havre luiden gunstig. Washington, 12 December. De vertegenwoor diging heeft met 158 tegen 25 stemmen de Civil- tenure-ofjice act verworpen; en met 164 tegen 5 stemmen een resolutie aangenomen, strekkende tot intrekking van het internationaal stelsel van inkomend recht, behalve voor tabak en whiskey. Deze resolutie zal waarschijnlijk door den Senaat niet worden aangenomen. ftlunchen, 14 December. De regeering heeft heden het bondsverdrag bij de Kamer van al'gev. ingediend. Zij verklaarde dat de offers, door Beie ren gebracht, gelijken tred hielden met de voor deelen, welke uit liet bondgenootschappelijk stelsel voortspruiten. De gemeenschappelijke bond zal eene mogendheid van den eersten rang worden. Beieren neemt in dien bond een stelling in, die overeenkomt met zijn historische rechten en ge ografische beteekenis. Het zal zich in Duitschland en door middel van den bond ook builen Duitsch land kunnen doen gelden. De minister van oorlog heefteen nieuw crediet aangevraagd. De minister van financiën heeft zijnerzijds voor gesteld, dat in de behoeften der schatkist zal worden voorzien door het heffen van de buiten gewone belastingen nog gedurende deD tijd van drie maanden. Berlijn, 14 December. De Provincial correspon- denz zegt dat de redenen, waarom Parijs nog niet gebombardeerd is, niet zonder nadeel voor de krijgsoperatiën openbaar gemaakt kunnen worden. Het volk kan er echter van verzekerd zijn, dat alleen overwegingen van militairen aard het bom bardement hebben doen uitstellen. De legerover sten hebben slechts het belang van hun eigen land en dat hunner troepen op het oog en zullen niets nalaten hetgeen voor het tegenwoordige en de toekomst wenschelijk kan zijn. De Correspondenz bevestigt het bericht, dat Prui sen zich tegenover de wijze, waarop Luxemburg zich gedurende den oorlog gedragen heeft, zijne volle vrijheid van handelen voorbehoudt. Versailles, 14 December. Officieel Duitsch be richt). De vesting Montmédy heefi geeapituleerd. Verder geen nieuws. Londen, 15 December. Volgens de Timet vuren de forten om Parijs bijna in 't geheel niet. Van de forten Issy, Vanvres en Mont-Valérien is veel geschut afgenomen, terwijl op laatstgenoemd fort een monsterkanon is geplaatst dat 9000 pas ver draagt. De Duitschers weten in 't geheel niet wat er in Parijs gebeurt. Hetzelfde blad meent te weten dat (de Groother tog van Luxemburg) sedert eenigen tijd bekend was met het voornemen van Pruisen om het tractaat van 1867 op te zeggen, wanneer hij den Fran schen consul niet kon beletten de ontsnapping van Fransche krijgsgevangenen in de hand te werken. Hierbij wordt gevoegd dat Groot-Brit- tannië niet alleen den vrede in Europa kan hand haven. Ongelukkig is het te betwijfelen of de overige Mogendheden ons zouden ondersteunen. Von Bismarck zal waarschijnlijk tot Hertog worden verheven. De Standard gelooft niet dat Groot-Brittannië zijn toestemming heelt verleend tot de annexatie van Luxemburg, mits Lotharingen aan Frankrijk bleef. De Morning Post zegt, dat de houding van Groot- Brittannië van zelve aangewezen is. Het moet Pruisen antwoorden, dat het hem het recht niet toekent om het Loudener tractaat op te zeggen. Rusland zou dan waarschijnlijk eene conferentie voorstellen. De Daily News stelt voor de Luxemburgsche quaestie tegelijkertijd met de Oostersche op de conferentie te bespreken. Florence, 14 December. De Kamer gaat voort met de beraadslaging van het wetsontwerp be treffende de waarborgen van den Paus. Eenige Afgevaardigden oordeelden, dat eenige bepalingen van het wetsontwerp strijdig zijn met het open baar recht. De minister Lanza heeft daartegen opgemerkt, dat de verplichtingen van Italië tegen over de Katholieke wereld vereischen, dat men het Pausdom al wat mogelijk is toestaat. De minister van financiën, Sella, heeft bij de Kamer ingediend het wetsontwerp betreffende de unificatie van de Pauselijke schuld. Gemeenteraad van Leiden. Zitting van heden. (Geopend te een uur.) Voorzitter, gde heer Burgemeester. Tegenwoordig, de heeren: Stoffels, Tollens, Hubrecht, Hoog, De Fremery, Hartevelt, Goudsmit, Lezwijn, Le Poole, Eigemau, Buijs, Bijlevelt, Verster, Schel- tema, Du Rieu, Cock, Dercksen, Van Heukelom, Van Outeren, Driessen, Van Wensen en Wttewaal. Mededeeling van ingekomen stukken: Van de heeren Tieleman en Krautz is bericht ont vangen dat ze verhinderd zijn de vergadering van heden bij te wonen. Adressen ter bekoming van gemeentegrond. Voordracht tot benoeming van een hulponderwijzer 3de klasse aan de openbare school voor meer uitge breid lager onderwijs voor jongens. Adres van P. A. Hoos met verzoek in de algemeene politieverordening meer beperkende maatregelen op te nemen, ten aanzien van het ophalen van asch en vuilnis. Onderwerpen van behandeling: Wordt benoemd tot lid der commissie voor de bewaarscholen den heer P. J. De Fremery met 19 stemmen. Wordt verleend op verzoek aan W. Haanstra, eervol ontslag als hulponderwijzer der 2de klasse aan de openbare lagere school n". 1 voor onvermogenden. Thans zijn aan de orde de concept-verordeningen tot heffing en invordering eener plaatselijke directe belastingen wel in de eerste plaats het ontwerp- tarief van B. en Ws. waarnaar de ambtshalve aanslag in zake het aanhangig inkomsten-belastiug-voorstel zal geschieden. (Wij hebben dit tarief in ons nummer van gisteren opgenomen, zoodat we dit thans niet behoeven te her plaatsen.) De beraadslagingen daarover, waren zeer breedvoerig. De meeste woordvoerders, als de heeren Buijs, du Rieu, Dercksen, Scheltema, Bijlevelt, Eigeman, Le Poole, Verster en Tollens, keurden het tarief zoo sterk mogelijk af, op grond dat het in aperten strijd was met de bedoeling van het raadsbesluit dat er toe geleid had. Die bedoeling was om, waar eigen aan gifte niet geschiedde een maatstaf te hebben, waar naar B. en W. ambtshalve zouden aanslaan, terwijl nu het tarief misvormd was tot een strafbepaling, die aan de ingezetenen als het ware een dwang op legde om eigen aangifte te doen, wilden ze met dat ze ambtshalve aangeslagen werden tot een bedrag dat de werkelijkheid enorm overschreed. Zulk een dwang, zulk een strafbepaling was in strijd met de gemeente wet. We zouden in tal van bijzonderheden over deze discussie kunnen treden, maar achten het onnoodig waar het zoo van alle zijden aangevallen //harde en barre" tarief niet tot stand is gekomen. Op voorstel toch van den heer Goudsmit, die te recht de discussie een //labyrinth" noemde werd met 16 tegen 7 stemmen besloten het door B. en Ws. voorgesteld tarief in handen van de commissie van financien te stellen, opdat zij daarin die wijzigingen zou brengen, die meer overeen kwamen met de be zwaren daartegen aangevoerd, m. a. w. een tarief met redelijker maatstaf dan die van B. en Ws. Hierna kwam aan de orde: a. Het ongunstig praeadvies op het adres van het gemeentebestuur van Alkemade, tot intrekking der bepaling dat door hem een brug over de ringvaart- wórde gelegd, en dat genoegen genomen worde met de vernieuwing van de pont en de kostelooze overhaal. De heer Hoog heeft met nadruk de stellige weige ring van B. en Ws. ondersteund en de hoop geuit dat Alkemade zal inzien dat een eenmaal aangegane verplichting moet ten uitvoer worden gelegd. De heer Hubrecht, vertrouwde dat aan de hoop van den heer Hoog zou worden voldaan, want zij kon het uitzicht openen dat de bewuste brug nog in den loop van het volgend jaar zal tot stand komen. Het praeadvies van B. en Ws. is ten slotte aan genomen met algemeene stemmen. b. Het gunstig praeadvies van B. en Ws. op het adres van P. J. A. Bruine c.s., strekkende tot den afstand van een gedeelte der singelgracht van de Wittepoortsbrug tot de sterrewacht, om aldaar bij besloten water hardrijderij te kunnen doen plaats hebben. Aangenomen met algemeene stemmen. c. Het gunstig praeadvies van B. en Ws. op het adres van N. J. Stallinga, ter bekoming van gemeente grond. Aangenomen met algemeene stemmen. d. Voordracht tot uitbreiding van het locaal der openbare lagere school voor onvermogenden. Aangenomen met algemeene stemmen en e. Voorstellen tot wijziging van de algemeene politie-verordening. Het eerste voorstel strekte om art. 67 der alge meene policie-verordening, gewijzigd bij de verorde ning van 8 April 1869 zoodanig te wijzigen dat de sub. 1°. en 4*. voorkomende bepalingen aldus gelezen worden ad. 1°. Asch en vuilnis mogen niet anders worden opgehaald dan tot 8 uren in den morgen. ad. 4°. Het vervoer der opgehaalde asch en vuilnis met schuiten naar de bergplaats, waarvoor vergunning is verkregen, blijft tot 9 uren in den morgen ge oorloofd. Die wijzigingen werden aangenomen met de volgende veranderingen a. Van den heer Goudsmit om achter het woord //opgehaald" te lezen //en vervoerd." b. Van den heer Buijs om achter het woord //schui ten" te voegen, //kar en wagensen achter de woorden //lot 9 uren" de woorden des zomers tol 8 en des winters tot 9 uren." c. Van den heer Goudsmit, om een nieuwe alinea achter de voorgestelde wijzigingen te plaatsen van den volgenden inhoud //Bij herhaalde overtreding van deze voorschriften zal de rechter met verbeurd verklaring van de schui ten, karren of wagens straffen." De tweede voorgestelde wijziging betrof om art. 86 der algemeene politie verordening, houdende verbod van het op straat werpen met sneeuwballen, steenen of andere voorwerpeu te wijzigen en aldus te lezen: //Het is verboden, sneeuwballen, steenen of andere voorwerpen op de straat te werpen." Na eenige opmerkingen van den heer Goudsmit, hierop nederkomende dat het voorschrift zoo als het daar lag overbodig en ongerijmd was, werd deze wi)z'ging ingetrokken en de oorspronkelijke redactie behouden. Een derde wijziging strekte om in de derde afdee- ling van Hoofdstuk V der politieverordening, vóór art. 97 een nieuw artikel in te lasschen, dus luidende //Het is verboden, binnen de gemeente met rij- of voertuigen barder te rijden dan op een matigen draf." Die wijziging werd bestreden door de beeren ljuijs, Goudsmit en Bijleveld en verdedigd door de heeren van Outeren, Lezwijn en met nadruk door den Voorzitter. De raad vereenigde zich met het gevoelen van de bestrijders, want do wijziging werd verworpen met 14 tegen 9 stemmen. De behandeling der overige voorgestelde wijzigin gen werd wegens het vergevorderde uur tot een volgende zitting verdaagd. Hierop werd de vergadering gescheiden. STATEW-CIENERAAL. TWEEDE KAMER. Zitting van heden. In deze zitting heeft de Commissie belast met het vaststellen van een adres vau rouwbeklag aan den koning, haar ontwerp ter tafel gebracht. Wordt ter overweging naar ae afdeelingen verzonden. De Voorzitter deelt mede de namen der rapporteurs over verschillende wetsontwerpen, die gisteren in de afdeelingen zijn onderzocht. Onder de ingekomen stukken, door den Voorzitter ter tafel gebracht, behoort een adres van een der gemeenteraden, tot ondersteuning van het toekennen van een subsidie voor den aanleg van een stoomvaart naar Noord-Amerika. Op voorstel van den Voorzitter wordt besloten, morgen, Vrijdag, aan de orde te stellen de interpel lation van den heer De Casembroot over de krijgs gevangenen en van den heer Van Sypesteijn, over de kust van Guinea. Daarna zal worden beraadslaagd over een voorstel van de huishoudelijke commissie, betrekkelijk het tractement van den te benoemen commies griffier der Kamer. De Voorziter geeft het woord aan den heer Eer stens, die het gevraagd heeft. De heer Kerstens vraagt verlof aan de Kamer, om het getal der aangekondigde interpellation met een derde te vermeerderen. De Voorzitter vraagt over welk onderwerp die interpellatie zal loopen. De heer Kerstens antwoordt, dat hij het verlof der Kamer verlangt, om het Ministerie te vragen welk gevolg het gegeven heeft, of voornemens mocht zijn te geven, aan het petitionnement, door de Ka tholieken aan den Koning gericht, over de schending vail de Souvereine rechten van het hoofd hunner kerk. Het gevraagd verlof wordt verleend, zullonde de dag, waarop die interpellatie zal worden gehouden, nader worden bepaald. Daarna wordt de vergadering geschorst tot heden middag balfvier. (Per telegraaf.) In de hedenmiddag gehouden zit ting van de Tweede Kamer der Staten-üeneraal, zijn de discussiën over het ontwerp-adres van rouwbeklag en de begrooting der Staatsspoorwegen over 1871, bepaald op aanstaanden Zaterdag 17 December. Correspondentie. Een liefhebber van zang zend ons een stuk tot aanbeveling van de Leidsche Koraal»ereeniging. Hij betreurt dat velen zich die vereépiging niet aan trekken en zich niet bij haar aansluiten oin de zangkunst te beoefenen, te meer wegens het goede doel dat deze vereeniging beoogt n. 1. verbetering te brengen in het kerkgezang, dat nog veel te wenschen overlaat.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1870 | | pagina 3