af 1860, onderhandelingen zijn gevoerd, dat hij in dat jaar een brief van den heer Turk, die aanzienlijke ambten onder den heer Kattendijke, destijds Minister van Marine, bekleedde, ontvan gen had, waarin inlichtingen gevraagd werden omtrent een ijzeren kraan. Hij vervoegde zich bij de lirma, thans verweerderessen en ontving in antwoord het aanbod om de kraan te maken, indien zij benoodigd was; tevens deelden de heeren Laird mede, dat zij een schroefstoomboot disponibel hadden en boden 5 pCt. commissie aan, indien de verkoop door de bemidde ling van den eischer tot stand kwam, en drukte de hoop uit, dat de onderhandeling tot een be gin van wederzijds voordeelige zaken zou leiden. De zaak kwam niet tot stand. De eischer consta teerde verder dat hij bij zijne samenkomsten met den minister te 's-Hage over het bouwen van ijzeren schepen, steeds in het belang der verweerders han delde en hunne firma aanbeval. In December 1863 deelde de heer Turk hem mede dat het Nederl. Gouvernement een paar gepantserde schepen voor de bezittingen in Indië noodig had en tevens inlichtingen vroeg omtrent de stoomramschepen, door de verweerders gebouwd. Na toezending vau dien brief aau de heeren Laird, deelden deze hem in een onderhoud mede, dat de ramschepen voor de geconfedereerde Staten gebouwd, niet te koop waren en versterkten tevens eeuige in lichtingen omtrent de constructie. Dit werd aan den heer Turk opgegeven die in de lente van 1864 schreef dat hij spoedig in Engeland zou komen, vergezeld van eeu vriend, dat later bleek de minister te zijn die incognito reisde. In No vember 1864, ontving de heer May een schrijven van de heeren Laird, die constateerden dat ze een betrekkelijk kleiü schip bouwden, van 1100 ton in staat om twee reusachtige kartonnen te voeren en goed in staat waren dergelijk werk te onderne men. Dit schrijven werd uaar den Haag gezondeu. Kort daarop vernam hij dat verweerders met het Nederl. Gouvernement èen contract hadden ge sloten om een schip te bouwen voo'i' 135,000 pd. st. dat voltooid werd en waarvan de éommissie van 214 pCt. wérd uitbetaald. In 1867 ging de heer May naar 's-Hage om met goedvinden van den heer Laird bij de indiening van het budget van den minister op de contracten te letten. Hij schreef den 20sten April van daar, dat de minister beslo ten had om drie monitors en drie ramschepen te doen bouwen en dat de heeren Laird order had den ontvangen om er van elk een te bouwen. De verweerders kregen de order om de drie kleine pantserscheper, te bouwen, waarvan commis sieloon werd geëischt terwijl geconstateerd werd dat ze van het charter waren waarvan in den brief van 1864 melding was gemaakt. Het bleek daarentegen dat de verweerders van den Nederl. Minister een brief haddén ontvangen waarin direct order werd gegeven om deze schepen te bouwen; en uit de correspondentie bleek dat het Nederl. Gouvernement den heer Laird verboden bad commissieloon te betalen. De inmiddels op getreden minister v. Marine, Pels Rijcken, kantte zich tegen de eischen van den heer May en be weerde, dat dit contract gesloten was onafhan kelijk van diens invloed. De brief van Nov. 1864 was, volgens het beweren van den eischer, de basis van de order en dit schrijven werd in de Nederl. archieven gevonden met het opschrift uNolificata" d. i. afgehandeld. De heer May bleef de geweigerde commissie vorderen en stelde de actie in. De Jury, veroordeelde de firma Laird Brothers tot betaling eener schadeloosstelling van 1500 pd. st. De rechter moet bij de aanspraak aan de Jury gezegd hebben, dat, ofschoon het bleek dat de heer May niet tegenwoordig wai bij het slui ten der contracten hij toch aanspraak op commis sieloon had, omdat hij daarvoor tijd en arbeid had veil gehad. Door den Minister, van Marine zijn met den lsten October a. s. benoemd tot studenten voor den militairen geneeskundigen dienst bij de zee macht, de jongelingen D. H. Zeeman, N. .1. Ha remaker, M. Polak, G. Poolman, J. C. Mohr, A. Koller en G. C. van Balen Blanen. De Sl.-Cl. bevat een verslag omtrent de aan winsten van het Koninklijk Penningkabinet Ie 's Gravenhage, van 1 Januarij tot 31 December 1869. De verkiezing ter vervanging van den beer .1. F. Hoffman, als lid der Prov. Staten van Zuid- Holland, zitting gehad hebbende voor het hoofd kiesdistrict Rotterdam, en die als zoodanig in het jaar 1871 moest aftreden, zal plaats hebben op Dinsdag den 13den Sept.. 1870; en wanneer eene herstemming mocht worden vereischt, zal deze geschieden op Dinsdag den 27sten Sept. daar aanvolgende. Z. M. heeft den heer BI. Koelie erkend en toe gelaten als consul van den Noord-Duitschen Kond te Paramaribo. Den heer S, Stapert is erkend en toegelaten als consulair agent van Frankrijk te Groningen, en zulks onder de gewone bepalingen van onder- hoorigheid. Z. M. heeft goedgevonden den lsten luit.-adj. H. Pothoven, van het 2de reg. inf., in afwachtiig van nadere beschikking, op non-activiteit te stellen. Amsterdam, 24 Augustus. Gisterenavond werden in het Paleis voor Volksvlijt, onder begeleidipg van het orchest, en de leiding van meester De genhart, eenige liederen gezongen door duizend leerlingen der openbare armenscholen. Den in druk die dit eigenaardig schouwspel op de tal rijke hoorders maakte, is inoeielijk te besehrijvén. Die net gekleede jongens en meisjes met hunae vrolijke verbaasde gezichten, die meest allen ziih voor het eerst in het Paleis bevonden, met hun^e frisschestemmetjes Heije's Vlaggenlied, het Wilhel mus enz. te hooren aanheffen, met een aplomb dn maatvastheid, die niets te wenschen overlieten moesten ieder innemen. Het uitgelezen publiek, waaronder vele autoriteiten en vertegenwoordigers van het onderwijs, luisterden dan ook met warme belangstelling en sympathie naar die liederen, en vaak met een traan in 't oog. Aan het slot, bij het aanheffen van het volkslied, stond het auditorium als éen man op en bleef met ODgedekten hoofde staande, zoolang dit lied duurde. De kleine zangers werden in de pauze op brood en verfrisschende dranken onthaald. Den Hoofd onderwijzer van wien volgens de heer Degen hart, het denkbeeld uitging en ieder die het zijne bijbracht om dat denkbeeld zoo flink te verwe zenlijken komt allen lof toe. De opbrengst dezei; uitvoering is voor de onverzorgd achtergebleven betrekkingen van miliciens bestemd, zoodat op deze wijze ook de kinderen der openbare schov len (van iedere armenschool waren 50 leerlin gen aanwezig) een offer brengen aan de alge? meene weldadigheid; voor de onder wijzers iri den zang zijn feesten als dit een prikkel. Te betreuren is, dat liet publiek niet in grooter gptal was opgekomen en de directeur van het Paleis niet wat vrijgeviger met het licht was. Ook had meD eeu gelukkiger keuze der orkest stukken kunnen doen; enkele liederen waren ook minder geschikt, bijv.„Jongens als een vijand kwam," waarvan het slotcouplet voor kinderen onverstaanbaar is. Met ingenomenheid verneemt men dat voor dezen winter een dergelijke feestviering optouw wordt gezet, waarbij alsdan de ouders der kin deren voor eeu gering entreegeld toegang zullen hebben Heden werd in de gemeen teraadszitting be handeld de voordracht van de commissie voor het burgerlijk armbestuur tot instelling eener cen trale commissie, van beheer, bestaande uit 21 leden ter vervanging van de afzonderlijke besturen t over het werkhuis enz. Bij de beschouwingen daaromtrent werd het beginsel vinnig bestreden door de heeren Van Bosse en Oorver Hooft, terwijl het door de heeren Heinsius, Beeloo en Feith geen verbetering werd geacht. De heeren Kuiper, Coninck Westenberg, Driessen, Vening Meinesz en de Burgemeester verdedigden het daarentegen met warmte, zoodat ondersteund door de heeren Van Nierop en Crommelin, het be ginsel, dat een belangrijke schrede vooruit is op den weg eener verbeterde, armenverzorging met 20 tegen 11 stemmen is aangenomen. 's-Gbavenhage, 24 Aug. De heer W. J. baron d'Ablaing van Giessenburg is voornemens aan staanden Donderdag, 25 dezer, en zoo noodig, Vrij dag 26 dezer, als Johanniter-ridder, zich bij zijne medeburgers aan te melden ter verkrijging van hulp in geld of waren, welke onmiddellijk aan de Haagsche afdeeling van het lioode Kruis zullen worden overhandigd. De Jolianniler-orde in Pruisen is gesticht in 1812 nadat de oude orde van dien naam in 1810 was afgeschaft; in 1852 is die orde gereorganiseerd. 's-Gravenhage, 25 Augustus. Heden heeft de inzameling ten behoeve van het lioode Kruis aan de woningen der ingezetenen een aanvang ge nomen. De Johanniter-ridder baron d'Ablaing van Giessenburg, bestuurt deze inzameling. Aange naam is het ons te kunnen mededeelen, dat zij ruimschoots aan de verwachting beantwoordt eD dat de ingezetenen der residentie opnieuw toonen, dat zij voor zooveel mogelijk, de rampen van den ontzeltenden krijg, tusschen twee met Nederland bevriende volken gevoerd, trachten te lenigen. Heden wordt de negentiende verjaardag van Z. K. 11. prins Alexander, tweeden zoon des Konings, met de gebruikelijke plechtigheden in deze residentie gevierd. Utrecht, 25 Aug. Heden zal alhier ter gelegen heid van den 19deo verjaardag van Z. K H. Prins Alexander eene groote parade worden gehouden. In het park Tivoli zal des avonds concert, illumi natie en vuurwerk worden gegeven. HH. KK. HH. Prins en Prinses Hendrik heb ben eergisteren het etablissement van het Hoode Kruis op het Magdalenaplein en het Lazareth op den Singel bezocht en opnieuw belangrijke bij dragen in geld en materieel achtergelaten. Kampen, 22 Aug. Donderdag (heden) zal er voor de arrondissements-rechtbank te Zwolle een be langrijk getuigenverhoor plaats hebben, in zake den heer R, Hauff, uitgever der Nieuwe Kamper Courant en klokkenist alhier, ter zake dat ge noemde beer, onlangs den toren bestijgende, om het carillon te bespelen, door een persoon werd aangegrepen en erg mishandeld. Daar in deze zaak 15 getuigen zijn opgeroepen, ziet men dit verhoor met belangstelling te gernoet. Gemengde Berichten. Wij hebben van Loosdninen een bewijs van tegenwoordigheid van geest en moed te melden van een twaalfjarigen knaap, dat wel verdient algemeen bekend te worden. Jantje Bluguenin, zoon van onzen zoo gunstig bekenden gemeenteveldwachter, zag jl. Zaterdag een vierjarig kind in de vaart vallen, ter hoogte van de kalk-ovens. Jantje bedacht zich geen oogenblik maar sprong te water en mocht dan ook de voldoening sma ken den kleinen drenkeling spoedig van een an ders wissen dood te redden en ongedeerd op het drooge te brengen. De vraag: hoe hij zoo iets had durven doen? beantwoordde de veel beloovende knaap met te zeggen, „hetzelfde verleden jaar van vader gezien te hebben." En dit was juist; werkelijk heeft de. vader verleden jaar ook een drenkeling van den dood gered. Zeggen wij te veel als wij zulk een knaap veel belovend noemen? Eenigen tijd geleden vertrok uit Amsterdam een knaap van 15 jaren naar Duitschland, om zich bij zijn oom in diens handwerk (draaier) te bekwamen. Kort na zijn vertrek ontvingen zijne ouders een brief, waarin hun tot hunne groote ontsteltenis gemeld werd, dat hun zoon spoorloos verdwenen was. De oom in Duitschland en de ouders stelden alle pogingen in het werk om iets van den knaap te vernemen, maar, bij wien zij zich ook vervoegden, niemand kon hun eenige inlichting geven. Eindelijk komt dezer da gen een brief van den 15jarigen draaier zijne bedroefde betrekkingen uit de verlegenheid redden en wel een brief gedagteekend uit den omtrek van Metz. Daarin schrijft hij, dat, toen de plaats zijner inwoning bezocht werd door de Branden- burgsche buzareD, hij zijn vurig verlangen om eens een oorlogsveld van nabij te bezien, niet kon bedwingen, op zijn pantoffels het regiment heeft gevolgd en dat hij thans bij een ritmeester in dienst was en op diens paarden paste. Hij is thans bij het Pruisische leger bij Metz, waar het hem aan niets ontbreekt. Eergisteren had de timmerman W. Hazcveld, werkzaam bij den heer Schaap te Delft, het on geluk, bij het verplaatsen van eenige planken, uit te glijden en door een luik te vallen, waar door hij zijn linkerbeen heeft gebroken. Hij is naar het gasthuis gebracht. Eergisteren stootte een bok, op den stal van den heer v. S. te Delft staande, een paard met zijne hoornen zoodanig in den mond, dat de hoornen door de neusgaten van het paard weder naar bui ten drongen. Een jongen onder de rondventers onzer bulle tins geeft blijken van een buitengewoon talent als koopman. Hij koopt een klein aantal bulle tins en slijt er toch bijzonder veel. Maar hij loopt ook de lieden, die een bulletin gekocht hebben, achterna en als zij het gelezen hebben verzoekt hij er om; zelfs biedt hij soms aau personen, aan wie hij meent zulk een bod te kunnen doen, voor hun gelezen bulletin een cent. Deze teruggekochte of gekregen bulletins verkoopt hij oogenblikkelijk voor drie centen, den door ons gestelden prijs, of zooveel als een goedgunstig of beschroomd kooper in plaats van en boven die verschuldigde som hem betaald. [Noorden). BUITENLAND. Het politiek overzicht van de Indtlpendance Beige komt ons heden belangrijk genoeg voor oin de vertaling te leveren. Wij zeggen heden, omdat veeltijds aan dit overzicht een leidende gedachte ontbreekt, en dit slechts een eenigzins berede neerde opsomming van feiten en geruchten is, die men in hare Parijsche brieven en telegram men terugvind. Thans echter behelst het behar tigenswaardige wenken en een weluitgewerkten blik in den veel bewogen toestand. De Fransche leening, zoo vangt het aan, vau 750 millioen frankeD, waarvoor de inschrijving gisteren (Dinsdag) is geopend, is zeer goed geslaagd. Men zegt, dat er voor tweemaal zooveel geteekend is. Dit financieel succes valt samen met eene bijna vol maakte gerustheid, althans bij de Parijsche bevol king. Men oppert niets met zekerheid, maar be weert dat er zeer goede tijdingen zijn. Maarschalk Mac-Mahon heeft volgens den een het kamp van Chalons doen opbreken om het leger van den kroonprins van Pruisen te ver pletteren, dat verzwakt zou zijn door de verster king die hij zou hebben gezonden aandeoverige Duitsche legerkorpsen, volgens anderen om koers te zetten naar Méziérès, ten einde de leger Mézières, hoofdplaats van liet departement der Ardennen, op den rechteroever van de Maas tegenover Charleville, op 233 kilo meters, O. N. O. van Parijs; 5G05 inwoners. Versterkte plaats van de 2de klasse, artillerie-directie; citadel gebouwd door Van ban. macht van prins Frederik Karei en generaal Steinmetz tusschen twee vuren te brengen. Omtrent den maarschalk Bazaine beweert men dat hij in stede van Verdun afgesneden en naar Metz te zijn teruggeworpen, de vijandelijke legers geslagen heeft, en dat zijn bewegingen die zoo veel bezorgdheid hebben verwekt, vooraf waren berekend om Frankrijk op een gegeven oogen blik een schitterende overwinning te bezorgen. Deze opvattingen hoe bevredigend en alge meen verspreid ook, worden niet gedeeld door de afgevaardigden der oppositie in het Wetgever Lichaam. Met -den heer Gambetta aaD het hooi hebben zij in de zitting van Dinsdag op krac tige wijze hun bezorgdheid aan den dag geleg en de natie gewaarschuwd voor al te groot I illusiën. Het hielp hun weinig. Aan den leiban. van den heer Grauier de Cassagnac, die naar het schijnt bij zijn jongst onderhoud met den keizer in het kamp te Chalons, versche krachten vooi de dynastie heeft opgedaan, heeft de meerderheid door haar gedruisch de woorden gesmoord van hen die haar en Frankrijk wilden voorlichten. Even als bij het terugkeeren van een straal van hoop op aanstaand militair succes, ging ook de meer derheid nu weder aanvallend tegen de tegen standers van het Keizerrijk te werk, en meei dan ooit komt na deze zitting uit, dat indien eeni verwisseling van eeu hoofd van den staat it S Frankrijk mocht plaats hebben, en de gebiedendr V' noodzakelijkheid daarvan is reeds genoegzaai aangetoond, deze Kamer daartoe niet het hart zal hebben bijgedragen, maar wel de nootlottigil gebeurtenissen. Naar de snelheid te oordeelen waarmede J: hofkliek, die uit de meerderheid van de officieer candidaten bestaat, van de grootste vernederiE in de grootste aaumatiging vervalt, zoodra ij de minste hoop bouwt op eene overwinning ve het Fransche leger of zelfs minder beduchl voor een gevaar dat zij niet groot acht mt1 men als het ware onwillekeurig zich afvragc of de Pruis wel de vijand is, die BTankrijk ht, ergste moet vreezen, en of de eerste overwinniqj van Bazaine of van Mac-Mahon niet het sein zoi j' zijn tot de herstelling van het regime dat iiilS| natie ih den toestand heeft gebracht, waarin zj'l nu verkeert. Men kan zich voorstellen wat ei g van die restauratie te verwachten is, als mendt droevige verhalen leest in de Fransche blades j j van de afgrijsselijkste misdaden, die op een aau u tal plaatsen van het platteland onder de leuz: van leve de Keizer worden begaan! Terwijl Parijs doorslaande bewijzen geeft vai vaderlandsliefde en geduld, ontwaart men da een nieuwe jacquerie f) (boerenopstand), een Bonapartisc.be jacquerie onder de boeren ontstaal een middel waarvan het keizerrijk van het plal teland, zoo wordt het sedert het ongelukkig pk bisciet genoemd, zich als het ware een soort vai reservewapen heeft gesmeed, door de boeren onop houdelijk tegen de arbeiders der steden en ii beschaafde en onafhankelijke klasse der maal schappij op te hitsen. In het oog van die domme menigte staat eei Bonapartist gelijk met Pruis te zijn. Negende: jaren lang heeft men haar gebukt doen gaat onder de bangmakerij met het roode spooksel de: revolutie, en de angst schijnt tbans bij haar «1 plaats te hebben ingenomen van de rede en iederI edelmoedig gevoel. Die dweepzieke plattelaifc bewoners zien tbans niets anders dan vérradefi en spionnen zij wanen hun bezittingen bedreif- door den iDval der Pruisen en willen maar uit begrijpen dat het keizerrijk zelf dezen invalve' oorzaakt, ja heeft uitgetart; zij bedreigen nv dood en verderf hen, die wanneer hun ra» ware opgevolgd, de natie voor dit zoo gevree.' gevaar hadden behoed. Inderdaad er ligt hierin een kiem voor et sociaal gevaar waartegen schielijk en met krach maatregelen moeten worden beraamd. Er li? hierin ook eene waarschuwing voor de toekomt waarvoor het denkend gedeelte van Frankriji de oogen niet moet sluiten, want indien het i in den wind sloeg of met onverschilligheid am staarde, dan zou men het kunnen verwijten, cd welke ramp Frankrijk ook trof, denatiedithe gewild en er dus geen grond is om haar daarott' te beklagen. Nadat de Regeering, door het stellen vtt^H kabinetsquaestie, het voorstel van den heet fj Kératry bad van de hand gewezen om aanWH comité van defensie van Parijs negen leden to'jl te voegen uit het Wetgevend Lichaam, en ook niet meende te moeten vereenigen met bdjJ amendement om dit getal op drie leden te bren|| gen, heeft de heer Thiers, terwijl hij dit de Kaooe'B mededeelde, 24 uren uitstel gevraagd om nOHfi In 1521 werd Mézièrcs tc vergeefs belegerd door het leger I Karei V, onder den graaf vnn Nassau: Bavard verdedigde de tingeene processie die tik jaar den 27sten September wordt g'M bonden cn waarbij men de banier van Bayard draagt, is een btfH innering aan den dag waarop de keizerlijken bet beleg opbrakC' i De Pruisen bombardeerden de vesting in lSló: na een beleg (fl 42 dagen capituleerde zij eervol. Red. f) Jacquerie. Boerenopstand in Noord. Frankrijk ten jare met het doel om den adel uit te roeien (zoo genoemd naar d'-Fl spotnaam Jacques-Boiihomme, waarmede de adel de boer aanduidde); in 't algemeen volksopstand. Red.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1870 | | pagina 2