INGEZONDEN. Mijnheer de Redacteur! Uwe belangstelling in de scholen en het lot der onderwijzers doet mij eene opmerking maken, en wil haar door Uw geeerd Dagblad brengen onder de aandacht van hen, aan wien het toe zicht is toevertrouwd Onze Stadsscholen mogen zich verblijden in een keur van hulp-onderwijzers, die het examen van hoofdonderwijzer hebben afgelegd, en bijzon dere bewijzen hebben gegeven juist de personen te zijn om gunstig te werken op de ontwikkeling der mindere Volksklasse. Nu komt er eene vacature als hoofdonderwijzer: eene oproeping wordt gedaan, groot is het aantal van sollicitanten, onder hen meerderen, die veel weten maar min der bewijzen hebben gegeven van geschiktheid, dan ons Leidsch Korps hulponderwijzers, waaraan Leiden dure verplichting heeft. Zoude het besluit uiet kuunen genomen wordeu, dat zou den levensmoed onzer zoo verdienstelijke hulp onderwijzers verhoogeu Rij eene vacature vau hoofdonderwijzer in eene school voor minvermogenden, zal deze vervuld worden door een der eerste hulp-onderwijzers te Leiden werkzaam. Met de plaatsing dezer regels zult Gij verplichten hem, van welken Gij weet: in deze zaak is hij vrij van eenig eigenbelang. t. t; Leiden, 14 Oct. 70. J. Gemengde Berichten. Het Friesche wonder Jan Hannema, ook ad miraal Tom Pouce genoemd, is verleden week te Bergum aangekomen, waar men beweert dat hij den winter zal doorbrengen. i>e bewoners van Bergum eu omstrekeu zullen dus ruimschoots gelegenheid hebbeu dit miniatuur maunetje dat aau alle Europeesche hoven geweest is op hun gemak eu zonder entree te beschouwen, daarbij zich zeker wel amuseeren zal door menig rijtoertje in de schoone omstreken te maken. Te Amersfoort heeft een Duitscher die wegeus diefstal in het bovengedeelte van het huis van arrest aldaar ge vangen gezet was zich toegang tot den zolder weten te verschaffen, de pannen uitgelicht en is met behulp van een droogstok eu zijne aan ree pen gesneden beddelakens ontsnapt, men heeft hem nog uiet weer kunuen meester worden. Uit het Dal. Handelsblad: Den 24sten Augustus 1870 zal hij de ingezetenen van Bekassie lang in herinnering blijven. Op dien dag mochten zij outwareu dat, ofschoon de regeering een langen zeer langen tijd noodig had om de moordenaars van den Assistent-Resident De Kuijper, den schout Maijer en anderen te doen straffen, die straf toch niet uitbleef. Den 2den April 1869 moest gewroken worden en het recht koos den 24sten van den maand Augustus, om zijn macht te toonen. Slechts zes tien maanden hebben moeten verloopen, tusschen den moord en de rustverstoring en de welver diende straf!! Eenige der boosdoeners zijn aan de straf, die zij in zuo hooge mate verdienden door hun overlijden in den kerker ontkomen, maar er bleef een genoegzaam aantal over, om tot een voorbeeld aau hunne landgenooten te dienen. Op den namiddag, die de terechtstelling voor- alging, kwam een detachement infanterie en cava lerie, de te Bekassie sedert verleden jaar gede tacheerde kompagnie, versterken. Het bivouac in den tuin voor het huis van den schout, leverde een belaugwekkend gezicht op. De passangrahan ter rechterzijde van die woning, werd door de manschappen ingenomen, terwijl de cavalerie-paarden op de open ruimte, links van de gevangenis, aan de pooten werden vast gemaakt. Om acht uren uren werd de taptoe geslagen; een half uur later heerschte overal stilte, alleen nu en dau afgebroken door het hinniken der paardeu eu het aliossen der schildwachten. Hun toeroepeu elk half uur iu de stilte van den nacht klonk plechtig en indrukwekkend. De gevangenen hadden de vertroostingen en gebeden van den priester (Hadjie) geweigerd; zij zeiden niet over den Toean Allah, die zij nim mer gezien hadden en dus ook niet kenden, te willen hooren spreken. Het wachtschot van 5 uren te Batavia werd duidelijk gehoord. Met het aanbreken vau den dageraad hing er een dikke mist over het land; langzaam trok die op en met de eerste stralen der ochtendzon ver toonden zich op het ruime plein, tusschen de rijzende zon en de vale tinten der wegtrek kende dampen, de galg aan ons oog. De indruk dien dit tooneel op ons allen maakt- was ten hoogste indrukwekkend en nimmer te vergeten. Na het ontbijt werden de troepen opgesteld en marcheerden naar het plein. De Resident van Batavia kwam eenige minuten voor zeven uur vergezeld van den Assistent-Resident aan en werd door de militaire autoriteiten, den griffier en den schout ontvangen. De acht ter dood veroordeelden werden toen door een kleine afdeeling infanterie uit de ge vangenis gehaald met een paar trommen en een trompet aan het hoold. De doodmarsch werd door den .trompetter geblazen. De veroordeelden wer den voor de autoriteiten gebracht en door de politie-beambten bewaakt op een rij gesteld; hun vonnis werd hun in Naam des Konings voorge lezen, waarbij de troepen het geweer presen teerden. Zij werden toen elk persoonlijk door den Resident gevraagd of zij nog iets te zeggen haddeD. AUeu beweerden onschuldig te zijneen oud man, naar gissing ruim 60 jaren, met lange grijze haren, zwoer dat hij op den dag der rustverstoring te huis was, en bad om genade, maar het werd hem medegedeeld dat er geen gratie kon gegeven worden. Ook de andereD zochten zich allen te verontschuldigen, sommigen verzochten dat eenig geld aan hunne huisgezinnen zou gegeveu worden. Zij werden naar de galg gebracht. Zij liepen kalm naar de plaats der terechtstel ling, zooals. inlanders gewoonlijk doen. De oude man was de eerste die den ladder werd opgebracht. Het scheen dat de knoop niet goed gelegd was, maar nadat hij van den lad der was afgestoten spartelde hij eenige malen, en was spoedig dood, nadat het abuis gersteld was. De anderen werden toeu een voor een opge hangen. Allen ondergingen hetzelfde barbaarsehe op trekken van den ladder, nadat zij aau den voet daarvan mishandeld waren. In een half uur hin gen zij allen iu de lucht; eeu droevig einde van al hun grootspreken en bijgeloof. Wij staan, hier een oogenblik stil om onzen afkeer, neen walging, over de wijze van terecht stellen van misdadigers door middel van ophan ging, zoo als die nog hier in zwang is, uit te spreken. Het krombinden van een man aan den voet van den ladder, op eene wijze die wij kiesch- heidshalve niet kunnen omschrijven, en hem dan met hetzelfde touw 'rondom zijn hals, waardoor hij bijna Stikt, den ladder op te trekken, is eene schande voor eene beschaafde natie. Waarom den menschen meer pijn aangedaan dan noodig is. Het recht behoort te straffen, maar mag zijn slachtoffer niet martelen. Wij hebben recht om te vragen, in naam der beschaving en der menspkiievendbeid te eischen, dat deze wijze om misdadigers ter dood te brengen, onmiddellijk worde afgeschaft. En gij, regeerders van dit land, wij hebben dit vöornarhelijk geschreven om u de hooge noodza kelijkheid van eene voorziening voor den ver volge op het gemoed te drukken, indien gij met wilt dat dergelijke barbaarschheden wereldkun dig zullen gemaakt worden en u met bescha mender en beduidender meening dan vroeger de bijnaam van westersche Chineezen worde gegeven. Terwijl het walgelijk tooneel dat wij boven mededeelden plaats vond, werden de andere 35 mannen die tot 12 en 20 jaren dwangarbeid ver oordeeld waren, uit de gevangenis gehaald en vooruit gebracht. Hun vonnis werd hun voorge lezen en wij konden op veler gezichten de vreugde lezen over de hun verleende gratie. Een man zeidej /Trima kassie biar slamat." Zij waren allen zindelijk gekleed in het blauw pak der bannelingen. Plankjes waarop hunne namen en hunne straf waren geschreven werden om hunne halzen gehangenvervolgens werden zij door de policie beambten naar de voorzijde van het scha vot gebracht. Touwen werdeD toen om huone halzen gebonden én aan een stellaadje van ham boe vastgemaakt om aan te toonen dat zij den dood verdiend hadden, niaar nu de straf onder- gingeij naast die des doods. Na een half uur te pronkstelling wérd de ijzeren ring der bannelin gen om hunnen hals geklonken en werden zij naar de gevangenis teruggebracht. BUITENLAND. I1' I-UI) it 1'ljk. Een nieuw manifest van Victor Hugo. Van 2 October 11. „liet schijnt datde Pruisen besloten hebben, dat Frankrijk. Dnitschlaud en Duitschland Prui sen ,zal wordeu; dat ik die tot, u spreek en ge boren in. Lotharingen, Duitscher bendat het nacht is op Klaarlichten dag; dat de Euphraat, de Nijl, de, Tiber en de Seine armen zijn van de Spree; dat. de] stad die sedert 4 een wen de aarde verlicht, geen- reden van bestaan meer zal heb ben; dat Berlijn alles is; dat Montaigne, Rabe lais, d'Aubigné Pascal, Corneille, Molière, Mon tesquieu, Diderot, Jeau Jacques, Mirabeau, Dan ton en de Fxanscbe revolutie nooit bestaan hebben; dat men Voltaire kan missen omdat men den heer Von Bismarck beeft: dat de aarde behoort aan de overwonnenen van Napoleon den Groote en aau de overwinnaars van Napoleon den Kleine; dat voortaan de gedachte, het geweten, de poësie, de kunst, de vooruitgang, het vernuft zullen uit gaan van Postdam om te Spandan stil te staan. Dat alle beschaving ophoude, dat er noch een Europa,- noch een Parijs zouden bestaan; dat het bestaan, van de zon niet noodig is; dat wij het slecble voorbeeld zullen geven; dat wij Gomorra uilen zijn en zij, Pruisen, het vuur van den ernel; dat het tijd is om ons bestaan te verbre en en dat het menschdom voortaan slechts eene nogendheid van den tweeden rang zal zijn. Parijzenaars, dit besluit wordt op u verhaald. )oor Parijs uit te roeien, verminkt meu de we- eld. Is Parijs verstikt en bezit Pruisen alleen e roeping om te schitteren dan zal Europa in uisternis worden gehuld. Is deze toekomst mogelijk? Wij moeten ons niet eens de moeite geven om een te zeggen. Antwoorden wij met een glimlach. Twee tegenstanders staan tegenover elkander. ian de eene zijde Pruisen, geheel Pruisen met 00,001) soldaten; aau de andere zijde Parijs met 00,000 burgers. Aau de eeue zijde eeu leger, aau e andere zijde de verlichting. De oude strijd tusschen den aartsengel en den .raak wordt hervat. Ook nu zal hij gelijk eertijds beslecht worden^ Pruisen zal in deu afgrond gestort worden. Deze oorlog, zoo schrikbarend als hij is, is toch log gering geweest, zij wordt nu eerst grootsch. iet spijt me voor u Pruis, maar gij uioet audere naatregeleu ueuieu. Dat zal niet zoo gemakkelijk gaan. Altijd zult ij twee ot drie tegen een zijn, maar gij moet 'arijs open eu bloot aantasten. Geen boschen, ach kreupelhout, geen ravijnen of de kronkel- jaden der taktiek zullen uw voortaan ten dienste saan. Gij zult uiet meer van de duisternis kun- len gebruik rnakeu oui voort te kruipen. De stra- bgie der katten beduidt niet veel tegeuover den keuw. Het is met uwe verrassingen gedaan. Men al u hooren naderen. Al komt u nog zoo zacht aan kopen, de dood zal u hooren. Hij heelt een lijn gehoor, deze verschrikkelijke bespieder. Hij be- siiedt, maar zonder spionnen. Parijs waakt met ce bliksemschichten in de hand en den vinger op de lont. Weina val aan. Kom op uit uwe schuilplaats. Kom voor den dag en liet is uit met uwe gemakkelijke zege pralen. De worsteling van man tegen man begint, flet oogenblik is daar om elkander bij den kraag te pakken; zorg dat gij er deel aan kunt nemen. De overwinning zal voortaan een weinig on voorzichtigheid eischen. Gij moet afzien van den ouzichtbaren krijg, van dien strijd op afstanden, van dat schuilhoekje spelen, waarbij gij ons doodt, zonder dat wij de eer hebben kennis met u te kunnen maken. Wij zullen dan eindelijk eens den waren strijd voor oogen zien. De domheid voert ons niet meer aan. Gij zult te doen krijgen met den grooten sol daat die Gallië heette, toeu gij Borussia waart, en die zich Frankrijk noemt, terwijl J gij de Van dalen zijt. Frankrijk! Miles magnus zeide Cesar; Soldat de Dien zeide Shakspeare. Dus, strijd, een oprechte, en loyale maar ver schrikkelijke kamp. Wij vragen en belo ven hem u. Wij zullen uwe generaals op den aroef stellen. Het roemrijke Frankrijk verheerlijkt gaarne zijn vijandeu. Maar het zou wel eens kunnen blijken, dat hetgeen wij de bekwaamheid van Von Molkte noemden, niet veel meer is dan de ongeschiktheid van Le Boeuf. Wij zullen zien en ondervinden. Dat gij aarzelt is te begrijpen. Parijs naar de keel te vliegen gaat moeilijk. Onze halsband is van ijzeren punten voorzien. Gij hebt twee hulpmiddelen die nu niet zoo geheel en al de bewondering van Europa op wekken De uithongering van Parijs. Het bombardement van Parijs. Gaat uw gang. Wij zullen uwe projectielen afwachten. En geloof mij Koning vau Pruisen, indien een van uwe bommeu op mijn huis valt zal dit slechts eene zaak bewijzen, dat ik geen Pindarus ben en gij geen Alexander zijt. Men schrijft u een ander plan toe, Pruisen. Dit is Parijs in te sluiten zonder het aan te valleu, eu al uw moed en dapperheid aan te wenden tegeu onverdedigde steden, tegen ouze burgten en gehuchten. Gij zult deze open poorteu dapper intrappeD, en u neerzetten met het geweer in de hand. Dit geschiedde ook iu de middeleeuwen, het ge beurt nog in rooverkolen. De beschaving zou ge tuige zijn van een rooverij op grooten schaal. Wij zulleu niet meer te doen hebben met een Armeuius maar met een Schiuderhaunes. Neeu! wij knnneu het niet gelooveu. Pruisen zal Parijs aanvallen, maar Duitschland zal de dorpen niet plunderen. De moord geven wij nog toe, maar geen diefstal. Wij hebben nog een te goeden dunk van de eer der volken. Val Parijs aan Pruisen, sluit het iu, bombar deer bet. Beproef het althans. Intusschen nadert de winter. En Frankrijk, De winter, m. a. w. sneeuw, regen, hagel, ijzel, rijp en ijs. Frankrijk, jn- a. w. de vlam. Parijs zal zich met woede verdedigen. Allen te wapen burgers! Voortaan zij er niets meer dan Iraukrijk luer en Pruisen daar! Dit is alles wat er noodig is. Wat is het vraagstuk van den dag? Strijden; welke de vraag van morgen? Overvvinneu, welke die van alle dagen Sterven. Vestig op niets anders het oog. Denk slecht aan uwen plicht, die is uw zelf te vergeten. Vei- eeniging en eenheid. De grieven, kortom allt onderlinge verdeeldheden moeten weggeworpen worden. Dat die opgaan in de rook der kanonnen. Laten wij ons liefhebben om te strijden. Wij hebben allen dezelfde verdiensten. Dat al[e personaliteiten ophouden te bestaan, alle eerzuchi worde uitgedoofd, dat er zich niets meer in ouze gedachten opdringe dan het woord.: algemeen welzijn. Wij zijn slechts éeu Frauschman, éen Parijze naar, éen hart; voortaan zij er maar een burget, die zijt gij, die ben ik, die zijn wij allen. Vet vangen wij de bres door ODze borst. Heden wederstand, morgen bevrijding, wij zijn niet meer van vleesch maar van steen. Ik ken mijn naam uiet meer, ik heet Vaderland 1 Sta pal voor deu vijand 1 Wij heeten allen Frankrijk, Parijs, muur! Parijs dat gewoon was de menscheid te ver maken, zal het nu schrik aanjagen. De wereld zal verbaasd staan als zij ziet hoe grootsch Parijs kan sterven. Het Panthéon vraagt zich reeds af, waar hel al de helden zal bergen, die aanspraak zullen hebben op eene plaats ouder haar koepeldak, De nationale garde is dapper; de mobiele garde on versaagd jongelieden door bun uiterlijk, oudi soldaten door hunne houding. De kinderen zingei te midden der bataljons. En wat ziet men va; af heden in de straten, iedereu keer als Pruisei aanvalt, en gedurende het donderen van het ki non? De vrouwen glimlachen. O Parijs, gij hebt het standbeeld van Straats bnrg met bloemen gekroond; de geschiedenis zi u met sterren kroonen TELEftBAMAlEaV. Versailles, 13 October. De dagbladen alhiei verschijnen weder en mogen vrij redeneeren. 0, In Parijs is een militair gerechtshof opgerich: jg dat met deserteurs en vluchtelingen korte wettet j', moet maken. Het crediet voor de volkswapening is van 16 tot 23 millioen l'rs. verhoogd. Graaf Von Bismarck woont thans iu het hui van den heer Jesse, prins Karei in het huis vat den prins De la Moskowa. De beide hoofdkwa tieren zijn zonder bezwaar alhier gevestigd kuun wordeu. Dat van den koning in het westelij dat van den kroonprins iu het oostelijk kwartie: der stad. Het bureel der Bondskanselarij is g vestigd in de rue Borence. De gewezen kommandaut van Toul, kolonepi Hue, is te Münden aan de pokken overleden. |p< De Frausche vestingen aau de Belgische gren-fc zen gelegen bereiden zich voor op belegering Te Mézières verwacht men eerstdaags het bom bardement. De kommandanten van Kamerijk eu Laudrecies hebben bevolen den omtrek dier ves tingen te inundeereu. Het postwezen in den Elzas en Lotharingen is definitief georganiseerd. Rjjssel, 13 October. Breteuil is na weerstand te hebben geboden door den vijand bezet. De Pruisen rukken aan op Amiens. Men logenstraf! het bericht van ongeregeldheden en van bloedige onderdrukking te Reims. Te St.-Queutin is liet stil. De commissaris-generaal heeft de volgende dé pêche ontvangen van den prefect van AisneHe: bericht van de aankomst van 15,000 Pruisen mei artillerie was bepaald het gevolg van eeu paniek, waardoor men Fransche patrouilles voor vijan delijke aanzag. De Pruisen, hier gevangen, hebben mij een brief geschreven, waarin zij hun dank betuigen voor de attenties, die zij ondervonden hebben. RJjssel, 13 October. Gisterenavond is een tweede ballon te Carnières in het dep. du Nord neder- gekomen met de navolgende berichten uit Parijs De verdediging van Parijs gaat naar wensci De Pruisen zijn overal genoodzaakt een defen sieve houding te bewaren. Parijs verwacht ds hulp der departementen. Het fort vau deu Moot- Valérieu bestrijkt deu geheelen omtrek. Het beefs binnen een omtrek van zes kilometers al de wer ken en batterijen vernield, welke de Pruisen trachten op te richteu. Het kasteel van ïleudon is geheel vernield. Behalve Villejuif heeft me» Cachan (tusscheu Villejuif en Chatillon) hernomen De landtong van Genevilliers iu de bocht der Seine, is voortaan tegen de Pruisen veilig. Oost waarts heeft het kanonvuur Parijs tot Bondy vrij gemaakt. De vijand heeft Champagny ontruimd- De cirkel door de Pruiseu gevormd, wordt dage lijks wijder, hetgeen in ons voordeel is. De dus genaamde anarchistische manifestatiëu, waaraan teri onrechte de namen van Floureus en Blanqu worden verbonden, zijn zeer onbeduidend. Tours, 13 October. Particulier telegram). De sol-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1870 | | pagina 2