de onderwijzer in burgerlijke betrekkingen ge plaatst, ja zelfs tot lid van den raad benoemd, als de wet zulks toeliet, werkt, we weten het bij ondervinding, allergunstigst. De commissie van toezicht over de Hoogduitsche opera te Rotterdam deelt aan de N. R. Ct. mede, dat zij van den directeur, den heer Saar, uit Weenen bericht heeft ontvangen, dat hij zeer gelukkig is geslaagd in het engageeren van su jetten voor het aanstaand speelseizoen, zijnde nog slechts een enkel emplooi onvervuld, zoodat de mededeeling van het tableau van het nieuwe opera-personeel reeds spoedig kan worden tege moet gezien. Het gemeentebestuur van Dubbeldam is voor nemens, onder medewerking van de aannemers der werken voor den bouw der brug over het Hollandsch Diep, ter plaatse van dat werk tijde lijk een school op te richten. Ruim zeventig kinderen van ouders, arbeidende aan de overbrugging, zullen daardoor het reeds aangevangen onderwijs kunnen voortzetten, of daarmede een begin maken. De gemeente Dubbeldam zal de bezoldiging van den tijdelijken onderwijzer en de verdere uitgaven voor hare rekening nemen, met uitzon dering van het daarstellen van het lokaal, dat op kosten van de heeren Paul van Vlissingen, Dudok van Heel en Volker, aannemers der wer ken, zal geschieden. De Belgische Academie voor oudheidkunde heeft een buitengewonen wedstrijd geopend naar een prijs van 5000 franken, die toegekend zal worden aan den schrijver van de best-gekeurde verhande ling over het onderwerp: „De geschiedenis van den Antwerpschen handel, sedert den oorsprong van die stad tot aan het tijdstip der Juli-revo- lutie van 1830." De verhandelingen, in het Fransch of in het Vlaamsch opgesteld, worden vóór 1 Dec. 1875 franco ingewacht bij den secretaris, rue Conscience, 22, te Antwerpen. De Minister van Binnenlandsche Zaken heeft goed gevonden te bepalen, dat de commissiën, belast met het afnemen der examens B en C, volgens de wet van 2 Mei 18(33 voor het jaar 1870 zitting zullen houden te Delften te benoementot lid en voorz. der comm. voor examen B (artt. 6165) Dr. L. Cohen Stuart, directeur der Polyt. school te Delfttot leden J. C. d'Arnaud Gerkens, leeraar aan de hoogere bur gerschool te Delft, te 's-HageDr. H. G. Van de Bande Bakhuyzen, hoogl. aan de Polyt. school te Delft Dr. C. P. Burger, hoogl., dir. der Rijks- hoogere burgerschool te Leeuwarden; H. G. Jansen, hoofdiog. der marine te Willemsoord; G. JMorre, leeraar aan de Polyt. school te Delft; J. Van der Vegt, ing. van den waterstaat te Brielle; H. P. Vogel, hoofdonderw. aan de Academie van beeldende kunsten te 's Gre- venhage; Dr. H. Vogelsang, hoogl. aan de Polyt. school te Delft; Dr. H. IJssel de Schepper, leeraar aan de hoogere burgerschool te Deventer. Tot lid en voorzitter der commissie voor examen B (art. 60) en C (artt. 6165) Jhr. J. R. T. Ortt, hoofdingenieur van den waterstaat, te Haarlem; tot leden: J. C. d'Arnaud Gerkens, leeraar aan de hoo gere burgerschool te Delft, te 's-Hage; Dr. G. F. W. Baehr en F. J. Van den Berg. hoogleeraren aan de Polyt. school te Delft; Mr. J. L. De Bruyn Kops, hoogl. aan de Polyt. school te Delft, te 's-HageA. W. Van Dam, architect te Rotterdam; G. Van Die- sen, eerstaanwezend ing. der Staats-spoorwegen te Utrecht; E. Van der Eist, ing.-dir. der domaniale mijnen te Kerkrade; D. Grothe, F. Gugel, N". H. Henket, Dr. A. C. Oudemans Jr., E. Steuerwald en Dr. H. Vogelsang, hoogleeraren aan de Polyt. school te Delft; A. A. C. De Vries Robbé, ingenieur der lste klasse voor het stoomwezen, te Ede. Z. M. heeft benoemdtot heemraad van het bestuur van den polder het Oude Nieuwland, gemeente Oud dorp, provincie Z.-Holland, P Kaptijn Jz.tot heem raad van het bestuur van den polder het West-Nieuw- land, gemeente Ouddorp, provincieZ.-Holland, J. Breen Sr.tot gezworen van de vereenigde polders het Oudeland, Noordland, Oostend, de TiUe en den Mo lenpolder, gemeente Oude Tonge, provincie Z.-Holland, D. Van Es; tot heemraden van de polders Varkens oord en Karnemelksland, gemeente IJselmoude en Charlois, provincie Z.-Holland, K. Van der Vurm en C. A. Molenaar; tot heemraad van den polcbr Medroel, gemeente Pernis, provincie Z.-Holland, J. Pz. Z. M. heeft op zijn daartoe gedaan verzoek, azn H. Van Es een eervol ontslag verleend als notaris te 's-Gravendeel, en in zijne plaats benoemd C. J. A. Van Es, candidaat-notaris aldaar, een en ander ir- gaande met 1°. Juni 1870. Z. M. heeft aan den heer M. Hijmans, oud-consul van het Groothertogdom Baden te Samarang, ver gunning verleend tot het aannemen der versierselen van ridder van de lste klasse der orde van den Zahringer Leeuw, hem door Z. K. H. den Groothertog van Baden geschonken. Amsterdam, 26 Mei. Eergisteren werd, in eeDe gewone vergadering van aandeelhouders der Maatschappij tot exploitatie van Staatsspoorwe gen, alwaar 8116 aandeelen, rechtgevende tot het uitbrengen van 353 stemmen, vertegenwoordigd waren, besloten om op voorstel van eene com missie van aandeelhouders, de balans van winst en verliesrekening over het jaar 1869 goed te keuren en tevens het dividend op 45t pCt., d. i. 11.87s per aandeel, te bepalen. De voorzitter der vergadering, de heer Mr. C. J. A. Den Tex, stelde namens het bestuur voor om het saldo winst van de rekening van 1863, groot ongeveer /"826,000, op het volgende dienstjaar over te bren gen, aangezien de quaestiën met de Regeering, die ook ten vorigen jare bestonden, tot dusverre niet waren beslist. De onderhandelingen met de Regeering waren echter in de laatste dagen zooverre gevorderd, dat een spoedige decisie kon worden verwacht. Wijzigingen in de concessie schenen zoowel door het bestuur als door de Regeering te worden verlangd en te zullen bijdragen, om de groote kansen van winst of van verlies voor een der partijen weg te nemen. De vergadering gaf aan het bestuur hare volmacht. Verder keurde de vergadering goed, dat de zetel der maatschappij eerst in 1871 naar Utrecht zal worden overgebracht, aangezien de te stich ten gebouwen niet voor dien tijd zullen gereed zijn. Zij herkoos als commissarissen de heeren Mr. C. J. A. Den Tex, T. J. Stieltjes en Mr. H. C. Du Bois; benoemde eene commissie om de balans van 1870 na te zien, en regelde de wijze waarop de uitloting der pCt. Obligatiën van de prioriteitsleening zal geschieden. Woensdag is de terechtzitting vauhetprov. gerechtshof in zake Dr. F. J. Elders voortgezet. 12 getuigen werden gehoord. De getuigenissen van de vier eerste getuigen moesten de haast doen uitkomen, die Dr. Elders gebezigd heeft om de dispositie op het request te doen verkrijgen tot opneming in een krankzinnigengesticht van den heer Wiersma. Op 17 Febr. toch hadden mevr. W. en de beschuldigde zich tot den presi dent gewend te dezer zake, die hen naar een procureur verwees. Zij vervoegden zieh toen bij Mr. Gerlings, die hen aanraadde het certificaat onmiddellijk te doen registreeren's avonds te 8 uren verzochten zij den ontvanger daartoe direct over te gaan en 's anderendaags 9 uren 's mor gens lieten zij het afhalen, waarop het request werd ingeleverd. Te 1 uur kwam de beschul digde reeds met procureur Gerlings ter griffie om het antwoord te vragen, en bad hij een ver schil met den subst.-officier Mr. J. A. Haakman over de urgentie, bij welke gelegenheid hij hem met een beklag bij den minister van justitie be dreigde. 's Avonds van dienzelfden 18"16" Februari kwam hij weder bij Mr. Gerlings informeeren of er nog geen dispositie op het request was ver leend. De heer Mr. Visser verklaarde O. a., dat mevrouw W. hem had opgegeven geen andere reden tot dit haar verzoek gehad te hebben dan dat haar man haar den vorigen dag had opge sloten. De heer Beyrna deelde eenige familiebij- zond erhe.den mede; hij achtte zijn zwager wel een zonderling maar geen krankzinnige. Vroeger hadden zijne zuster en haar man elkander innig liefgehad en had zij dan ook uit liefde, tijdens hij vroeger krankzinnig was, haar domicilie naar Haarlem overgeplaatst. De verklaring van de tweede dienstbode van den heer Wiersma was voor den beseh. niet on gunstig en kwam hierop neder, dat de heer W. tijdens de ziekte van zijn eenig 5jarig kind nimmer naar den toestand van het kind gevraagd had en evenmin, ingeval van ziekte van zijne vrouw, daarvan notitie had genomen; dat hij soms staroogend in de lucht keek, zonder oorzaak in een schaterlach uitbarstte, enz. De getuigenis van den vrijer van de gisteren gehoorde dienst bode was daarentegen bezwarend voor den be schuldigde. Hij had hem o. a. den avond voor het feit hooren zeggen: Wiersma is gek, het hoeft mij maar twee letters te kosten, dan zit hij in Meerenburg. Uit een paar andere verklaringen bleek o. a., dat de heer en mevr. Wiersma elk ander op hunne wandelingen wel eens kusten. 's-IIage, 26 Mei. Wij vernemen met genoegen dat het Z. M. den Koning-Groothertog behaagd heeft, Dr. Joh. G. Metzger te Amsterdam, die hier te lande als in Duitschland eene zoo wel verdiende reputatie heeft verkregen als specialiteit in het herstellen of genezen van ge wrichtsaandoeningen te benoemen tot officier der orde van de Eikenkroon. De versierselen dier orde zijn dezer dagen vaDwege Zijne Majes teit, door een patient, behoorende tot het Konink lijk Huis, thans ouder behandeling van voormel den doctor, aan hem overhandigd. De talrijke cliëntèle uit vele oorden des lands en ook uit den vreemde, waarvan velen reeds herstellende, hebben den geachten arts met dit welverdiende blijk van Koninklijke goedkeuring hartelijk ge luk gewenscht. Burg. en Weth. van 's-Gravenhage hebben ter openbare kennis gebracht, dat, op voorstel van den geneesheer bij de Badinrichting te Sche- vingen, het badseizoen zal worden geopend op Dinsdag den 7d8n Juni e. k. Bij de Woensdag gehouden akten-examens voor het middelbaar onderwijs zijn toegelaten voor Staathuishoudkunde en gronden der Staats inrichting de heer J. H. Dijkman Pzn.; voor gronden der Staatsinrichting Dr. J. Ten Brink; voor boekhouden de heer J. F. Nuboer Jr.; voor huisonderwijs in boekhouden de heer S. Monar. De tweede akte voor wiskunde verwierven de heeren J. Juring, van Nijkerk; W. F. H. Reesink en R. Van Putten, beiden van Deventer. Scheveningen, 25 Mei. Sedert eergisteren-mor- gen zijn alhier met belangrijke vangsten aange komen niet minder dan 50 schuiten. De Johannet Jacobus, stuurman P. Rouleveld, reeder M. De Niet Azn., die 17 dagen is afwezig geweest, besomde 1269eene schuit van den reeder J. Hoogenraad Dz., stuurman J. Rog, besomde ƒ1050, en eene van den reeder W. Verhey, nadat er reeds zoo veel visch was verkocht, dat er manden te kort waren, gisteren nog ƒ974. Deze laatste leverde 260 manden schol, of p. m. 7800 stuks. De oudste visschers herinneren zich niet dat immer zooveel schol is aangebracht. Men weet dat van deze vis- scherij, na aftrek van 20 pCt. voor den reeder, de reeder en visscher als deze vol-matroos, is ge lijk op deelen, met dat onderscheid dat de stuur man vijfvierendeel geniet. Westland, 25 Mei. De stand der gewassen in deze streek wekt over 't algemeen tevredenheid. Bij toenemende warmte vorderde het snijden der asperges in de voorgaande week tal van handen, al steken ze ook nu weder sedert een paar da gen door de koude trager het hoofd omhoog. De aardappelen staan op de meeste plaatsen zeer goed, schoon toch de nachtvorst hier en daar op dat gewas haar invloed heeft uitgeoefend. Dat ondertusschen, volgens berichten in dagbladen, aardappelschuiten uit het Westland naar Amster- hurst af te vaardigen, om den staat der Neder- landsche aangelegenheden grondig te leeren ken nen, waarna zij tot het herzenden van Leicester en het vermeerderen van haren bijstand beslui ten zou. Na dit antwoord keerden de gezanten huiswaarts en deden verslag er van in den Haag, op het laatst van Maart. In September verscheen hij met Valcke, uit Leicesters naam, ter Verga dering van Holland, met eene boodschap, voor welke men lang bevreesd was geweest, namelijk „of het niet geraden ware, op redelijke voor waarde, vrede te maken met den Spanjaard, waartoe hare Majesteit den Staten de.hand wilde leenen." Toen deze voorslag echter de uitwerking niet had, die de Graaf er vau verwacht had, maar juist zeer slecht opgenomen was, trachtte hij den Staten te doen gelooven dat Valcke en Menyn zijne meening slecht gevat hadden. Maar Menyn, die de slimheid gehad had de boodschap eerst schriftelijk in het Italiaansch te vertalen cn Lei- cester voor te lezen, bewees het tegendeel met het vertaalde stuk, dat hier en daar door Leices- ter verbeterd was. In 1589 werd Menyn naar Denemarken gezonden, om de moeilijkheden uit den weg te ruimen, die over den handel ontstaan waren, door het verhoogen der tollen en door de knevelarijen van 's Konings bedienden. Later werd hij gewikkeld in de veel gerucht makende zaak van Van Dorp, beschuldigd namelijk van onder handeling met Spanje. Gedagvaard en zich ver dedigd hebbende, werd hij niet dan onder hand- tasting ontslagen en van al zijne ambten ontzet. Kort daarna werd hij Historieschrijver van Hol land, met eene jaarwedde van 1200 gulden, waarbij Dordrecht er nog 300 voegde. Hij overleed in 1596. XXI. floris thin, secretaris der staten van utrecht. Floris Thin was iemaDd van grondige rechts kunde en een groot voorstander vaD de vrijheden van zijn vaderland. Hij was onder diegenen, die bij den Koning van Spanje appèl aantsekenden tegen de uitspraak van Alva, waarbij die van Utrecht, als schuldig aan Majesteitsschennis, van al hunne voorrechten en vrijheden beroofd wer den. Hij handelde heimelijk met Sonoy, om Utrecht van de Spaanschen te verlossen, en be klaagde zich op de Pacificatie van Gent over den overmoed der [Spaansche soldaten in Utrecht. Als lid der Algemeene Staten behoorde hij tot de Com missie, die aan Leicester te Leiden de onbeperkte landvoogdij kwam aanbieden en was dus bij onzen optocht tegenwoordig. Spoedig stond hij Leicester door zijne vrijheidsliefde, in den weg en behoorde in 1586 onder hen, aan wien het ver blijf in de stad Utrecht ontzegd werd. Hij ver voegde zich nu bij de Staten van Holland, kreeg wel is waar eene sauve garde van den graaf, maar moest nogtans vertrekken. Hij vestigde zich metterwoon te Gouda waar hij bleef tot na het vertrek van den Graaf, als wanneer hij weder in zijne vorige betrekking hersteld werd. Na den dood van den Graaf van Meurs ijverde hij zeer voor de aanstelling van Maurits tot Stad houder, maar stierf kort daarna in 1590. Aangaande het plébiscite zijn natuurlijk aller hande anekdoten in omloop. Een boer, die door zijn maire gefeliciteerd werd, dat hij zijn raad gevolgd, en met ja gestemd had, gaf ten antwoord: Het is de laatste maal, dat ik ja zal zeggen. Ik doe het niet weder. Waarom niet? vroeg de maire. "Wel meneer, zeide de landman, omdat de keizer misbruik van onze goedheid begint te maken. Eerst wilde hij president worden en wij hebben 't hem gemaakt; toen wilde hij Keizer zijn, en wij hebben 't hem gemaakt; nu wilde hij plébiscite worden, en ook dat hebben wij hem gemaakt. Maar nu hij zulke vreemde dingen in 't hoofd begint te krijgen, is het uit. dam zijn gevaren, kan waar zijn, maar vermoe delijk hadden zij dan meest asperges in. Toch staat dat hoofdproduct zoo, dat, zonder tegenspoed, eerlang de schuiten met nieuwe aardappelen het Westland wel zullen kunnen verlaten. De vruchtboomen zijn in vollen bloei; de druiven het weder in aanmerking genomen staan re delijk. Over 't geheel is nu, voordat men aan het wroeten van de aardappelen begint, het Westland wel een kijkje waard. 's-Gravenzande, 26 Mei. Aan het strand bij den Hoek van Holland hadden deze week proeven en oefeningen plaats met de aangevoerde red dingtoestellen, in tegenwoordigheid van bestuur en leden der Maatschappij tot redding van Schip breukelingen. Gouda, 26 Mei. In de vergadering van den Gemeenteraad van Dinsdag 11. zijn o. a. ingeko men eene missive van den Minister van Binnen landsche Zaken in antwoord op het verzoek om den driejarigen cursus der R. H. burgerschool te brengen op een vijfjarigen, houdende dat Z. E. dit verzoek in overweging weoscht te houden tot de maand September, en af te wachten of er alsdan een genoegzaam aantal leerlingen zal zijn om den vierjarigen cursus aan te vangen en onder gehoudenheid dat de gemeente de daar voor noodige vergrooting der localen voor hare rekening moet nemen eene missive van den Commissaris des Ko nings in deze provincie, houdende kennisge ving van de herbenoeming des burgemeesters door den Koning, en deelt de voorzitter mede, dat hij Zaterdag jl. den voorgeschreven eed in zijne nieuwe betrekking heeft afgelegd. De heer Buchner spreekt ook uit naam zijner medeleden hartelijke gelukwenschen uit en zijne verwach ting dat die herbenoeming vele goede vruchten zal opleveren voor deze gemeente. De leden be tuigen hunne instemming met toejuichingen en eene missive van den heer Bruinsma, der gemeente ingevolge testamentaire beschikking van Mejufvrouw de Wed. Feugen aanbiedende vier graven en honderd gulden; de vergadering be sluit tot het aanvaarden van deze aanbieding. Gemengde Berichten- Uit Breda schrijft men van 23 Mei: Eene on begrijpelijk lage baldadigheid heeft hier heden nacht plaats gehad, waarvan men den dader of de daders nog niet op 't spoor is kunnen komen. Men heeft namelijk bij een aantal ingezetenen en wel alleen wier winkels van groote spiegel ruiten voorzien waren, de ruiten met een diamant of ander scherp werktuig geheel beschadigd. Aan een grap van brooddronken jongelieden valt hier niet te denken; doch het blijft een raadsel wie zich aan zulk een boos opzet kan schuldig maken. Bij een magazijn waar de ruit van blinden voor zien was, heeft men boven de blinden de ruit met onreinheden besmeerd. Eergisteren morgen te hallvijf is te Charlois een vrouw in de haven gevallen onder een schuit; met veel inspanning is zij schijnbaar levenloos opgehaald, doch aan de ingeroepen geneeskun dige hulp mocht het gelukken, haar weder tot be wustzijn te brengen. Door de Haagsche keurmeesters van vee en vleesch is dezer dagen bij een slachter in beslag genomen en der politie ter begraving overgele verd een geheel geslacht ruDd van zeer slechte conditie, hetwelk in den nacht per vigilante frau duleus was ingevoerd. KOLONIËN. SURINAME. Paramaribo, 30 April. H. K. H. Prinses Frederik der Nederlanden heeft aan het Armbestuur der Nederlandsche Israë- lietische gemeente alhier, ten geschenke gezonden een prachtig mozaïek-kistje en een elegant gebor duurd voetenkleed, en wel om te strekken tot prijzen in de liefdadigheids-loterijen ten behoeve van de armen dier gemeente. L.l. Zaterdag heeft in het gouvernements hotel, voor den raad van bestuur, de plechtige installatie plaats gehad van den boschneger „Franz Bona", als opperhoofd der boschnegers in Boven-Suriname. Hoewel kleinzoon van het vroe gere opperhoofd „Arabie" had hij volgens de bij de boschnegers bestaande gebruiken geen aan spraak om als opvolger van het thans overleden hoofd in aanmerking te komen; doch uit over weging van zijne meerdere beschaving en de omstandigheid dat hij reeds sedert verscheiden jaren het Christendom had omhelsd, is hem, onder den invloed van het bestuur, deze eer te beurt gevallen. Binnenkort zal de installatie van kapit. „Adrai", als opperhoofd der Becoe- en Moesinga- boschne gers plaats vinden. De boschnegers vorderen eenigermate in be schaving; te Gauzé, in Boven-Suriname, zal onder de leiding van slechts vijf timmerlieden, eene kerk en eene woning voor den leeraar door hen worden opgebouwd; men telt daar ter plaatse een 300tal Christenen. Ook omtrent de Aucauer-boschnegers, langs de boorden van de Boven-Cottica en de Marowyne, ontvangt men betere berichten. De zendelingen 84 op S|*e I zij he respe lijk I Hvoli sohiei genie In klirni ondei |de oi 94%, zij h opku de sp of m( ƒ203.: tot 8 niet koopt wekt wat s scliul leid ihai toch klom van de 1? ƒ114, Opkvs Va get, |an I No éen c op d 119, Paciti bleef 67%, schill (area 1 Na terug «Ine ten, geluk tanen de g: als z het e Keize verde sten moet het uitgel De geruc de te

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1870 | | pagina 2