ring aan te vragen, daar toch de droogmaking van de Haarlemmermeer niet alleen zulk eene belangrijke verkleining van den boezem uitmaakt, maar ook die uitgebreide polder daarop moet loozen en alzoo den toestand verergert, zoo niet geheel veroorzaakt. Na ernstige overwegingen werd er besloten, dat het bestuur der afdeeling Alphen en omstre ken zich tot het hoofdbestuur zal wenden, onder mededeeling van het uitgebracht rapport, met het verzoek dat deze. aangelegenheid, waarbij de landbouw een zoo groot belang heeft, naar aan leiding van de conclusie van het rapport, in over weging zal genomen en het noodige zal gedaan worden, opdat aan de billijke verlangens der be langhebbenden zal worden voldaan. De commissie had bij de aanbeveling van eene kunstmatige uitstrooming te Katwijk mede op het oog de eventueele daarstelling van een haven aldaar, voor de stoomvaart naar elders, waardoor de geheele Rijnstreek en Leiden wel in de eer ste plaats zou gebaat worden. Tot oplossing der rioolquaestie beweert een Amerikaan een grooten stap te hebben gedaan, door de uitvinding namelijk van een scheikun dig procédé, waardoor hij bij gedeodoriseerde ri- oolstoffcn, die alle mestwaarde voor den landbouw verloren hebben, een soort van gisting bewerkt, die ze na verloop van eenigen tijd in het volle bezit stelt der eigenschappen, welke haar voor den landbouwer zooveel waard maken. Dit pro cédé wordt, in verband met het spoelrioolstelsel, sedert een jaar te Leamington in Engeland (War- wicksh.) toegepast. Op dit procédé opmerkzaam gemaakt, heeft het Haagsche gemeentebestuur besloten, daarnaar een onderzoek in loco in te stellen; en zoo zullen, naar men verneemt, eenige leden der commissie voor de plaatselijke werken met den gemeente architect en een ander technicus eerlang naar Leamington vertrekken. Als vervolg op hetgeen wij gisteren bereids van de algemeene vergadering der Maatschappij tot bevordering van nijverheid, mededeelden, ge ven wij, voor zoover die niet van privaten aard zijn, de verdere punten die daarop behandeld zullen worden: Het departementstelt voor, dat vanwege de Maatschappij een onderzoek worde ingesteld naar de voor- en nadeelen der machinaal ge vormde steenen, en de uitkomsten van het on derzoek zooveel mogelijk algemeen bekend ge maakt worden. Daar het zeker een weuschelijke zaak is dat, evenals in andere rijken, ook in ons Vaderland alle brandspuiten van dezelfde schroefverbindin gen voorzien zijn, waardoor alle slangen aan de verschillende spuiten kunnen worden gebezigd, wat bij toegesnelde spuiten uit naburige gemeen ten van zeer veel gewicht is, zoo stelt het depar tement voor, directeuren uit te noodigen zich te wenden tot den Minister van Binnenlandsche Zaken, met verzoek, de Commissarissen des Ko- niugs in de provinciën aan te schrijven, de aan dacht der gemeentebesturen op dit punt te vestigen. Door het departementwordt voorgesteld om, afwijkende van de door de Maatschappij toe gekende gewone belooning voor het beste Extract Journaal op Metereologisch gebied, belooningen toe te kennen aan gezagvoerder en eersten stuur man, voor het best gehouden scheeps-journaal of zoogenoemd Logboek, dat in allen deele voldoet aan nauwkeurigheid, duidelijkheid en eenvou digheid in de omschrijving der voorvallen, gedu rende eene reis; vooral dan, wanneer bijzondere gebeurtenissen hebben plaats gevonden, als b. v. de omschrijving der hulpmiddelen, die zijn aan gewend tot herstel van averij aan schip en tuig en de wijze waarop daarmede is gehandeld. c. Verbetering van het lot der ambachtslieden en van allen, die door handen-arbeid hun brood verdienen, is ontegenzeglijk een der eischen van onzen tijd. De departementen onzer maatschappij kunnen met beleid en voorzichtigheid nog veel goeds tot stand brengen, maar hebben daartoe de medewerking der bazen noodig; juist die stand wordt onder de leden der maatschappij te weinig aangetroffen, en een der voornaamste redenen is gelegen in de voor hen te hooge con tributie. Het departementstelt daarom voor eene wijziging der wet, in dier voege, dat het eerste lid van art. 70 aldus veranderd worde: „De departementen storten jaarlijks, voor elk hunner leden, eene soui van 1.50 in de kas der maatschappij", en dat art. 71 geheel kome te vervallen. d. Het departementstelt voor dat directeu ren zullen worden uitgenoodigd, op de algemeene vergadering in 1871 een voorstel in te brengen van reorganisatie van het Tijdschrift der maat schappij. Naar het oordeel van het departement is eene reorganisatie noodig, omdat het Tijdschrift minder belangrijk is dan de tijdschriften van andere maatschappijen, soms van veel minderen omvang en minder aanzien dan onze maatschapij en omdat de gezamenlijke kosten niet in verhou ding staan tot het gezamenlijk geleverde. Het de partement wenscht, dat bij het voorstel tot reor ganisatie van de volgende beginselen zal worden uitgegaan: 1*. dat de commissie van redactie zal worden benoemd door directeuren, uit directeu ren; S'. dat de commissie zich telken jare de vaste hulp zal kunnen assumeeren van een redac teur, door haar, behoudens goedkeuring van direc teuren, te benoemenen dat 4°. op het formaat en de drukkosten enz. van het Tijdschrift zooals het nu is, zooveel zal getracht worden te bespa ren, dat de kosten der nieuwe inrichting blijven onder, en in geen geval zullen gaan boven die der oude. e. Het departementverlangt, dat de inrich ting van het Tijdschrift zoo worde geregeld, dat 1'. op den eersten van elke maand (gelijk, naar het departement vermeent, ook de oorspronkelijke bedoeling is geweest) een stuk in handen kome van de leden, met dien verstande, dat juist niet alle maandnummers even groot worden, maar op het einde, van het jaar het bepaalde aantal vellen druks volledig zij2'. dat, vermits thans niet nopens alle takken van nijverheid, in de gewenschte vol ledigheid of beteekenis in het Tijdschrift opstellen of mededeelingen voorkomen, het noodzakelijk schijnt daarin de noodige verbetering aan te bren gen, weshalve het Hoofdbestuur verzocht zal wor den 1°. na te gaan over welke vakkeu (speciaal o. a. die der fabrieksnijverheid en de nijverheids- quaestiën van den dag) meer en beter zal gere fereerd behooren te worden; 2°. hoe dit op de beste wijze zal kunnen geschieden; 3°. verneemt het departement, dat een geregeld en voortdurend overleg tusschen de verschillende leden der redactie en zoo noodig aanvulling dier redactie voor de onvolkomen behandelde onderwerpen daaraan bevorderlijk zal kunnen zijn. f. Het is eene algemeen erkende waarheid, dat monopoliën op het gebied der voortbrenging den prijs der producten verhoogendat vrije mede dinging daarentegen eene zuivere verhouding schept tusschen waarde en prijs. Er zijn nog takken van nijverheid in ons vaderland, waarbij de inmen ging der regeering de vrije nijverheid weert en aan enkele producenten een volstrekt monopolie, aan anderen bijzondere begunstiging verleentdeze zijn: 1". de vervaardiging van lakensche kleeding en van schoeisel voor het leger, waarvan de ser geanten kleer- en schoenmakers bij elk regiment en de gevangenen in de rijks-gevangenissen het monopolie genieten; 2'. de levering van sokken, voeringbaai en verscheidene andere goederen, waarbij de rijks-gevarigenissen, de rijks-bedelaars koloniën en verschillende armen- en werkhuizen den voorrang hebben boven de particuliere indus trie. De regeering bepaalt dan zelve de prijzan dier goederen. De openbare aanbestedingen van verschillende kleedingbehoeften voor 1869 en 1870 hebben vele prijzen sterk doen dalen, zonder de hoedanigheid te verminderen. De ervaring heeft dus opnieuw de genoemde oeconoinische waarheid bevestigd. Het departementstelt derhalve voor, dat de Maatschappij zich wenden zal tot de Regeering, met het verzoek om1". den tot nu toe nog ten deele gevolgden weg van monopolie en protectie te verlaten, door de vervaardiging met de prijs bepaling van alle kleedingbehoeften voor het leger, zonder onderscheid, geheel aan de openbare concurrentie over te geven; 2*. de keuringen der geleverde kleedingbehoeften voor het leger in het algemeen op te dragen aan op elk speciaal ge bied ervaren keurmeesters of deskundigen. Voorts zal worden beraadslaagd over de voor gestelde prijsvragen. IV Welke is de toestand der houtcultuur in Nederland in vergelijking tot het buitenland? Welke middelen kunnen worden aangewend tot verbetering der houtcultuur in Nederland? Uit- loving 2°. De proeven om stoomketels te verwarmen door verbranding van petroleum hebben tot nog toe tot geen gunstigen uitslag geleid. Het depar tement stelt daarom voor de navolgende prijs vraag uit te schrijven: Hoe moet de vuurhaard onder stoomketels ingericht worden om, door verbranding van petroleum, met voordeel de steenkolen door deze brandstof te doen vervan gen. De Maatschappij looft hare gouden medaille uit aan hem die voldoende bewijzen levert, zoo danige inrichting te hebben daargesteld of doen daarstellen, en tevens dat het gebruik met voor deel gepaard gaat. Antwoorden in te zenden vóór 3U September 1872. 3'. Daar er vele lijders zijn, wien door de genees kundigen voorgeschreven wordt het gebruik van elastieke weefsels, als daar zijnkousen, sokken, kniestukken enz., en welke voorwerpen uit het buitenland hier ingevoerd worden, en de prijzen over het algemeen te hoog zijn, zoo looft de maat schappij hare medaille of gulden uit aan hem, die in ons land zulke voorwerpen vervaar digt en in den handel brengt tot een concur reerenden prijs met het buitenland. i'. Onder de voorwerpen van algemeen gebruik, die voor verbetering en meerdere volmaking vat baar zijn, worden door het departement gerekend te behooren de Kranen. Het departement acht het niet van belang ontbloot, dat op de vervaardiging van een verbeterd soort van kranen de aandacht van heeren fabrikanten worde gevestigd, door een omtrent die zaak uit te schrijven prijsvraag. Vermits er echter veel verschillende soorten van kranen bestaan, is het raadzaam dat men zich bij het uitschrijven der prijsvraag tot éene soort be- pale. Naar aanleiding hiervan stelt het departe ment de volgende prijsvraag voor. De maatschappij vraagt de inzending van koudwaterkranen, die eene drukking van drie atmosfeeren kunnen weerstaan. Voor het bestgekeurde exemplaar wordt door de maatschappij een prijs van f... uitgeloofd. Bij de inzending moet de prijs van de kraan worden opgegeven. 5°. De maatschappij looft hare gouden medaille uit aan den Nederlandschen handelaar, die gedu rende de jaren 1870, 1871 en 1872 in Nederland zal hebben ingevoerd en ter markt gebracht 1000 kilo van het Boomvet van Borneo, genoemd Min- jak Tangkawang. Antwoorden met bewijzen en getuigschriften in te zenden vóór 30 Sept. 1872. 6°. De Maatschappij verlangt eene geschiedenis der Nederlandsche ambachts- en fabrieks-nijver heid en kunstvlijt van de oudste tijden tot heden, vooral ook met het oog op de ontwikkeling der nijverheid in naburige staten. 7°. De Maatschappij looft hare gouden medaille uit voor eene wetenschappelijke vergelijking van het lot der werklieden in de verschillende vak ken van volksvlijt, als landbouw, fabrieks- en handwerksnijverheid, koophandel, zeevaart en visscherijen, voor zoover Nederland of een streek van Nederland betreft, uit welke vergelijking zal moeten blijken in welk vak de Nederlandsche werkman in het algemeen, of in een bijzondere streek, het meest overeenkomstig zijn aard en tot zijn levensgeluk werkzaam is. Bij deze ge volgtrekking moet ook de toestand van de uit oefenaars van den kleinhandel en van andere onafhankelijke kleine broodwinningen in ons land in aanmerking worden genomen. Ter mijn van beantwoording 30 September 1873. 8'. De Maatschappij wenscht een vergelijkend statistisch overzicht der voornaamste takken van Nederlandsche nijverheid, landbouw, fabrieks-en handwerks-nijverheid, handel en visscherijen, waaruit de betrekkelijke waarde van elk dezer takken voor Nederland blijke. De gouden me daille wordt hiervoor uitgeloofd. Termijn van beantwoording 30 September 1873. Dr. A. Beer, hoogleeraar aan de polytechni sche school te Weenen in Nederland vooral bekend door zijn brochure over de wetsontwer pen op het hooger onderwijs ambtenaar in buitengewonen dienst bij het ministerie van on derwijs te Weenen, heeft ontslag gevraagd uit laatstgenoemde betrekking. Eene dame te Venlo is benoemd tot volontair bij de staats-spoorwegen, om werkzaam te zijn op het station aldaar. Voor zoover men weet, is dit hier te lande het eerste voorbeeld, dat eener vrouw dergelijke be trekking te beurt viel. In het buitenland, in En geland, Frankrijk, Duitschland, België, enz., is men reeds jaren geleden tot dien maatregel over gegaan. Bij beschikking van den 12d,n dezer, n*. 2174, afdeeling Telegraphie, heeft de Minister van Fi nanciën als leerlingen voor de Telegraphie toe gelaten: M. J. Coster, P. Corver, A. Van Maurik, J. H. L. Offerhaus, L. II. Engelbrecht, P. B. Van Swieten, S. E. Henkers, B. G. Van Enck en W. A. Rühling, Rijkstelegraafklerken te Amsterdam, J. P. Schoonhoven, Rijkstelegraafklerk te Zwolle Jhr. S. Tjarda van Starckenborgh Stachouwer, te Breukelen; A. Kolling, te Maasland; J. W. Over- bosch, te Zutfen; A. Luteyn, te Breskens; W. P. Van West en J. Weimer, Rijkstelegraafklerken te Rotterdam; T. Zoeter, Rijkstelegraafklerk te Dordrecht; A. F. Van Gooi, Rijkstelegraafklerk te Breda. Z. M. heeft aan J. M. Coenen, kapelmeester van het muziekkorps der dienstdoende schutterij te Amsterdam, den personeelen rang verleend van 2den luitenant bij die schutterij. Z. M. heeft herbenoemd tot burgemeester: van Gouda, Mr. A. A. Van Bergen Yzendoornvan 's-Gravenhage, Jhr. Mr. F. G. A. Gevers Deynoot; van Oudekerk a|d. IJsel, W. v. Waning, secretaris dier gemeente; van Vlaardingen, P. K. Drossaart; van Broek, G. W. C. Van Dort Kroon, secretaris dier gemeente. Amsterdam, 12 Mei. lieden had in het gebouw der Maatschappij tot Nut van 't Algemeen alhier, de achtenveertigste jaarlijksche algemeene ver gadering plaats van het Genootschap lot zede lijke verbetering der gevangenen. Vele afgevaar digden uit verschillende deelen des lands waren daartoe opgekomen. De bijna SOjarige Willem Hendrik Suringar, de eenige der nog levende stichters, had het voorrecht de Vergadering te kunnen presideeren en met een rede in te leiden, bevattende een aantal wenken en opmerkingen over het patronaat voor ontslagen gevangenen. De spreker had daartoe aanleiding gevonden in een verzoek om advies over 24 gestelde vraag punten, tol hem gericht door een onlangs door te I ach tertroi met d de Hoi Tot Levy. -Gi Z. M. den Keizer van Frankrijk benoemde staats- groote commissie. De slotsom van sprekers oordeel was, iwaarb: dat hij, hoewel zeer gestemd voor het verleenei zienlijl van raad en zoo noodig van tijdelijke geldelijke hulp aan ontslagenen en van eenig particulier toezicht op jeugdige ontslagenen, zich ten stellig, ste verklaarde tegen officieel patronaat, hetgeeo in een kantoor zou ontaarden tot bijzondere be scherming van vroeger veroordeelden, ten koste van tal van eerlijke menschen en jongelingen. Spr. knoopte aan het gesprokene eene krachtige aanbeveling vast van het stelsel der afzonderlijkelyan B opsluiting, daarbij met het oog op het bederf der1 midda gevangenen in de gemeenschap, de woorden van zachte dr. E. Laurillard tot de zijnen makende: om It theiJ witten gebruikt men geen pot met zwartsel. Vervol denho gens droeg de heer A. A. Stuart, secretaris van Cmnzik het genootschap, het verslag voor over het afge-liegen loopen genootschapsjaar. Het kenmerkte zich door het e een aantal hoogst opmerkelijke zaken in verband kleiui met het hier en daar allengs veldwinnen van over het stelsel van afzonderlijke opsluiting der ge- hel i vangenen. Zoo werd o. a. gewezen op den aan wille drang der meerderheid in de volksvertegenwoor- I de o diging in Oostenrijk tot uitbreiding daarvan, bij jkenni de Oostenrijksche Regeeriug; op de bepaling Imbes iu het ontwerp-strafwetboek voor den Noord- Duitschen Bond, dat de afzonderlijke opsluiting tot den tijd van zes jaren kon worden opge legd en zooveel langer in afzondering kon wor den doorgebracht als de gevangene dus binnen den hem opgelegden straftijd mocht verlangen. Ook wees hij er op, dat een afgevaardigde uit Fin land hier te lande de resultaten van de cellulaire gevangenisstraf was komen opnemen, en dat het genootschap was uitgenoodigd tot bijwoning van een in 1871 of in 1872 door eenige Noord-Ame rikanen ontworpen sociaal congres over gevan genisstrafstelsel, hetgeen het hoofdbestuur had aangenomen, hebbende het zich alleen veront schuldigd wegens de niet-bij woning van het in September e. k. te Cincinnati te houden congres van voorbereiding. Spreker deelde verder mede, dat voor ontslagen gevangenen, waaronder vele jeugdige, dit jaar ruim 7000 door het genoot schap was uitgegeven, en vele bemoeiingen wa ren geschieddat het genootschap o. a. den Mi nister van Justitie zijne medewerking had ver leend tot het geheel voor rekening daarvan in het opvoedingsgesticht te Zetten opnemen van de thans door Z. M. den Koning begenadigde Dirkje Veldhuizen. Ten aanzien van het thans aanhan gig wetsontwerp tot afschaffing der doodstraf had het hoofdbestuur eenparig gemeend een lijde lijke houding te moeten aannemen, omdat de re geling dezer gewichtige zaak op zich zelve was voorgesteld buiten eenig verband tot het straf stelsel. Mocht het voorstel worden aangenomen, dan hoopte het hoofdbestuur krachtige pogingen aan te wenden om een uitbreiding van het stel sel van afzonderlijke opsluiting in de strafwet te doen opnemen. De vergadering keurde deze hou ding van het hoofdbestuur goed. De heer Mr. J. A. Jolles, uit 's-Gravenhage, honorair hoofdbe stuurder, deelde intusschen mede, dat hij in een heden iu het Weekblad van het Recht opgenomen artikel krachtig had aangedrongen, om bij boven gemeld wetsontwerp de bevoegdheid te geven om de levenslange en langdurige tuchthuisstraffen, al thans voor een zeker aantal jaren, in afzondering te doen ondergaan. Ook vestigde spreker de aan dacht op het in de Slaats-Courant van heden voor komende bericht nopens een uitbreiding van het cellulaire gevangenisstelsel in België, bij de wet aangenomen. Nadat de rekening en verantwoording op voor stel van de tot onderzoek daarvan gecommitteerde afgevaardigden van Zutfen en Woerden was goed gekeurd, werd op voorstel van de afdeeling Woer den de thans te Amsterdam woonachtige S5ja- rige Dr. J. De Brauw, sinds 38 jaren lid en voorzitter der Woerdensche afdeeling, wegens zijne gewichtige aan het genootschap bewezen diensten bij acclamatie tot eerelid daarvan be noemd. Ten slotte hadden langdurige discussiën plaats over de zorg voor jeugdige ontslagenen. Eindelijk besloot de vergadering, om, aangezien de wet van haar genootschap reeds alles bevatte wat hieromtrent verlangd werd, deze althans voor het tegenwoordige te laten zooals zij was, doch bij circulaire de afdeelingen uit te noodigen om, behalve voor de benoeming van correspondenten op zoovele plaatsen mogelijk, ook zorg te dragen van de aanstelling van tot toezicht, vooral voor jeugdige ontslagenen, bevoegde personen uit alle klassen der maatschappij. Naar men verneemt, zal de zooveel gerucht makende zaak van Dr. F. S. Elders uit Haarlem, beschuldigd van het afgeven van een valsch cer tificaat, constateerende de krankzinnigheid van een ingezeten uit die gemeente, op Dinsdag 24 Mei e. k., voor het Provinciaal Gerechtshof alhier worden behandeld. In de hedenavond gehouden vergadering der kiesvereeniging Burgerplicht is, na eene belangrijke inleiding van Mr. Van Nierop en na discussiën, waaraan ook door de heeren Pijnappel, Heineken, Domela Nieuwenhuis en Westerman werd deel genomen, op voorstel van den voorzitter, met

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1870 | | pagina 2