STilNIOLEN'HMML. w ADVEBTEMTIEiy. Kastelein gevraagd. Chi, aenoodigd, om met betrekking tot de wijze van voering van gemeentewerken eene nieuwe organi- 5 van het eigen beheer voor te dragen, //en bij het beginsel aan te nemen dat slechts in eigen [derhoud die werken overblijven, welke blijken zul- niet wel te kunnen worden aanbesteed." urgemeester en Wethouders vereenigen zich, blij- j hunne voordracht dd. 28 April 1870, in allen le met den inhoud van dat rapport en stellen nu den Raad voor: om zich met de hoofdstrekking van dat rapport te vereenigen. goed te keuren het openbaar aanbesteden van het onderhoud der houten brugdekken, het diepen der grachten langs de wallen, goed te keuren dat heb aantal werklieden worde minderd met zes, waardoor het art: dag-en week- men eene vermindering zou ondergaan van/1790, ;h daarentegen de beide sub. 2 vermelde artt. met bedrag zullen worden verhoogd. •eroepen om over deze voordracht een oordeel te spreken, wenscht uwe Commissie een oogen bij tweederlei stil te staan |1°, bij de becijferingen van het rapport omtrent thans bestaande verhouding tusschen eigen beheer aanbesteding bij de nieuwe voorstellen op eene toekomstige •eliug betrekkelijk. [Ad lum. Het rapport van de Commissie van Fa- icage is vdor alles bestemd om uitvoerig te betoo- i, dat reeds thans aanbesteding regel, eigen beheer dzame uitzondering is. Om dit duidelijk te maken, )mt het rapport de begrooting van 1870 over, meldt post voor post de daarop voorkomende uit en voor Fabricage en voegt achter elke post hoe- ■1 van de toegestane som bij aanbesteding wordt gegeven. Het resultaat van deze becijfering moet a zijn dat, van de 68224 voor fabricage toege- ,an, niet minder dan f 64904 of 95 percent bij aan- Isteding wordt verbruikt. Aangezien nu tevens wordt lorgesteld het stellen van aanbesteding nog verder t te breiden, zoo zou men tot de conclusie moeten mien, dat de voorstanders van aanbesteding alle reden ibben om tevreden te zyn, aangezien er voor eigen iheer niets of bijna niets overblijft. Maar hoe meer n geneigd is die conclusie aan te nemen, hoe meer m verlegen staat met de vraag: //Wanneer te Lei- m alles of bijna alles wordt aanbesteed, welke is m eigenlijk de taak van die 47 werklieden welke i gemeente nog altijd in raste dienst onderhoudt?" Het antwoord op deze vraag wordt intusschen vrij imakkelijk, wanneer men de becijfering, door de mmissie van Fabricage gemaakt, met eenige oplet- ïdheid nagaat, omdat hen dan zeer spoedig blijkt t deze, zooals zij daar ligt, onmogelijk als juist kan in Vorden aangenomen. Vooreerst toch moet uwe Com- Bissie opmerken, dat men onder de kosten van Fa bricage op de begrooting van 1870, uitgetrokken, Boe kolossale post vergeet, namelijk juist de post warbeidsloonen'"' welke f 14674 beloopt. In het jaar ls70 is voor fabricage niet 68000 maar ongeveer fboOUO toegestaan geworden. Die f 14600 behooren bij het eigen beheer en bren- n dus reeds dadelijk eene groote verandering in de rekening, zooals het rapport die mededeelt. Maar ook nog in een ander opzicht faalt de bere gening door de Commissie van Fabricage gemaakt, ffie quaestie over de betrekkelijke voordeelen van igen beheer of aanbesteding is eene quaestie, welke ivoor alles de wijze van arbeiden geldt; zij betreft h cr de vraag of de gemeente zelve den arbeid moet zeren of wel dien koopen van den minst-eischende. Een werk is dus in eigen beheer uitgevoerd, zoo- de gemeente den arbeid levert, al zijn de ver- jrkt-e materialen bij aanbesteding gekocht. Ook rop is niet gelet. 'immers op den staat welke de Commissie van Fa- icage in haar rapport inlascht, vindt men bijv. het derhoud van straten en bruggen, als geheel aan- ateed opgegeven, ofschoon het aan elk lid van den laad bekend is dat juist dit onderhoud geheel aan it eigen beheer is overgelaten. Of nu de gemeente aan hare arbeiders een vast gloon geeft of, zooals soms bij de bestrating ge- ilnedt, hen betaalt naar het opgeleverde werk, ver- iderd natuurlijk niets aan de zaak en belet zeker et dat ook het dus verricht werk in eigen beheer erd uitgevoerd. Om alzoo te weten, welke werken inderdaad zijn mbesteed, moet men buiten rekening laten datgene at eenvoudig is aanbesteding van materiaal en dus let materiaal voor de bestrating 8459. bruggen 4000. Zand, grind, enz1255. Lej B- jk noj d-B 15 lee Vei i ofl is 6 uei f 13714.— Trekt men deze som af van de f 64904 bij aanbe- Itedmg gebruikt, dan blijkt het dat in dit jaar bij anbesteding wordt verwerkt 51190, terwijl ervoor et verwerkte in eigen beheer overblijft ongeveer 83000 min f 51000 of f 32000. Uwe Commissie komt alzoo tot een geheel ander Resultaat dan het hier besproken rapport; immers zij indt dat niet ongeveer 5, maar bijna 40 pCt. van e gelden op de begrooting van 1870 voor fabricage [Uitgetrokken, in eigen beheer is verbruikt. Zij zou zelfs nog veel verder kunnen gaan. Immers e 151000 bij aanbesteding verbruikt, betreffen hoofd ig akelijk nieuwe buitengewone, werken, welke natuurlijk f oor het vaste persooneel niet kunnen worden uitge- oerd; bijv.: voor het vernieuwen van bruggen f 25100 6a voor het dempen van slooten f 6425. Laat men lie buitengewone posten buiten rekening om enkel pe vragen wat van het gewoon onderhoud bij aanbe- teding wordt verricht, dan zou men recht hebben e stelling van de Commissie van Fabricage om te eeren en te zeggendat het werken in eigen beheer le regel, en het aanbesteden de uitzonderiag is. Men findt toch in ronde sommen op de begrooting van 870, voor fabricagef 83000. Af voor buitengewone werken 31500. 'lijft voor gewoon onderhoud f 51500. Van die som werd verwerkt: bij aanbesteding f 19500 of 37 pCt. in eigen beheer 32000 of 63 pCt. De quaestie over de uitbreiding van het stelsel van lanbesteding heeft dus inderdaad vrij wat meer te pteekenen dan men uit het rapport der Commissie fan Fabricage zoude opmaken. ad Ilum. Uwe Commissie mag niet ontveinzen dat de voorstellen aan het slot van het rapport medege deeld, haar zeer hebben teleurgesteld. De reden waarom I 'e Raad eenige maanden geleden het besluit nam de Juaestie van de aanbesteding niet meer incidenteel 'ij de begrooting, maar afzonderlijk te behandelen 'a af te doen, was voor alles de wensch om over deze 'elangrijke aangelegenheid geene eindbeslissing te ne- q6d, zoolang geen grondig onderzoek was voorafge- pan. Met het hier besproken rapport vóór zich zal 'd grondig onderzoek, naar uwe Commissie vreest, den laad echter vrij moeielijk vallen. De argumenten telkens tegen eigen beheer aange roerd; de verplichting om des winters voor de arbei ders dikwijls werk te zoeken, dat men stellig zoude hebben achterwege gelaten, indien er geen eigen fabriek bestond, het gemis van een krachtigen spoorslag om den arbeid met spoed af te doen, het m dienst houden van arbeiders, die reeds een ver gevorderden leeftijd bereiken, de verwarring der finantieele administratie, enz. al deze argumenten gaat het rap port met stilzwijgen voorbij. Alleen vermeldt het dat een aanbesteed werk vaak duurder komt te staan dan datzelfde werk in eigen beheer uitgevoerd, maar het verzuimt dan weder daarbij op te nemen het argu ment, zoo dikwijls reeds tegen deze bewering aange voerd, dat al mocht die opmerking juist wezen, het toch niet de vraag moet zijn of een aanbesteed werk, geheel op zich zelf beschouwd, duurder of goedkooper is, dan dit werk in eigen beheer uitgevoerd, maar of het in dienst houden van vele vaste arbeiders, ge durende het geheele jaar niet ten gevolge heeft, dat men in het algemeen meer aan werkloon besteed dan bij afschaffing van een eigen fabriek het geval zou zijn. Indien het rapport zich alzoo onthoudt van eene algemeene beoordeeling der quaestie. waarmede uwe Commissie zich hier heeft bezig te houden, evenmin geeft h6t een duidelijk antwoord op de vraag, welke redenen het behoud van eigen beheer voor sommige werken gebiedend noodzakelijk maken. Ook na het rapport te hebben gelezen en herlezen, begrijpt uwe Commissie nog niet, waarom, terwijl het onderhoud der meeste wegen wordt aanbesteed, enkele van dien regel worden uitgezonderdwaarom de schoolbanken niet, de banken op het plantsoen wel in eigen beheer moeten worden onderhouden, enz. H et is in zekeren zin een systeem van loven en bie den, dat aan het rapport ten grondslag ligtde Com missie van Fabricage is ingenomen met het stelsel van eigen beheer, maar begrijpt toch dat dat stelsel op den duur onhoudbaar is; zij laat dus bij eiken nieuwen aandrang, dien zij ondervindt, van het eigen beheer iets vallen maar altijd met tegenzin en altijd liefst zoo weinig mogelijk. Deze wijze van handelen moge van haar standpunt allezins verklaarbaar zijn, zij beantwoord toch niet aan den wensch, door den Raad uitgesproken, om de quaestie betreffende de aanbesteding naar een vast beginsel af te doen. Op grond van al het bovenstaande kan de fiinan- cieele commissie zich dan ook niet vereenigen met de voorstellen in het rapport aangegeven. Zij wenscht verder te gaan en een grootere stap te doen dan de Commissie van Fabricage op den weg, welke tot geheele afschaffing van het eigen beheer leiden moet. Voor het oogenblik wil zij er namelijk in berusten, dat de bestrating als tot nog toe in eigen beheer plaats heb be, ook omdat de leverancie van keijen en klinkers nog voor onderscheidene jaren is aanbesteed. Is eenmaal de tijd verstreken, dan zou de Com missie wenschen, dat men den Raad in de gelegen heid stelde bij een afzonderlijk votum te beslissen of met de bestrating al of niet op den tegenwoordi- gen voet zal worden voortgegaan. Wat het onderhoud van alle andere werken betreft, dit zou de Commissie geheel willen aanbesteden, en zulks te liever, omdat wanneer zooals in het rapport wordt voorgesteld, ook het onderhoud van de dekstukken der bruggen en het diepen van de grachten aan het eigen beheer onttrokken wordt, er voor dat eigen beheer inderdaad al zeer weinig overblijft. Uwe Commissie heeft alzoo de eer voor te stellen aan Burgemeester en Wethouders, in antwoord op hun schrijven van 22 Aprii 11., te kennen te geven 1°. dat de Raad er voorloopig in berust dat het onderhoud van de bestrating in eigen beheer plaats hebbe, maar zich voorbehoudt om, wanneer de termijn voor welken de leverantie van keijen en klinkers werd aanbesteed, zal verstreken zijn, nader te beslissen of op den tegenwoordigen voet al of niet behoort te worden voortgegaan 2°. dat de Raad het onderhoud van alle andere werken wenscht aanbesteed te zien en daarom het collegie van dagelijksch bestuur uitnoodigt om in overleg met de Commissie van Fabricage het daarheen te leiden, dat het getal vaste werklieden der gemeente, voor zoover die niet uitsluitend aan de bestrating arbeiden, uiterlijk op 1 Januari 1872 worden terug gebracht tot zeer enkele personen, die belast zullen blijven met het verrichten van die kleine w rkzaam- heden, welke dadelijk voorziening eischen en niet onder de aanbesteding konden worden begrepen. De Commissie van Finantiën, Leiden, J. SCHELTEMA. Juni 1870. P. C. LEZWIJN. J. T. BUIJS. Leiden, den 20sten Sept. 1870. Antwoord van de Commissie van Fabricage op het advies van de Commissie van Financiën. De Commissie van Fabricage meent dat zoowel het belang der gemeente als wat zij aan zich zelve verschuldigd is, de poging wettigt, om haar rapport van den 31sten Maart dezes jaars betreffende het beheer der gemeentewerken te verdedigen tegen de bestrijding die het ondervond in het rapport der Commissie van Financiën van Juni 1870. Uit welk oogpunt toch de Commissie van Fabricage deze zaak beschouwde en welken geest haar daarbij bezielde, is eenigermate op te maken uit de slotzinnen van haar rapport waarin zij hare overtuiging onverholen uit sprak en haar gedragslijn beschreef. Met die begin selen zou allerminst strooken de toeleg of de poging, hoe dan ook om door onnauwkeurige en eigendun kelijk bewerkte cijfers eene zaak te verdedigen waarbij niet dan het belang der gemeente naar eene geves tigde overtuiging, en allerminst blinde ijverzucht of onverstandig doordrijven, drijfveer of doei moest zijn. Ook bij de twee punten van het rapport der Com missie van Financiën wenscht de Commissie van Fabricage zich te bepalen en dus: 1°. bij de becijferingen: Langs welken weg men wil komen tot een bepaald punt, uit alles blijkt ten volle en daarvan levert ook het rapport der Commissie van Financiën het bewijs dat van de f 68224.66 die volgens de begrooting van 1870, voor de werken van fabricage zijn toegestaan behalve de dag- en weekloonen der werklieden, die afzonderlijk en in éen post zijn uitgetrokken, slechts vijf pCt. niet bij aanbesteding wordt verkregen, zoo dat het geschil zich alleen bepaalt tot den arbeid of tot de wijze waarop de bij aanbesteding aangeschafte materialen worden verbruikt en dat betreft niet de som van f 14674 in haar geheel, want daaronder zijn begrepen ook uitgaven voor bureaukosten enz. die te zamen een bedrag van f 150 uitmaken. Van de overige f 14524 moet weer worden afgetrokken eene som van f 1790, daar door de voorgestelde openbare aanbesteding van het onderhoud der houten brug- werken en het diepen der grachten langs de wallen, het aantal werklieden met zes zou worden vermin derd, zoodat ten slotte eene som van f 12584 over blijft, die het onderhoud van de overige niet aanbe steedde gemeentewerken onder eigen beheer aan stadswerklieden kost, waarvoor f8327 alleen voorde straten en pleinen. De Commissie van Financiën wil daaronder ook begrijpen een bedrag an 13714 voor de materialen maar aangezien deze bij openbare aanbesteding reeds worden afgeschaft, en derhalve de algemeene mede dinging op dat punt hare voordeelen heeft bezorgd, zou er alleen sprake kunnen zijn, om den arbeid of het verwerken der bij aanbesteding verkregen mate rialen ook aan te besteden, tenzij men mocht meenen levering en arbeid in éen perceel aan de openbare mededinging prijs te geven, in welk geval toch de becijfering der Commissie van Fabricage hare waarde en kracht zou behouden. //Een werk is dus in eigen //beheer uitgevoerd, zoodra de gemeente den arbeid //levert, al zijn de verwerkte materialen bij aanbe steding gekocht." Met die stelling kan zij zich dus volkomen ver eenigen, want het werd ook door haar betoogd dat de gemeente niet meer dan den arbeid onder eigen beheer laat uitvoeren, terwijl de materialen niet op gelijke wijze, maar by openbare aanbesteding worden aangeschaft. //De quaestie over de uitbreiding van het stelsel //van aanbesteding heeft dns inderdaad vrij wat meer //meer te beteekenen, dan men uit het rapport der //Commissie van Fabricage zoude opmaken," zegt de Commissie van Financiën, maar dat oordeel is onjuist, want de levering van al de materialen wordt in het openbaar aanbesteed en het is eene ge heel andere quaestie of het meer voordeel zou geven levering en arbeid te zamen of ieder afzonderlijk aan te besteden. En dan aarzelt de Commissie van Fabn- ook niet, op grond van hunne ervaring te beweren, dat aanbesteding der levering reeds op zich zelf waar borgen geeft voor het verbruik van deugdelijke ma terialen en het toezicht op den arbeid beter doel treft als het niet gelijkelijk gepaard moet gaan met de keuring der materialen, die verbruikt moeten worden en waarop afzonderlijke contróle bestaat. En zoo komt de Commissie geleidelijk tot het 2de punt, betreffende de nieuwe voorstellen op eene toe komstige regeling betrekkelijk. Het was der Commissie van Fabricage hoogst wel gevallig dat in het rapport dat zij tracht te weder leggen, om tot een practisch einde te komen, het zwaartepunt werd gelegd op de aanbesteding der bestrating en op de straatmakers. De vraag is gedaan //wanneer te Leiden alles of //bijna alles wordt aanbesteed welke is dan eigenlijk //de taak van die 47 werklieden welke de gemeente '/nog altijd in vasten dienst onderhoudt?" Wanneer van dat getal wordt afgetrokken de zes, die de Commissie van Fabricage heeft voorgesteld bij aanbesteding van het onderhoud der brugwerken en van het diepen der grachten te ontslaan en men dan nog uitzonderd //de zeer enkele personen, die belast zullen blijven met het verrichten van die kleine werkzaamheden, welke dadelijk voorziening eischen en niet onder de aanbesteding konden worden be grepen zooals de Commissie van Financiën aan het slot van haar rapport wil vergunnen, dan beperkt zich de quaestie tot het 30tal, dat bestemd is voor ht>t onderhoud der straten en een uitgaaf vordert aan arbeidsloon van 8327, terwijl tot dat einde voor keijen, klinkers, zand, bezems enz. wordt besteed voor f7859. Zoo men niet meer wist dan deze cijfers, zou het zeker verbazing wekken, dat voor het verwerken van /7859 aan materialen een nog grooter som aan ar beidsloon wordt uitgegeven. Maar als men daarbij in aanmerking neemt: 1°. dat waar nieuwe keijen en klinkers in de plaats komen van oude, deze laatste toch nog bruikbaar zyn en zoolang gebruikt worden tot ze ten laatste nog verbrijzeld tot onderhoud van wegen dienen; 2°. dat derhalve niet enkel aan nieuwe bestrating, maar ook herstraten, bijstraten, herstelling en aan vulling van gaten, slinken enz. moet worden gedacht 3°. dat bet dagelijksch werk nauwkeurig geregeld, aangewezen en gecontroleerd wordt, dat bij hinder van weer of wind de arbeid niet stilstaat, maar op eene andere wijze ten dienste der gemeente plaats heeft, dan, maar dan ook alleen en ten volle zal men overtuigd worden van den ernst en de nauwge zetheid, waarmede de Commissie van Fabricage de vraag heeft overwogen of niet ook het onderhoud der straten en pleinen voor openbare aanbesteding vatbaar is, waardoor het eigen beheer voor het groot ste gedeelte werd opgeheven? Nadat met zeer veel moeite is beslist, welk soort van keijen 't meest dienstig was, nu die keijen, de klinkers, bezems en het zand openbaar zijn aan besteed en op de levering een streng toezicht evenals op de afgifte en het verbruik wordt gehouden schoot nog alleen over, dat men bij het bestraten of herstraten van tot behoorlijke opmeting geschikte vakken een proef nam in welke verhouding het ar beidsloon stond tot de uitgestrektheid per vierkante el of centiare en men verkreeg eene uitkomst die onwedersprekeiijk aanwijst, dat zulk een loon bij open bare aanbesteding niet te verkrijgen zou zijn. Die maat staf is niet dienstig voor de talrijke dagelijks voor komende herstellingen, die vereischt worden, omdat daarbij in billijkheid moet worden in rekening ge bracht den tijd, die noodwendig vereischt wordt tus schen de op verschillenden afstand gelegen plaatsen waar herstelling noodig is. Zooveel is intusschen zeker dat er geen sprake kan zijn van tijdver beuzelen die die der gemeente nadeel toebracht en daartoe worden hierbij overgelegd de staten van hetgeen het werkvolk moest verrichten en heeft verricht gedurende het gedeelte des jaars, dat 't meest onder verdenking ligt van nutteloos of kostbaar te worden doorgebracht. En daarin is ook het antwoord te vinden op de bezwaren die men telkens tegen eigen beheer aan voert. Voor de werklieden is ook des winters en bij ongunstig weder nuttige arbeid te vinden, zonder dat men daarnaar opzettelijk behoeft te zoeken. Het in dienst houden van arbeiders die reeds een verge vorderden leeftijd bereikten heeft uitsluitend betrek king tot het straatmaken, maar wordt juist gewettigd, door de deugdelijkheid van het werkj dat zij leve ren. Van de 47 in dienst zijnde werklieden zijn er 30 die belast zijn met het onderhoud der straten en pleinen en in voorkomende onvoorziene omstandighe den nacht en dag moeten gereed zijn. De Commissie van Fabricage heeft daarom ook de vraag zuiver gesteld en beantwoord//wat voordeeliger is in eigen onderhoud te behouden?" en zij meent dat de ervaring die zij verkreeg en de kennis die haar ten deel viel, wel kan opwegen tegen het stout beweren, dat zij er een stelsel van loven en bieden op na houdt. Wil de gemeenteraad dat hot eigen beheer ophoudt en plaats maakt voor algemeene open bare aanbesteding, dan is het ook om een beginsel te huldigen, onverschillig of het der gemeente voor- of nadeelig is. Maar dan mag de Commissie van Fabricage vrij moedig verklaren, dat de deelneming tot inschrijving bij de openbare aanbesteding van gemeentewerken, wat het onderhoud betreft, zich slechts bepaalt tot enkele werkbazen en het in den regel opmerking baart, dat vele werkbazen op wier medewerking prijs moet worden gesteld, zoo zij al aan de concurrentie deelnemen, wat zelden plaats heeft, dan nog doet vermoeden door hooge inschrijvingen dat zij weinig waarde hechten om de aanneming te verkrijgen. De Commissie van Fabricage zou nog kunnen wijzen op het voorbeeld van aanzienlijke gemeenten in ons Va derland van meer en van minder bevolking dan Leiden telt, waar een groot gedeelte van het onderhoud der gemeentewerken steeds als bij voorkeur plaats heeft, onder wat men noemt eigenheheer, en wat ook evenzeer geschiedt in uitgebreide fabrieken door eigen werkvolk. Het zou haar niet moeielijk vallen voorbeelden aan te halen, dat men hier en elders is teruggekomen van het plan tot openbare aanbesteding van onderhoud, al is het regel geworden om nieuwe werken en be langrijke vernieuwingen en herstellingen openbaar aan te besteden. Het laat zich daaruit verklaren, dat //schoolbanken" met het schoolgebouw worden aanbesteed, maar //de banken op het plantsoen" wor den aangemaakt en geplaatst wanneer en waar er behoefte aan is, maar wanneer het de levering van een tot aanbesteding voldoend aantal voorwerpen betreft, b. v. van kruiwagens, is men gewoon daartoe over te gaan, ofschoon altijd de kosten van openbare aanbesteding de koopprijs oi aannemingsprijs verzwaart. De Commissie van Finantiën, ofschoon bekend met alle werken die aanbesteed en die onder eigen beheer zijn, bepaalt zich in haar rapport tot het voorbehoud //om wanneer de termijn voor welke de leverancie van keijen en klinkers werd aanbesteed zal verstreken zijn, nader te beslissen of op den tegenwoordigen voet al of niet behoort te worden voortgegaan." De Commissie van Fabricage acht het zeer beden kelijk die beslissing te verdagen, tot dat de termijn van aanbesteding zal verstreken zijn, omdat het belang der gemeente veel meer eischt dat bij lijds en vooraf die beslissing wordt genomen, opdat naar gelang der omstandigheden hot werk geregeld worde. De Commissie van Finantiën wil //het collegie van dagelijksch bestuur hebben uitgenoodigd, om in overleg met de Commissie van Fabricage het daar heen te leiden, dat het getal vaste werklieden der gemeente, voor zoover die niet uitsluitend aan de bestrating arbeiden, uiterlijk op 1°. Jan ari 1872 worde teruggebracht tot zeer enkele personen, die belast zullen blijven met het verrichten van die kleine werkzaamheden, welke dadelijk voorziening eischen en niet onder de aanbesteding konden worden begrepen." Dat overleg had reeds plaats en daarvan zijn aan den Gemeenteraad ingediende en aan het oordeel der Commissie van Finantiën onderworpen voorstellen het uitvloeisel. De //zeer weinige personen" zullen uitmaken het overgebleven getal van elf, namelijk 3 timmerlieden, 1 metselaar, 1 opperman, 1 verwer en 5 aardwerkers, boomsnoeijers of sjouwers, die belast zullen blijven met dat tal van werkzanmheden, welke niet bepaald knnnen worden omschreven en derhalve niet voor aanbesteding vatbaar zijn. De Commissie van Fabricage meent, dat in het wezen der zaak en wat het einddoel betreft, dc con clusie van het rapport der Commissie van Finantiën minder juist en minder bepaald behelst, wat zoo duidelijk door H.H. Burgemeester en Wethouders is voorgesteld: 1°. om te besluiten tot de openbare aanbesteding van het onderhoud der houten brugdekken het diepen der grachten langs de wallen. 2°. om het aantal werklieden met zes te verminde ren, waardoor f 1790 op de som van dagloonen wordt verminderd en daarmede de posten van onderhoud der bruggen en van kaaimuren te verhoogen. De Commissie van Fabricage, C. W. HUBRECHT. J. van OUTEREN. J. I. van WENSEN. Comité van het ROODE KRUIS te Leiden en omstreken. Weder in dank outvangen: Door tusschenkomst van den heer Burgemees ter van Katwijk, de opbrengst eener uitvoering van de aan de Zondagschool verbondene zang- vereeuiging te dier plaatse f 10. Met de opgave van Donderdag ad 6125.17 te zamen f 6135.17. Namens het Bestuur: Leiden, J. A. F. Coebergh, 15 Oct. 1870. Penningmeester. THERMOMETER VAN FAHRENHEIT. morg. morg. nam. Dam. Dam. avond avond 6 u. 8 a. 12 a. 4 Q. 5 u. 8 n. 10 n. Vrijdag 50° 46° 45° Zaterd. 41» 44° 49° 49° Wind: Vrijdag-middag 5 uren N. W. Zaterdag-morgen 5 uren Z. W. De ondergetoekende betuigt, mede namens zijne Echtgenoot, zijnen hartelijken dank voor de be wijzen van deelneming, bij de geboorte van zij nen zoon ondervonden. N. C. OUDSHOORN. Leiden, 15 Oktober 1870. De betrekking van KASTELEIN in de Studen- ten-Societeit Minerva te Leiden binnen kort vacant komende, zoo wordt een ieder, die hiervoor in aanmerking wenscht te komen, verzocht zich met franco brieven te wenden tot het Bestuur. HET BESTUUR. Niettegenstaande den verhoogden prijs der Steen kolen, is de ondergeteekende in staat gesteld om, door aangeknoopte relatiën meteen geaccrediteerd Huis in Steenkolen Eersten Rang a/d. Ruhr, tot den volgenden laagst mogelijken prijs te verkoopeu Haardkolcn ol stukken zonder gruis, bij de ÏO mudden a 1.30 per mud, en bij mindere hoeveelheid a f l.AO per mud, terwijl de New castle llaardkolen tegen denzelfden prijs verkrijg baar zijn. Vrij aan huis bezorgd. Ph. VAN DER HEYDEN, Kraaijerslraal bij de Hoogewoerd. N.B. Gaz-Cokes en alle verdere Brandstoffen tot de laagste prijzen voorhanden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1870 | | pagina 3