X°. 3100, Donderdag A°. 1870. 31 Maart. n val zo ai noc Irose da; wilt i-Coj vroi i k dtl doc )ode! Bal LEIDSCH DAGBLAD PRIJS DEZER COURANT. Voor Leiden per 3 maanden3.00. Franco per post3.85. Afzonderlijke Nommers0.05. Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen, uitgegeven. PRIJS DER ADVKRTKNTIKN. Voor iederen regelj 0.15. Grootere letter naar de plaatsruimte die zij beslaan. 69. eeoi; Pa 041' ,rce3c: 345,v Amr i 2d r 1 8/» 3. I' ll. f' ksi lif Rota* 12. FM ■•dl" pot' I.eidcn, 30 Maart. BUITENLAN DSCH OVERZICHT. De publieke aandacht was in de afgeloopen week en is nog gevestigd op hetgeen in Frank- r(/k voorvalt. Eindelijk mag men daar toch spre ken van le couronnement de l'édifiee. Den 21"'° Maart richtte Napoleon III tot zijn minister 01- livier een brief, waarbij hij eene herziening van de despotieke constitutie van 1852 in meer con- slitutioneelen zin voor gewenscht en noodig ver klaarde. Aan dien wensch is Maandag II. voldaan door bij den Senaat een voorstel in te dienen, ten gevolge waarvan dit Lichaam, bij goedkeuring, zijn eigen vonnis zal vellenvan grondwetgever, van grondwetbewaker wordt dan de Senaat een eenvoudige Eerste Kamer, die met de Tweede Kamer en den Keizer de wetgevende macht deelt. Vrijdag aanstaande zal dit hooge college van staat daarover beslissen. De zaak, die de aandacht in Frankrijk en ook iu het buitenland naast de wereldgebeurtenissen getrokken heeft, was het proces van prins Pierre Bonaparte, die naar het hooggerechtshof van Tours was verwezen wegens moord op Victor Noir en poging tot moord op den heer Ulric De Fonvielle, maar die na een vijfdaagsch debat, waarvan naar alle zijden van Europa verslagen werden gezonden, op alle punten van aanklacht is vrijgesproken. Deze uitspraak baart veel op- tien en misnoegen. De Timet, het blad dat de publieke opinie in Engeland het meest vertegenwoordigt, noemt die vrijspraak eene beleediging van het rechtsgevoel in Frankrijk. Het antwoord op de vertoogen bij den Paus, zijn deu minister van buitenlandsche zaken, den graaf Daru, overhandigd. Hoewel het Journal Officiel van liet keizerrijk met geen woord daarvan gewaagde, meenden organen, die aangemerkt worden als onderden invloed van liet ministerie le staan, te kunnen verzekeren, dat de Paus geweigerd heeft een bijzonderen zaakgelastigde op het concilie toe te laten. Te Creuzot vonden weder arbeidstakingen, ver gezeld van onrustige bewegingen, plaats. Volgens de laatste berichten zouden de gemoederen be daard zijn. Koning Wilhelm van Pruisen beleefde de af geloopen week zijn 78"'" geboortedag. De vorsten die deel uitmaken van den Noord-Duitschen bond, hebben vele bewijzen van deelneming en hoog schatting gegeven. De Rijksdag van den Noord-Duitschen bond heeft de wet op het in circulatie brengen van banknoten bij de derde lezing aangenomen, nadat liet recht van de bank te Greiz behoorlijk was besnoeid, bij welke gelegenheid de vorstelijke regeering van Hendrik XXIV van Reusz-Greiz uudere linie tevens eene terechtwijzing ontving voor de schennis der grondwet, die in 1869 aan dit staatje werd gegeven, doch die de lands- vaderlijke regeering als scheurpapier beschouwt, zonder dat de trouwe onderdanen eenig blijk van ontevredenheid geven. De bondskanselier maakte geen bezwaar tegen die terechtwijzing en ondersteunde zelfs de aanmerking, zeker ver getende dat eerst de indemniteit van 1S66 hem allaat heeft gegeven voor de constitutioneele zon den, door hem zeiven bedreven. Het kopijrecht van schrijvers en photographen maakt verder een onderwerp van discussie uit, waarover het laatste woord nog niet is gespro- hen. De quaestie der doodstraf is in tlalu quo ge bleven, doch de debatten over hetzelfde ontwerp in de Fransche Kamer zullen daar wel veel goed aan kunnen doen. De Koning heeft zich uitgelaten dat hij nooit in de afschaffing zal toestemmen, omdat hij dan geene gratie meer zou kunnen gevenhij ziet in het amendement Lasker een steek naar de kroon en een inbreuk op de prerogatieven van den gezalfde Gods. De anti-militaire beweging in de Zuid-Duitsche Staten wint dagelijks veld. In Wnrtembcrg heeft de meerderheid van de Kamer van Afge vaardigden den lla°" Maarteen voorstel ingediend, om het leger en voornamelijk den diensttijd te verminderen. Den 20'"" Maart werd in eene bijeenkomst van gedeligeerden van 50 hoofdplaatsen van Wurtemberg een besluit aangenomen, waarvan de eerste paragraaf aldus luidde: De meeting maakt ter uitvoering van het man daat van hare medeburgers, bekend, dat hel adres aan de Kamer van Afgevaardigden, vast gesteld in de algemeene vergadering van de de mocratische partij op 6 Januari, en waarbij aan gedrongen werd dat de volksvertegenwoordiging al de in hare bereik liggende middelen zou aan wenden om de regeering er toe te brengen de voor het land zoo noodlottige wet op de militaire dienstplichtigheid van 1868 te wijzigen en haar zoo spoedig mogelijk eene nieuwe wet in te die nen, door 111,000 inwoners onderteekend is. Deze manifestatiën hebben eene ministerieele crisis teweeggebracht en meer bepaald het aftreden van den minister van oorlog- De Wur- tembergsche Kamer is verdaagd. De minister Von Varubiiller, die het b«z warend geheim tractaat in 1866 met Pruisen sloot, heeft echter zijn portefeuille behouden. Door den afgevaardigde Schott geïn terpelleerd over de casus foederis, of met andere woorden over den aard der verplichtingen door liet geheim tractaat aan Wurteniberg opgelegd, heeft de heer Von Varnbüller verklaard, dat zoo lang hij minister bleef, hij niet zou dulden dat dit verdrag geschonden werd; hij zou er voor waken dat Wurteniberg zich niet onttrok aan de eerlijke en stipte uitvoering van de op zich ge nomen verplichtingen, en niet zou weigeren om zich onder de andere Dnitsche legers te scharen, wanneer liet de verdediging van de geheelheid van het nationaal grondgebied gold. De minister van binnenlandsche zaken in Oostenrijk, Von Giskra, heeft zijn ontslag inge diend en verkregen. Hij had zijn wetsontwerp tot invoering van j een nieuw kiesstelsel aan den keizer onderwor- i pen, die het echter niet ongewijzigd wilde aan- 1 nemen; de voorstellen tot wijziging werden in den ministerraad gebracht, doch de ambtgeuoo- ten van Von Giskra weigerden dit nieuwe ontwerp nog vóór Paschen in behandeling te brengen, en de minister, ontevreden dat er zooveel wordt ge praat en zoo weinig gehandeld, en nog meer ontevreden dat men zijn zin niet wilde doen, vroeg en verkreeg ontslag. De toestand van het kabinet werd daardoor steeds moeilijker. Giskra was het eigenlijke hoofd van het kabinet, en daar hij ad interim tevens belast was met de por tefeuille van buitenlandsche zaken, zitten de hee- ren Von Hasner, Herbst en Von Brestel niet weinig verlegen met zijn aftreden. Men wil dan ook, dat het ontslag van alle ministers weldra zal volgen; ook het orgaan der regeering, de Neue Freie Preste, laat zich in dien geest uit. Een voorstel van den afgevaardigde Mayrhofer, die wensclit dat Oostenrijk het voorbeeld zal ge ven van eene ontwapening op liet vasteland van Europa, heeft schipbreuk geleden op de verkla ring der Regeering, dat -zulks onmogelijk was. Te Pesth is de Deak-partij (de linkerzijde) ijverig in de weer, om een of meer vertegen woordigers in het Hongaarsch ministerie te doen plaats nemen, terwijl de benoeming van den heer Lonyay tot minister van financiën der heide rijkshelften steeds achterwege blijft, en een ge rucht zelfs zegt, dat deze staatsman in het private leven vvenscht terug te keeren. Het kabinet in Spnnje heeft eene wijziging ondergaan. De eenige unionist, die daarin zit ting had, de admiraal Topete, heeft zijn ontslag gevraagd en verkregen. Zijn opvolger is de heer Beranger. De aftreding van Topete was het gevolg der breuk tusschen de progressisten en unionisten, naar aanleiding van de finantieele voorstellen der regeering. Deze wil de schatkist biljetten, welke nog in portefeuille zijn, bezigen tot dekking van liet tekort over 1868 en 1869, bovendien de mijnen van Riotinto verkoopen en op die van Alinada en de zoutwerken van Tor- revieja eene leening sluiten. Aan die voorstellen hechtte de unionistische partij hare goedkeuring niet; maar de ware oorzaak van hare oppositie ligt niet in de regeeringsvoordrachten, maar in het plan der regeering om den hertog van Mont- pensier wegens diens duel te vervolgen. Wordt deze gestraft, dan zal zijn minste straf wezen verbanning van de plaats van het duel en verlies van burgerrechten voor een zeker aantal jaren. In dat geval was de candidatuur van Montpen- sier zoo goed als verijdeld. Om dat te voorkomen wilden de unionisten het kabinet doen vallen, alvorens die toeleg was gelukt. Zij werden in hun plan gesteund door de republikeinen en de reactionairen. Het amendement van die partij in de Cortes voorgesteld, werd echter met 12:3 tegen 116 stem men verworpen, zoodat hun wensch niet is ver- j wezenlijkt. De voordracht tot dekking van de schuld is later met 125 tegen 73 stemmen aan genomen. De 40 unionisten onthielden zich van de stemming. Het wetsontwerp voor de veiligheid van per sonen en goederen in Ierland is door het Par lement in Engeland voor de derde maal gelezen en behoeft nog slechts de goedkeuring van liet Hoogerhuis om afgekondigd te worden. Uit Wesikerke (eiland Tholen) wordt ons met verzoek tot plaatsing liet volgende bericht, on derteekend door zekeren heer M. L. Seijbel, die zich secretaris der hoofd-commissie noemt, toe gezonden „Met zekerheid kan bericht worden, dat de tot lid der hoofd-commissie uitgenoodigde heeren, die met het Ned. volk het voornemen willen ten uitvoer brengen om H. K. H. Prinses Marie der Nederlanden uit Nationale hulde en hoogachting een huwelijksgeschenk aan te bieden, bij gele genheid van Haar huwelijk met Z. K. H. Prins Von Wied, op Zaterdag den 9den April a. s. des ochtends te 10 uren te Amsterdam, Keizersgracht bij de Vijzelstraat AA. 24, zullen vergaderen, ten einde de meeste maatregelen ter uitvoering van dit plan te bespreken; dat die heeren, welke vroe ger zich reeds aangegeven en geen bericht ont vangen hebben, nu als sub-commissiën beschouwd en vriendelijk uitgenoodigd worden, met de hoofd commissie tot dat doel te willen medewerken. „De namen der leden van de hoofd-commissie, alsmede liet verslag der l"'.! vergadering zal aan de reeds bekende sub-commissiën spoedig wor den toegezonden, zoo ook aan die heeren, welke zich bij ons nog kenbaar willen maken mede werkzaam te zijn." Bijzondere lust en opgewektheid om zich in den wapenhandel, de gymnastie en de edele rijkunst vaardig te maken; gestadige oefeningen en goede leiding mag men onbeschroomd de eigenschappen van ons garnizoen noemen, blij kens de afgelegde proeven die wij gisterenavond met veel genoegen bijwoonden. Dubbel genoeg lijk omdat wij, ofschoon niet op militair vertoon gesteld, de manschappen werkzaam zagen voor een werk des vredes, een liefdadig doelde ver zorging van behoeftige natuurgenooten. Wij vin den liet een flink denkbeeld om de practisclie ervaring van den militairen stand, bij de twij felachtigheid of ons dierbaar plekjegronds wel door gevaar zal worden bedreigd, ten minste voor iets, en wel in het belang der maatschappij te be nuttigen. Op deze wijze wordt er nog eenige rente, al is die zeer weinig, genoten, voor de jaarlijksche tonnen scliats die het land aan ons militairwezen offert. Deze denkbeelden drongen zich onwillekeurig bij ons op, toen wij van het assaut, dat gisteren avond door het 4d' reg. infanterie en liet 4J« reg. huzaren len vtordeele der algemeene armen dezer ge meente, in de manége der Doelen kazerne gegeven werd, huiswaarts keerden. Eene nationale decoratie, die in eene goed ver lichte en fraai gebouwde zaal oneindig beter zou hebben uitgekomen, was langs de wanden der niet veel meer dan een loods te noemen manége aangebracht. Op den achtergrond zag liet ani- phitheatersgewijs zittend publiek op de buste van Z. M. den Koning, omgeven van eene wapen tropee, uitgedost in de nationale kleuren; en dit weder te midden van twee schilden, waarop met groote zilveren en gouden letters: „Voor Koningen Vaderland I" en „Met God voor Oranje en Nederland!" De zijmuren waren eveneens versierd met oranje-vlaggen, allegoriën, provinciale en stede lijke wapenen en schildborden, waarop wij van ter zijde Waterloo, Quatre Bras en Van Speyk meenden te lezen. En dit alles werd opgeluisterd door palmslingers, die om de balken onder de dakpannen prijkten. De algemeene armen zullen een goede gift ontvangen, want er was nog al publiek opgeko men en in de eerste rij zag men onzen burger vader. Ook merkte men vele andere civiele en uit den aard der zaak militaire autoriteiten op. Te halfacht nam het militair schouwspel een aanvang. De degen-, sabel en stokpartijen werden met veel juistheid en behendigheid uitgevoerd. Menigmaal was het lachverwekkend om te zien hoe die vlugge kleintjes van het 4d« en de behendige huzaren elkander toetakelden met kor ten of langen stok, savate of sabel. Menigeen muntte uit door vaardigheid in het afweren of toebren gen van slagen en stooten, en zoo een „he onder het publiek was voor den bekwamen in fanterist of cavalerist de grootste zelfvoldoening. Voor verscheidenheid en elk wat wils was ook zorg gedragen, en zoo had men voor de lieve kleinen die naast Pa en Ma den geheelen avond uitbundige pret hadden, een soort arlequinade opgedischt, die hij wat meerdere kortheid niets van hare waarde zou verloren hebben. Eindelijk ving de tweede afdeeling aan: gym nastiek, carroussel en apothéose. Om dit gedeelte den lof toe te brengen waarop het aanspraak had, kunnen wij niet beter zeggen dan dat hel, vooral wat de rijkunst betrof, een getrouwe weerslag was van Carré's vertooniiigen op de kermis. Menig huzaar die onverschrokken over drie of vier paarden sprong of duikelde, die op liet on- gezadeld paard slaande de manége rondreed, of die op het ongezadeld paard in vollen draf en galop met eene zwierige vlugheid sprong, zouden in liet Cirque Carré geen slecht figuur maken. De gymnastische toeren op de brug of aan de ringen getuigden bij den een van spierkracht, bij den ander van buigzaamheid, bij gene weder van waaghalzerij. Het degelijkste gedeelte van den avond was het carroussel rijden door 12 fiksche onderofficieren in volle wapenrusting. Zij bewezen met goed gevolg de hoogere rijkunst beoefend te hebben. De avond werd besloten met een soort apo théose, waarbij de Nederlandsclie vlag onder ver lichting van bengaalsch vuur en het zingen der volksliederen werd verdedigd. Het geheele per soneel van den avond nam daaraan deel. Het publiek legde herhaaldelijk gedurende den avond zijn tevredenheid aan den dag; wij zijn zoo vrij een gedeelte daarvan toe te kennen aan de heeren meesters in de scherm- of rijkunst, wier leerlingen toonden zoo goed partij van bun onderricht te hebben getrokken. Eene missieve van den minister van binnenI. zaken, van 8 Maart jl„ n°. 201, houdt in, dat in sommige gemeenten bij de volkstelling de inschrij ving der kolommen „woonplaats" Ila en 1)4 veel te wenschen overlaat, waardoor men eene reeks personen zoogenaamd tijdelijk aanwezig verkrijgt, die, daar zij werkelijk wonen in de gemeente der beschrijving, in geene andere als tijdelijk afwezig zullen worden teruggevonden. De minister wijst, met vermelding van vroegere circulaires, er op dat bij elke nieuwe inschrijving, naar aanleiding van de opgaven getrokken uit de biljetten der volkstelling, stipt behoort te worden gelet op de voorschriften vervat in de artt. 16 tot en met 18 van Zr. Ms. besluit van 3 Nov. 1861 (5(4. n°. 94), en alzoo geen persoon in een bevolkingsregister moet worden ingeschreven, zoolang men niet ver zekerd is dat hij is afgeschreven uit het bevol kingsregister zijner vorige woonplaats. Voor de maandelijksclie opgaven van den loop der bevolking komen enkel in aanmerking de verhuizingen, welke werkelijk gedurende elke maand zijn geschied. Ook de stipte naleving van die opmerking wordt aanbevolen om verwarring te voorkomen. Dezer dagen werd te Amsterdam eene alge meene vergadering gehouden van het in 1790 aldaar opgericht genootschap van genees- en heel kunde. Daarin werd den werkkring der vereeni- ging eene richting gegeven, die meer met de geneeskundige wetgeving van 1865 in overeen stemming is, door thans ook de natuurkundige wetenschappen in haren vollen omvang ouder de werkzaamheden op te nemen. Overeenkomstig de nieuwe roeping van het genootschap werden door de vergadering een aan tal nieuwe gewone leden benoemd, grootendeels uit natuurkundigen van prosessie en eenige jon gere geneeskundigen. Voor Leiden komen daar onder voor de heeren: Dr. P. L. Rijke, Dr. N. \V. P. Rauwenlioff, Dr. E. Selenka en Dr. W. F. R. Suringar. Door liet Nederlandsche Humhoidts comité is eene circulaire verspreid, om hier te lande bij dragen te verzamelen voor het monument, dat

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1870 | | pagina 1