Donderdag 6 Januari. Feuilleton van liet „Leidseli Dagblad". ied< 1LLE in 18 ,n de i i/i zich jl de k n, na A°v 1870. DAGBLAD. PRIJS DEZER COURANT. ZIJt Voor Leiden per 3 maanden. Franco per post. Afzonderlijke Noramers 3.00. 3.85. 0.05. Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen, uitgegeven. PRIJS DER ADVKRTKNTIEN. Voor iederen regelJ 0.15. Grootere letter naar de plaatsruimte die zij beslaan. Lelden, 5 Januari. co be,, j(i de nqOn lu j de gisterenavond gehouden vergadering :ilo.n leden der Leidsche Vereeniging tol bevordering II geregeld schoolbezoek is een bestuur verkozen. „:oewel de leden natuurlijk vrijgelaten werden u 1 hunne keuze, zoo had toch de voorloopige GEKimmissie het ter bekorting der stemming uuttig van loordeeld, om een voordracht van dubbeltal- n te doenen liet bleek dat de leden de ziens- ijze der commUsie in deze deelden, daar al f eersten der voordracht gekozen werden. Het jn de 1111.F. B. Coninck Liefsting, J. E. orti.oudsniit, A. C. Quant, A. J. Molenaar, C. G. ieuwveen, H. G. Hagen, N. J. Sanders, C. lansjaar, J. Drost, J. Van Litb, J. W. Schaap, i L. W. E. Rauwenhoff. - Bij den aanvang der vergadering deed de voor tter mededeeling van een schrijven van Ds. "trost, waarbij deze verklaarde het tot stand omen der vereeniging niet te hebben willen -ïgenwerken, door dat, wat hij op de vorige ergadering in het midden had gebracht; dat hij "Heen eenige bedenkingen had willen opperen, n dat zijne verklaring aan het einde van de —ergadering deze zijne bedoeling ook volkomen evestigde. Deze mededeeling werd blijkbaar door ~e vergadering met ingenomenheid begroet. De voorzitter deelde nog mede dat eerstdaags ijsten zullen worden rondgezonden, waarbij ieder ~al, behooren op te geven hoeveel hij jaarlijks sOOr de vereeniging wil bijdragen. Hij drukte en wensch uit, dat er velen mochten zijn, die ietgestelde minimum (50 cents) mochten over schrijden; voor het uitreiken van prijzen bijv. iad de commissie wel wat geld noodig. Nog hield in deze vergadering de heer Blan- ~jaar eene rede, om- het doel der oprichters van le vereeniging nader duidelijk te maken. Hij mtwikkelde eerst zijn gevoelen omtrent school- -~>lichtigheid, en sprak als zijn gevoelen uit, een ipinie, door veelzijdige bekendheid van de toestan- len in deze stad bij hem gevestigd,, dat de invoe- ing hiervan in de allereerste plaats door iets finders behoorde voorafgegaan te worden: ver- 5siooging der ioonen. Nu toch kunnen vele ouders het loon dat hunne "tinderen verdienen, en dat hoe gering ook toch _;en belangrijk deel van hun wekelijksch in komen uitmaakt, niet missen. Doch hij vestigde ~3e aaudacht op twee redenen van schoolver- suim, die reeds dadelijk een belangrijken invloed pp het cijfer der niet-schoolbezoekers hadden, en toch gemakkelijk weg te nemen zouden zijn; het hoofdzeer, waarom de kinderen niet op de "school worden toegelaten, en het gebrek aan eenige voegzame kleeding, waarom de ouders hunne kinderen niet naar de schoot durven zen- den. Stak men nu de laatsten in een ordentelijk _pak, en richtte men voor de eersten des noods een afzonderlijk lokaal op, waar tevens voor hunne genezing gezorgd werd, dan had inen reeds dadelijk voor een niet gering deel liet schoolverzuim verminderd. Daarna, en dit zal de hoofdvverking der vereeniging uitmaken, zul len de minvermogende gezinnen geregeld opge zocht worden, om de ouders die hunne kindereu niet ter schole zenden, daartoe op te wekken. De stad zal in 29 wijken en 9 a 10 afdeelingen worden verdeeldvoor ieder wijk zal men twee personen benoemen, om daar werkzaam te zijn, en aldus het werk uiet al te bezwarend maken. Voorts stelt men zich voor, om door het uitrei ken van geschenken, een trouw schoolbezoek te bevorderen. Onder de middelen om het doel der vereeni ging te bevorderen, behandelde spr. nog de mid delen, die door de leden ieder afzonderlijk daar toe konden aangewend wordenzoo min mogelijk kindereu beneden 12jarigen leeftijd, die niet kun nen lezen of schrijven, in dienst te nemen, de bij hen in dienst zijnde kinderen, die dit niet kun nen, in de gelegenheid te stellen, dit te ieeren en er op toe te zien, dat zij van die gelegenheid gebruik maken, en voorts behoeftige ouders die hunne kinderen behoorlijk ter school zenden aan te moedigen en te begunstigen. Eindelijk legde, op een vraag van Prof. Prins de voorzitter nog de verklaring af dat de Nuts- commissie tot wering van schoolverzuim wel verre van een minder aangename concurrent in deze Vereeniging te begroeten, integendeel hare volko men adhaesie aan de oprichting er ran had.geschon- ken, en haar in hare plannen wilde ondersteunen. Ten slotte werd er nog besloten om circulaires te verspreiden, opdat zij die geen leden der ver eeniging wenschen te worden, en hierbij had men vooral op 't oog de dames die de Vereeniging wenschten te steunen, in de gelegenheid te stellen, om door het geven van gedeeltelijke bijdragen het doel der Vereeniging te bevorderen. Naar wij vernemen zullen de toespraken over godsdienstige onderwerpen, van af den 7den dezer weder geregeld iederen Vrijdag des avonds te acht uren in het lokaal op de Haarlemmerstraat plaats hebben. In de eerste helft der maand December zijn aan het postkantoor alhier bezorgd de volgende brieven, die wegens onbekendheid der adressan ten niet bezorgd zijn kunnen worden: P. v. Leeuwen, K. Visser beiden te Aalsmeer; Wed. v. d. Bosch, E. M. Giinther, P. Sterens te Brundeik, Wed. Lieflink, B. Boom, Tugel Loewensohn, J. Vastenhout, H. L. Buschman, Koot, allen te Am sterdam v. d. Mark te DeilA. Strikwada te Fraueker; H. K. v. Blankenstein te 's-Gravenhage Elippo te Hazerswoude; .T. H. Burger te Huizen; Van Leiden te Koudekerk; Van 't Haaft te Lei den H. Kriff te MaarsenC. Faktor te Moer Capelle; C. Spijker te Rotterdam; R. L. v. Wit- senburg te Rijswijk; Wagman te Soeterwoude P. Dolmans te Utrecht; K. De Best te Zutphen J. Polak te Zwolle. Omtrent den te Utrecht overleden gepensio neerden uiajoor Pieter Willem d'Auzon de Bois- minart, ontleenen wij aan de .4riiA. Cl. nog liet volgende «Deze krijgsman, geboren in 1776, had bijna den leeftijd van honderd jaar bereikt, Reeds op zijn twaalfde jaar trad hij in Hollandschen dienst als cadet der artillerie; later ging hij in Oosten- rijksehen dienst over; werd krijgsgevangen ge maakt door de Franschen; schaarde zich toen onder de Engelsche banier, tot hij in 1S02 weder als Hollandsch officier aangesteld werd en later, bij de inlijving bij Frankrijk, bij het keizerlijk leger dienst deed. Zijn eervol ontslag uit den Franschen dienst in 1817- verkregen hebbende, ging hij weder in Hollandschen over en diende tot 1,827, in welk jaar hij tot kommandant-direc- teur van het invaliedenhuis te Leiden benoemd werd. Deze betrekking bekleedde hij ongeveer twintig jaar. Hij nam aan al de veldtochten deel, waaraan het tijdperk, waarin hij leefde, zoo rijk was. Een aantal veldslagen en belegeringen woonde hij bij. Na den tocht naar Rusland werd hij voorgedra gen, wegens zijne uitnemende diensten, tot ridder van het Legioen van Eer, welke onderscheiding hem echter, ten gevolge van den loop'der gebeur tenissen, niet ten deel viel. Als kommandant van het invaliedenhuis te Leiden heeft hij zich zeer verdienstelijk gemaakt, en later ook bij de oprichting van het invaliedenhuis op Bronbeek. Er bestaan verscheidene werken van zijne hand, onder anderen eene geschiedenis van den veldtocht van Napoleon en van de veldtoch ten der Fransehen. Hij was ridder van verschei dene orden en lid van meer dan eene wetenschap pelijke maatschappij, o. a. ook van de Nederland- sche maatschappij van Letterkunde. Bedriegen wij ons niet, dan gaf hij in 1863 een ontwerp in het licht voor het nationaal monument. De overledene was algemeen geacht, maar in de laatste jaren nam hij weinig deel meer aan het maatschappelijk leven." wind der Vereeniging van en voor industrieelen te Dordrecht; en P. Smidt van Gelder Pz., lid van het hoofdbestuur der Nederlandsche maatschappij ter bevordering van nijverheid te Amsterdam. Gisteren heeft voor liet prov. gerechtshof in Zuid-Holland gediend de zaak van J. C. Span- jersberg te Rotterdam, uitgever van het Volksblad, die in hooger beroep was gekomen tegen een vonnis der rechtbank te Rotterdam, waarbij bij is schuldig verklaard aan laster in een gedrukt eu in omloop gebracht geschrift en veroordeeld tot twee maanden gevangenisstraf en eenige geld boeten. De appellant heeft zelf zijne verdedi ging voorgedragen. Advocaat-generaal Mr. Terp stra requireerde tot bevestiging van het vonnis der rechtbank te Rotterdam. De uitspraak is bepaald op aanstaanden Maandag, des morgens te halftien. Bij Koninklijk besluit van den 2den dezer, is eene commissie benoemd bui namens de Neder- landsche regeering op te treden bij de internati onale tentoonstelling voor ambachtslieden, welke in het jaar 1870 te. Londen zal worden gehou den, en zijn tot leden dier commissie benoemd de heerenJ. Van den Wall Bake, lid van het hoofdbestuur der Vereeniging ter bevordering van fabrieks- en handwerksnijverheid in Nederland, le Utrecht; J. M. Van der Made, lid van het be De minister van oorlog heeft, vastgesteld liet volgende bedrag der sommen, welke gedurende het jaar 1870, bij de landmagt, voor het werf- fonds zullen worden te goed gedaan, mitsgaders van het maximum der sommen, welke voor hand- en aanbrenggeld mogen worden betaald Up de afrekeningen van de korpsen en van de Kon. Mil. Akademie, met 's Rijks schatkist, wordt te goed gedaan: voor iederen nieuw aan genomen militair beneden den graad van korpo raal, boven de 18 jaren, mitsgaders voor iederen tamboer en hoornblazer beneden dien leeftijd en iederen milicien die zich verbindt om als vrijwilliger bij het leger te dienen f 75,00; voor iederen militair beneden den graad van korpo raal, telkens wanneer hij zich vóór zijn 70' levensjaar op nieuw voor de tweede, derde of volgende maal voor de dienst verbindt f 70,00. Het maximum van het handgeld bedraagt: voor een nieuw aangenomen militair en voor een milicien die zich verbindt om als vrijwilliger bij het leger te dienenf 30,00; voor een nieuw aangenomen tamboer en hoornblazer be neden de 18 jarenf 15,00voor een zich op nieuw verbonden hebbend militairf 70,00. Het maximum van het aanbrenggeld bedraagtj: voor een nieuw aangenomen man en voor een milicien, die zich verbindt om als vrijwilliger bij het leger te dienen f 8voor een tamboer en hoornblazer beneden den leeftijd van 18 jaren f 7. Voor recruten, die op autorisatie van het Dep. van Oorlog worden aangenamen, en voor die, herkomstig uit de verpleegden van de ge stichten te Ommersehans en Veenhuizen, wordt geen aanbrenggeld betaald. De hiervoren vermelde soinmeu worden toe gestaan voor dienstverbindtenissen van zes of meer jareu. Voor verbindtenissen van korteren duur woidt voor ieder jaar een zesde deel van liet toegestaan bedrag gerekend. Nog heeft de minister, met het oog op het tijdstip van de aflevering der miliciens, bepaald, dat bet mouvement der troepen, bij de aanstaande garuizoeus-verwisseling, zoodanig zal moeten wor den geregeld, dat het vóór of uiterlijk op 1 Mei aanst. afgeloopen zij. Z. M. heeft in verband met de artt. 3 en 7 der wet van den 2Ssten Mei 1869 Staatsblad n°. 97) benoemd: tot lid en voorzitter der commissie bedoeld in art. 3 van voormelde wet, den heer Dr. P. L. Rijke, staatsraad in buitengewonen dienst en hoogleeraar aan de lioogeschool te leidentot leden dier commissie de heeren: J. Groll, lid vau den raad van beheer der Nederlandsch Indische spoorwegmaatschappij, te Leiden; P. F. Uhlen- beck, gepensioneerd kapitein-luitenant ter zee, oud-inspecteur van de bebakeuing, de kustver- licliting eu het loodswezen in Nederlandsch lndië, te Haarlem; A. Sol, officier machinist met verlof, K O R N li LI s PLA N K. NOVELLE H. TILLEMA. Vervolg.) Helaas! de oom kon niet antwoorden. j 't Was bijna een rond jaar geleden, dat hij r met het „Vertrouwen" naar een der Oost-zee _j havens uitgezeild was, en men had, sedert dien tijd, van schip noch bemanning iets vernomen. Er bleel geen twijfel meer over, dat liet vaartuig f met man en muis was vergaan, aa- Ze bad in dat laatste jaar wat doorgestaan, die oude moeder. Door hoop en vrees was ze telkens pc geslingerd geworden. Lang had men, daar ze blind was geworden, den inhoud der brieven, die een jeugdige moeder uit Riga haar had toegezonden, verborgen ge houden, doch men had baar het ongeval niet lan ger kunnen verbergen. Een jeugdig echtgenoot, had als passagier plaats genomen op het „Vertrouwen," en had bericht hiervan aan zijn hem verbeidende gade gezonden. Weken eu maanden waren verloopen en nog was de langverwachte niet huiswaarts gekeerd. Brief op brief werd door de liefhebbende echt- geuoote naar Holland verzonden. Helaas! op allen ontving ze, zoowel van den makelaar, als van den lieer M. die de correspon dentie voor de blinde weduwe voerde liet be richt, dat haar echtgenoot iu goeden welstand was uitgezeild. „Arme moeder," zuchtte de menschenvriend, toen hij iu zijn laatste sehrijven haar nog eenige troostgronden zocht op le dringen. t Is een geluk," had hij in 't eerst tot zich zeiven gezegd, „dat de oude vrouw blind is." Doch weldra waren de vrouwen der beman ning van het zonder twijfel verongelukte vaar- i tuig tot liaar doorgedrongen. Arme vrouwen! die daar kwamen om tot zekerheid omtrent het lot barer dierbaren te geraken; zonder het te willen, hadden ze de ongerustheid der arme blinde vermeer derd. „Ge behoeft het niet langer voor mij te ver- i bergen," zei ze eindelijk tot den heer M., „ik ben overtuigd dat mijn zoon dood is." „Heer!" snikte ze, „Uwe band drukt zwaar op mij." „Zoo is dan liet avondrood van mijn leven in een donkere nacht ondergegaan," stamelde ze, toen ze baar aandoening weer eeuigszins meester was. „Mocht nu mijn nutteloos leven baast ten einde zijn. Welk een donkere toekomst," zuchtte ze. Donker was het voor de blinde. Ze zag niet hoe een menschenvriend met haar weende en verborgen was liet baar, dat iemand die veel lief heelt, veel leed draagt. „Wat zou ik Kornelis graag willen spreken," zei ze lot den heer H., toen deze een einde aan zijn bezoek maakte. „Kom zoo spoedig ge kunt over," las Plank aan 't slot van den daarop ontvangen brief. 't Kostte hem geen moeite van den hem toe genegen arts verlof te bekomen. Weldra was hij in de trekschuit op reis naar G. Men moge de praatjes, in dit middel van ver voer gehouden soms als amusant en onderhou dend alsohilderen, 'l gesprek, dat Plank er aan hoorde, sneed hein door de ziel. Daar in het vooronder zich een misdadiger bevond, die getransporteerd werd, gaf dit een der passagiers aanleiding liet gesprek op crimi neel gebied over te brengen. „'t Duurt tocli lange, dat ze de moordenaar in handen hebt, van dee rieke boer dee veurgan- gen jaor vermoord is eworden," zei een bedaard landbouwer. Hierop meende een ander 't gezelschap een grooten dienst te doen, door den moord en liet plaats gehad hebbende rechtsgeding in al zijn bijzonderheden mede te deelen. „Hoo is 't meugelek, dat ze «Ie kerel, dee ze ienmaol op epakt hadden, weer lüs luien," meende een ander. „Men heeft bij gebrek aan wettig bewijs hem vrij moeten spreken," merkte een blauwgekielde marskramer aan. „Hij had 'n avecaot" bracht een niet zeer snug ger uitziende boerevrouw iu 't midden. „O, dat aveeanlenvolkeindigde ze, na een verward verhaal te hebben meegedeeld, waarin haar man betrokken was geweest en „dat zoo onrechtveerdig ewest liadde, umdat liet hem zoo'n veul ekost liadde." „Ik zeg tnaor, de kerel, dee ze vrij espreuken hebt, mag neet hielemaol scliuldeg ewest heb ben, liielemaol onschuldeg was hij zeker ook neet," hervatte de eerste spieker. „Wisse neet" meenden de anderen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1870 | | pagina 1