Heden worden de personen, die verzocht heb ben als klerk bij den Rijkstelegraaf in aanmer king te komen, aangeschreven om zich voor het vergelijkend onderzoek aan het gebouw op den Fluweelen Brugwal, n°, 22, te's-Gravenhage aan te melden, op een der dagen 6 of 8 December aanstaande, des morgens ten 9 ure. Bij beschikking van 29 November 1870, n°. 177, 12de afdeeling, is aan A. F. Smulders, te 's-Hertogenbosch, tot wederopzegging, vergunning verleend voor eenen stoomsleepdienst in de pro vinciën Noord-Brabant, Gelderland, Zuid-Holland, Zeeland, Utrecht, Overijsel en Limburg. Met ingang van den 4den December aanstaande zal het Rijkstelegraafkantoor Ie Scheveningen open zijn: op Zon- en feestdagen, van 8 tot 9 ure voor- en van 12 tot 3 ure namiddags; op werk dagen, van 9 tot 12 ure voor- en van 3 tot 4 en 6 tot 9 ure namiddags Te rekenen van den Oden December aanstaande zal het Rijkstelegraafkantoor te Hulst, gelijk thans alleen op de Maandagen, op alle werkdagen open zijn van 9 ure voor- tot 2 ure namiddags en van 4 tot 7 ure namiddags. De Zondagdienst van dat kantoor blijft onveranderd. Z. M. heeft op het daartoe door hem gedaan verzoek, aan den kapit. der inf. van het leger in Ned. Indië H. F. Thissen, thans met verlof in Europa, met ingang van 1 December 1870, een eervol ontslag verleend uit Zr. Ms. militaire dienst, met toekenning van pens. Z. M. heeft de heer Ch. E. De Coninck, thans consul te Kopenhagen, benoemd tot Nederlandsch consul voor het koninkrijk Denemarken. Z. M. heeft aan den heer K. K. Kooy, op zijn verzoek, eervol ontslag verleend uit zijne betrek king van landmeter der 1ste kl. bij het kadaster, behoudens aanspraak op pens. DE PERIODIEKE PERS. De Nieuwe Rolterdamsche Courant mengt zich in den strijd over het ontworpen adres van katho lieken aan den Koning. Het blad treedt niet in het geschil tusschen de heeren Van Hugenpoth en Van Zinnicq Berg man, die respectievelijk in het Vaderland en de Naordbrabanter tegen elkander te velde zijn ge trokken en waarbij door den heer Bergmann tot hoofzaak is gemaakt de vraag of Nederland bevoegd is tot een interventie tusschen den Paus en Ko ning Victor Emanuel; maar het wil zien uitge maakt of het Nederlandsch belang is aan het verzoek aan den Koning van adressanten gevolg te geven. In het artikel van den heer Bergmann vindt men daarvan geen spoor. „Het verzoek, tot den Koning gericht, is tweele dig. Er wordt gevraagd: „a. de inbezitneming van den Kerkelijken Staat door het Gonvernement van Florence niet te erkennen. „b. hetzij afzonderlijk, hetzij in overeenstem ming met andere mogendheden, zoodanige stappen te doen tot volledig herstel der souvereiniteit van den paus over den Kerkelijken Staat, als Uwe Majesteit in H. D- wijsheid en rechtvaardigheid meest oirbaar en geraden zullen toeschijnen." In zijn artikel spreekt de heer Bergman alleen over de mogelijkheid, dat aan het eerste gedeelte van het verzoek voldaan worde. Het tweede gedeelte loert hij zelfs niet aan. En juist dat is iu het verzoek der cardinale punt. Met niet erkenning Van hetgeen te Rome ge beurd is, is men niet tevreden; men wil,dat het Nederlandsch Gouvernement, hetzij afzonderlijk, iet zij in overeenstemming met andere Mogend heden, stappen zal doen tot volledig herstel der souvereiniteit van den Paus over den Kerkelijken Slaat. Welke stappen? Diplomatieke vertoogen, ilit begrijpt ieder, zullen de lialianen niet uit Rome jagen. Herstel der souvereiniteit van den J'aus is alleen door middel van oorlog. De strek king van het adres kan dus geen andere zijn, i *n dat Nederland Italië den oorlog aandoe, om rien Paus in zijn wereldlijk gezag te herstellen. Dat uien nu eenvoudige lieden, die de strek- vinden niet minder dan 50 guerillas den dood. Den 7den Jan. 1865 verliet de contre-guerilla Yittoria. Ter nauwernood was zij naar Tampico teruggekeerd, toen de opstand in Tamaulipas vooral met vernieuwde woede uitbrak. Dit is volgens de heer De Kératry in korte tiekken de geschiedenis der Fransche contre-gue- nlla in Mexiko. Het was een onophoudelijk over- i-.mpelen, schieten, ophangen, fusilleeren, moor den en branden, een even nuttelooze als misdadige menschenjacht, en zeker het bondigste, maar le gelijker tijd gruwzaamste bewijs van de waar beid der bewering; dat de geheele onderneming van den beginne af aan niets anders dan een loekeloos waagstuk was zonder eenig vooruitzicht op een gelukkig gevolg, dat ten alle tijden een bloedige bladzijde zal blijven onder de velen die de geschiedenis van Frankrijk aantoont. Toen de schrijver zijn voorwoord eindigde met de vol gende woorden„Wij voeden de hoop, dat de menschheid, hulde brengend aan de beschaving en de vooruitgang, een heilig verbond zal sluiten om den wil van een enkelen persoon niet meer toe te staan over duizenden menschenlevens te beschikken," had hij wel zeker geen voorgevoel van hetgeen waarvoor wij heden staan. Heeft de menschenjacht in Mexico niet in vele opzichten overeenkomst met hetgeen ons uit den tegen- king niet begrepen, heeft kunnen overhalen hun naam onder zulk eeu adres te plaatsen, laat zich begrijpen; maar dat een lid der Vertegenwoor diging, een politiek man, aan dergelijk adres zijn naam en zijn steun leent, dit mag onverklaar baar heeten. Wij moeten zeggen, dat de verkla ring van den heer Bergmann dat hij het adres onderteekend heeft, ons verbaasd heeft. Uit volle overtuiging stemmen wij hem toe, dat het inbezitnemen van den Kerkelijken Staat een roof is te noemen, een toepassing van den onzedelijken stelregel „macht gaat boven recht". Maar moet voor al wat er onrechts in Europa plaats heeft, Nederland het oorlogs-zwaard aan gorden Gelijk de heer Bergmann gaarne wenschen zou dat de Paus zijne souvereiniteit hernam, zoo zijn er anderen, die wenschen zouden dat er ander onrecht hersteld werd; maar wie denkt er aan Nederland in een oorlog te willen wik kelen om elk onrecht, dat in de wereld gebeurt? Zou men ook willen, dat Nederland Rusland den oorlog aandeed, omdat deze Mogendheid, met hetzelfde brutaal geweld, dat den Paus ont troonde, tractaten verscheurt. De heer Bergmann echter, Vertegenwoordiger van het Nederlandsche volk (dat is, volgens de grondwet, van het geheele Nederlandsche volk) deinst voor dergelijke eischen niet terug. Hij steunt ze; hij helpt ze voor den Troon brengen. En een ander, die dergelijken eisch afwijst, bestrijdende, doet hij zelfs geen poging om zijne daad te ver dedigen uit het oogpunt van het nationaal belang! Als ware dal belang hem geheel onverschillig!" De N. R. Cl. besluit met de verwachting, den heer Bergmann in de Kamer eene politiek te hooren verkondigen, die een oorlog met Italië tot doel heeft. Het kan dan aan de Natie blijken, wat de partij, die deze Vertegenwoordiger onder hare aanhangers telt, om kerkelijke belaugen te bevorderen, al niet met het lieve Vaderland zou willen doen. Het Handelsblad zet heden zijn beschouwin gen over de „verlaging van den census" voort en stemt volkomen in met de rechtmatige klacht der Kamer, dat het onderzoek naar de weuschelijk- heid om het kiesrecht uit te breiden, niet gron dig genoeg is geweest om daarop een wetsvoor- dracht te bouwen. De adviezen van Gedep. Sla- ten, zijn bij gemis van een bruikbaren leiddraad, die hun door den Minister aan de hand inoest zijn gedaan, voor de beoordeeling vau eeu be langrijk gedeelte van het wetsontwerp zonder eenig nut, zoodat men daartoe slechts overhoudt de magere memorie der regeering, in. a. w. eigen lijk niets. Het Handelsblad betreurt dit te meer, omdat do Minister de quaestie dadelijk Hink had kunnen aangrijpen door slechts de wordingsgeschiedenis der bestaande kieswet na te gaan en den toen ingeslagen weg te volgen van den heer Thorbecke tijdens zijn eerste ministerschap. Die weg om tot de bepaling van den census te geraken, is naar de meening van het blad, de eenige, die volgens het grondwettig voorschrift kou gevolgd worden. De grondslag van het eerste ontwerp eener kies wet De Kempenaer was geheel willekeurig. „Hij bestond daarin, dat het gemiddeld bedrag, dat in elke gemeente aan directe belastingen werd opgebracht en gevonden werd door de totale opbrengst te deelen door het cijfer der bevolking, werd vermenigvuldigd met 10, omdat de regee ring meende, dat voor Amsterdam, waar gemid deld ƒ12 belasting betaald werd, een census van ƒ120 passend zoude zijn. In een gewijzigd ontwerp werd het vermenigvuldigingscijfer voor de ver schillende gemeenten op 9, 7 of 5 bepaald. De willekeur dezer vernuftige berekeningen valt in het oog en werd dan ook door de Tweede Kamer op krachtige wijze gewraakt. De plaatselijke ge steldheid, welke de Grondwet als toetsteen voor het censusbedrag heeft gesteld, werd zeker al zeer zonderling in toepassing gebracht, door alle gemeenten in meerdere of mindere mate op de leest van een enkele te schoeien. De census heelt geene andere bedoeling en kan geene andere hebben, dan die personen van het kiesrecht uit te sluiten, bij wien men geene geschiktheid daar voor onderstelt. Er was dus voor iedere gemeente in het bijzonder een onderzoek noodig om te bepalen tot welk belastingcijlër men kon afdalen alvorens te stuiten op een groot aantal minder ontwikkelde personen. Dit onderzoek heelt in 1850 plaats gehad. De methode van onderzoek was toen juist en ook thans had bij eene herziening der census- tabel, diezelfde handelwijze moeten gevolgd zijn. De Ged. Staten hebben haar zeker niet gevolgd: de vragen, hun door de regeering gesteld, leidden daartoe niet. Dat de regeering zelve, door andere personen, die als deskundigen te beschouwen zijn, zulk een onderzoek heelt ingesteld, blijkt nog minder; integendeel uit haar stilzwijgen mag men het tegenovergestelde opmaken. Wij staan dus ten slotte voor een ontwerp, dat niet behoorlijk is toegelicht, en niet kon toege- woordigen worstelstrijd wordt gemeld en getui gen de vele berichten niet van evenveel onver zoenlijkheid en moorddadigheid? Toen was het een strijd tusschen de Franschen en de minder beschaafde Mexikanen, die zich met geweld tegen de overheersching verzetten wildeD. Thans geldt het een strijd tusschen de twee meest beschaafde natiën van Europa. Mochten we thans met volle overtuiging de hoop die de heer De Kératry koesterde de onze kunnen noemen. De telegraafkabel die thans met goeden afloop is gelegd tusschen Singapore en Batavia door den heer Halpin, kommandant van de schroefstoom boot Hibernia zal de eerste schakel uitmaken vas een ketting van kabels en draden, die door de Britsch Australian Telegraphic Compagny zullen gespannen worden ter verbinding van Indië, China, Australië en de voornaamste eilan den in het noordelijk gedeelte der Stille Zuidzee, de Philippijnsche eilanden er onder begrepen. licht worden, omdat het eersfe vereischfp eener behoorlijke toelichting, een grondig onderzoek, ten eenenmale ontbreekt. Daarom gelooven wij, dat aan het denkbeeld door ons reeds voor eenige maanden geopperd en dat, volgens het verslag der kamer, ook in vier der sectiën is gedeeld, uitvoering moet worden gegeven, namelijk, dat de zoo belangrijke taak eener censuswijziging niet plaats vinde, alvorens eene volledige, afdoende enquête, hetzij van regeeringswege, hetzij van de zijde der kamer is ingesteld. Een gelijke spoed als waarmede zulk een onderzoek in 1850 heeft plaats gehad in nauwelijks drie maanden kan aan het bezwaar te gemoei komen dat eene verdere vertraging oplevert. Of is liet niet beter nog gedurende eenige maanden langer een ver ouderde censustafel te behouden, dan voor een tal van jaren een nieuwe vast te stellen, aan welke een ernstige grondslag ontbreekt?" Het Noorden tracht heden te betoogen dat de constitutioneele monarchie ofschoon historisch verklaarbaar en te verdedigen toch niet op een eeuwig geldend beginsel is gebouwd. In een artikel aan welks hoofd „De Constitutio neele Koning" staat, splitst het blad de voorstanders der Koninklijke macht in tweeërlei richting. De eene wil dat de constitutioneele monarchie een getemperde zij, waarin de parlementaire verga dering alleen over de haar voorgelegde wetten heeft te beslissen, en overigens geen invloed op de regeering heeft. De andere neemt den parle mentairen regeeringvorm aan, waarin de leden der volksvertegenwoordiging groote rechten mo gen uitoefenen, maar waarin tevens de Konink lijke macht dient om de gevaren van de regeering door de meerderheid te breken en om de minder heid te beschermen. Deze richting noemt den Koning den vertegenwoordiger van aller belangen in den staat. Die richting verduidelijkt Bluntschli aldus: „Ware de monarch slechts een lasthebber en dienaar der meerderheid, en zou daardoor aan deze de heerschappij in den staat worden over gegeven, zoo ware dat geen monarchie meer, maar democratie, een democratie met een schijn- uionarch aan het hoofd, die zonder inwendige zelfstandige macht zoo lang slechts een schijnleven voortslepen kan, als die democratie het beter vindt, hare ware sterkte te verbergen." Het Noorden oordeelt dat die theorie zoo mank gaat, dat hare verdedigers verzuimen iets anders dan redeneeringen te geven, die voor het zachtzinnig gemoed misschien schoon klinken, omdat het geneigd is bij de minderheid de waar heid en het recht te zoeken, maar die practisch nooit tot resultaten kunnen voeren. En toch, roept het Noorden spijtig uit, dit is de voornaamste grond waarop de Constitutioneele mo narchie boven de republiek wordt voortgetrokken. Het was echter het blad niet te doen om op te sommen wat tegen het onvolmaakte van die theorie kan ingebracht worden; neen de veel bewogen halfheid der constitutioneelen die het blad aangevoerd heeft, dient slechts om die blinde volgelingen te wijzen op het vergankelijke van hunne theorie, die eiken keer minder wordt, als een land zijn erfelijken vorst verjaagt, want zoodra in een land de vorst gekozen moet wor den om als constitutioneel Koning aan het hoofd te staan zal de theorie falen. Om dit te staven haalt het blad het voorbeeld van Spanje aan, waar onlangs met 191 tegen 120 stemmen de nieuwe constitutioneele Koning gekozen is. Door deze daad van de 311 leden der Spaansche Cortes wordt de geheele theorie door Duitsche geleerden uitgevonden te niet gedaan. BINNENLAND. Amsterdam, 1 December. In de gemeenteraads zitting van gisteren is aan den heer Mr. A. E. J. Modderman, onlangs benoemd tot hoogleeraar in de rechtsgeleerdheid te Leiden, op zijn verzoek, eervol ontslag verleend als hoogleeraar bij het Athenaeum Illustre alhier. Tot curator van dat Athenaeum is herbenoemd Jhr. Mr. C. H. Backer. Door de commissie uit het Prov. Gerechtsh. in Noord-Holland zijn na afgelegd examen als candidaat-notarissen toegelaten de heerenJ. Wiegman en J. Evenblij te Amsterdam, P. Mul te Zaandam, J. J. Munnikhuizen te Naarden en Mr. A. J. Haarselhorst te Nieuwendain. Helder, 1 December. Volgens bericht van den kapitein van het stoomschip Castor, gisterenmor gen van Lissabon hier binnengekomen, is hij van het kanaal in de Noordzee gedurende 4 uren ge volgd door een gepantserd Fransch oorlogschip, zonder van eene ontmoeting iets te vreezen te hebben, was het oorlogschip hem op verre na niet Dabij gekomen. Dordrecht, 1 December. In de gisteren gehou den gemeenteraadszitting is ten opzichte van het nieuw te bouwen ziekenhuis een drieledig voor stel van burgemeester en weths. ingekomen, strek kende om te besluiten: a. om het nieuwe zieken huis niet op het terrein van het oude te bouwen, b. tot aankoop van grond langs den Vriezen weg of zoo dit niet werd aangenomen tot aankoop van grond aan den tweeden singel. Verder werd door B. en Ws. medegedeeld, dat het leveren der aan de Merwedekade te stichten ijzeren loskraan onderhands is aangenomen door de directie der ijzergieterij de Prins van Oranje te 's-Hage voor ƒ13.500. (D. Cl.) Gorcum, 1 December. Dezer dagen zijn door den gemeente-veldwachter van Leksmond twee Fransche soldaten aangehouden en hier overge bracht. Naar men verneemt zijn het dezelfde personen, die de vorige week, onder verdenking van moord en diefstal uit Wezel ontsnapt zijn. Het gerucht als zou de inspecteur van het onderwijs aanmerkingen hebben gemaakt, op het bo uwen derHoogere Burgerschool op de Vischmarkt, wordt als geheel ongegrond tegen ge sproken. Utrecht, 30 November. Omtrent de oprichting van een militair scherpschutters korps te Utrecht ueelt het Utrechtsche Dagblad nog mede, dat tot dit korps worden toegelaten leden der Utr. vereen, die den ouderdom van 23 jaren hebben bereikt, of die boven de 18 zijnde door ouders o[ voogden schriftelijk gemachtigd zijn. Zij mogen noch milicien, noch schutterplichtige zijn; zij moeten zich verbinden, om minstens éen jaai als scherpschutter te dienen, en om minstens eenmaal in de 14 dagen de oefeningen bij tt wonen, zich een vast te stellen uniform aan schaffen en een contributie van 5 cis. per week betalen. Voor den officiersrang bij dat korps, komen alleen in aanmerking gepensioneerde officieren van het Ned. leger (het Indische daaronder be grepen) of met verlof in Nederland verblijf hou dende officieren van het O. I. leger, en onder officieren van het korps die het zoogenaamde 2de verlicht examen voor officieren bij het Ned, leger kunnen afleggen. Een huishoudelijk reglement zal de discipline bij dat korps regelen en aan de handhaving daarvan streng de hand gehouden worden, ter wijl de leden zich verbinden, om zoodra eet post of stelling betrokken moet worden, de uni taire wetten, ook die betreffende de krijgstucht, te onderteekenen en na te leven. Dit korps za! een onderdeel uitmaken van de bestaande ver eeniging, die voor het overige geheel haar bur gerlijk karakter blijft behouden en dienst za doen, niet alleen als oefenschool voor de toekom stige leden van dat korps, maar ook voor aan staande miliciens en schutters, en voor hen, die vooralsnog geheel vrij willen blijven in de keuze van de wijze, waarop zij eventueel het vaderland willen dienen. Moge dit korps spoedig tot een gewenschte trap van krachtigen bloei geraken, en zoodoende het bewijs leveren, dat deugdelijk militair geor ganiseerde vrijwilligerskorpsen kunnen bestaan en in stand gehouden worden! De verhouding van zoodanig korps tot het leger behoeft van regeeringswege nog bepaalde et duidelijke regeling. Dit punt hopen wij echter binnenkort nog in 't bijzonder te bespreken. Utrecht, 1 December. De nieuw gebouwde Willemsbrug leidende naar de beide stations van Rijn en Staats-spoorweg, is thans voor het ver keer geopend, tot groot gerief zoowel van inge zetenen als van het reizend publiek, voor wie de brug gedurende eenige maanden niet te ge bruiken is geweest. Gisteren morgen is zij voor het laatst beproefd door er met een met twee paarden bespannen en met 6000 K. G. ijzeren gewichten beladen wagen over heen te doen rijdende straatsteenen vóór de brug zakten in, maar ói brug is zoo hecht, dat er geen beweging in w te bespeuren. Arnhem, 30 November. Gisterenavond zijn de vergadering van de Geldersche Maatschappij van Geschied- en Letterkunde, onder de zinspreuk „Prodesse Conamur," discussiën gevoerd over de beste wijze tot verzameling en afvoer van den orgam schen afval in meer bevolkte plaatsen. Een der leden, die het debat omtrent dit onderwerp in leidde, bad zijn denkbeelden daarover in vijf stel lingen samengevat. De spreker wees op het groote nadeel, dat er, wat de volksgezondheid aangaat, ontstaat, als het eigondomsrecht en dus de beschikking over den organischen afval voor ieder onbeperkt is. Een gevolg daarvan is: besmettelijke ziekte en bederf van het drinkwater. Zoolang nu de particuliere industrie in deze te kort schiet, moet volgens spr. de Staat, of in casu de gemeentebesturen, tusschen beiden treden, die van de inzameling en afvoer een bron van inkomsten voor de gemeente kas kunnen maken. Het eigendomsrecht op den afval wilde spr. zooveel mogelijk beperkt hebben Bij de discussie, die naar aanleiding van het ge sprokene ontstond, werd door sommige leden be twijfeld of de gemeentebesturen bevoegd waren verordeningen vast te stelleD, welke den parti culieren eigendom zoozeer beperkten, als de ver dediger dat wilde. Anderen kwamen op tegen de kosten, die voor de gemeentebesturen uit de zaak zouden voortvloeien, terwijl bij deze gele genheid door een der leden werd gewezen op den slechten gezondheidstoestand der gemeente Arnhem, welke volgens dat lid voornamelijk moest worden toegeschreven aan de gebrekkige wijze, waarop de versameling en afvoer van den afval is geregeld. De vergadering vereeDigde zich ten slotte met twee stellingen, waarin de wenschelijkheid werd uitgedrukt, om het eigendomsrecht der inwoners op den organischen afval zooveel mogelijk te be perken, en het werd geacht te liggen op den weg der gemeentebesturen om voor de versameliog en den afvoer des organischen afvals zorg te dragen, den aanleg er van te bekostigen, en zoo mogelijk er, voor zoover billijk, daarvan een bron van inkomsten voor de gemeentekas te maken. De 3 overige stellingen, handelende voornamelijk over de verschillende stelsels van afvoer, zullen in een volgende vergadering behandeld worden. Arnhem, 1 December. Bij het dezer dagen al hier gehouden examen van candidaat-notaris zijn als zoodanig toegelaten de heeren: P. C. Van

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1870 | | pagina 2