vrede van Rijswijk geslecht werd, maar in 1737 weder in Frankrijks bezit kwam. De markies De Bambelles legde in 1741 den grond tot de Igenwoordige vesting. Zij bestaat uit een op de tsen gebouwde citadel, waarvan de zijmuren, evenals die te Luxemburg, 150 voet loodrecht naar beneden loopen, terwijl de casematten en pjagazijuen in de rots gehouwen zijn. Ze vormt een onregelmatig langwerpig vierkant met vier bastions en ravelijn, dat de toegang verdedigt. Onder de citadel ligt het stadje JBitscb, oorspron kelijk Kaltenhausen genoemd, waarvan de met schietgaten voorziene stadsmuur met de vesting in verband staat. De inwoners beroemden zich altijd op een mislukte overrompeling, die in 1793 (15 October) door 1500 Pruisen, onder aan voering van vorst Hohenlohe ondernomen werd. Reeds hadden zich twee colonnes, van de bui tenwerken en den onderaardschen gang, die van de stad naar het fort voert, meester ge maakt, toen de zich in de gewelven in arrest bevindende Franschen verraad bespeurden, alarm maakten en de deur die uit dien gang naar het fort voerde, versperden. De bezetting (700 man) sloeg nu den vijand met een groot verlies terug. Phalzburg (Phals- bourg) beheerscht de bergpassen en den spoor weg, die van Straatsburg over Zabern naar Nancy en Parijs voeren. Door den Paltzgraaf uit de Veldeuzerlinie, kwam de stad eerst aan Lotharingen en daarna aan Frankrijk. De nog bestaande vestingwerken zijn door Vauban aan gelegd in een langwerpig vierkant met zes bas tions. De kleine forten van Lüizelstein (la petite pierre) en Lichtenberg, die de toegangen tot Buchs- Weiler Saaruuion eu Lngweiler-Bitsch bestrijken zijn van weinig belang, daar zij door een omweg vermeden kunnen worden. De bevolking in deze streken is overal Duitsch, wier groote sympathie voor de Franschen hoofdzakelijk daardoor ver klaard wordt dat het grootste gedeelde der rem- placants uit den Elzas en Lotharingen komen en de beste manschappen der zware cavallerie en artillerie uit deze provinciën afkomstig zijn. Eene dépêche van keizer Napoleon, die op den 14del1 Aug. des namiddags om 2 uren met den keizerlijken prins Metz verliet om naar Verdun te gaan, meldt uit Longeville des avonds 10 uren „fclet leger heeft een begin gemaakt met het overtrekken van den linkeroever van de Moezel. Bij de verkenuingen des morgens werd geen en kel vijandelijk korps ontdekt; maar toen ongeveer de helft van het leger de rivier was overgetrokken, vielen de Pruisen ons met een groote strijdmacht aan. Na een strijd van vier uren werden zij met een groot verlies teruggeslagen." (men zie daar entegen onze telgramuien.) Het schijnt dat de Keizer, die er weder niet tegenwoordig was, óf door (Bazaine misleid werd, of dat hij het noo- dig oordeelde zijn bericht voor het officieel ge bruik, zoodanig voor de Parijzenaars te moeten wijzigen. Volgens de lndépendance Beige begon het gevecht bij Pauge, ongeveer 12 a 15 kilometers oostwaarts van Metz en halfweegs tusschen de ves ting eu het hoofdkwartier van de Koning, Herny; Longeville waaruit het telegram van den Keizerge- dagteekend is, ligt op den linkeroever der Moezel, vier of vijf kilometers van Metz. De lndépendance ver moed, dat de Keizer op den weg naar Verdun door de tijding van het gevecht is opgehouden; ware hij daarop van Lougeville toch naar Verdun gegaan, zoo liep hij gevaar door den linker vleugel van de Pruisen te worden ingehaald, daar reeds gisteren in Vigneuilles en öt.-Michel Pruisische troepen Iwaren. In ieder geval is Metz nu door den Keizer aan zijn lot overgelaten. Uit de correspondentie die de Conslilutionnel uit Metz ontvangen heeft, gedagteekend daags na het gevecht bij Pange ontleeneu wij het volgende: Metz, 13 Augustus des morgens. „Sedert giste renavond verkeeren wij in den grootsten angst: er komt geen koerier van Parijs, geen dépêches. Het gerucht verspreidt zich dat de vijand Nancy is binnengedrongen, men voegt er bij dat de be velvoerende generaal de kruitvoorraad onbruik baar heeft gemaakt eu de stad verlaten heeft, zonder een enkel schot gelost te hebben men veroordeeld zijn handelwijze zonder te bedenken, dat de oude hoofdstad van Lotharingen een geheel open stad is, maar het zijn alle slechts geruchten. „De verontwaardiging en den vurigen wensch wraak te kunnen nemen, maken onzen toestand ondragelijk. In het keizerlijk hoofdkwartier heerscht een diepe neerslachtigheid. Changarnier bevindt zich daar; hij deelt den keizer zijne plannen mede, hij is vol moed. Wat doet men te Parijs? Dit is na de Pruisen de hooldquaestie. „Een afdeeling der tot verkenning uitgezonden soldaten hebben op hun terugtocht naar het leger 150 Pruisische soldaten verrast die te Pont Jlousson de spoorwegverbindingen vernielden. In een oogenblik dooden ze 6 man, namen er 45 van gevangen, en dreven de overigen op de vlucht. Zij kwamen om 11 uren des avonds terug. Men spreekt altijd van een beslissende veld slag, uiaar wanneer en waar? „De maarschalk Canrobert is hier gisteren om halfelf van het keizerlijk hoofdkwartier aange komen. Ik schrijf deze regels in haast zonder te weten of gij ze zult ontvangen, komt men tot een gevecht dan begeef ik mij daar heen waar het geschut zich doet hooren, want ik zou tot den laatsten droppel van mijn bloed willen geven om den overweldiger overwonnen te zien. Laatste berichten, Metz 13 Aug. 4uur'snamid. „Wij zijn altijd nog zonder berichten van Parijs. „Men is sedert eenige uren aan de voorposten en in het front van 't leger iu het gevecht. „Ik heb mij naar het slagveld willen begeven, maar de schildwachten beletten dit en ik heb naar de stad moeten terugkeeren. „De vijand moet een groote strijdmacht hebben men zegt, 350,000 man, gelukkig zijn de door ons ingenomen stellingen uitmuntend en onze officieren en soldaten wedijveren in moed en zelfsopoffering. „De generaal Margueritte heeft verleden nacht in de Moezel-vallei, dertig man van een regi ment uhlanen gevangen genomen, men heeft de gevangenen in een der casematten gesloten en de paarden verkocht. „De inwoners zijn vol vaderlandsliefde. Hun gedrag verdiend allen lof. „Het kanongebulder schijnt naderbij te komen." Omtrent de Turko's schrijft Julius Von Wic- kede in de Köln. Zlg.: „Wij hebben zoo wat 5 a 600 van deze kerels gevangen genomen en nog meer gedood, en men heeft hierdoor een goede gelegenheid om alle mo gelijke dievengezichten, die Afrika en het Oosten voortbrengen, onmiddellijk van nabij te beschou wen. Ik ben volstrekt geen vriend van de na- tuurgeschiedkundige beschouwing van Karl Vogt, en verheug mij dat de bijbel ons eene andere afstamming van het menschelijk geslacht dan van de apen leert; maar inderdaad onder deze gevangen Turko's heb ik herhaaldelijk mannen aangetroffen, die zeer zeker meer gelijkenis heb ben met een orang-oetang dan met een mensch. Wat de negerstam maar leelijks kan voortbren gen is hier in wezenlijke pracht-exemplaren ver tegenwoordigd. Andere weder hebben klas sieke, schoone hoofden, onberispelijk van vorm, en slechts de van wildheid fonkelende en in hunne kassen wild ronddraaiende, donkere oogen geven hun iets zeer onaangenaams. Velen dezer gevan gen Turko's herinneren aan panthers achter de traliën van hun kooi. Overigens zijn er vele bij die geen Afrikanen zijn, maar Malthesers, Sici- lianen en Egyptenaren. Kortom, wat men aan de oevers van de Middellandsche Zee maar voor gespuis heeft kunnen vinden, en gelijk men weet, is daar een groote keurbende van kerels, die het menschelijk geslacht juist niet tot bijzondere eer verstrekken, heeft mijnheer Louis Napoleon de vriendelijkheid gehad tot ons te zeilden. „Zoo heer, zoo knecht" zegt het spreekwoord niet ten ourechte. Velen hunner zijn ook nu nog over moedig en wild, en verschillende werden door het escorte reeds nedergehouwen ter zake van verzet en zelfs vau poging tot sluipmoord. Ande ren zijn kruipend onderdanig; het meerendeel is echter volkomen onverschillig of toonen zelfs in hunne gevangenschap nog apen-manier. Menig gevangen Franschman ziet met verachting neder op zijne kameraden, en als men lot een ouden sergeant zegt: „Voilé vos camarades", dan ant woordt hij: „Non, non, monsieur ce ne sont pas nos camarades." De Beieren en Westphalen zeg gen: „Dat zijn geen eerlijke soldaten, maar roo- vers eu bandieten en het is een schande voor den spitsboef Napoleon, dat hij zulk volk tegen ons laat vechtenhet moet hem toch wel aan behoorlijke soldaten ontbreken." Bij Woerth heeft men lijken op het slagveld gevonden, waarvan de oogen waren uitgestoken of de tongen uitgesneden, en 14 Beijersche jagers, die door turko's omsingeld werden en zich moes ten overgeven, zijn door hen met hunne dolk messen de keel afgesneden. De Beijeren zijn woe dend en willen dan ook van geen pardon meer weten, terwijl onze Noord-Duitscbe soldaten in hunne goedmoedigheid dit nog doen. Ook onder de officieren der turko's, met wie ik herhaaldelijk heb gesproken, zijn wilde en on verschrokken, maar weinig beschaafde menschen. De eene was een Korsikaan; van den andere werd zelf door Fransche officieren verteld, dat hij wegens moord tot 10 jaren galeistraf was veroordeeld, maar thans van den keizer na eene gevangenisstraf van een jaar gratie had gekregen, omdat hij als een woest soldaat bekend stond en dus tegen de Pruisen goede diensten kon doen. Ook de kommandant van een bataljon turko's is in onze handen gevallen. Het schijnt, dat men de drie regementen met opzet in de eerste linie heeft gesteld, opdat zij door hunne wildheid aan onze soldaten ontsteltenis zouden inboezemen en ze tot wijken brengen. Doch ook hierin, gelijk iu alles, heeft Napoleon zich zeer vergist, want juist de turko's hebben inet recht de woede van al onze soldaten zoo opgewekt, dat zij met dub bele opgewondenheid vooruit stormen. Een bespottelijk staaltje van verregaande mis kenning eu verkleining van de Pruisische over winningen, vind men in de Figaro. Het blad heeft eene inschrijving geopend om aan maarschalk Mac Mahon een eeredegen aan te bieden, en om aan deze manifestatie een echt nationaal karakter bij te zetten, neemt het blad giften boven de 50 centimes niet aan. De Figaro beveelt de deelneming aan deze in schrijving aldus aan: „Thans is het noodige licht over het gevecht te Reichsoffen opgegaan. Zelfs de Pruisische bla den zeggen dat deze nederlaag roemrijker is dan eene overwinning (sic) en in onze annalen moet gegrift worden als een der schitterendste wapen feiten, waarop het militaire Frankrijk zich mag verhoovaardigen. Dit is zoo waar, dat wij gaarne deze weddingschap zouden aangaan: Als men den kroonprins van Pruisen zou tarten een ge vecht aan te gaan met 20,000 Pruisen tegen even zoovele Franschen, onder bevel van den maar schalk Mac-Mahon, dan zou hij de uitdaging van de hand wijzen. In de oude en nieuwe geschiedenis vinden wij niets, dat vergeleken kan worden bij de dapper heid en heldhaftigheid van den hertog Van Magenta, uren achtereen aan de spits van zijn regementen den vijand het hoofd biedende, de degen in de vuist, het cbassepot op den schouder. Dit heldhaftig voorbeeld heeft heerlijke vruch ten gedrageu, want zij die sneuvelden, stierven als helden, zij die het leven behielden hebben in deze beproeving nieuwe zedelijke kracht, een nieuw hulpmiddel geput! De man die, van af vier uren in den morgen tot zes uren 's avonds met 33,000 Franschen aan 180,000 Pruisen dapper weerstand bood; de man wiens nederlaag, het zijn tegenstanders onmogelijk maakte hem eerst twee dagen later te kunnen vervolgen, wees verzekerd, dat die man bij de eerste de beste gelegenheid een glansrijke revanche zal neuien." Nog l&en wij in de Figaro: Wij kunnen uit zekere bron melden dat de keizerin gisteren den 15d,° Augustus, te twee uren een dépêche van den keizer heeft ontvangen: „Alles is gereed voor een grooten veldslag, en onze maatregelen zijn van dien aard, dat ik de overwinning, die misschien beslissend zal zijn, van te voren kan waarborgen." De Figaro zegt in zijn nummer van heden dat aau het bureau reeds sedert gisteren 1500 fran ken zijn ontvangen. De inschrijving wordt Zater dag gesloten. TELEGRAMMEN. Par(js, 17 Augustus. Particuliere telegram.) Het Fransche Gouvernement beeft den uitvoer van teer en pek verboden. (A. It. Cl.) Mechelen, 17 Augustus. Particuliere telegram.) De prins van Joiuville eu de hertog van Chartres hebben zich hier metterwoon gevestigd. (Af R. Cf.) Berlijn, 17 Augustus. Particuliere telegram.) Aan gezien de Elbe eu Wezer geblokkeerd zijn, heeft het Russische gouvernement het transito-vervoer via Riga, zonder betaling vau rechten, aan Prui sen toegestaan. Ook Eugeland zal vau Riga voor het transito-vervoer gebruik maken. (A. R. Ct.) Bcriyn, 17 Augustus. Met het oog op de uitzet ting der Duitschers uit Frankrijk, zegt de Prov. Corresp., dat voorloopig de meest noodige onder steuning zal verleend worden. Later voegt het blad er bij zulleu meer afdoende middelen tot schadeloosstelling wordeu aangewend. De inbe zitneming van de gewezen Duilsche provinciën van Frankrijk zal daartoe waarschijnlijk de ge legenheid aanbieden. Londen, 17 Augustus. Lord Granville heeft Zondag jl. te Walmercastle, nabij Dover, een be zoek ontvangen van den heer Beuedetti, die ver volgens naar Frankrijk terugkeerde. Naderhand ontving lord Granville een bezoek van graaf Von Berustorff, deu Pruisischen gezant. Het wordt bevestigd, dat prins Achille Murat Zaterdag door onzen minister vau buiteulandsche zaken ten gehoore is ontvangen. De minister is gisteren naar Londeu vertrokkeu, waar hij een onderhoud had met den Franschen gezant. De Times dringt nadrukkelijk aan op eene be middelende tusschenkomst vau Eugeland. Brussel, 17 Augustus. Particuliere telegram). De lndépendance bevestigt het bericht, dat de keizerin der Franscheu aan de Belgische Regeering heeft laten vragen, of zij, in eventueele gevalleu zich over Belgiës grondgebied naar Engeland zou kun nen begeven. Genoemd blad gelooft, dat hierop een toestem mend antwoord is gevolgd. Weenen, 17 Aug. De Wiener-Abendpost spreekt de niededeelingen tegen van den Weener-corres- pondent van de Times, betreffende het opkomen van den graaf Von Beust tegen de hem van Fransche zijde toegeschreven denkbeelden. Een onbevooroordeelde beschouwing van de tijdsom standigheden eu der uitwendige verhoudingen, onder welke de onderstelde bedreiging van Frauk- rijk zou geschied ziju, maakt de mededeelingen tot een gemakkelijk als zoodanig te herkennen, aileron waarschijnlijkst verzinsel. Eveneeus is er met de nnuste grond voor de mededeelingen van de Times betreffende vredes voorstellen, welke door Oostenrijk gedaan zouden zijn en betreffende de voorwaarden waarvan deze zouden uitgaan. Brussel, 18 Augustus. Het Journal de Bruxelles deelt een brief mede van deu Paus aan den Koning van Pruisen van den 22steu Juli, waarin Pius IX zijn bemiddeling aanbiedt tot herstelling van den vrede. De Paus zegt daarin, dat hij ook geschreven heeft aan den Keizer. Het blad deelt tevens het antwoord mede van den Kuuiug van Pruisen dato 30 Juli. Z. M. schrijft daarin dat zijn begeerte niet geweest is den oorlog te provoceeren, dat hij bereid is te hooren naar het woord van den Paus, het zwaard in de schede te steken, indien de onafhankelijkheid blijft bewaard, indien de Paus zekerheid kan aanbieden, dat de schikkingen in waarheid vrede lievend zijn en waarborgen geven tegen een herhaling van den aanval op den vrede en de rust van Europa. Par(js, 18 Augustus. In het Wetgevend Lichaam heeft Gauibetta gevraagd, of er maatregelen ge nomen waren tegen de vreemdelingen, ten ge volge van het gebeurde te La Villette. De minis ter Palikao heeft geantwoord, dat de schuldigen voor den krijgsraad zijn gebracht. Over ae nieuwstijdingen van het leger heeft de Minister gezegdwij hebben een kleine over winning behaald. De vijand heeft Phalsbourg aan gevallen en verloor 1300 man. Hij verzocht de Kamer de vragen uit te stellen tot de gewichtige tijdingen waren aangekomen. De heer Thiers hoopte, dat Parijs des noodig aan den vijand een onoverwinlijkeu tegeustand zou bieden. Om dat doel te bereiken moestalles verlaten worden bij nadering van den vijand en te Parijs binnengehaald; men moest de laudbe- woners toestaan met al hun voorraad naar de hoofdstad te vluchten. De minister Duvernois antwoordde, dat de quaes- tie van den leeftocht een voortdurend voorwerp was van de overweging der regeering. Wij zijn geheel in staat om in de proviaudeering te voor zien, inzonderheid door het middel, door den heer Thiers voorgesteld. De Kauier nam daarop het besluit morgen we der bijeen te komen. LiAATüiXK BERICHTJiN. 's-Qravknhage, 18 Aug. Hedenmorgen heeft de minister van Oorlog, vergezeld van den secreta ris-generaal bij dat departement, generaal-uiajuor Hardeuberg, zich per Rijnspoor naar Utrecht begeven. Z. M. de Koning heelt gistereuiiamiddag een langdurig bezoek gebracht aan de zieken en lijders, die zich in het garnizoens-hospitaal alhier bevinden. Z. M. heeft hen van alle ververschiugen en verkwikkingen doen voorzien. Z. M. de Koning heeft hedenmorgen eerst de troepen in de Maliebaan en vervolgen het kamp te Waalsdorp bezocht.. Gemeenteraad van I_.eid.eii- Zitting van beden. Geopend te 2 uren. Voorzitter de heer burgemeester. Tegenwoordig de heeren: Stoffels, Tollens, Uubreebt, De Premery, Hurteveld, Goudsinit, Lezwijn, Eigeman, Dercksen, Uock, Verster, v. Heukelom, v. Outeren, Krantz en Van Wensen. De beeren Hoog en Tieleinan hebben bericht dat zij de vergadering niet konden bijwonen. Ingekomen stukken, door den voorzitter ter kennis van Ue vergadering gebracht: a. Missive van de heeren Knijff' en Kaptein hou dende kennisgeving, dat zij bij den Minister van Bin- nenlandsche Anken ingezundeu hebben, de stukken betrekkelijk hun aanvraag om concessie voor de ge projecteerde lijn Leiden—Utrecht. De concessionarissen uiten tevens in deze missive den wensch, dat het gemeentebestuur deze zaak bij de Hooge Regeeriug zal ondersteunen; want hoewel de tijdsomstandigheden voor hun plan niet gnustig zijn, mten zij dit even wel niet varen. De Voorzitter stelt voor dit stuk voor kennisge ving aan te nemen en aan den daarin uitgedrukten wensch tegemoet te komen. Atdu9 besloten. b Adressen van de heereD Wevers en Kortman, om in aanmerking te komen bij de benoeming van een atadsdoctor. c. Adres van de Leidscbe Schouwburgvereeniging om weder over het jaar 1871 een subsidie van f i5uu te verleenen. d. Begrooting van de dienstd. schutterij voor 1870. e. Voordracht van B. en Ws. tot overname van een derde gedeelte van de Bpaujaardsbrug. f. Adres van den advokaat Neeb in zake den toren van de Marekerk. De Voorzitter stelt voor dit stuk ter lezing te feggeu. De heer Goudsmit stelt voor bet stuk te doen drukken en ouder geheimhouding aan de leden rond te zenden. De beer Cock zag het gaarne ook voor bet publiek verkrijgbaar gesteld, tenzij de consulent bezwaren mocht opperen. Sedert B en Wa. eeus Jen weg der publiciteit hebben ingeslagen moeten ze dit altijd doen. De heeren Goudsmit en de Voorzitter, voeren daartegen aau, dat het beter eu voorzichtiger is dit niet te doen, omdat deze zaak tot eene procedure kan leiden. Bovendien hadden B. en Ws reeds die zaak met den consulent besproken, waaruit hen ge bleken was dat hij in de vrees voor publiciteit deelde. De heer (lock merkt op, dat indien de consulent dit stellig onraadzaam heeft geacht, zijn vooistel vervalt maar voor bet geval dit bericht op zijdeling- sche verzekeringen berust, moet het hem positie! ge vraagd worden,

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1870 | | pagina 3