bepaling dat zij zullen rang nemen, eerstgemelde
tusschen de officieren van gezondheid der 1ste
klasse C. F. T. Hommel en H. C. Steenbergen,
en laatstgemelde tusschen de officieren van ge
zondheid der 1ste klasse J. Lamie en N. C. Slegt.
Z. M. heeft goedgevonden den kapitein T. Ter
Haar, magazijnmeester der artillerie van de 2de
klasse te Breda, op zijne aanvrage, krachtens
art, 42, 1 der wet van den 28sten Augustus
1851 Staatsblad n". 128), op pensioen te stellen,
en het bedrag van dat pensioen, ingevolge art,
14 a, der wet van den 28sten Augustus 1851 {Staats
blad n°. 129), te bepalen op ƒ900 's jaars.
Amsterdam, 8 Febr. De op 2 Juni 1868 bij Breuke-
len plaats gehad hebbende botsing van twee treinen
der Nederl. Rijnspoorwegmaatschappij, waar
door de heer J. H. Wijnue, van Groningen, het
leven verloor, gaf aanleiding tot een belangrijk
proces, hetwelk heden voor de arrondissements
rechtbank alhier is bepleit. Gemelde maatschappij
had namelijk, bij minnelijke schikking, een som
van f 40,000 betaald aan de wed. Wijnne, wegens
door haar door den dood van haar echtgenoot
geleden schade. De hier gevestigde vennootschap
Nederland had echter eene som van f 4000, vol
gens in 1866 op het leven van den heer Wijnne
gesloten verzekeringscontract, aan zijne weduwe
moeten uitbetalen en ook uitbetaald. Deze ven
nootschap meende echter dat bedrag van de
Rijnspoorwegmaatschappij te kunnen terugvor
deren, o. a. op grond van geleden schade wegens
het door de onrechtmatige daad dier maatschappij
noodzakelijk vervroegde uitbetaling der verze
kerde som. De maatschappij achtte zich daartoe
ongehouden en weigerde een andere schade te
vergoeden, dan die, welke onmiddellijk voortvloeide
uit de daad, waarvoor zij in rechten aansprakelijk
is. Voormelde veunootschap stelde nu tegen haar
den eisch in tot vergoeding der schade voor haar
bestaande, en het verlies der kansen op een langer
leven van den heer Wijnne. De advocaat M. H.
's Jacob lichtte die vordering toe, terwijl de ad
vocaat A. Philips haar voor de gedaagde maat
schappij bestreed. Met belangstelling ziet men de
uitspraak des rechters in deze hier te lande nog
niet besliste rechtsvraag te gemoet. Zij is bepaald
op Dinsdag 22 Februari e. k.
Naar men verneemt, is de heer J. D. Fran
sen Van de Putte, lid der Tweede Kamer voor
Rotterdam, door de commissie van bestuur der
kiesvereeniging Burgerplicht te Amsterdam, uit-
genoodigd het debat in eene over de koloniale
quaestie te houden vergadering in te leiden. Dit
is in meer dan éen opzicht ongetwijfeld
een heuglijk verschijnsel. Men kan nog niet met
zekerheid melden, of de uitnoodiging wordt aan
genomen. Ook andere met de koloniale quaestie
vertrouwde sprekers zijn of zullen worden uit
genood igd die vergadering bij te wonen.
Ten aanzien vaD het aan Hel Vaderland me
degedeelde bericht omtrent stoornis der gods
dienstoefening onder het gehoor van den predikant
T. Modderman, kan worden medegedeeld, dat
deze nauwelijks door enkelen is opgemerkt en
den predikant in niets heeft gehinderd. Eene
vrouw, die zich blijkbaar in den prediker had
vergist, liet haar stoel valleD, mompelde iets van
lasteraar eu werd onmiddellijk verwijderd. Men
twijfelt dan ook, of zij wegens stoornis der gods
dienstoefening kan en zal worden vervolgd.
Haarlem, 7 Febr. Tot leeraar-directeur aan de
burger-avondschool alhier is benoemd de heer
Dr. E. Van der Ven, leeraar-directeur aan de
hoogere burgerschool alhier, tegen eene jaarwedde
voor onderwijs aan beide genoemde inrichtingen
gezamenlijk ten bedrage van f 2500; tot onder
directeur aan eerstgenoemde inrichting de heer
E. J. Schoenmaker, thans ieeraar, daarbij belast,
met de administratieve werkzaamheden, jaar
wedde f 500; tot Ieeraar in de natuur- en schei
kunde, de heer J. E. Rombouts, jaarwedde f 400.
Aan den heer W. M. Logeman is, op zijn verzoek,
eervol ontslag verleend uit de betrekking van
leeraar-directeur der burger-avondschool alhier.
Helder, 9 Febr. In de op gisteren gehouden
vergadering van den gemeenteraad welke
groote belangstelling wekte van de zijde der in
gezetenen is besloten een commissie te be
noemen, die aan den minister van binnenlandsche
zaken de voorstellen van den raad tot behoud
van de bestaande verbruiksbelastingen nader zal
toelichten. Zij ontving tegelijk het mandaat om
op dat behoud aan te dringen, in geval het uit
zicht werd geopend op de heffing van schoolgel
den. Tot leden dier commissie werden benoemd
de heeren Stackman Bosse, burgemeester, R.
Roomsma en B. R. De Breuk, leden van den raad,
en Verhey, secretaris.
's-Gravenhaqe, 9 Febr. In de algemeene ver
gadering van 'het Indisch Genootschap van 7
December werd de toekomst der koffiecultuur in Ned.
Indie breedvoerig besproken. De heer Van der
Gon Netscher leidde dat onderwerp in en trad
daarbij in tal van bijzonderheden nopens de pro
ductie en den uitvoer van de verschillende koffie-
produceerende landen en van de wijze waarop
die productie plaats had, waarvan de slotsom
was dat circa in slavenarbeid en schier in
gedwongen of verplichten arbeid en betrekkelijk
zeer weinig in vrijen arbeid verkregen werd,
een verschijnsel dat hem er toe bracht om hetzij
aan ons koffiestelsel weinig of niets te verande
ren, hetzij om bij mogelijken overgang en vrije
industrie de. meeste omzichtigheid te betrachten.
Het was naar aanleiding van die gegevens en
conclusie, dat reeds in de vorige vergadering en
vervolgens in de bijeenkomst van gisterenavond
het debat over dit onderwerp mede zeer breed
voerig werd voortgezet. Zoowel sommige der ge
stelde daadzaken, vooral wat den arbeid op Ceylon
betreft, als de gevolgtrekkingen daaruit door den
heer Netscher afgeleid of aangeprezen, werden
tot zekere hoogte althans betwijfeld of minder
ter zake dienende beschouwd door een aantal
leden, die van oordeel waren dat de gouvernements
koffiecultuur op Java alleszins vatbaar was om
in vrijen arbeid en door de particuliere industrie,
waaronder in de eerste plaats de inlandsche be
volking zelve, te worden gedreven; dat de pro
ductie, nu stationnair, aanmerkelijk zou kunnen
toenemen, en het gouvernement hetzij uit be-
drijfs-belastingvordering van een deel der pro
ductie als belasting met verdere vrije beschikking
aan de planters, uitvoerrecht, of inkoop tegen
billijke betaling, genoegzame voordeelen uit de
koffiecultuur zou kunnen trekken. Intusschen is
ook gisterenavond het debat niet afgeloopen en
besloten om het in eene volgende algemeene
vergadering voort te zetten, vooral met het oog
op de wijze en de mate van overgang in vrije
teelt, waarover het laatste gedeelte van de dis
cussie (waarop nader wordt teruggekomen) meer
speciaal liep.
Omtrent de verpachting der buffetten en
restauratie in het nieuwe stationsgebouw alhier
verneemt men, dat de lokaliteiten alle nog
veel ruimer en beter voor het doel ingericht
zijn dan te Utrecht, waar deze verpachting jaar
lijks opbrengt f 8313 Bovendien bevindt zich
alhier in het stationsgebouw eene ruime woning
met bekwame keuken en kelders voor den res
taurateur, zoodat alles medewerkt om te doen
verwachten, dat naar deze restauratie zal wor
den gedongen door celebriteiten in het vak, om
zoodoende tevens te voorzien in eene behoefte,
welke door vreemdelingen, die zich voor een
dag in de residentie ophouden, algemeen wordt
gevoeld.
Delft, 7 Februari. De commissie van deskun
digen in 1867 benoemd, heeft den 10"1"1 November
1869 den gemeenteraad alhier haar rapport in
gediend betreffende den stinkenden toestand van
het grachtwater. Eerst heden is dit in afdruk
aan de leden van dit college toegezonden. Daarbij
worden verschillende middelen tot verbetering
aangegeven. De commissie is o. a. van oordeel
dat: bij vermeerderde afstrooming naar Rijnland,
en daarmede overeenstemmende inlating van
water aan de Maas, de toestand der grachten
van Delft zou verbeteren, in die tijden, dat afstroo
ming van Rijnland weggelaten wordt; dat kunst
matige strooming, door een stoomwerktuig in de
oostelijke grachten te brengen, kan nuttig zijn,
bij tamelijk sterke strooming in de westelijke
grachten, dus bij tamelijk sterke inlating aan de
Maas en aftapping aan den Leidschendam of te
Scheveningendat het vervuilde water der ooste
lijke grachten, door het stoomwerktuig, langs den
oostciugel naar de Haagsche vaart gebracht,
dan telkens door versch Maaswater wordt ver
vangen; dat, zonder belangrijke strooming in de
westelijke grachten de kunstmatige waterbe
weging, in de oostelijke grachten te verkrijgen,
den toestand niet aanmerkelijk kan verbeteren, en
dat uitbaggering der grachten, waardoor de diepte
eu de massa der bagger-specie of modder vermin
derd wordt, zeer tot verbetering der grachten
meewerkt.
Kunstmatige strooming door aftapping van
water uit de oostelijke grachten, naar dieper
liggende polders en het daaruit opmalen door
stoom zou hulp kunnen geven. Eveneens het
graven van een afzonderlijk kanaal van den
oostcingel naar den Leidschendam. Beide midde
len zijn echter moeilijk toe te passeu, daar de
kosten groot zouden zijn.
Wordt door een en ander de waterverversching
aanzienlijk beter dan thans, zoo wordt het dem
pen der grachten in het algemeen ontraden,
maar wordt de waterverversching weinig beter
dan thans, zoo zouden eenige der meest ongunstig
gelegen grachten kunnen gedempt worden.
Rotterdam, 9 Febr. Ten gevolge van eene wil
lekeurige handelwijze in de toewijzing der nieuwe
Russische leening heeft het comité van effecten
handelaren alhier heden in zijn vergadering be
sloten voorloopig dit fonds niet in de officieele
noteering op te nemen.
Gouda, 8 Febr. De diakenen der Hervormde
gemeente, die hunne betrekking wilden neder-
leggen, als protest tegen het onlangs opgemaakte
twaalftal van predikanten, zijn van hun plan
teruggekomen en zullen althans het beroepings-
werk mede voortzetten.
Woerden, 9 Febr. Gisteren ontdekte men in
de vrouwengevangenis alhier brand in een schoor
steen van de met een groot getal gevangenen
gevulde bovenzalen.
Van de binten, waarop de schoorsteen gebouwd
is, was er reeds éen ten deele verbrand, toen
door den kommandant der gevangenis doortas
tende maatregelen werden genomen en zoowel
door gedeeltelijke sloping van den schoorsteen
als door aanwending van een extincteur den be
gonnen brand spoedig werd gestuit en onbere
kenbare onheilen werden voorkomen.
Kampen, 9 Febr. Gisteren-avond is alhier zekere
J C. Kuppe naar men meent ten gevolge van
de strenge koude overleden.
Heerenveen, 7 Febr. Als een bewijs van be
langstelling in het openbaar lager onderwijs,
vermelden wij met genoegen, dat het gemeen
tebestuur van Engwierden heeft besloten, om in
twee scholen dier gemeente, te Tjallebird en
Heerenveen-Engwienlen, kweekelingen aan te
stellen, ieder op een salaris van f 150 per jaar.
De meeste besturen houden zich aan het minimum
f 25 per jaar.
Gemengde Berichten,
Een abuis is menschelijk!
Dit neemt echter niet weg, dat er vergis;
zijn, die iedereen kan begaan, eu toch elk;
lust opwekken.
Zoo heeft bijv. de Courrier de la Meuse de^rf)"
gen eene onbetaalbare koddigheid begaan.
Het blad deelde het bekende bericht mei]:
het ontdekken der overblijfselen van Vondel;
Het besloot die tijding met deze geruststel
woorden
z/Het lijk is naar het gasthuis overgeb:
om te worden geschouwd. De justitie dos
derzoek"!
Wat was er nu gebeurd? Bij een berichI
Arnhem omtrent een gevonden lijk moeslt
regels staan, die door den zetter, bij het o
ken van den vorm, onder het Vondels-bs
waren geplaatst.
Wij herhalenerrare humanum est. Dv. i
Zondag-avond j. 1. is te Nottingham, hoofdp
van het graafschap van dien naam deuitgesti
garen- en katoenweverij van de firma Laj
en C°. een prooi der vlammen geworden, tel
volge waarvan 100 arbeiders broodeloos zij;
vt
z<
vi
h
sl
bi
o;
VI
VI
T
o;
BUITENLAND.
I
Mexico.
De berichten dat een opstand tegen het bei
van den president is uitgebroken, zijn nadsl
vestigd door een der tijding, via New-York
een gevecht bij San Luis Potosi tusschei
regeeringstroepen en de insurgenten, waan
eerste het onderspit hebben gedolven met at!
lating van 20 stukkeu geschut.
Zoodoende zou Juarez wel eens denzell,
weg kunnen opgaan van den ongelukkigen
zer Maximiliaan.
Engeland.
De heer Bright, Minister van Koophande
het ministerie Gladstone, is, zooals uit een
gram in ons nummer van gisteren bleek, p
ling ongesteld geworden. Thans meldt de
Telegraph, een ministerieel blad, dat deze ti
man op raad van zijne geneesheeren ziel
herstel van zijne geschokte gezondheid naar S|
land zal begeven. Het klinkt vreemd om
maand Februari een zieke het koude kli:1
van het noorden aan te raden. Tot dusver
men in zulke gevallen o. i. aan de luchtst
van het zuiden de voorkeur. Zou een en ai
niet in verband kunnen staan met de geruc!
over oneenighedeQ in het Engelsche Kabiwh
Te Norwich, de hoofdplaats van het graaf:
Norfolk, werd deze week eene groote meetin
houden, meerendeels van geestelijken eu buiteo
leeken, waarin besloten werd vertoogen in te 1
gen tegen herziening van de bestaande ini
ting van het onderwijs naar de plannen var
in Engeland gevestigd Schoolverbond. Hoofd;
lijk werd men tot dit besluit geleid door c-,
wering, dat deze reorganisatie den landt,a
lijks op 3 millioen pond sterling te staai
komen, zijnde driemaal zooveel als thans
dig is.
Het schijnt dat het geld voor de Engell
natie eene zeer gevoelige zijde is. Hoe zo.
anders de heeren geestelijken dit onderwer;
afschrikkingssysteem bezigen, daar ze toch
het overige met het doel van den Bond schi
in te stemmen!
Frankrijk.
De gebeurtenissen van de beide jongste da
zetten uit den aard der zaak geheel Pariji
rep en roer. De dagbladen zijn opgevuld
bijzonderheden en beoordeelingen en versch;-'-
zich daardoor gelijk bij de zaak van Troppni;
rampzaliger nagedachtenis, een ongeloofelijkdei
tf
Vil
ge
mi
be
oo
da
tei
aa
w
op
st
li
vi
ai
g'
ai
.ai
et
bt
er
h
w
sl
le
do
di
d
E
zi
L
a
d
d
b
ui
tl
v
d
ii
b
e
v
d
t<
v
kon en kan ik nog niet gelooven, Alfreds naam
moest hem geheel vreemd zijnvan onze oude
liefde, waarvan alleen de familie Thomar iets
geweten heeft, kon hij niets vernomen hebben,
en uit den stijl en inhoud van den brief, dien
ik eerst later heb gelezen, geen den geringsten
argwaan hebben geput. En geen woord is hem
ooit ontvallen, waaruit ik kon opmaken, dat de
overige mij geheel onbekende inhoud van het
paket eenig vermoeden van de waarheid in hem
zou hebben gewekt. Den naam van den schrijver
noemde hij nooit anders, dan met de grootste
onverschilligheid, of, op zijn hoogst, met de bij
voeging, dat dat heer al net zoo'n dwaashoofd
scheen te zijn als Wenzel, zijn vriend, en ik.
Want met dat scherpe woord kwam hij mij
plotseling aan boord, en brak hij den staf over
ons, zoodra ik aan de beter hand kwam, en met
dat scherpe woord vervolgde hij mij sedert, tot
ik ulieden te Ueberlingen daarvan verhaalde, en
vij, Edmund, een verklaring van het zonderlinge
voorval poogdet te geven.
„Mij werd intusschen duidelijk, dat zijn arg
waan, zijn ijverzucht zich op Wenzel gevestigd
had, wiens verhouding tot mij hij, na het ver-
nomene, geheel anders meende te moeten be
schouwen, dan hij tot dusver gedaan had. Een
wezenlijken grond daartoe had hij, gelijk ik
telkens herhalen moet, niet, en hij kan ook niet
naar ik toen dacht, aan de andere geschreven,
stukken uit hel paket ontleend hebben; thans
weet ik dat anders. Er was wel waarlijk iets
in geweest, schoon ook iets onwezenlijks een
brief van Wenzel aan mij, geschreven na den
dood van zijn moeder, maar nooit verzonden, en
misschien wel buiten zijn wil, ja, wellicht zon
der dat hij eens wist, dat hij nog bestond, bij
het paket gevoegd. Daarin moet gestaan hebben,
dat Frisingen het aanzoek om mijn hand bij tante
had aangedrongen met den wenk, hoe het ja
woord heui de voortdurende ondersteuning van
de oude vrouw, en zelfs van Wenzel, vergemak
kelijken, ja, tot een aangenamen plicht maken
zou. terwijl anders maar, basta, gij begrijpt
er alles van; gij begrijpt, wat dat zinspelen op
den zoon op de moeder moest uitwerken, en
welk een indruk juist zulk een ontdekking op
Wenzel moest maken. In dien brief had hij zich
in de hardste bewoordingen over Frisingen uit
gelaten, en hem mijner onwaardig genoemd, ja
gedreigd, dat hij mij, bij het minste kinkje in
den kabel, tot een scheiding zou weten over te
haleD, en meer van dien aard. Waarom de brief
niet werd afgezonden, of dit nagelaten is, daar
Wenzel misschien ter oore is gekomen, dat mijn
huwelijk niet oneenig was, en hij er dus geen
stoornis in wilde brengen, of doordien de arme
man in die dagen, gelijk ik u vroeger verhaalde,
het leven en de wereld vaarwel zeide, en in den
vreemde ging omzwerven, zoodat hij mij zonder
bescherming liet, is een vraag, die ik onmo
gelijk kan beantwoorden.
„Dezen brief kreeg ik dus niet in handen, en
eerst lang daarna hoorde ik, dat hij bestond.
Maar ook zonder dat was er genoeg, om me het
leven te verbitteren Ik kreeg het paket, nadat
het door Frisingen geopend en doorzocht was.
Ik merkte, dat ook mijn schrijftafel gedurende
mijn ziekte doorsnuffeld was, en miste een paar
brieven van Wenzel, die ik altijd als heilige
reliquieën bewaard had. Hoe koud meditophet
lijf viel, en hoe verontwaardigd ik was, behoef
ik u niet te zeggen. En een tijd lang kwam tel
kens de vraag in mij op, of Frisingen nog niets
anders van of over Alfred gevonden kon hebben,
dat aanleiding had gegeven tot zijn minachtende
houding tegenover mij, en ook, wat hem eigenlijk
toch tegen Wenzel zoo innam, dat hij mij met
zoo'n minachtende scherpte deed ontgelden. En
toen mij dat alles allengs duidelijk werd, toen
was het reeds te laat, en had er een groote om
wenteling in me plaats gehad. Niet alleen mijn
vertrouwen, maar ook mijn achting verminderden,
en had ik vroeger deze gelegenheid hoogstwaar
schijnlijk waargenomen, om, met betret
tot Alfred, mijn gemoed te ontlasten en me
deze herinnering voorgoed te bevrijden,'
kweekte ik ze met te grooter liefde en s|
aan. Mijn beste en trouwste, heiligste vel
denken en gelooven werd iederen dag dooi
man alleroubarmhartigst aangevallen, gel
veroordeeld, bespot. Is het te verwonderd!
het zich gestadig meer van hem afwendiiq'
zich hoe langer zoo meer bepaalde opdien;
bij wien het een steun, waardeering en en
ning meende te moeten vinden. Want dat Al-
met Wenzel bevriend was geweest, ten
hunner overeenstemming in gevoelen, denk®
gelooveD, bewees, dat hij ook met mij ovei
stemde, en zijn brief, hoe volkomen hij ook
verleden scheen te verloochenen, was mij
teeken, dat hij de oude betrekking gevoeld';
niet wilde opgeven. En, vrienden, streed ik
al tegen die gewaarwordingen en droomen
of nieuwe, zooals gij het noemen wilt, het
1 een andere strijd dan voorheen. Want
droomen en gewaarwordingen waren in hen
j en het hoofd van de vrouw een zonde, vvs
gen ik worstelde alleen met mijn plicht
Wordt vereolji