3088 Maandag A°. 1870. 7 Maart. tl LEIDSCH DAGBLAD PRIJS DEZER COURANT. Voor Leiden per 3 maanden3.00. Franco per post3.85. Afzonderlijke Nommers0.05. Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen, uitgegeven. PRIJS DER ADVKRTKNTIKN. Voor iederen regelj 0.15. Grootere lettor naar de plaatsruimte die tij beslaan. Lelden, S Maart. De Minister van Koloniën heeft gisteren in de Tweede Kamer, als antwoord aan hen, die wilden weten in welken geest de Agrarische Wet zou uitgevoerd worden, het volgende medegedeeld: „Het voornemen zoo zeide de Minister bestaat hij mij persoonlijk om, als dit ontwerp tot wet mocht worden verheven, de uitvoering dezer wet te verzekeren, door bij Koninklijk besluit regels te stellen omtrent verscheidene hoofdpunten. Ik deel 't voornaamste mede. „Ik wensch b.v. wat aangaat deze eerste alinea dat de gouv.-generaal de grens bepale van 't grondgebied van elke dessa; dat grondgebied zou f moeten bestaan uit hare rijstvelden, de overige gronden, die bij de bewoners in gebruik zijn, en i uit de gronden die de gouv.-geu. daaraan toe voegt, met 't oog op hare uitbreiding. „Geheel in den geest van handhaving der rech ten van den inlander (dat moet de basis zijn, waarop zal worden voortgebouwd), zullen alleen de gronden builen de alzoo vastgestelde grens van de dessa, in erfpacht kunnen worden afgestaan. Die gronden worden van gouvemementswege jppgeuieten en op de kaart gebracht. Van 't op kaart gebrachte zal een gedeelte bij perceel van ongeveer 500 bouws in erfpacht worden aange boden voor 75 jaar. Svln de erfpachtgronden worden niet begrepen de gronden waarop anderen recht hebben, b.v. de gronden waarop de inlanders (buiten het ge bied der dessa) recht van ontginning hebben, gronden naar de inzettingen der bevolking als weiden beschouwd; gronden voor openbaren dienst bestemd, of voor openbare markten afgezonderd; gouvernements-koffietuinendjatti- en andere houtbosschen, deze laatste voor zoover zij onder geregeld beheer zijn gebracht; gronden gelegen binnen zekeren afstand van de gouvernements- aanplantingenziedaar juist de 8 punten, waar van de heer De Casembroot heeft gesproken. „De aanbieding vau zulke gronden in erfpacht geschiedt bij openbare mededinging; maar gron den ook gelegen buiten de grens, die nog niet van gouvemementswege zijn opgemeten of die, reeds opgemeten, in de eerstvolgende drie jaren nog niet voor openbare aanbiedingen bestemd zijn, en gronden, waarvan de openbare aanbie ding vruchteloos is gelbeken, kunnen in erfpacht worden afgestaan op aanvraag, mits de personen voldoen aan de vereischten, welke het Koninklijk besluit voor de uitgifte heeft gesteld. B„De in erfpacht aangeboden gronden worden uitsluitend voor landbouw en veeteelt gebezigd; de vestiging der inlandsche bevolking op die pjaatsen, in overleg met den erfpachter aan te wijzen, mag niet worden geweerd (want het zal wel voegt de Minister hier bij het eerste belang zijn van den erfpachter om volk te trek ken naar zijn grond). „Papaver cultuur en zout-aanmaak. Deze wor den verboden. Voor den aanleg vaa waterwerken op erfpachtgronden, voor het gebruik van water- Stroomingen en waterleidingen is bijzondere ver gunning van gouvemementswege noodig. De gouv.-gen. weigert deze niet, maar kan daaraan voorschriften verbinden ten algemeeDen nutte. „De in erfpacht afgestane gronden en de voort brengselen van ondernemigen van nijverheid zijn onderworpen aan bestaande of in te voeren al- gemeene belastingenmet name aan de tegen woordige belasting der landrente of die in plaats daarvan treden mocht; gelijk mede de op die gronden aangelegde rijstvelden. „„Ook de personen op de erfpachtgronden zijn aan de algemeene belastingen en verplichtingen onderworpen. jj„Van de inlanders kunnen geene diensten wor den gevorderd, ten behoeve van de op hoog ge zag ingevoerde cultures. -„De erfpachter heeft geen gezag dat aan de overheid behoort. „De overeenkomsten van verhuur krachtens art. 62 Reg.-Regl. aangegaan, worden op aan zoek van den huurder vervangen door afstand in erfpacht, mits onder de voorwaarden van dat besluit. =a „Eindelijk kunnen ook op aaDvraag gronden in erfpacht worden uitgegeven ter inrichting als kleine landhoeven, mits deze perceelen eene uit gestrektheid hebben van hoogstens 80 bouws." ,cy. ewtli SW MS 240; I m 8/«- *.l F* korf Lob- lotto- 12.- put Ladhi* Be- potti Ziehier in hoofdtrekken medegedeeld de ver ordeningen door den Minister ontworpen. De heer Heemskerk en anderen na hem maak ten na deze mededeelitigen de opmerking, dal, wanneer eerst de grenzen van 43.000 dessa's moesten worden bepaald, en daarna de grenzen van de landen, voor gouvernements-cultuur be stemd, wanneer voorts op de erlpaclitslanden en op de bevolking aldaar alle belastingen zullen druk ken, de uitvoering der erfpachts-wet wel zeer ge temperd zal worden. Doch de Minister van Koloniën stelde dezen ge rust want eerstens zal het oponthoud zoo groot niet zijn, daar reeds van honderde des sa's de grensbepaling is geschied, en ten tweede, zullen de lasten niet zoo zwaar zijn, als deze spr. vermoedde. Over deze laatste quaestie nu zullen zonder twijfel heden de beraadslagingen worden voortgezet. Z. M. de Koning heeft met Z. K. H. Prins Hendrik, den minister van binnenlandsche zaken, en de presidenten der Kamers van Koophandel van Amsterdam, Rotterdam en Dordrecht eene conferentie gehouden, waarbij de daar testellen stoomvaartlijn tusschen Nederland is besproken. Het groote Dut dier onderneming voor onzen handel en voornamelijk voor onze scheepvaart, is daarbij ten duidelijkste gebleken en Z. M. heeft, bij die gelegenheid, zijne liooge ingeno menheid met de zaak te kenneu gegeven, hopende dat zij in het belang der natie tot stand moge komen. Hiermede is opnieuw gebleken, hoeveel be lang Z. M. stelt in alles, wat den bloei en den voorspoed van het land kan bevorderen. Wie moet de toren van de Mare-kerk, die zich, gelijk de buren verklaren, in zoodanigen staat bevindt, dat het te vreezen is, dat zij bij storm achtig weder zal nederstorten, onderhouden? De burgerlijke of de kerkelijke gemeente? Zie daar een vraagstuk, dat op een beslissing wacht. Reeds voor 6 jaren is deze vraag gedaan, en eene commissie uit den gemeenteraad adviseerde om dat onderhoud niet van gemeentewege te laten doenhet was de kerk, die h. i. eige naresse was. Volgens de Staatsregeling van 1793 toch waren wel alle torens, „aan de kerk gebouwen gehecht", tot het eigendom der bur gerlijke gemeente verklaard, maar de Hooge Raad had den 19dwl Maart 1847 beslist, dat dit „gehecht zijn" klaarblijkelijk bedoelde dat die torens naast, maar niet op de kerkgebouwen ge plaatst waren, dat zij op zich zelve stonden, een afzonderlijken toegang hadden, enz. Had men toch alle torens bedoeld, dan was die bijvoeging „aan kerkgebouwen gehecht" niet noodig ge weest. Nu staat de toren van de Mare-kerk niet naast maar op de kerk ergo was bij bedoelde Staatsregeling de toren niet het eigendom der gemeente geworden. Nu komt echter de gemeente-commissie van het Ned. Herv. Genootschap, en zegt: neen, torens „aan kerkgebouwen gehecht" zijn alle torens die op eenigerlei wijze aan kerkgebouwen gehecht zijn een toren kan niet boven op een kerkgebouw staan, zonder daaraan gehecht te zijn. Dus is de toren van de Mare-kerk wel degelijk tot het eigendom van de burgerlijke gemeente verklaard. Hier vechten kerk en gemeente dus niet om de toren te hebben, maar het is een waar Combat de génerosité: beide partijen trachten zooveel mo gelijk elkanders rechten te bewijzen De zaak zelve wordt in een dezer dagen over gelegde verzameling van stukken breedvoerig van beide zijden toegelicht. Belangrijke mededeelingen zijn nu onlangs door de kerkelijke gemeente- commissie gedaan. Zij legt verschillende extrac ten enz. over, waaruit blijkt dat in 1801 door de municipaliteit van Leiden heeft plaats gehad eene overdracht van alle kerkgebouwen aan de ker kelijke commissie, uitgezonderd van hunne torens en blokkenhuizen. In dit stuk wordt ook de Mare- kerk met name genoemd; hieromtrent blijft geen twijfel over. Is dit nu een wederrechtelijke daad van de municipaliteit geweest? Maar op welken grond was zij niet bevoegd om dit te doen? De tuteel op de beschikking over de goederen der gemeente van hoogere colleges bestond toen nog niet: de gemeente was hier oppermachtig, en de gemeente vervreemde daarbij niet, zij verkreeg wat. Wij zullen nu evenwel zien wat de advocaat der gemeente, aan wien, in een der laatste zit tingen van het vorige jaar, door den gemeenteraad gehouden, de stukken zijn in handen gegeven, hierop zal antwoorden. In navolging van de jongste Internationale Tentoonstelling voor den werkman te Amsterdam, waartoe vooral van de zijde van Engeland veel tot het welgelukken is toegebracht, zal ook zoo als bereids vroeger gemeld is, te Londen in dit jaar op wensch van een groot aantal Engelsche werklieden, eene dergelijke Tentoonstelling in de Agricultural Hall plaats vinden, eene inrich ting die 30000 bezoekers kan bevatteD. Wij rneenen hierop de aandacht van onze werklieden te moeten vestigen en sporen hen aan de uitnoodiging van het Leidsche Departe ment der Nederlandsche Maatschappij ter bevor dering van Nijverheid, die in onze rubriek ad- vertentiën voorkomt, niet onverhoord te laten en alzoo bij te dragen tot haar streven om de fabrieks- en ambachtsnijverheid een waardige plaats op die tentoonstelling te doen innemen. Een der belangrijkste tijdperken in de Engel sche geschied boeken vervult voorzeker die van koningin Elisabeths regeering. Onderscheidde zich haar bewind in menig opzicht door bloei en aanmoediging van handel, kunsten en weten schappen en door finantieele welvaart; blonk Elisa beth zelf uit doorgrootegeleerdheid, haar bestuur was toch door misslagen bezoedeld, die deze licht- punten ver achter zich lieten. Hare haat tegen het katholiscisme, en hare bar- baarsche handelwijze tegenover Maria Stuart; de mishandeling van Ierland, en hare ongeoorloofde betrekkingen met Dudley en Robert, graaf van Essex, zijn even zoovele zwarte stippen sedert hare troonsbestijging. Deze hoofdmomenten uit koningin Elisabeths leven gaven den bekenden Italiaanschen tooneel- 6chrijver Paolo Giaeometti een historisch drama in de pen, dal hij gelijk Maria Stuart opzettelijk voor de beroemde tragédiene Mevr. Ristori ver vaardigde. Het is dit drama, door een bekwame hand vertaald, dat Dinsdag a. s. door de toonteelisten van den Amsterdamschen Stads-Schouwburg in den Schouwburg alhier zal worden opgevoerd. Na hetgeen ons daarvan uit Amsterdam ter oore is gekomen, durven wij gerust voorspellen dat dit drama ook hier opgang zal maken en de goede klank waarnaar het gezelschap van de heereu Roobol en Tjasink luistert doet ons ook van de uitvoering veel goeds verwachten. Nemen wij hierbij in aanmerking hoe zeld zaam dit gezelschap hier optreedt, gevolg van eigenaardige bezwaren die aan haar engagement verbonden zijn, dan vertrouwen wij dat het pu bliek door eene talrijke opkomst zal toonen, dat het de pogingen van de Directie voor het ver krijgen van deze voorstelling zal weten op prijs te stellen. Gedurende deze week zijn dagelijks in het werkhuis alhier opgenomen van 156 tot 204 volwassen personen en van 56 tot 118 kinderen. De minister van binnenlandsche zaken heeft bekend gemaakt dat zij, die in de voorjaarszit- ling der cominissiën, welke in het loopendejaar heiast zijn met het afnemen der natuurkundige examens en der examens van hulpapotheker, al leen vvenschen te worden toegelaten tot het le veren der bewijzen, bedoeld in de eerste zinsnede van art. 4 en de tweede zinsnede van art. 8 der wet van 1 Juni 1865 en alzoo het in éen dier artikelen bedoelde examen vooralsnog niet vven schen af te leggen, daarvan vóór den l,t™ April e. k. schriftelijk opgave behooren te doen aan den voorzitter der commissie van dat examen, waartoe bedoelde bewijzen kannen leidenvoor het natuurkundig examen aan den hoogleeraar Dr. T. C. Donders, te Utrecht; voor het examen van hulpapotheker aan den hoogleeraar Dr. C. A. J. A. Oudemans, te Amsterdam. nuttigen en te vaak nog miskenden tak der ge meente administratie. Naar men verneemt zal, bij genoegzame deel neming, met 1 April a. s. een nieuw Weekblad te 's-Hage verschijnen, gewijd aan het politie wezen, inzonderheid bedoelende de gemeente politie voor te lichten, en een vraagbaak te zijn voor hoofd- en andere ambtenaren van dien zoo Men zegt dat in elk der drie bisdommen in ons land kweekscholen voor Roouische onderwij zers zullen opgericht worden. (Bazuin.) De officier van administratie der 8de klasse P. J. Roest, laatst behoord hebbende tot het eska der in Oost-Indië, en van daar den 26""D Februari jl. in Nederland teruggekeerd, wordt met dat tijdstip op non-activiteit gesteld. Z. M. heeft tot lid van de Algemeene Reken kamer, in plaats van wijlen den heer H.L. Fie- vez, benoemd den heer Jhr. Mr. H. P. VanKar- nebeek, referendaris aan het Departement van Oorlog. Amsterdam, 4 Maart. Gisteren heeft bij de Waal- sclte gemeente alhier de stemming plaats gehad voor de vernieuwing van een gedeelte van het kiescollege. Van de 373 uitgebrachte stemmen hebben al de candidaten der vrijzinnige kiezers- vereeniging er 215 of daarboven bekomen. 's-Gravenhage, 4 Maart. Men herinnert zich, dat toen de hevige storm in de maand December van 1868 woedde het weder 't vooral gemunt had op het 's-Gravenhaagsche bosch en zoo er minder heerlijke hoornen ontworteld werden dan bij den Piuksterstorm van I860, twee wa ren er omgevallen, wier val aanleiding gaf om den Staat der Nederlanden, als beheerder van dat bosch, te overvallen met een proces. Door die hoornen was namelijk schade toegebracht aan den scheidingsmuur van een gebouw van den heer G. L. J. baron d'Elderen, die dientengevolge eene vordering tegen den Staat instelde tot vergoe ding dier geleden schade. Nadat die vordering was bestreden en inmiddels tot het hooren van getuigen van beide zijden was overgegaan ten gevolge van een op 28 Mei 1869 door den Hoo- gen Raad gewezen interlocutoir arrest, is heden op de gevoerde pleidooien en de afwijzende con clusie van den procureur-generaal, in deze zaak ten principale uitspraak gedaan. De Hooge Raad, zich vereenigende met de gronden van de zijde van den Staat aangevoerd, heeft de vordering aan den eischer ontzegd, met zijne veroordeeling in de kosten; daarbij hoofdzakelijk overwegende dat uit de gehoorde getuigenverklaringen niet naar eisch van rechten bleek van nalatigheid aan de zijde van den Staat, of het Bestuur der Domeinen, daar de bewuste boomen, ofschoon inwendig verrot en vermolmd, evenwel uitwen dig ongeschonden en zelfs hard van hout aan de buitenzijde waren, en dus uiterlijk niet ble ken gevaarlijk te zijn. De Scbeveningsche Weldadigheids-Commissie heeft bij de jongste ramp, waurin wederom zulk een groot aantal visschers-weduwen en weezen zijn betrokken geworden, dringend den mensch- lievenden bijstand van stad- en landgenooten in geroepen tot zooveel mogelijke leniging van zoo menige diep geslagen wonde. Met genoegen vernemen wij, dat onze geachte stadgenoote me vrouw Bongartz (gel>. Sweets) welwillend gehoor heeft gegeven aan het haar gedaan verzoek, om eene kleine poëtische bloembouquet op het altaar der menschenliefde ten offer te willen brengen, in het belang van het bedoelde weldadigheidsfonds. Dit keurig gedrukt zestal dichtstukjes waar onder ook het Feestlied, den 17d!" November 1869 aan Prins Frederik der Nederlanden gewijd zal de volgende week de pers verlaten en, ter bereiking van het edele oogmerk der dichteres, in den handel worden gebracht door de drukkers boekhandelaren, Gebr. Helinfante alhier. Men herinnert zich dat bij de onthulling van het nationaal monument den 17d'"1 November jl., een aantal corporatiën van werklieden hier ter stede een optocht bij het feest hebben gehouden waarbij een kiesche smaak voorzat. Die vereeni- gingen mochten daarbij de leiding van Dr. Wap erlangen. Zij hebben dezer dagen bij adres namens een duizendtal hunner een adres van dank aan dien heer betuigd. Dezelfde vereenigingen hebben Z. M. den Koning hare erkentelijkheid betuigd voor HD. bijdrage aan hunne ziekenbussen. 's-Haq«, 5 Maart. De Regeering heeft een wets ontwerp ingediend tot intrekking van het Kei zerlijk decreet van 16 December 1811, contenant Réglement de police des polders dans les Dépar-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1870 | | pagina 1