Heusch (drie St.), Meindert Hobbema, Samuel Hoogstraten, Karei Du .lardin, Jan Van Kessel, Philip Koninck, Johannes Lingelbach (twee St.), Nikolaas Maas, Frans Van Mieris, Abraham Mig non (twee St.), Fredenk Moucheron, W. Ossen- beck, Adriaan Van Ostade (twee St.), Adam Pijn- aeker (twee St.), Willem Romeyn, Jacob Van Ruysdael (drie St.), Johan Adriaan Van Stave ren, Jan Steen (drie St.), Dirk Stoop, Gerard Ter- burg (twee St.), Jan Philip Van I'hielen, Adriaan Van der Velde, Willem Van de Velde, Arie De Vois, Adriaan Van der Werft', Pieter Wouwer man, Philips Wouwerman, Thomas Wijck, Jan Weynan Hendrik Martenz. Zorgh, Martin Klaasz. Zorgh en eene schets van een onbekenden Hol- landschen meester. Dinsdag-voormiddag begon te Dordrecht de verkooping der bekende collectie L. Dupper Wz., bestaande uit leekeniugen van hedendaagsche en oude meesters, enz. De eerste zitting duurde tot halfdrie, en daarin zijn verkocht de nummers 1 tot en met 153, loopende van de letter A tot H. Van de oude meesters brachten twee portretten door A. Cuyp met zwart krijt en O.-I. inkt (N°. 92 van den catalogus) ƒ300 op; een Dusart (N°. 116) /"57; een H. Goltzius (N°. 132) ƒ60; een Jan Van Goyeu (N°. 133) ƒ105; een Frans Hals (N°. 111) 70; een Hobbema (ongenummerd) 190; van de modernen G. J. v. d. Sande Bakhuyzen (N°. 14) f08; (N°. 15) ƒ84; David Bles (N*. 45, 8 jaren getrouwdf910; dezelt'de (N°. 46) ƒ230 en (N®. 47) 430; J. Bosboom (N°. 60) ƒ305, (N°. 61) ƒ165; (N°. 62) 80 en (R°. 63) ƒ180 op; Burgers (N°. 72, oude schoenen, jonge harten) ƒ200; A. Calame (Nu. 73) ƒ224 en (N®. 74) ƒ144; L. Chantal (N°. 86) 70; G. David (N°. 99) ƒ86. In de vergadering van de Koninklijke Academie van Wetenschappen, at'deeling natuurkunde, van Zaterdag 25 Juni, waren tegenwoordig de heeren F. C. Donders, voorzitter, C. A. J. A. Oudemans, E. H. Von Baumhauwer, C. M. C. Grinwis, Th. W. Engelmann, R. Van Rees, P. Elias, J. Bos scha Jr., A. Heyusius, D. Bierens de Haan, P. M. Brutel de la Rivière, J. A. Herklots, W. Koster, J. A. Boogaard, C. M. Van der Sande Lacoste, F. J. Stamkart, A. W. M. Van Hasselt en C. J. Matthes, secretaris. De heeren Hoek, P. Harting, Van der Willigen, Rauwenhoft' en Cohen Stuart hebben schriftelijk hun afzijn verontschuldigd. Na voorlezing en goedkeuring van het proces verbaal der vorige zitting, meent de heer Stamkart naar aanleiding daarvan, op de wensehelijkheid te moeten aandringen ook van het zenden eener Nederlandsche expeditte tot waarneming vau den aanstaanden overgang der planeet Venus voorbij de zon, naar eene plaats daartoe geschikt, ook al verleenen zich daartoe onze Indische bezittingen niet. Twee nieuwe wetenschappelijke lichamen, de Sociélé Malacologique te Brussel en het Verein far Nalurkunde te Fulda, hebben begeerte betoond tot ruil van uitgegeven geschriften, waaraan men besluit te voldoen. Van den heer W. Ph. De Kruyö' zijn ontvan gen 21 tabellen van naar eisch berekende water- waarnemingen in het Marsdiep bij den Helder gedurende de maanden Januari, Februari en Maart 1863; zij zullen der Commissie voor de daling van Neérlands bodem in handen worden gesteld. De hoofddirecteur van het Koninklijk Neder- laudsch Meteorologisch Instituut heeft der Aca demie een eerste en tweede deel toegezonden van een werk door dat Instituut uitgegeven onder den titel van Zeilaanwijzingen van Java naar het Ka naal, waaraan naar zijne meening eene groote practische waarde niet ontzegd kan worden. De secretaris bericht: dat er bij de commissie van redactie geen bezwaar bestaat tegen de op name in de verslagen en mededeelingen van de door den heer Bergsma te Batavia aangeboden bijdrage. De commissie voor het voorstel Oudemaus, be treffende de zoneclips van 12 December 1871, brengt bij monde van den heer J. Bosscha Jr. rapport uit, waarvan de conclusie luidt, dat de Academie zich tot de Regeering moge wenden met den wensch, dat den heer Oudemans ter behoorlijke waarneming dier eclips de noodige werktuigen verschaft worden, geraamd op een bedrag van ƒ1000; waarmee de vergadering zich vereenigt. De heer C. A. J. A. Oudemans spreekt over een ziekelijken toestand door hem waargenomen aan de bladeren van ribes rubrum, het gevolg van aanwezigheid van aphideu; handelt over de struc tuur dier zieke bladeren, en zegt een opstel daar over voor de verslagen en mededeelingen toe. De heer Engelmann deelt uitkomsten van on derzoek mede op de peristaltische bewegingen van het darmkanaal en analoog gebouwde organen. De heer Stamkart onderhoudt de vergadering over een bij hem opgekomen denkbeeld, om in een gesloten vat de dichtheid van alcohol te be palen met behulp van magneten. Het bezwaar van temperatuursveranderiug viel bij zoodanige methode grootelijks weg, kon zelfs geheel wor den vermeden, gelijk de heer Bosscha deed op merken, door den toestel met ijs te omgeven. De heer Boogaard doet verslag van een onder zoek, naar aanleiding eener vroegere mededee- ling van wijlen den heer Halbertsma over de asymmetrie van Javaansche schedels, door hem ingesteld op de asymmetrie der schedels van an dere volken. De heer Donders levert voor de Verslagen en Mededeelingen een opstel in Over de werking van den constanten stroom op den nervus vagus. Namens den heer P. Harting biedt de secreta ris het 6de stuk der eerste afdeeling van het lilde deel van diens Leerboek der Dierkunde, handelende over de coelenterateu, voor de biblio theek aan. Thans is gedrukt het eerste gedeelte der jaar- hjksche statistiek vau handel en scheepvaart van en op Nederland over 1870. De uitkomsten dier statistiek ten opzichte der handelsbeweging zijndat in 1864 bedroeg de algemeene invoer eene waarde van 575,920,713 de invoer tot verbruik f 461,160,753; de algemeene uitvoer ƒ507,290,378; de uitvoer uit het vrije ver keer ƒ391,207,534 en de doorvoer ƒ116,082,844. Bij vergelijking met 1868 blijkt dat de alge meene invoer is verminderd met bijna pCt., de invoer tot verbruik met bijna 2 pCt., de al gemeene uitvoer daarentegen toegenomen met bijna 7 pCt., de uitvoer uit het vrije verkeer met ruim 6 pCt. en de doorvoer met ruim 10 pCt. Van de voornaamste voortbrengselen van land bouw en nijverheid werden in 1869 meer uitgevoerd boter 3,632,550 kilogr., kaas 4,212,968 kilogr., ge distilleerd 3,402,332 liters; slachtvee: rundvee 28,718 stuks, schapen 91,677 stuks; suiker, geraffineerde 7,714,791 kilogr.; vlas, ruw, 4,534,006. Minder werd van die artikelen uitgevoerd: meekrap, ulizari 101,253 kilogr., onberoofde, fijne enz. 2,714,992 kil.; garancine en colorine 1,930,593slachtvee: var kens 22,948 stuks; suiker, ruwe 677,719 kilogr. Goud en zilver werden in 1869 ingevoerd voor eene waarde van 5,200,495 en uitgev. ƒ16,481,265. Na aftrek hiervan had men dus eene waarde van den algemeenen invoer van ƒ570,720,218, en van den algemeenen uitvoer van 490,809,113. Naar men verneemt, is te Vlissingen bericht ontvangen, dat aldaar eerstdaags zal binnenloopen een Noord-Amerikaansch eskader, onder bevel van den admiraal Farragut, die zich een wereld- beroemden naam heeft verworven in den oorlog tusschen de Noordelijke en Zuidelijke staten van de Amerikaausche Unie. De Nederlandsche Maatschappij van Grondkre- diet zal, naar men verneemt, hare operatiën sta ken en de loopende zaken liquideeren. (Vad.) Dinsdag stond voor de arrondissements-recht bank te Arnhem een wonderdokter te recht. Deze beklaagde oefende te Lunteren, Ede en omstreken sinds lang een vrij groote praktijk uit, en legde zich vooral toe op het genezen van kanker en- fistels, somtijds met schijnbaar gelukkigen, dan weder met een minder gunstigen uitslag. Enkele der door hem aan zijne patiënten gegeven zalfjes waren door de justitie in beslag genomen en bevatten, volgens verklaring van twee deskun- digeu olie, pik, hars eu loodwit. De beklaagde be weerde daarentegen, dat die menschen er niet veel van wistendat zij twee bestauddeelen, nl. olie en pik „geraden" haddendat er geen loodwit in was, maar nog 6 andere bestanddeeleu, waarvan de deskundigen niets hadden gemerkt, en die hij ook niet zou noemen, daar hij het geheim van zijn vader had geleerd, maar waarvoor hij de krui den bij laagwater in de Zuiderzee zocht. De beklaagde beweerde voorts, niet geweten te hebben, dat hij als ougeëxamiueerde een onge oorloofde praktijk uitoefende. Verscheidene ge tuigen verklaarden, dat zij des beklaagden raad en hulp voor hunne familieleden hadden inge roepen, en dat hij zich daarvoor behoorlijk had laten betalen o. a. voor een potje zalf, dat vol gens een deskundige circa ƒ0.30 waard was: ƒ5. De substituut-officier van justitie concludeerde tot toepassing eener gevangenisstraf van 3 maanden en oplegging van twee geldboeten, elk van 25. Mr. E. Scheidius concludeerde tot toepassing eener lichte straf. Aanstaanden Dinsdag zal de recht bank uitspraak doen. Te Delfshaveu is Maandag op feestelijke wijze de eerste paal ingeheid voor het fundament van het standbeeld van Piet Hein. Z. M. de Koning van Pruisen heeft den officier van gezondheid 1"° kl. Dr. Van Dommelen te 's-Gravenhage, benoemd tot ridder 3de kl. der orde van den Rooden Adelaar. Tot Consul-Generaal van Nederland te Weenen is benoemd de heer Fr. Rosenberg. De minister van binnenlandsche zaken heef goedgevonden, met wijziging van de beschikking van 12 Mei 1869, n°. 175, 2de afd., de gemeente Bakel c. a. tot een afzonderlijk onderkiesdistrict van het hoofdkiesdistrict Eindhoven ter verkie zing van leden voor de Tweede Kamer der Sta- ten-Generaal aan te wijzen. De luitenant ter zee der 2de klasse M. C. Van Doorn wordt met den llde" Juli aanstaande ge plaatst op Zr. Ms. raderstoomSgjjip Be Valk. Bij Koninklijk besluit van den 25ston dezer, n®. 30, wordt met den llde° Juli aanstaande in dienst gesteld het voor rekening van het Departement van Kolomen aangebouwde én te Hellevoetsluis liggende stoomvaartuig Argus, bestemd voor den dienst der bebakening en kustverlichting in Ne- derlandsch Indië, en, voor den overvoer derwaarts, het bevel over dat vaartuig opgedragen aan den luitenant ter zee der 1ste klasse P. J. Rosenwald; wordende tevens met gemeiden datum op dien bodem geplaatst de luitenants ter zee der 2de klasse VV. F. Blaauw, H. Nijgh en de officier van gezondheid der 2 de klasse M. C. Pannevis Z. M. heeft, op verzoek, eervol ontslagen: Mr. A. H. Van VV ïckevoort Croinmelin, als hoogheemraad van Rijnland, provincie Zuid-Holland; N. Kleywegt, als dijkgraaf van het bestuur der polderB Oud- en Nieuw-Kozenburg, Blankenburg, de Ruige- ea Lange- plaat, gemeente Rozenburg, provincie Zuid-Holland; en benoemd: J. E. Van den Andel, tot dijkgraaf voor den polder de Goelberdinger en Everdiuger waarden, provinciën Gelderland en Zuid-Hollaud; tot dijkgraaf J. Noordzij en tot heemraad J. Barend- regt Jz,, in het bestuur van den polder Charlois, gemeente Charlois, provincie Zuid-Holland; L. Koo- man, tot voorzitter van het bestuur van den polder Dirksland, provincie Zuid-Holland; D. Van der Öluys, tut lid van het bestuur van den polder Diedenk, provincie Zuid-Holland; tot dijkgraaf K. Van der Vufm en tot heemraad A. A. Velthoen, in het be stuur vau den polder Dirk Smeetsland en Meestor Arend van der \Voudensland, gemeenten IJselinonde en Charlois, provincie Zuid-Holland; D. S. Bodde, tot 2deu commissaris in den polder de Eendracht, gemeenten Vianen en Lexmond, provincie Zuid-Hol land; C. De Zeeuw, tot heemraad van den Gorzen- polder, gemeente Pernis, provincie Zuid-Holland C. Kwak, tot dijkgraaf van net polderbestuur van Heen- vliet, provincie Zuid-Holland; A. Van den Doel, tot gezworen van den Heerenpolder, gemeente Oude Tonge, provincie Zuid-Holland; P. Pols Az., tot dijk graaf van den polder de Hille, gemeente Charlois, provincie Zuid-Holland; A. Leeuweabargh Jz., tot heemraad van den polder Oud-Heinenoord, provincie Zuid-Holland; B. Jungerius, tot dijkgraai van den polder Katendrecht, gemeente Katendreckt, provincie Zuid-Holland; A. Van der Waal, tot dijkgraaf van den polder Klein Zuid-Beierland, provincie Zuid- Holland; tot dijkgraaf A. Van der Linde eu tot heem raad Mr. A. Vau Weel, in het bestuur van den pol der Groot Zuid-Beierland, provincie Zuid-Holland; M. De Reus en J. P. Maris, tot heemraden van den Eendrachtspoider, provincie Zuid-Holland; J. Kluif- hoofd, tot heemraad van den polder Klein Zuid- Beierland, provincie Zuid-Holland; J. Maaskant, tot heemraad van de polders Oude Koorndijk, Oude Nieuwland, Oost- eu Molenpolder, provincie Zuid- Holland; tot dijkgraaf A. Lagestee en tot heemraad J. Kleinjan, in het bestuur van den polder het land van Essehe, Uiterdijk en Nieuw Strijen, provincie Zuid-HollandF. Bekker, tot dijkgraaf van den pol der Robbenoord en Plompert, gemeente Charlois, provincie Zuid-Holland; tot dijkgraaf H. Van der Waal en tot hoogheemraad B. Eenhoorn, in het be stuur van de polders Oud-en Nieuw-lteierwaard, uit makende het waterschap genaamd hoogheemraadschap van Oud- en Nieuw-Relerwaard, gemeente Ridder kerk, provincie Zuid-Holland; C. Versluis, tot heem raad van den polder de Kersbergsche en Achthoven- sche Uiterwaarden, provincie Zuid-Holland; tot dijk graaf Mr. J. A. M. Bichon van IJselinonde eu tot heemraad C. WDe Lijster, in het bestuur van den polder Oost-IJselmoude, gemeente IJselinonde, pro vincie Zuid-Holland; H. Van Dorsser, tot gezworen van den polder bet Zuiderland, gemeente Oude Tonge, provincie Zuid-Holland. Z. M. heeft P. R. Hoorweg, te Utrecht, benoemd tot leeraar aan de Rijks- hoogere burgerschool te Middelburg. Z. M. heeft benoemd tot officier van justitie bij de arrondissements-rechtbank te Heerenveen Mr. L. J. Van Riemsdijk, kantonrechter en lid van den gemeeuteraad te Ommen, alsmede lid der provinciale staten van Overijsel. Z. M. heeft benoemd tot kommandeur der orde van den Nederlandsehen Leeuw Mr. C. H. B. Boot, lid van den Raad van .State, voorzitter der staatscommissie voor de herziening der wetgeving op de eigendoms overdracht van onroerende goederen, het hypotheek stelsel en het notariaattot ridder der orde van den Nederlaudschen Leeuw Mr. G. Van Tienhoven, hoog leeraar aan het Athenaeum te Amsterdam, secretaris van bovengemelde staatscommissie. Amsterdam, 29 JuDi. Als candidaten voor het lidmaatschap van den gemeenteraad worden al hier van liberale zijde genoemd de heeren A. Van Assen, Gerard Heineken, Mr. J. J. Van Meerbeke, Mr. A. S. Van Nierop en Dr. B. J. Stokvis. De kiesvereeniging Be Grondwet vergadert MaaDdag 4 Juli. Men verwacht dat de vereeniging Amster dam, welke zoo ongaarne als de conservatieve wordt gequalificeerd, ditmaal wederom den heer J. W. Bake zal stellen, die bij de vorige verkie zing heeft moeten wijken voor den heer H. M. De Vries. Dordrecht, 29 Juni. In de zitting van den ge meenteraad van gisteren is besloten, de Latijn- sche school in stand te houden en een openbare middelbare school voor meisjes op te richten, mits daarvoor een jaarlijksch subsidie van ƒ3000 van het rijk worde verkregen. Arnhem, 29 Juni. In de zaal van het Nut van 't Algemeen werd gisteren de eerste zitting van de algemeene vergadering van het XXIVste Neder- landsch Landhuishoudkundig Congres gehouden. Een 80tal leden waren opgekomen. Na de zitting voor geopend te hebben verklaard, betuigde de voorzitter, de heer E. L. baron van Voorst tot Voorst, zijnen dank aan de tegenwoor dig zijnde leden voor hunne welwillende opkomst. Zijne openingsrede bracht hij in verband met hetgeen nu 23 jaren geleden op het tweede Land huishoudkundig Congres, mede te Arnhem gehou den, door den toen maligen voorzitter gesproken was, over het gewicht van den landbouw en over den vooruitgang in de landbouwkenni6, en daaruit nam hij aanleiding om den tegenwoordigen toe stand in vergelijking met den vroegeren na te gaan. En dan moest hij de vraag, of wij sedert dien tijd vooruit zijn gegaan in landbouwkennis, zijns inziens toestemmend beantwoorden. Een afdoend bewijs verder voor den vooruitgang van den landbouw zeiven vindt men in de meer dere opbrengst van den bodem. Vooral in Gelder land valt dit op te merken, wanneer men let op de groote uitbreiding van den veestapel in die provincie in de verloopen 23 jaren, gepaard met een vroeger ongekenden handel in hooi, terwijl die uitbreiding van den veestapel niet ten nadeele gestrekt had van den graanbouw, want ook deze was vooruitgegaan. Spr. trad daarna in eenige beschouwingen om trent den toestand van het armwezen in verhand met den landbouw, eu kwam tot het resultaat, dat in dien toestand verbetering was op te merken. Ten slotte werd gewezen op den vermeerderden uitvoer naar Engeland sedert de verandering in de wetgeving van dit land in de eerste helft dezer eeuw. Nadat de vergadering alsnu met de werkzaam heden een aanvang had gemaakt, werd mededee- ling gedaan van de ingekomen stukken. De mis sives van dankbetuiging voor de toezending van het Congres-programma werden voor kennisge ving aangenomen. Ouder deze waren kennisge vingen van onderscheidene leden van het Konink lijk Huis, van de ministers en de commissarissen des Konings in de provinciën, en van den Presi dent van de Tweede Kamer der Stateu-Generaal. HH. KK. HH. Prins Frederik en de Prins van Oranje waren verhinderd de vergaderingen en de Tentoonstelling van Landbouw-werktuigen bij te wonen. Vele der ministers, zoomede de Staats raad-commissaris des Konings in de provincie Gelderland zouden de vergaderingen bijwonem zoo ambtsbezigheden of andere omstandigheden dit niet verhinderden. Door den heer Dr. L. Mulder werd verslag uit gebracht namens de daartoe op het vorig Congres benoemde commissie, omtrent den uitslag harer overwegingen en bemoeiingen ter zake van een centraal comité van landbouw, of eene algemeene Ned. landbouw-vereeniging. Uit dat verslag bleek, dat door de commissie eene circulaire was ver spreid en eene vergadering was opgeroepen en gehouden, ten gevolge waarvan zich thans eene vereeniging van Nederlandsche landbouwers had gevestigd, waarvan de contributie niet meer dan 5 's jaars zou bedragen en waaromtrent latei- een nader verslag zou worden uitgebracht. De president gaf daarop te kennen, dat hij de vergadering moest verlaten, aangezien Z. M. de Koning tegen halféen op de Tentoonstelling ver wacht werd. Vermits de meeste leden van het bestuur mede daarbij tegenwoordig moesten zijn, en vele der aanwezigen zich om die reden ver wijderden, moest de vergadering zooveel moge lijk worden bekort. De op het programma ver melde voordracht van prof. J. W. Gunning, te Amsterdam, over een nieuw plan tot oplossing der faecaliën-quaestie, had reeds in de afdeelin- gen plaats gehad. Daaromtrent zou in eene der volgende vergaderingen verslag worden uitge bracht met een voorstel omtrent deze quaestie. Te kwartier voor éeneu had liet bezoek van Z. M. aan de internationale tentoonstelling plaats. Z. M. kwam in een open rijtuig met vier paar den bespannen op het terrein aan, gekleed in klein generaals-uniform en vergezeld van H. D. adjudant en ordonnance-officier. Aan het station werd liet vorstelijk rijtuig op gewacht door de hooge civiele en militaire auto riteiten, het congresbestuur, de regelingscommis sie voor de tentoonstelling en de commissarissen- ceremoniemeesters van het Congres. Nadat de voorzitter van het congres-bestuur Z. M. had ver welkomd, zette de stoet zich in beweging door de zalen van het gebouw, dat voor deze gelegen heid in een nieuw gewaad is gestoken, waar de hooge bezoeker alles met de meeste aandacht be zichtigde, en waar alles in beweging was, om de proeven te nemen met de tentoongestelde werk tuigen. Te 2 uren begaf Z. M. zich van het ter rein langs de binnensingels voorbij Musis Sacrum naar de woning van den Commissaris des Ko nings, waar hem een dejeuner werd aangeboden. Te ruim 6 ureu vertrok de Koning weder naar het Loo. Het voorzitterschap was alsnu opgedragen aan den heer Mr. B. VV. A. E. baron Sloet tot Old- huis, van Zwolle. Alvorens de zitting werd ge sloten, nam de vergadering het besluit, om het volgende Congres te doen plaats hebben in de stad Groningen. Dit geschiedde naar aanleiding van daartoe strekkende verzoeken van het gem.- bestuur van Groningen, van het departement Gro ningen der Nederlandsche Maatschappij ter be vordering van Nijverheid, en van het bestuur dier Maatschappij in het westerkwartier van genoemde provincie. Tot opluistering van de feestelijkheden bij ge legenheid van het 24ste Nederl. Landhuishoud kundig Congres alhier werd gisteren eene mati- née musicale en groot militair concert gegeven, door de kapel van het 2de Hanoversche infan- terie-regiment N°. 77, onder directie van den heet

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1870 | | pagina 2