D>
Arnhisi, 11 November. Naar wij vernemen, is
op heden door den commandant van het korps
pontonniers, namens den minister van oorlog, eene
overeenkomst getroffen met den scheepsbouw
meester G. T. Coers alhier, om de beschadigde
brug te Westervoort te herstellen, en in goeden
staat, ten genoege van het gemeentebestuur, bin
nen een zeer kort tijdsbestek, te Westervoort
weder op te leveren.
Wageningen, 12 Novnmber. De Wageningsche
spoorweg-commissie met de leden der sub.-com-
missie te Arnhem, Oosterbeek, Doorwerth, Ren-
kum, Wageningen, Rhenen, Amerongen, Wijk
bij Duurstede, Schalkwijk, Utrecht en Doesburg,
heeft eene uitnoodiging rondgezonden tot deel
neming in eene leening ten einde een voldoend
kapitaal (8 a 9 ton) te verkrijgen om den bouw
der lijn ArnhemSchalkwijk te kunnen be
ginnen.
Leeuwarden, 11 November. Naar aanleiding
van het daartoe door de heeren A. Duparc, Jhr.
Mr. J. F. Van Humalda van Eysinga en Mr. H.
Wiersma gedaan, door den heer Mr. E. Jongsma
geamendeerd voorstel, heeft de Raad in de gis
teren gehouden zitting besloten te benoemen eene
commissie van vijf leden, om te onderzoeken of
er en zoo ja op welke wijze en door welke
middelen in deze gemeente eene school van mid
delbaar onderwijs voor meisjes opgericht en in
welk verband die school met de bestaande in
richtingen van lager en meer uitgebreid lager
onderwijs voor meisjes gebracht moet worden,
met opdracht om, naar aanleiding van het' te
geven antwoord, aan den Raad de noodige voor
stellen te doen. Tot leden der commissie zijn be
noemd de drie voorstellers en de heeren Mr. E.
Jongsma en Mr. E. Attema.
's-Hertogenbosch, 12 Nov. De kamer van koop
handel alhier heeft besloten tot openbaarheid
van hare zittingen, onder de reserves, die voor
de gemeenteraden bestaan. Tevens heeft de Kamer
besloten het adres van deTwentsche Vereeniging
tot bev. van nijverheid en handel, ter zake van
de stoomvaart op Noord Amerika te ondersteunen.
INGEZONDEN.
Da koloniale politiek is een luchtschip, de gou
verneur generaal is de machine, dc minister van
koloniën is de machinist, dc honderd en zooveel
kamerleden zijn de officieren die allen meê komman-
deren zonder een bepaalden koers tc hebben en naar
een haven sturen bezijden die waar men in moet.
Sedert de kolliemakelaar ministerie-lapper, niet
meer fungeert, zijn onze crisissen meer te duchten
dan toen hij nog aan 't werk was. Een visitetje
links, een praatje rechts, een bewezen dienstje
ergens anders en de zaak was in orde, de por
tefeuilles waren gevonden door en voor de mannen
die ze zochten. Sedert is veel veranderd en het licht
begint aan de oogen te komen, men moet nu voor
de portefeuilles naar mannen zoeken en de tijd
is misschien niet verre, dat men ze bij trommel
slag op de markt zal uitventen. Die verminderde
liefhebberij voor het ambt van minister is zeer
verklaarbaar. Immers de eer om de wenschen
van het hoofd van den staat, eens of tweemalen
in de week, en soms nog onverwachts, direct te
vernemen, gaat gepaard met de moeielijkheid
om die in harmonie te brengen met de wenschen
des volks die zich uiten bij monde van honderd
en zooveel individuen welke slechts te voldoen
zijn door de inwilliging van hetgeen ieder hun
ner als het goede en ware gelieft aan te prijzen.
Het is inderdaad onbegrijpelijk dat er soms nog
menschen die karakter, kennis, fortuin en positie
in de maatschappij hebben, voor het ministers
ambt gevonden worden. Een rechtschapen man
dit dit alles heeft, kan alleen in enthousiaste
liefde voor het vaderland, in zijn lust om het
land goede wetten te geven, een motief vinden
om de gevaarlijke proef te nemen. Gezwegen
van de nukken en grillen waaraan ieder blijft
blootgesteld die niet zijD eigen meester is;
moet een minister in het debat met de
volksvertegenwoordigers, verkeerde interpretatiën,
insinuatiën, beschuldigingen enz. in heusche en
onheusche woorden uitgesproken, met een glim
lach om de lippen aanhooren niet alleen, maar
de ongelukkige wien het om zaken te doen is,
moet zijn tijd verbeuzelen met het geven van ant
woorden op discoursen die geen antwoord waard
zijn, en daarbij moet hij omzichtig, delicaat in
zijne bejegening wezen, of de minister wordt als
een stuk wild getrakteerd door den president en
al de geachte afgevaardigden, waarvan velen voor
de bespreking van een quasi persoonlijk feit dat
meestendeels de natie volkomen onverschillig is,
den tijd nemen die tot het overleg omtrent begin
selen en wetten gevorderd wordt. Een braaf, flink,
knap minister zal werken wat hij kan om de „reus
achtige wauverhouding tusschen de intellectueele
kracht, aan legislatieven arbeid besteed en de resul
taten welke die arbied oplevert" te doen ophouden,
zijne krachten worden versleten op ondergeschikte
aangelegenheden en de man die aan zich zelve ge
loofde en die redelijke misschien groote verwachtin
gen kon verwezenlijken, ontzenuwd mendoorspel-
denprikken. Wie wil minister zijn? Alle plaatsen
zijn vacant. Op welke verrassing moeten wij ons
voorbereiden? Voor ernstige mannen is het gis
teren in de eerste kamer gesprokene eene waar
schuwing bij vele andere. Neen, zeggen sommige
pairs, ik stem tegen deze begrooting van koloniën,
want nu mijnheer de Waal gaat aftreden, mogen
wij niets doen dat zijn eventuele opvolger aan
eenig beginsel van koloniale politiek zou binden.
Misschien komt een conservatief ministerie tot
stand en dannu ja, dan wordt het werk
der laatste drie jaren weer onderste boven ge
haald. Pas ingevoerde wetten worden gewijzigd,
niet uitgevoerd misschien ingetrokken, het Pre-
anger plan wordt gesmoord, de gouvernements
culturen worden uitgebreid, de heerendiensten
naar den adat vermeerderd, een man van
/ar niente gaat Mr. P. Meijer, die evenveel deed,
vervangen, en men zal drinken op de gezondheid
van Jan Company, die wezenlijk dood is.
Er is veel te vreezen weinig te hopen. Bij alle
ministerien heeft men hetzelfde afbreken der
plannen van den vorigen titularis te wachten. Het
stelsel van nationale verdediging te land en ter
zee, rechterlijke organisatie, burgerlijke en straf
rechterlijke wetten, onderwijs, verkiezingen, be
lastingen alles staat weêr van voren af aan be
gonnen te worden. Wie zullen ministers worden?
Misschien zal er met dat al voor koloniën het
gemakkelijkst een te vinden zijn. Dat hangt af
van de kansen voor het gouverneur-generaalschap,
in die betrekking kan men veel zondigen en toch
zijn tijd uitdienen. Arme Koloniën 1 D.
BUITENLAND.
Duitsclila.nct.
In de Staatsanzeiger komt eene circulaire voor van
den Bondskanselier van 8 Nov. aan de Noordduit-
sche gezanten in het buitenland gericht over de be
sprekingen met Thiers, waarin gezegd wordt, dat
het feit dat een staatsman van de beteekenis en
ondervinding van Thiers eene opdracht van de
Parijsche Regeering had aangenomen de ver
wachting gaf dat hij voorstellen doen zou, welker
aanneming niet onmogelijk zou zijn.
Thiers verklaarde dat Frankrijk op den wensch
der neutrale mogendheden bereid zou zijn over
een wapenstilstand te onderhandelen, niettegen
staande de bedeukingen welke ook na het sluiten
van een wapenstilstand bestaan bleven tegen een
eersten stap tot een vrede, welke aan de wen
schen van den Koning beantwoorden zou.
Bismarck bood daarop een wapenstilstand aan
digd waar in lateren tijd Blessig en Redslob dui
zenden door hun bezielende, echt christelijke, toe
spraak stichtten, die plaats was binnen weinige
uren woest en ledig, een zwarten, rookendeD puin
hoop geworden. Geen spoor bleef er over van het al
taar en den kansel, van het zoo beroemde orgel van
Silbermann, van de merkwaardige schilderwerken,
die de muren versierden. Slechts in een der hoe
ken, bleef het gral'teeken van Tauler en dat van
Blessig en Redslob ongeschonden, die als met een
tranenvollen blik op de gruwelen der verwoes
ting dier heilige plaats staren, waar zelfs de
steenen bij zulk een tooneel van verwoesting
tranen zouden kunnen stortenHoe zwaar deze
ramp ook voor de protestanten van Straatsburg,
Ter verduidelijking zij hier opgemerkt, dat tijdens de invoering
der hervorming in Straatsburg de preekheerenkerk wel gesloten,
maar kort daarop aan de protestanten werd afgestaan, ter gemoet-
koming voor het afstaan der Domkerk aan de katholieken, lu die
dagen was het, dat Caspar Hcdio, toen evangel, lccraar aan de
Domkerk, in genoemde kerk predikte. Toen na verloop van
tijd de protestanten weder in het bezit der Domkerk kwamen,
werd de Preekheerenkerk weer gesloten, of tot andere doeleinden
gebruikt, totdat in 1681, bij de capitulatie, dc Domkerk uitdruk
kelijk den Katholieken werd toegewezen, en de protestanten daar
entegen de Preekheerenkerk wet alle rechten cener hoofd en paro
chiekerk verkregeu. Van die tijd af aan kreeg ze dan ook den naam
der Nieuwe kerk. Ten slotte de opmerking dat de Preekheerenkerk
in 1261 ter eere van den heiligen Bartholomaus werd ingewijd.
en vooral voor de 6000 gemeenteleden derNieuwe-
kerk ook was, terzelfder uur trof niet alleen den
bewoners van Straatsburg, maar allen die bescha
ving, kunsten en wetenschappen ter harte gaat
een nog veel belangrijker en inderdaad onher
stelbaar verlies.
In het koor der Nieuwe kerk, dat sedert de
hervorming door een gang van de eigenlijke kerk
gescheiden is, bevonden zich de beide openbare
bibliotheken, de stadsbibliotheek en die van het
seminarium, beide van onmetelijke waarde, niet
alleen door het getal banden, die op ongeveer
400,000 stuks geschat worden, maar bovenal door
een schat der zeldzaamste en merkwaardigste
handschriften, benevens heerlijke verzamelingen
van antiquiteiten van den meest verschillenden
aard. Ook deze bleven niet voor de woede der
vlammen gespaard. Te vergeefs trachtte menden
brand te blusschen, te vergeefs het kostbaarste
te redden. De eene granaat na de andere viel
sissend te midden der hoog opstijgende vlammen,
de brand strekte zich gedurig meer uit, en maakte
alle pogingen tot redding onmogelijk. In minder
dan twee uren, brandde de prachtige, in geheel
Europa beroemde bibliotheek tot den grond toe af, en
van alle schatten door den vlijt en de inspanning
der vaderen gedurende eeuwen bijeenvergaard,
bleef ook niet éen blad, eene perkamente-rol over.
(Wordt Vervolgd.)
voor 26 of 28 dagen op den grond van het mili
tair status quo. Hij stelde voor door een demarca
tielijn de positie der beide legers vast te stellen
op den dag der onderteeking, en de vijandelijk
heden gedurende vier weken te staken. Intus-
schen zouden de verkiezingen en de constituee
ring der Nationale Vergadering plaats hebben.
Van de zijde der Franschen zou de onthouding
van vijandelijkheden slechts de staking veroor
zaakt hebben van de onbegrijpelijke verspilling
van ammunitie uit het vestinggeschut gedurende
den duur van den wapenstilstand.
Ten aanzien van den Elzas verklaarde Von
Bismarck, stond hij op geenerlei bepalingen, waar
uit het behoud der Duitsche departementen voor
Frankrijk bij het sluiten van den vrede zou ge-
praejudicieerd worden, en verklaarde hij dat van
Duitsche zijde het aan geen enkel bewoner dezer
streken tot verwijt zou worden gemaakt, zoo hij
als afgevaardigde in de Fransche Nationale Ver
gadering mocht verschenen zijn.
Thiers weigerde, en verklaarde den wapen
stilstand alleen dan te kunnen aannemen, wan
neer een volledige proviandeering van Parijs
onder de voorwaarden opgenomen werd. Op de
vraag welk (equivalent hij voor zoodanige ver
gunning kon beloven, verklaarde Thiers niet bij
machte te zijn iets anders aan te bieden dan de
bereidwilligheid der Regeering te Parijs, om de
verkiezingen der Nationale Vertegenwoordiging
te bevorderen.
De koniDg was terecht verwonderd over zoo
buitensporige militaire conditiën, en teleurgesteld
in de verwachtingen welke hij van de onder
handelingen met Thiers koesterde.
De ongeloofelijke eisch, dat wij de resultaten
van onze twee maanden lang in't werk gestelde
pogingen en behaalde voordeelen zouden opge
ven, en den toestand terugbrengen tot op het
punt waarop men vóór de insluiting voor Parijs
gekomen was, bewees duidelijk dat men in Parijs
voorwendsels zocht om de verkiezingen tegen te
houden.
Om een poging tot vergelijk op andere grond
slagen te beproeven had Von Bismarck aan
Thiers den 5den Nov. eene bespreking met de
leden der Regeering te Parijs voorgesteld om
over een korten wapenstilstand te onderhandelen
of over het uitschrijven der verkiezingen zonder
formeele sluiting van een wapenstilstand, in welk
geval Von Bismarck alle mogelijke faciliteiten
toezegde, welke de zorg voor de zekerheid der
militaire belangen zouden toelaten.
Thiers deelde echter mede, dat hij na het be
komen antwoord, niet anders kon dan de onder
handelingen at breken.
Het verloop der onderhandelingen liet bij den
Bonds-kanselier de overtuiging achter, dat de
tegenwoordige machthebbenden in Frankrijk
er van het eerste oogen blik af niet ernstig op
bedacht zijn geweest de stem der Fransche natie
in een vertegenwoordigende vergadering wettig
uitgedrukt te vernemen, dat zij even weinig een
wapenstilstand verlangen, maar dat zij de voor
waarden, van welker onaannemelijkheid zij zei
ven moeten overtuigd zijn geweest, alleen hebben
gesteld, om aan de neutrale mogendheden, op
wier tusschenkomst zij nog altijd hopen, geen
weigerend antwoord te geven.
Frankrjj It.
De Pruisen zullen de hoofdstad niet anders
dan door uithongering kunnen meester worden
zegt de Correspondence Havas in baar te Parijs uit
gegeven nommer van den 7den dezerhare be
volking volhardt in het besluit om zich ontbe
ringen te getroosten ten einde de verwering lan
ger kunne volgehouden worden.
De heer Rochefort is gisteren door zijn vriend,
den heer Ferry, dringend uitgenoodigd om zijn
ontslag als lid des Bewinds terug te nemen en
om weder te verschijnen in de raadsvergadering
der bewindslieden, alwaar hij een nuttige mede
stander zou kunnen zijn voor degenen die niet
willen dat de rechtmatige zege hier, te Parijs,
behaald door de zaak der orde en der gematigd
heid, bet Bewind tot stappen van reactionairen
aard leide.
Dat aanzoek, door den heer Ferry als tolk van
het gevoelen der andere bewindslieden gedaan,
is door den heer Rochefort nog niet ingewilligd.
Doch thans, nu deonderhandelingoverhetschorsen
der vijandelijkheden is afgebroken, is het zeer
wel mogelijk, om niet te zeggen waarschijnlijk,
dat de heer Rochefort, die zijn ontslag had ge
nomen om reden vooral dat hij den oorlog tot
het uiterste toe volgehouden wilde hebben, weder
zitting neemt in de raadsvergadering des Bewinds,
alwaar hij doorgaans eene gematigde en verzoe
nende taal had doen hooren.
Het gerechtelijk onderzoek in zake der personen
die hier den 3den dezer in hechtenis zijn genomen
wegens hunne deelneming aan de voorvallen van
31 October en van de twee volgende dagen, schijnt
met veel spoed te zullen plaats hebben. Pyat en
Vermorel zijn verleden Zaterdag door den rechter
van instructie ondervraagd; heden ondergaan
Joly en Ranvier het eerste verhoor. Aan de ge
arresteerde personen worden de volgende mis
drijven ten laste gelegd: poging tot omverwerping
van het Bewind van nationale verdediging, plun
dering, en ontvreemding van 's lands zegelstempt SI
Het gerucht dat Blanqui gearresteerd is, bevest. id
zich niet. ei
De bevelhebber van een corps hetwelk hi d
ter stede wordt gevormd, heeft gisterenavot I
naar verzekert wordt, bevel ontvangen om h e:
werk van de wapening en kleeding zijner ma ri
schappen, hetwelk tijdens de onderhandeling.;
tot schorsing der vijandelijkheden gestaakt n« d
weder op te vatten en te zorgen dat de ma ie
schappen ten spoedigste gereed zijn. Aan het vt e
vaardigen van geweren en kanonnen is hier vs 1
wege het Bewind nieuw leven bijgezet. b
De Pruisen zijn ook gedurende die onderha e;
delingen ijverig voortgegaan hunne positiën va id
deze stad, vooral te Le Bourget en te Chéttillo i(
met aardewerken en verschansingen te bevei e
gen; doch zij worden daarin grootelijks belemmci 01
door het geschut onzer forten, hetwelk door 1 01
kwame artilleristen bediend en zeer juist gerit 'd
wordt. Daar zij zich aan die belemmeringen! 'e
min mogelijk willen blootstellen, zijn zij tha: pi
bezig een tunnel of onderaardschen gang da 't
de hoogte van Chdtillon te graven, waarinsc
veilig zouden zijn als in eene geblindeerde bati la
rij; het is een werk dat geduld en tijd vorder 1
zij wroeten er als mollen in de aarde; doch o> M
geschut zal hen
voltooien.
wellicht beletten het werk
inv
België.
Het bij de Kamer van VertegenwoordigeJ
door het Ministerie ingediende wetsontwerp
kieshervorming strekt tot opheffing van de voo
waarden van capaciteit voor het kiesrecht; i
census voor de gemeenten wordt tot een al»
meen cijfer van 10 en die voor de provinciën t
een algemeen cijfer van 20 francs teruggebraci
eindelijk wordt het tijdvak, gedurende hetwe
men de vereischten voor de kiesgerechtigd
zal moeten bezitten, alvorens tot kiezer te wi
den toegelaten, van twee jaren op een jaar v<
minderd.
De voordracht gaat vergezeld van tabelle
dienende tot aanwijzing der vermoedelijke vi
meerdering van het aantal stemgerechtigden vo
de gewestelijke en de gemeentelijke verkieziDge
welke het gevolg van de voorgestelde verlagii
van den census zou zijn. Voor alle gemeenli
zonder onderscheid zou het stemrecht afhankeli
worden van een belastingbedrag van tien frai:
en voor alle provinciën zonder onderscheid si
een belasting van twintig francs. Hierdoor z
naar de berekening der regeering, het aani
stemgerechtigden voor de gewestelijke verkiezi
gen, thans 111,461 vermoedelijk aangroeien
225,000 en het aantal gemeentelijke kiezers, thr
230,422, tot 355,000. Het aantal stemgerechtigd
voor de verkiezing van leden der wetgeven
kamers zou hetzelfde blijven als thaos, namel.
105,031, daar dit aantal niet anders zou kunt):
worden vermeerderd dan door eene grondwel
wijziging, waarvan het conservative kabinet evi
zeer afkeerig is als de gematigde liberalen
Belgie.
Spanje.
Gisteren deelden wij eerie beschouwing nu l
van de Times over de candidatuur van den hertel
van Aosta voor den Spaanschen troon. Die candid)
tuur werd den 2den Nov. door het gouvernemel
aan de Cortes aangekondigd. Van de zijde der rep)
blikeinsche partij werd zij bevig bestreden.
Castelar de talentvolle redenaar dezer par)
zeide in zijne rede tot bestrijding van het Rege)
ringsvoorstel
„De toestand van Spanje kan men uitdrukke)
door deze zeer juiste en alles omvattende woot|
denDe vervanging van de dynastische politie!
van dona Isabella II door de zeer personele poll
tiek van den president-minister. Dat kwaad heel
ons eene menigte rampen berokkend: binneti)
lands een chaos, buitenslands den oorlog.
„Meer dan eens heb ik gezegd, dat die man»
om buitenlandsche koningen te zoeken, ten slotl
een noodlottig einde moest hebben. Zoo- mijt
voorgevoel droevig was, nog droeviger was d
werkelijkheid. Toen ik dan ook het weeklaget
hoorde der weduwen en weezen, het kraken de
ineenstortende steden; toen ik een half millioet
lijken zag, verstoken van een graf en rondo»
zich de vreeselijke pest verspreidende; toen
Parijs zag, de hoofdstad van het menschdom, be
dreigd, gelijk voorheen Rome door Alaric, toet
begreep ik niet, monarchisch gezinde minister:
toen begreep ik niet, hoe gij nog niet bezweke:
waart onder uwe wroeging.
„Een doorluchtig vorst uit het huis van Habi
burg vestigde zich eertijds op een troon, doe
de europesche diplomatie opgericht uaast de groot
Amerikaansche republiek, die toen aan een vrei
selijken oorlog ten prooi was. Eene vrouw vat
groote bekwaamheid en moed vergezelde dier
vorst. Weinige jaren later, welk een treurspel
Shakespeare heeft er zulk een niet geschreves
Keizer Maximiliaan, door de kogels der republi
keinen doorboord, was een lijk; de keizerin,be
hart vervuld met de vreeselijkste smart, was niio
der dan een lijk: zij was krankzinnig.
„Gij kunt aan den nieuwen vorst voorsteller
om over een groot volk te regeeren en eent
schoone kroon te dragen; gij kunt hem het paler-'
r
|W
st
t,
ee
id(
ist
D(
ibi'
igs
Ier
ent
Na
►pet
ii r
'ai
in e
de
ime
imd
rme
De
zin
Na]
left
in
ien
To
irze
esti
ju dl
ege
ode
ie ti
Br
e E
iet
ij zi
ing
m i
ïnm
He
aa
Ee
a D
In
en