overnemen. „Wat," vraagt de H. Paulus, „wat heeft het licht gemeen met de duisternis, wat de tempel Gods met de afgoden?" Neen, B. G., tus- schen Christus en Belial ligt geen middelweg, bestaan geen onverschillige punten van onder scheid. Gij, die kinderen des lichts zijt, moogt het kleed van den nacht niet dragen, al deedt gij het ook om de kinderen der duisternis te redden. Gij, die tempels zijt des H. Geestes, moogt geene afgodsbeelden in u opnemen, om hem, die de afgoden in zijn hart draagt, te bewegen, dat hij ook den H. Geest in zich toelate. Die poging zoude dwaas en ijdel zijnde H. Geest zoude u verlaten en tot hem niet komen." Het comité in Nederland voor de oprichting te Batavia van een standbeeld van Jan Pieterszoon Coen, gouverneur-generaal van Nederlandsch Indië, doet in de Slaats-Courant een beroep op zijne landgenooten om de benoodigde gelden, die op f 25,000 berekend worden en waarvan tot dus ver slechts 11,000 beschikbaar is, verder door giften spoedig bijeen te brengen. „Landgenooten!" zoo staat er, „het geldt hier eene vaderlandsche zaak." Zulk een man heeft aanspraak op de dank bare herinnering van het nageslacht." Een uiterlijk en blijvend teeken ter zijner eere is niet meer dan de vervulling van een Nederlandschen plicht." Door de Noord-Brabantsch—Duitsche-Spoor- weg-Maatschappij is aan Z. Exc. den minister van binnenlandsche zaken bericht, dat door haar niet kunnen worden aangenomen de voorwaar den, waaronder zij de storting voor verdedigings werken in Nationale Effecten kan doen, maar dat zij ten spoedigste wenscht te storten in contant geld. Zij heeft dientengevolge den minister van bin nenlandsche zaken verzocht het lands-kantoor, waar die storting zal moeten plaats hebben, te willen aanwijzen, met dringend verzoek die aan wijzing te willen bespoedigen, vermits alleen daarop de aanvang der werkzaamheden van den spoorweg Boxtel-Wezel tot heden heeft gewacht. In het verslag der zitting van den gemeente raad van 's-Gravenhage van 22 Februari (Bijblad blz. 4647) wordt de uitkomst medegedeeld van een onderzoek van water, verkregen door een Norton-pijp bij het lokaal voor de volksgaarkeu ken aan den Zwarteweg. De heer Koppeschaar vond daarin 1.2 milligram ammonia en oordeelde dit water „geschikt voor drinkwater," ofschoon het opaliseerend is en minder aangenaam voor het oog." Nu dat minder aangename voorliet oog is natuurlijk geen bezwaar, want men kan immers de oogen toedoen als men't water drinkt, evenals kleine kinderen als zij een leelijk drankje nemen 1 llaar die ammonia? Daar hooren we niets meer van. Die schijnt dus van geen beteekenis geacht te worden. Toch lees ik in het verslag der drinkwater-commissie dat, wanneer men de ervaring raadpleegt en hetgeen zij leert omtrent de vereischten, die aan goed drinkwater gesteld behooren te worden, in wetenschappelijke ter men tracht te brengen, de aanwezigheid van meer dan 1 milligram ammonia per kan bij de beoor deeling van drinkwater recht geeft tot een on gunstige uitspraak. Ja zelfs doet dat verslag vrij duidelijk uitkomen, dat eigenlijk reeds de aan wezigheid van ammonia, zoodra die zich niet tot geringe sporen bepaalt, een ongunstig oordeel over drinkwater moet doen vellen. En hier heb ben wij 1.2 milligram per kan. Dit water schijnt dus ook al weer door een bijzonderen bril te moeten worden gezien om goed te worden bevonden. (Vad.) De aangekondigde voorstelling der Vereeniging Harmonie, welke door te weinig deelneming niet in den Leidschen Schouwburg maar in het gewone locaal der Vereeniging op Maandag-avond gege ven werd, kan weder gelukkig geslaagd genoemd worden. „Het kasteel van Tourville of de Hol- landsche Zeelieden in Frankrijk" is een echt na tionaal stuk, en werd goed afgespeeld, vooral in aanmerking nemende dat dit de tweede voorstel ling in éene maand is, die door dit gezelschap gegeven werd, en de rollen geheel in vrije uren moeten bestudeerd worden. Onder de dames, die hunne rollen allen zonder onderscheid goed speelden, merkten wij met genoegen weder eene nieuwe op, die zeer veel aanleg schijnt te bezitten en bij goede studie zeerzeker een nut tig werkend lid der Vereeniging kan worden. De heeren waren ook allen zeer goed op hunne plaats, de meesten hunner toonden hunne rollen goed begrepen te hebben. Het nastukje „de Bloed zuigers of de Minnenhandel in de Apotheek" werd ook zeer goed afgespeeld, en de nieuwe couplet ten door Tobias gezongen deden hem en den auteur eer aan. Het bal was weder zeer geanimeerd, en de zaal eivol. De Beschermheer baron Van Heemstra, vereerde de voorstelling met zijne te genwoordigheid. Wij wenschen dat de Vereeniging steeds in bloei moge toenemen: dit zal voor den ijver van Bestuur en werkende leden zeerzeker de beste zelfvol doening zijn. Wij vernemen dat de directeur der Duitsche Opera te Rotterdam, er in geslaagd is engage menten te sluiten met de heeren Scaria, eersten bas, en Titaschek, eersten tenor van het Theater te Dresden. Beide artisten zullen te Rotterdam nog in deze maand gastvoorstellingen geven. De Staats-Courant van heden behelst o. a. de volgende rivierberichten Keulen, 2 Maart. Waterstand 9 voet 8 duim boven nul. Het drijfijs bedekt omstreeks een zevende deel van de oppervlakte der rivier. Emmerik, 2 Maart. Geen drijfijs; de rivier wordt met schuiten bevaren. Nijmegen, 2 Maart. Blank water. Waterstand 6.C5 meter; val 1.35 meter. Wageningen en Grebbe, 2 Maart. Het ijs weg. Zoover bekend blank water. Vreeswijk, 2 Maart. Hedennacht is het ijs op gebroken en doorgedreven; thans blank water met eenig zoom-ijs. Kuilenburg, 2 Maart. De rivier open met wei nig drijfijs. Vianen en Schoonhoven, 2 Maart. Na herhaalde kleine ijsbewegingen, is het ijs gisterenavond te 11 uren doorgedreven; thans weinig drijfijs. Werkendam en Paulownahoeve, 2 Maart. Se dert hedenmorgen 4 uren blank water. Dordrecht, 2 Maart. In de Nieuwe Merwede blank water zonder drijfijs. Katerveer, 2 Maart. Blank water. Kampen, 2 Maart. Het ijs drijft langzaam door; seinschoten zijn gedaan. Bij resolutie van den minister van financiën van den 2d»n Maart, n°. 68, is de directeur van het telegraafkantoor te Monster W. Koning tevens definitief met de function van brievengaarder al daar belast gevvoi'den. Z. M. heeft herbenoemd als burgem. van Die den c. a., A. F. Van Dijk; als burgem. van Tiet- jerksteradeel, Jhr. Mr. J. E. A. Van Panhuys; en als burgem. van Genemuiden, H. J. Hulst, secretaris dier gemeente. Z. M. heeft tot burgem. der gemeente Eist benoemd S. J. O. P. Van Weezel. Z. M. heeft den heer A. D'Augremond benoemd tot Nedei'landsch consul te Ambriz, voor dePor- tugeesche bezittingen ter Zuidwestkust van Afrika. Z. M. heeft aan den heer J. N. Anslijn, vice- wijk a/zee kunnen uitstrekken. Het publiek, de gemeente, de ondernemers en de beide. Zee-bad inrichtingen zouden er wél bij varen. Maar is uw plan uitvoerbaar? vroeg mij mijn vriend. Hoe zoudt gij de gelden, voor dat werk benoo- digd, verkrijgen? Hoe zoudt gij het met de HH. van Rijnland stellen? Hoe zoudt gij de gronden welke voor de uitvoering van uw plan noodig zijn kunnen onteigenen? Zoudt gij in 't bezit van het thans bestaande water kunnen komen? Dat waren gewetensvragen. Doch gelukkig ik kon mij op antecedenten beroepen. Voor weinige jaren, zeide ik, heeft werkelijk dat daareven be sproken plan bestaan. Het project voor de door graving uiet de berekening van de kosten was door deskundigen gemaakt, en wat meer zegt, het geld voor de onderneming benoodigd, was voorhanden. De ondernemer echter wilde eenige zekerheid en verlangde van de gemeente garan tie van de renten van zijn kapitaal ad 4 pCt., welke renten hij door eene tolheffing wenschte te vinden. Het gemeentebestuur durfde echter, en misschien terecht, die onderneming niet aan, en de zaak bleef zooals zij was. Ik voor mij geloof echter dat de zaak uitvoerbaar en met goed gevolg te ondernemen is. Maar waarom, vroeg mij mijn vriend, spoort gij de leden van den gemeenteraad niet eens aan, om in deze voor de gemeente zoo belangrijke zaak het initiatief te nemen? Ik, mijn waarde? antwoordeik hem, Ik? Maar weet gij dan uiet dat een groot deel van die HH. zoo boos op mij is, wegens een artikel door mij in het Leidscli Dagblad van 7 Ja nuari geschreven, en gelooft gij dan niet met mij dat ik na de gemeenteraadszitting van 27 Ja nuari bang ben geworden en dat ik er zelfs lang en breed over heb nagedacht of ik dit schrijven wel zou onderteekenen met den naam Katwijk, 1 Maart. P. Le Peuple Frangais, een Bonapartistisch blad, ver haalt de volgende anekdote: Op den 5dm Januari van het jaar 1791 reden vijf cadetten van de militaire school te Auxone schaatsen. Tegen vijf uren riep een van hen, een jongmensch: „Vijf uren, we moeten gaan dineeren." „Och kom, blijf nog wat," zeiden zijne makkers. „Neen stellig niet, ik heb honger." De ouderen reden verder, maar plotseling scheurde het ijs met het noodlottig gevolg dal alle vier verdronken. De vijfde, die zijn makkers verlaten had om het middagmaal te gaan gebruiken, was.... de jeugdige Bonaparte, later Napoleon I. consul en kanselier van het Nederlandsche con sulaat-generaal in Egypte, vergunning verleend tot het aannemen en dragen der onderscheidings teekenen van ridder der Kroon-orde van Italië en der orde van Karei III van Spanje, hem respectievelijk door Zijne Majesteit den Koning van Italië en Zijne Hoogheid den regent van Spanje geschonken. Z. M. heeft benoemd tot referendaris bij het departement van financiën den heer Mr. W. A. baron Van Verschuer, thans commies van Staat bij den Raad van State. Amsterdam, 2 Maart. Heden werd alhier gehou den eene talrijk bezochte buitengewone verga- dering van deelhebbers in de maatschappij voor gemeente-crediet, waarop bijna alle de aandeel houders tegenwoordig waren of vertegenwoordigd werden en het bestuur gekozen is. Bij de eerste stemming zijn verkozen als leden van den ï'aad van toezicht de heeren C. Becker, bankier en president van de Nationale HypotheekbankJ. Fock, directeur van de Nederlandsche BankE. Fuld, bankiei-, lid van de kamer van koophandel; M. H. Insinger, directeur van de Koninkl. Nederl. Stoomboot-Maatschappij; J. G. Jager, notaris, lid van de Prov. Staten van Noord Holland en van den raad dezer stad; F. A. Muller, president- directeur van de Rotterdamsche Bank; Mr. E. N. Rahusen, advocaat., lid van de Prov. Staten van Noord Holland en van den raad dezer stad A. C. Wertheim, bankier en lid van de Prov. Staten van Noord-Holland; en Mr. F. Th. Wester- woud, lid van de Ged. Staten van Noord-Holland. Met algemeene stemmen werd benoemd tot directeur de heer C. A. Von Hemert, lid van de Prov. Staten van Noord-Holland en vice-president van de kamer van koophandel alhier. Wij vernemen voorts, dat de raad van toezicht tot voorzitter heeft, gekozen den heer J. Fock en gedelegeerd heeft als leden der adviseerende commissie uit haar midden, volgens art. 19 der statuten, de heeren J. G. Jager en Mr. F. Th. Westerwoud voornoemd, terwijl tot secretaris is benoemd de heer Mr. J. P. Portielje, advocaat alhier. 's-Gravenhaoe, 2 Maart. Bij den Raad van State, afdeeling voor de geschillen van bestuur, is heden ingekomen een Kon. besluit van den 20',en Febr. 11., N°. 21, waarbij de Raad der gemeente Wil- dervank wordt verklaard niet-ontvankelijk in zijn beroep van een besluit van Gedep. Staten van Groningen, waarbij de begrooting van kosten voor de dd. schutterij te Wildervank voor 1870 defini tief wordt vastgesteld. Daarna is de behandeling voortgezet der zaak, waarin in de vorige week verslag is uitgebracht door den staatsraad Boot, en welke op verzoek van den gemachtigde des belanghebbende is uit gesteld tot heden, het beroep namelijk van L. H. Hogendoorn, te Voorburg, van een besluit van Gedep. Staten van Zuid-Holl., houdende wijziging van den legger der wegen en voetpaden in de gemeente 's-Gravenhage ten aanzien van den Schenkweg, in verband tot den aanleg van den spoorweg van 's-Gravenhage naar Gouda. In die zaak, welke reeds in eersten aanleg was behandeld bij den gemeenteraad alhier, was door den appel lant zoowel aldaar als in hooger beroep bij Ged. Staten beweerd, dat geen gedeelte van den Schenk weg mag worden verlegd zonder toestemming van belanghebbenden, omdat die weg in een buurtwegprivaatrechtelijk aan de aangrenzende grondeigenaren toebehoorende, en niet een buurtweg zijnde publieke weg; dat art. 719 van het burgerl. wetb. op dien weg toepasselijk is; dat dit legaat servituut, door den adressant op dien uitweg van zijne hofstede op den Bezuidenhoutschen weg be zeten, door de administratieve macht moet geëer biedigd wordendat de Schenkweg, geen publieke weg zijnde, in 1863 ten onrechte op den legger is gebracht dat die administratieve daad de bur- gerlijke rechten van particulieren niet kan bena- deelen. Nader voerde hij o. a. ook aan, dat het hier zou gelden de aanleg van een nieuwen weg; dat daarbij dus de voorschriften van ai t. 18 van het provinciaal reglement van 186U op de wegen en voetpaden hadden moeten zijn inacht genomen, terwijl niet blijkt, dat dit door den gemeenteraad geschied is. Deze en meerdere gronden wei-den door Ged. Staten, na het inwin nen van bericht bij Burg. en Weth., bestreden. Reeds door dat gemeentebestuur werd er op ge wezen, o. a., dat de Schenkweg is een openbare weg, in eigendom toebehoorende aan de onmid dellijk aangrenzende eigenaren ten wier namen hij bij het kadaster bekend isdat het eene be gripsverwarring is, wanneer de adressant hand having van den weg op den legger vraagt, en tevens beweert, dat het niet is een openbare weg; dat de Regeering, dat gedeelte wegs ter onteige ning hebbende aangewezen ten behoeve der Rijn spoorweg-Maatschappij, daardoor heeft uitgemaakt, dat de verlegging noodzakelijk is. Gedep. Staten zich met deze en de verdere beschouwingen ver- eenigende, overwogen, dat in gezonden zin door de uitdrukking nieuwe wegen in het reglement alleen kan worden bedoeld eene nieuwe gemeen schap tot verbinding van punten, tusschen welke tot op dat tijdstip geene gemeenschap bestond circi rijkl pass ik i get» geta zont wer dat dit hier uiet het geval is, waar slechts kEj een deel eenige meerdere kromming is aangeLegj] bracht; en zij besloten dus in de wijziging vaJTie|, den legger te berusten, behoudens de veranderiujj^r der woorden „gedeeltelijk begrint" in „bepuind."- Vandaar appèl op den Koning, met nadere ont wikkeling der vroeger aangevoerde gronden. De heer Mr. D. Van Eek, advocaat alhier, dn wederom met den belanghebbende ter vergade ring was verschenen, heeft voor dezen de grou den, bij schriftuur ontwikkeld, nader uiteengezel en o. a. er op gewezen, dat bereids bij een vontiii door de Rechtbank alhier gewezen in zake ds Rijnspoorweg-Maatschappij c.a. Enthoven is uit;s. o gemaakt, dat de onderwerpelijke weg niet i en vatbaar voor onteigening; en hij meende dat ii boel strijd met de bepalingen van het provinciaa (well reglement door een besluit van den Raad aai tilat den Schenkweg het publiek karakter was om zjet; nomen. En doordien de Rijnspoorweg-Maatsd i, w had goedgevonden dien weg geheel op te brekei j. h en te verwerken, zoodat hij als Schenkweg nieijaar meer te herkeunen, maer verdwenen is, verzoek: loka de pleiter, dat het advies van den Raad vai wat State zou strekken aan Z. M. in overweging U^te a geven hare uitspraak in deze te schorsen, tohlai M de weg in vorigen toestand hersteld zij. In dd en tweede plaats betoogde hij, dat Burgemeester er(strel Wethouders niet mochten besluiten tot verlegginjvan van den Schenkweg, zonder de belanghebbende; gede te hooren. Overigens trad hij in eene nadert'het onderscheiding der qualificatiën van buur- eiljaar buurtwegen met toepassing op dezen weg erlpaal besprak hij meer uitvoerig hetgeen bereids daar omtrent in de stukken voorkomt, van de zijde deV belanghebbenden uitgegaan. Hij concludeerde In subsidiair op grond van een en ander, ook ii| tot grond van niet-inachtneming van artt. 18 en li eene van het provinciaal reglement op de wegen ei hoof voetpaden, dat het advies strekke tot vernietiginr goed van het besluit van Gedep. Staten, waarbij dar kunn- van den Gemeenteraad is bekrachtigd. Mi 's-Gravenhagj, 3 Maart. Gisteren werd alhicifdaar de 34"' algemeene vergadering gehouden van dil rant Vereeniging van en voor Nederlandsche InduJwijl triëelen. Van de punten, ter bespreking aan dlmeei orde gesteld, konden slechts enkele behandel jzeld: worden. Uitvoerig debat had plaats over de g(| zicht volgen der afschaffing van de wet op de octrooie. tallo van uitvinding, naar aanleiding van een artike en i daarover onlangs geplaatst in den Moniteur dol voor intérêtt-maliriëls. Eene nieuwe gedaclitenwisselin>i hope liep vervolgens over de aangekondigde Stoom cour pakket-vaart door het Suez-kanaal naar Indië meei wegens de daarbij volstrekte uit het oog verloret zijne belangen der Nederlandsche nijverheid. -Het ii1 bekend dat in zake van scheepsbouw ook vau Stoompakketten volgens het hier verlangde systeem, de Nederlandsche Industrie alle vertrouwen waar dig is, en toch lijdt het geen twijfel meer sederll Di eene brochure van het comité afkomstig het lictil lijke heeft gezien, of de bemiddelaars dezer zaak hebbeslals de voorkeur geschonken aan bestelling in Enge hebt land. Men heeft niet eenmaal zich de moeilJ tot gegeven om bij Nederlandsche fabrikanten nasf het de h telijl zal door soonl neef nauv Keiz le Pe vele leur; de f gewi digdi men: vang over zich onne He heeft straa is re verw op h prijzen en voorwaarden te vernemen, en evenu waren van de zijde der firma Van Vlissingen e Dudok van Heel reeds in de maand Augustusj aanbiedingen gedaan. Er is besloten zich te de» zake te wenden tot den minister van koloniën, vei mits de onderneming meent te kunnen rekent op bevoorrechting en bevrachting enz. van got vernementswege. Eindelijk zijn de onlangs doi- den minister van binnenlandsche zaken in Octobei door dien van financiën in Februari verleeml concessiën ter sprake gekomen, voor den aanls eener telegraphische verbinding tusschen eenigput der Nederlandsche kust en New-York, van wek heide concessiën men aantoonde dat de laatstet. eerste vernietigt, en dat de eerste op veel 1* zwarender voorwaarden is verleend dan de laatst De behoefte eener wet, die den vorm rege waarop concessiën moeten worden aangevraag en de algemeene voorwaarden waarop zij zuil» worden verleend, sprak, naar men meende, de jongste tegenstrijdige regeeringshandeling» ten duidelijkste; en aan het bewind werd opg- dragen zich te beraden, of het op den weg de Vereeniging ligt zich deze zaak, die zeer vei duisters bevat, verder aan te trekken. Gocda, 2 Maart. Aan den soldaat II. MeurzetB kuni van het depot van het 4de reg. inf. alhier in ga'l ten nizoen, is de gouden medaille toegekend voor eens jaren trouwen militairen dienst en de aan dat eert aanh teeken verbonden gratificatie van vijftig guide) sterk Kampen, 2 Maart. Door den gemeenteraad de v besloten om het getal hulponderwijzers aan - parti openbare lagere scholen alhier met zeven te« I- De meerderen, en dezen eene jaarwedde van f S'l »rtik toe te kennen. aan Breda, 2 Maart. Het kamp op de TeteringsdJ werl heide zal weder van 1 Juni tot 15 Juli a. s. defl aan de cadetten vau de Koninkl. Militaire Acadenn|l naar worden betrokken. Groningen, 1 Maart. De spoorweglijn van bi< op Meppel nadert hare voltooiing. Reeds sed» eenigen tijd loopen daarover ballasttreinen. 1' opneming door den Raad van toezicht zal eerls»- plaats hebben, terwijl de opening voor het publk verkeer in het voorjaar zal geschieden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1870 | | pagina 2