Bruinisse, van af de zwarte ton N". 3 op de lijn
van den toren van Bruinisse beoosten de rneestoof,
zuid, en de zwarte ton N°. 5 (ijzeren ankerboei-
vormige ton met bord, waarop de waarschuwing
om niét te ankeren) op de lijn van den westmo
len van Sint-Annaland en een rood huis Z.-Z.-W.
Niet alleen is Delfzijl in staat van beleg ver
klaard; ook voor verdediging der verdere Noord
kust wordt gezorgd.
Bijzondere telegrammen in geheim schrift zijn
op de Fransche lijnen tijdelijk verboden. Mitsdien
worden zoodanige telegrammen naar Frankrijk
aan de Nederlandsche telegraafkantoren niet aan
genomen.
Het telegrafisch verkeer via Baden is gestremd.
Zij die genegen zijn op het aangaan van eene
gewone verbintenis als vuurstoker bij de Kon.
Nederlandsche marine, kunnen zich daartoe aan
melden bij eene der directiën der marine te
Willemsoord, Amsterdam of Hellevoetsluis.
De administratie der Rijnspoorweg maatschappij
verzoekt om het bericht, in ons vorig nummer
overgenomen, dat de Rijnspoor niet verder dan
tot Arnhem plaatskaartjes uitgeeft, tegen te spre
ken.
Met ingang van den 19den dezer zal het Rijks
telegraafkantoor te Assen tot nader bevel met
doorloopenden dagdienst geopend zijn.
Z. M. heeft goedgevonden bij het wapen der
cavalerie te benoemen, bij het 3de reg. huz., tot
kolonel den luit.-kol. H. H. Guerin, kommandant
van het korps.
Z. M. heeft benoend tot griffier der arr.-rechtb.
te Sneek Mr. H. J. Albarda, thans subst.-griffier
bij het prov. gerechtshof in Friesland.
2. M. heeft benoemd: tot officier van justitie
bij de arr.-rechtb. te Sneek Jhr. Mr. P. J. Van
Beyma, thans subst.-officier van justitie bij die
rechtbank; tot subst.-officier van justitie bij de
arr.-rechtb. te Sneek Jhr. Mr. A. J. RethaanMa-
caré, advocaat te Utrecht.
Z. M. heeft goedgevonden met ingang van den
P««» Augustus aanstaande den kapitein der 2de
klasse bij het korps mariniers G. J. Steyn Parvé,
op zijn verzoek, op pensioen te stellen, onder
toekenning van een jaarlijksch pensioen van f 900,
en te bevorderen bij voorschreven korps: tot
kapitein der 2de klasse den l,Un luitenant D. C.
W. Sutherland, en tot 1'"° luitenant den 24"1 lui
tenant C. J. Visser.
Z. M. heeft met ingang van den l,ten Augustus
aanstaande benoemd tot 249n luitenant, bij het
korps mariniers, de cadets bij dat korps J. B.
Verhey, J. H. Van Ouwerkerk, G. C. Mirandolle
en W. F. Paehlig.
Z. M. heeft aan F. J. Schluter, te Amsterdam,
vergunning verleend tot bet aannemen en dragen
van het kruis Fidei et Virluti en de gouden medaille
3de klasse, hem door den paus geschonken.
Amsterdam, 18 Juli. Gisteren is alhier onverwacht
overleden de heer Mr. H. J. Van der Poll, sinds
23 jaren substituut-griffier bij arrondissements
rechtbank te dezer stede.
Naarden, 17 Juli. De alhier garnizoen houdende
kanonniers zijn met tal van burgers dag en nacht
bezig om de stukken op de accessen en in de flanken
te stellen.
Harderwijk, 18 Juli. De l1'9 luit.-kwartiermees-
ter E. G. C. Le Rutte van 't l9t9 reg. inf. is hij
het koloniaal Werfdepot gedetacheerd.
's-Gravenhage, 18 Juli. H. M. de koningin heeft
heden op het zomerverblijf het huis ten Bosch
ontvangen Z. Keiz. H. den grootvorst Wladimir
van Rusland, die vergezeld was van den Russi-
schen gezant bij het Nederl. Hof den heer Von
Knorring.
's-Gravenhage, 19 Juli. Gisterenavond hebben
Z. M. de koning en Z. K. H. de prins van Oranje
een bezoek gebracht bij Z. Keiz. H. den Groot
vorst Wladimir van Rusland. Bij Z. Keiz. H. werd
receptie gehouden. De salons van het hotel van
den Russischen minister, waarin Z. Keiz. H.zijn
intrek heeft genomen, waren fraai verlicht en ver
sierd en de ingang van het hotel was geïllumi
neerd.
Hedenmorgen te 7 uren hebben in de Ma
liebaan de oefeningen op groote schaal een aanvang
genomen van de scherpschutters en van andere
vrijwilligers die zich daarbij aangesloten hebben.
Z. M. de koning, vergezeld van H. D. adjudanten,
heeft reeds in den vroegen ochtend te 7 uren deze
oefeningen bijgewoond en de aanwezige vrijwil
ligers op hartelijke wijze toegesproken. De kom
mandant van het Kon. 's-Gravenhaagsche scherp-
schutterskorps, baron Van Hardenbroek, vele offi
cieren enz. waren daarbij tegenwoordig. Toen de
koning op het veld verscheen werden hem de
gewone eerbewijzen gebracht. Z. M. onderhield
zich met vele aanwezigen en deelde zijne denk
beelden mede over de wijze van behandeling van
het geweer enz. Zoowel bij de komst als het ver
trek werd Z. M, door de talrijke menigte, die
langzamerhand zich in de nabijheid van het veld
hadvereenigd, met geestdrift ontvangen en begroet.
Hedenmorgen is uit de Nieuwe Haven nabij
de Heemstede opgevischt het lijk van een mans
persoon genaamd H., vroeger geplaatst bij het
expeditie-kantoor van de heeren Van Gend en Loos.
Sedert Zaterdag-avond werd hij vermist.
Godda, 18 Juli. Een flink voorbeeld is gegeven
door den raad van bestuur der Goudsche scherp-
schuttersvereeniging Burgerplicht. De volgende cir
culaire werd Zaterdag verspreid: „Scherpschutters!
Het Vaderland wordt bedreigd! De bijzonderhe
den van den oorlog tusschen de twee groote sta
ten, Frankrijk en Pruisen, zijn u allen, zoo ik
hoop, bekend, en zal u tevens de overtuiging
schenken dat Nederland niet stil kan blijven.
Ge hebt door uwe toetreding als leden van het
korps scherpschutters het bewijs geleverd, dat ge
als Nederlanders in vredestijd hebt voldaan aan
art. 177 der Grondwet! Thans komt waarschijn
lijk de gelegenheid ook te toonen, dat ge even
als onze Voorvaderen bereid zijt den dierbaren
grond te verdedigen tegen ieder, die onrechtma
tig zijn voet over de grenzen zoude willen zetten.
Overweeg, maar doe hel spoedig, of ge al of
niet zoudt willen behooren tot diegenen onzer,
die onze zaak niet als een bloot spel of uitspan
ning beschouwen, maar die als mannen toonen
zullen het oprecht met het Vaderland te meenen.
In deze stellige overtuiging roept uw komman
dant u op morgen, Zondag, bij het schijfschieten
u te verklaren of ge al of niet deel zult nemen
aan de dingen die gebeuren kunnen.
Ge kunt tevens keuze doen als vrijwilliger,
voor onbepaalden tijd, bij eeDe der regimenten
infanterie, of wel bij de dienstdoende schutterij
alhier, waarbij uw kommandant en ook andere
uwer officieren zich volgaarne zullen voegen.
Bedenk u maar niet lang.
Namens den Raad van Bestuur,
J. F. C. PRINCE.
H. J. STEENBERGEN."
Het is ons een waar genoegen te kunnen me-
dedeelen, dat bijna alle leden der vereeniging
hebben toegestemd om dienst te nemen, en dat
zij die weigeren moesten, dit slechts noode de
den, door de omstandigheden gedrongen.
Zwolle, 18 Juli. Het garnizoen alhier is giste
renmorgen per spoor naar Zutfen vertrokken.
De muziek der stedelijke schutterij liet zich bij
het afscheid hooren, terwijl het stationsplein be
zaaid was met menschen.
Onderscheidene leden der Zwolsche weerbaar
heid hebben besloten zich ter beschikking van
den koning te stellen, om daar waar het wordt
vereischt, ter verdediging van het vaderland be
hulpzaam te zijn.
Naar wij vernemen, zal op het stationsplein
alhier eene batterij opgeworpen worden onder
toezicht van den kapitein-ingenieur J. Kalff.
Middelburg, 17 Juli. De arrondissements-recht-
bank alhier heeft uitspraak gedaan in de veel
besproken zaak van den heer B. H. Esser, post
directeur te Vlissingen, beklaagd, gelijk men weet,
den luitenant der iufanterie A. Guyot, gedurende
de godsdienstoefening in de Ned. Herv. gemeente,
te hebben beleedigd. De beklaagde werd veroor
deeld tot 1 dag gevangenisstraf en in de kosten.
Assen, 17 Juli. Naar men verneemt, is te Veen-
huizeD een klein oproertje ontstaan ODder de
kolonisten, die in het verblijf, voor de vrouwen
bestemd, wilden indringen. Zonder hulp van mi
litaire macht uit deze stad, is men er in geslaagd
de rust te herstellen.
Breda, 17 Juli. Hedenmorgen zijn drie genie
officieren van hier op hoog bevel naar verschil
lende stellingen aan de IJsellinie vertrokken.
Aan den gouverneur der K. M. Academie, den
kolonel Engel vaart, is het bevel over den Helder
opgedragen, werwaarts hij hedenmiddag van hier
vertrekt. Eene bezending van 40,000 patronen
wordt hier elk oogenblik verwacht. De bij
de Normaal Schietschool gedetacheerde officieren
van het 6de reg. inf. zijn heden hier teruggekeerd.
Een groot aantal soldaten is den geheelen dag
bezig het arsenaal, dat thans nagenoeg ledig is,
in orde te brengen en veldkeukens te graven.
Binnen drie dagen moeten in het arsenaal 1500
man gekazerneerd worden, aangezien men in de
beide andere kazerneo alle vijf de lichtingen van
drie bataljons infanterie niet kan bergen. Giste
renavond zijn de sabels der huzaren gescherpt,
en thans is men bezig dit te doen met de sabels
en bajonetten der infanterie, zoodat alles hier
reeds een oorlogzuchtig aanzien begint te krijgen.
Breda, 18 Juli. De 249 luitenant J. C. Van Goens
is in rang van het l"9 bij het 6d9 reg. iuf. alhier
overgeplaatst.
Maastricht, 18 Juli. Reeds is een honderdtal
schutters onder de wapenen geroepen, ten einde
bij het verwachte vertrek van het 2de regiment
infanterie alhier garnizoensdienst te verrichten.
Ook ziju reeds 2 jongelieden, zijnde de zoon
van onzen commissaris des konings en die van
den heer De Veer, (honorair Staatsraad alhier,
als vrijwilligers bij de schutterij in dienst getre
den en onmiddellijk als korporaal aangesteld. Men
verwacht dat hun voorbeeld hier algemeen na
volging zal vinden.
INGEZONDEN.
Mijnheer de Redacteur!
Een ieder, die kenni3 neemt van 't geen thands
in Europa plaats heeft, verkeert voorzeker in
spanning. De oorlog toch is begonnen. Wat zal er
na volgen, dat is eene vraag, waarop de toekomst
alleen kan antwoorden. Maar propheet behoeft
men waarlijk niet te zijn, om te voorzien, dat
de morele oorzaken, die door middel van zulk
eene onbeduidende aanleiding den krijg deden
ontstaan, te sterk zijn, om toe te laten, dat hij
zonder veel strijd, veel bloed en veel tranen zal
eindigen. En moge men nu ook gegronde hoop
hebben, dat Nederland onzijdig zal blijven, pes
simist is men toch niet, als men de mogelijkheid
aanneemt, dat wij er in gewikkeld zouden kun
nen worden.
Welk een grillig contrast zal met dit alles de
Leidsche kermis vormenin Duitschland en Frank
rijk 't kanongebulder, hier 't kermisgejoel, ginds
eene gedrukte stemming, hier de kermisvreugde.
Maar zulke contrasten komen meer voor in de
wereld.
Er is echter iets anders, wat mij genoopt heeft
u een plaatsje voor deze regelen in uw blad te
vragen. Groot economist behoeft men niet te zijn,
om in te zien, .hoeveel, ellende zulk een oorlog
over de geheele maatschappij brengt, al is ons
vaderland er niet direct meê gemoeid. Al die
krijgshaftige toebereidselen onzerzijds, hoe nood
zakelijk ook, kosten enorm veel geld, dat in ver
hooging van belastingen zal moeten worden ge
vonden, of wel in 't niet doen van nuttige uit
gaven. De stremming van 't handelsverkeer, de
druk op de industrie gelegd, de vrees om kapi
taal in dezen tijd te wagen zullen zeker te weeg
brengen, dat er minder verdiend wordt. Er zal
dus meer uitgegeven, minder verdiend worden.
En 't meest zal dat wel drukken op hem die
't minst te verliezen heeft, d. i. de arbeidsman en
zijn huisgezin. Bij zulk een aantal improductieve
uitgaven als de oorlog veroorzaakt, is er waarlijk
reden, om ze niet zonder noodzaak te verineer-
deren. En voor velen is de kermis juist de aan
leiding tot eene massa uitgaven, die niets voor
hen opleveren, dikwijls alleen schade aan gezond
heid. Hier in een tijd van oorlog, blijkt 't, dat
de afschaffing der kermis inderdaad iets is, waar
voor veel te zeggen valt.
Nu echter nog opheffing der Leidsche kermis
te vragen zou, geloof ik, niet veel baten. Som
migen zouden zeggen, dat de kermis altijd eene
bron van improductieve uitgaven is, en men ze
dus niet bepaaldelijk naar aanleiding van den
oorlog moet opheffen.
Anderen zouden beweren, dat de oorlog ook
slecht werkt voor de leveranciers, koffiehuishou
ders, slijters, ondernemers van vermakelijkheden,
enz., die men juist door de kermis in de gelegen
heid moet stellen geld te verdienen; dat er juist
door de kermis geld in de stad komt, 't geen
weêr ten goede kan komen aan de lagere klassen.
Weêr anderen zouden misschien zeggen, dat 't
nu te laat is de kermis op te heffen, daar men
dan velen zou duperen en benadeelen, die er op
rekenden.
Al is er op de kracht dezer argumenten nog
wel iets af te dingen, toch geloof ik, dat velen
zoo zouden redeneren, en de opheffing der ker
mis voor dit jaar zonder gevolg zou worden ge
vraagd.
Vergun mij nu echter te vragen, of't toch niet
mogelijk zou zijn, te trachten om de Leidsche
arbeiders eenigzins te bewaren voor de gevolgen
van verkwisting en onmatigheid, waartoe een
kermis zooveel aanleiding geeft. Zou 't niet
mogelijk zijn hen bij tijds te doordringen van de
nadeelige gevolgen die een oorlog uitoefent, en
hen te waarschuwen om deze toch niet te ver
meerderen.
Wanneer HH. fabrikanten eens ernstig de han
den aan 't werk sloegen, hunne werklieden in
lichtten omtrent de gevolgen van den krijg en
hen tot spaarzaamheid en matigheid opwekken,
zou dat allicht nut kunnen hebben.
Indien gij, Mr. de Red., 't met deze opmerkin
gen eens zijt, zult ge tot het bereiken van dit doel
wel 't uwe willen bijdragen. Eene ernstige
beschouwing omtrent de rampen des oorlogs en
de middelen van leniging, nl. arbeidzaamheid en
spaarzaamheid, zou voor menigeen eene waar
schuwing zijn. Eene ernstige opwekking in
Uw blad, gericht tot allen, die op de arbeidende
klasse eenigen invloed kunnen uitoefenen, om
hiertoe meê te werken, zou zeker niet zonder
effect zijn. In elk geval zal ieder die tot het
goede doel meêwerkt, de bewustheid kunnen
hebbeu van in praktijk te hebben gebracht de
spreuk: „Fais ce que tu dois, advienne que
pourra."
Ik heb de eer te zijn
Uw Dw. D.
X.
Gemengde Berichten.
De honden te Groningen moeten ijzeren muil
banden dragen, omdat eene dolle hond in de
stad gezien is, een hond uit Kropswolde, die daar
een molenaarsknecht en te Foxhol twee kinderen
gebeten heeft en toen over Zuidlaren naar Gtnaï
ningen geloopen is. [j0
Een politie-agent, die een van dolheid verdacbjjg
hond te Groningen surveilleerde, kon zijn plujj
niet verlaten om op zijn tijd aan het bureau 00j
ziju, en schreef aan den commissaris: „De agr j;
P. kan niet komen, want hij is stellig dol." in(j
In den nacht van 6 op 7 Juli jl. is uit de Delfts*^
trekvaart onder de gemeente 's-Gravenhage,
B
gehaald het lijk van een manspersoon, oud
gissing 30 jaren, lengte middelmatig, oogen blat,m
aangezicht vol, bakkebaarden rossig en zeerolie'
haar bruingekleed metzwartlakenschen rok.c11
vest, oude grijze pantalon met zwart galoD, ,'eD
katoenen gebreide kousen, bombazijnen onc,en
broek en katoenen hemd. Op het lijk is gevontr
een witte katoenen zakdoek, gemerkt A. I 'ez
Z. 12 of M. J. Z. 12, benevens een brief, waa:nel
men vermoeden kan dat de drenkeling moge.'ei1
genaamd is Visker, improvisateur van ben"11
hetgeen versterkt wordt door het gedeelte van
aanslagbiljet-patent, dat als improvisateur teO'®e
terwijk genomen is. Inlichtingen omtrent dit!11-'1
zullen gaarne door den commissaris van pol:,
der l,t9 afdeeling te 's-Gravenhage worden o
vangen. )es
■let
ine
BUITENLAND.
Duitschland.
u
De oorlog is verklaard en vindt geheel DuiUJPr
land ten strijde gereed. Alle partijen, onverschi^®
conservatief of geavanceerd liberaal, hebbenïa'
handen ineengeslagen om gemeenschappe u
Frankrijk te tuchtigen. Het partij-verschil hdac
opgehouden, de liefde voor het vaderland endat
haat tegen Frankrijk beheerschen tegenwoor'ee
alle gemoederen. „De tijding," zegt de VolkW
„die de telegraaf heeft verspreid, zal niet aliiste
door gansch Duitschland als een kreet van blce
gierigen overmoed weerklinken, maar gau:"e'
Europa ook met het bewustzijn vervullen dal^0
den troon van Frankrijk een barbaar zit, d°'
eene door wanregeering teugelloos geworden ni'cu-
nog slechts leiden kan door het opwekken v,
een hartstocht, die op de overweldiging >6e'
andere landen uitgaat, en zonder nadenken e'101
wereldbrand aansteekt om door bloed en lijt0'1
wilde triomfen te kunnen vieren. In dezel:en
mate echter waarop Europa dit bloedig schoir
spel van grillige heerschzucht met ontzetting ;ve'
te gemoet zien, in diezelfde mate zal het zijn a:ne
dacht vestigen op Pruisen, aan welk land detza'
zal ten deel vallen den overmoed te straffen, ete
gesterkt door de geestdrift van het volk, wedere"-''
als in den vrijheidsoorlog van 1813 de tuchtwe kl'
in de hand der Voorzienigheid te zijn om:'je
baDden der slaafschheid van den nek der vt;^£
natiën af te schudden. 1
De willekeurig opgenomen aanleiding tot dei-f'1
oorlog heeft de wereld met verbazing vervu.t'a
Niemand twijfelt dat zij slechts een voorwend.-^
was om de eenige macht in Europa te breki^e
aan welke nog geen wraak was genomen ot
de bederlaag bij Waterloo. Maar het einde ii'rC
lit-
ke
den oorlog zal getuigen van de kracht van e
volk dat den vrede wil en zich toornig verl:
om een roofachtigen inval van een vijand
het zwaard af te wijzen en het te slaan dat t
zich nooit meer zal oprichten.
Zoo rein als wij daar staan in de aanleid::
tot dezen oorlog, zoo rein zal ons geweten z
van al het bloed en de tranen die de zege 0 ml
kosten zal. De schuld daaraan ligt alleen aan 4
teugelloozen vijand. Op zijn hoofd en op het ho;tei
der natie, die zich door hem laat leiden tot i c'e
kwade, valle alles terug wat wij in de naa; en
tijden zullen zienMet den kreet der vrijbi ee
gaan wij den strijd te gemoet! De roep dervr 'e
heid zal onze overwinningskreet zijnl
Over de beslissende scène in Ems wordt k ^0I
volgende medegedeeld
De koning had den Franschen gezant opse
promenade ontmoet. Graaf Benedetti bleef stas Va
Naar de gewoonte van den koning, die door 4
graaf Lehndorff was begeleid, gaf hij den gezs n(
vriendelijk de hand. Deze maakte hiervan
bruik om zich bij den koning, die de wandel! ju
voortzette, aan te sluiten. Hij deelde mee dat
bedanken van den prins van Hohenzollern
Parijs waarschijnlijk een bevredigenden ipdr. Ai
zou achterlaten. De koning viel hem hier in w
rede met de opmerking dat hij meende, dat het o: 3
flict geheel uit den weg was geruimd. Benede- sc
meende, dat het gemakkelijk kon terugkeeren, di
de afstand van den troon niet verhinderde, i 8t
dezelfde prins of zijn jongere broeder later-
op zouden kunnen terugkomen. De koning ke te
hem vragend aan. Wanneer Uwe Majesteit, t g
vervolgde Benedetti, eens voor al de ver an two: n(
delijkheid wilde op zich nemen dat ook iD
vervolg de gevoeligheid van Frankrijk op dat po
werd uit den weg geruimd. De gezant had z. di
volzin nog niet uitgesproken, toen de koning tw- A
schreden terugtrad, hem met toornigen blik at g'
zag, en zich tot graaf Lehndorff wendde met'
woorden: „Zeg aan dezen heer dat ik hem nit
verder heb mede te deelen." De koning verffi
derde zich toen, en graaf Lehndorff ging as- -
den gezant. Deze echter had reeds genoeg geboot