moesgronflen. Daar de voorraad echter voor eigen
gebruik te groot is, wordt een gedeelte daarvan
verkocht.
Bij de behandeling der vraag, of het te Mee-
renberg zoo gunstig werkende stelsel ook niet
vrucht in steden in werking zou zijn te bren
gen, helde men tot de uieening over, zonder
evenwel de bezwaren voorbij te zien, die aan
de toepassing van dit stelsel in ruimer bestek
waren verbonden, dat er veel aanleiding voor
is oin in de daarvoor meest geschikte gedeelten
van steden, of althans bij den aanleg van nieuwe
buurten, het hier besproken systeem in toepas
sing te brengen.
Het comité voor de meeting over de zaak van
het drinkwater in de residentie heeft zich, naar
wij vernemen, Maandag avond geconstitueerd. De
heer Mr. VV. Wintgens zal de meeting van Dins
dag-avond presideeren, terwijl de heeren C. Goe-
koop en Dr. J. F. Mouton, respectief als vice-
president en secretaris zullen fungeeren.
De heer Witsenborg heeft een kort overzicht
samengesteld, waarin de geschiedenis der drink-
waterquaestie te 's-Gravenhage wordt medege
deeld, en dat wij in de gelegenheid gesteld wer
den hedenavond (Dinsdag) aan onze geabonneer-
den te dezer stede vond te zenden. De lezing
daarvan kan worden aanbevolen aan alle bezoe
kers der meeting en aan alle belangstellenden
in het daarop te behandelen onderwerp. (Vad.)
In de vergadering der natuurkundige afdeeling
van de academie van wetenschappen, Zaterdag
11. te Amsterdam gehouden, werden door den
secretaris brieven medegedeeld van den heer Le-
verrier, die aan de academie een exemplaar zond
van zijn verhandeling ter verdediging van Huij-
gens en Newton in de zaak der thans valsch
gebleken autografen van Chasles, en van den
minister van binnenlandsche zaken ten geleide
van een rapport van den heer Caland over een
nieuw paalworm-werend middel.
De heer Koster bracht mede namens den heer
Harting rapport uit over de doodsbeenderen, te
Stolwijk opgegraven en door den heer Leemans
aan de afdeeling ten onderzoek toegezonden Het
blijkt dat de beenderen niet veroorloven met
zekerheid uit te maken, van welke nationaliteit,
of van welk historisch tijdperk de eigenaar ge
weest is.
De heer Stieltjes deelde, eenige belangrijke op
merkingen mede over reeds verrichte en nog te
verrichten proeven op het gebied der waterloop-
kunde.
De heeren Vogelsang en Herklots boden voor
de verslagen en uiededeelingen verhandelingen
aan, de eerste over de benaming en sorteering
der kristallijnen gesteenten, de tweede over twee
nieuwe geslachten van parasitisch op visscben
levende schaaldieren.
De heer Koster, sprekende over de ontwikke
ling der bloedvaten uit de kieuwboogslagaders
der vrucht, behandelde inzonderheid de anatomi
sche en embryogenetische beteekenis van dearteria
bronchialis, waarover hij eenige nieuwe beschou
wingen mededeelde.
De heer Baehr vermelde kortelijk een nieuwe
uilkomst, door hem verkregen bij de beschouwing
van de betrekking tusschen de wortels en de
coëfficiënten eener tweede-machtsvergelijking.
Z. M. heeft benoemd tot grootkruis der orde
van den Nederlandschen Leeuw den luit.-gen.
B. J. B. I. Renard, Minister van oorlog en adju
dant van Z. M. den Koning der Belgen; tot kan-
tonr. te Utrecht Mr. H. Waller, thans griffier bij
het kantong. aldaar; tot griffier bij het kantong.
te Utrecht Mr. P. Van Wessen, thans griffier bij
het kantong. te Tiel; tot griffier bij het katong.
te Tiel Mr. C. J. Geisweit Van der Netten, adv.
te 's-Hage.
Z. M. heeft aan de nagemelde off. bij de dienst
doende schutterijen op hun verzoek, eervol ont
slag verleend, te weten: bij die te Amsterdam
aan M. F. De Monchy, als eersten luitenant; bij
die te Dordrecht, aan H. Onderwater, Mr. R. Van
de Werk en H. A. Toewater, allen als 2de luits.;
bij de dienstdoende schutterijen benoemd: bij die
te Dordrecht, tot 2den luit.-effect. M. W. Rees,
thans 2den luit. k la suite; W. H. Obreen, thans
schutter, en D. De Jongh S.-Cz.; bij die te Gorcum,
tot 2deu luit. Mr. R Van de Werk, 2den luit. bij
de dienstd. schutterij te Dordrecht.
De 2de luit. H. F. B. Logeman, van het Siste
reg. inf., is in zijnen rang overgeplaatst bij het
wapen der inf. van het leger in Ned. Indië.
Amsterdam, 2 Nov. In Juni 11. heeft zich alhier
eene vereeniging gevormd, welke zich ten doel
stelt, de verpleging van weezen in aard en strek
king te leeren kennen. Zich voorloopig tot dat
doel bepalende zal de uitkomst haar als van zelf
den weg wijzen, dien zij verder zal hebben te
bewandelen. Het plan bestaat om een tijdschrift,
aan dat doel gewijd, uit te geven. Als leden dier
vereeniging kunnen wij noemen de heeren: J. F.
B. Baert, Mr. C. A. Crommelin, B. A. Van
Doorn, A. Gildemeester, Mr. P. M. G. Van Hees,
Mr. W. C. Mees, Dr. T. Modderman Azn., J. E.
Moltzer, Prof. J. G. De Hoop Scheffer, Mr. N. J.
Den Tex en J. Coninck Westenberg, te Amster
dam; Dr. E. Van der Ven, te Haarlem; Prof. L.
W. E. Rauwenhoff, te Leiden; Mr. M. M. Von
Baumbauer en Mr. J. A. Jolles, te's-Gravenhage;
G. Mees R.Azn., te Rotterdam, en Ds. M. W. Sehel-
leman Kz., te Dokkum Wij hopen later in de ge
legenheid te zijn meer bijzonderheden betrekke
lijk deze Vereeniging, wier streven ieder zal toe
juichen, mede te deelen. Hdbl
Delft, 2 Nov. In de zitting van den gemeente
raad van lieden is het voorstel der Gtiantieele
commissie tot heffing eener belasting op de ver
tering, behoudens eene kleine wijziging in de
verdeeling der klassen van hen, die eigen middel
van bestaan hebben, doch geen afzonderlijke pan
den bewonen, maar bij anderen inwonen, op
voorstel van den heer Van Bloinmestein, met al-
getneene stemmen aangenomen.
Co lij ns pl a at, 22 October. Op eene heden ge
houden vergadering van het departement Noord-
Beveland der Maatschappij tot Nut vun 'l Algemeen
werd na een langdurige discussie besloten in elke
gemeente van Noord-Beveland eene commissie
saineu te stellen, zooveel mogelijk uit de leden
van het departement, met het doel om het school
verzuim tegen te gaan.
Utrecht, 2 Nov. In de op gisterenavond gehouden
vergadering der afd. Utrecht der Vereeniging ter
bevordering van Fabriek- en Handwerksnijver-
heid hield de heer Mr. L. De Hartog een hoogst
belangrijke voordracht over: „het crediet en den
lijfsdwang," die aanleiding gaf tot eene uitvoerige
en geanimeerde discussie tusschen den spreker
en de HH. Mrs. B J. H. Van Blaricum, R. Melvil
van Lijnden en S. M. A. De Mosch, waaruit
bleek dat de gevoelens omtrent het laatste punt
(den lijfsdwang), bij heeren rechtsgeleerden zeer
uiteenliepen; terwijl de eerste spreker den lijfs
dwang geheel wenschte te zien afgeschaft, werd
hij daarentegen door anderen verdedigd, ja uit
breiding er van zelfs wenschelijk geacht. Dat het
onderwerp door den heer De Hartog behandeld,
belang inboezemde, bleek uit de belangstelling
waarmede door de leden, in vrij grooten getale
opgekomen, de discussie gevolgd werd. Het cre
diet, die levensquaestie voor ieder handelaar en
industrieel, is eene zaak, die dan ook niet genoeg
kan worden besproken en toegelicht, en wij moe
ten de pogingen toejuichen, om daaromtrent ge
zonde begrippen te verspreiden. UlrD.)
Assen, 2 November. Vrijdag 11. is bij het pro
vinciaal gerechtshof van Drenthe de zaak in be
handeling geweest van F. Dekker van Zuidwolde,
bijgenaamd de wonderdokter, beschuldigd van
valschheid in onderhandsch geschrift. De proc.-
generaal heeft de beschuldiging volgehouden en
eischte een tuchthuisstraf van 5 tot 10 jaren; de
verdediging was ambtshalve opgedragen aan Mr.
L. Vos. De uitspraak is bepaald op a. s. Vrijdag.
Raalte, 80 October. Onlangs bekwam de hoofd
onderwijzer S. te Marle, gemeente Hellendoorn,
10 dagen vacantie tot het doen van een uitstapje
naar Engeland. Ten gevolge van storm op zee
bleef hij twee dagen langer uit, dan zijn verlof
duurde. Bij zijn terugkomst, zoo verhaalt men,
vond hij wegens dit geval de school verzegeld,
en werd hij voor vier weken in zijne betrekking
geschorst. De school wordt thans door een hulp
onderwijzer uit Hellendoorn waargenomen.
Vollenhoven, 29 Oct. De gemeenteraad alhier
heeft in zijne vergadering van heden besloten de
kermis af te schaffen. Het voornemen bestaat om
in de plaats daarvan in de tweede week van
Augustus op Dinsdag eene harddraverij en op
Woensdag volksverinakelijkheden te houden met
goede muziek. Van alle zijden is men zeer inge
nomen met dit besluit.
Groningen, 1 November. Aan de hoogeschool
alhier zijn ingeschreven als nieuw aangekomen
studenten 31 jongelieden, te weten in de theo
logie 2, in de wis- en natuurkunde uitsluitende,
toekomstige geneeskundigen 5, in de letteren .-
toekomstige theologen 9, toekomstige rechtsge
leerden II.
Knijpe, 31 October. Tot ons genoegen kunnen
wij berichten, dat dezer dagen door onzen talent
vollen gewestgenoot, den heer S. Kool, het por
tret is geschilderd van Tjitte H. De Vries alhier, die
in Maart a. s. den ouderdom van 103 jaren telt.
't Portret is levensgroot, de oude man rookt
z'jn PÜPje en 'eest (zonder bril) de Friesche Cou
rant, 't geen geheel met de waarheid overeenkomt.
De gelaatstrekken zijn juist gelijkend teruggegeven,
zoodat het portret volkomen geslaagd is. Ook uit
het oogpunt der kunst verzekeren kenners, dat
de schilderij hooge waarde heeft.
Gaarne danken wij den heer Kool voor de
opvatting en gelukkige uitvoering van het plan,
om het beeld van onzen nestor op het doek te
brengen en gelooven, dat hij velen in deze en
virons zou verplichten, indien hij kou besluiten,
de schilderij hier en daar eens te laten bezich
tigen.
Heerenveen, 1 Nov. Men bericht dat het stel
sel van belooningen voor getrouw schoolbezoek
gunstig werkt voor de gemeente Schoterland. De
bepaling, dat de minderverinogenden, wanneer
hunne kinderen der schoollessen in 't jaar
hebben bijgewoond, vrij zijn van schoolgeld, werkt
ook zeer voordeelig. Den voorstanders van 't on
derwijs zij vooral laatstgemelde bepaling met
kracht aanbevolen, 't Is een practisch, uitvoer
baar en geschikt middel om schoolverzuim tegen
te gaan.
Winschoten, 2 Nov. Dezer dagen is uit het
huis van arrest alhier ontvlucht, door uit een 15
voet hoog raam te springen, H. Boelens, van be
roep sluiker, laatstelijk hier te Winschoten ge
vestigd, doch te huis behoorende in het naburige
Pruisen. Reeds wegens sluikerij veroordeeld tot
6 maanden, werd juist op 28 October, den dag
zijner ontvluchting, een nieuw vonnis tegen hem
uitgesproken. Men heeft terstond alle moeite aan
gewend om hem weder in handen te krijgen.
Ook kreeg men hem weldra op het spoor in de
Leete, in het huis van zijn zwager; doch, of
schoon een drietal politie-beambten dat huis om
ringden, is hij het nogtans ontkomen, echter met
achterlating van jas en schoenen. Zoo ver men
hier weet, is hij op dit oogenblik nog niet gevat.
's-Hertogenbosch, 31 October. De Raad dezer
gemeente heeft in zijne vergadering van gisteren
voor de alhier op te richten burgeravondschool
benoemd tot leeraar-directeur den heer F. A. R.
Woltering, leeraar aan 's Rijks kweekschool voor
onderwijzers, en tot leeraren de heeren Dr. J.
Schüngel, J. A. Houtman en W. A. Morren, allen
te 's-Bosch.
Gi- e me ngde Berichten.
De beruchte Traupmann schijnt te Pantin niet
voor 't eerst zijn moordlust te hebben bot ge
vierd. Het is thans gebleken, dat een jong reizi
ger uit Rijssel, een zekere Duburquoy, wiens lijk,
eenigen tijd geleden, in het kanaal tusschen Duin
kerken en Petit-Synthe gevonden werd, mede door
Traupmanns hand om bet leven kwam. Men
beeft namelijk in het bezit van dezen laatsten
een valies ontdekt, dat aan Duburquoy had toe
behoord. Ook herinnert men zich, dat Traupmann
zelf er zich op beroemd heeft, in het departement
du Nord iemand in 't water te hebben geworpen.
Volgens de Sport zou door een gelukkige in
spiratie weder een nieuwe verandering in het
damestoilet zijn verzonnen, namelijk een wijzi
ging of liever een algeheele afschaffing van den
hoed. En geen wonder, want nadat de hoed in
alle mogelijke en onmogelijke, vormen is veran
derd, dan hoog dan laag, dan met en dan zonder
rand, en opgetoomd met bloemen, veeren, schel
pen en wat niet al, werd 't eindelijk tijd iets
geheel nieuws te bedenken. Dat nieuwe hoofd
deksel (men weet dat er eigenlijk niets nieuws
onder de zon is) is de „Capulet", ingoedNeder-
landsch zou men wellicht zeggen: kaper of huik.
't Is een elegante dracht, waaraan door de Sport
het grootste succes wordt voorspeld, maar even-
pis de Spaansche dames niet allen de mantille
weten te dragen, zoo zal de capulet ook alleen
de draagster sieren door eigen goeden smaak.
Zelfs zegt de Sport dat de dames, die er mede
zijn geëucapuchonneerd, bijna zeker zijn van er
allerbekoorlijkst uit te zien! Wat de capulet is,
is in alle mode-journalen te lezen.
Greld- en Eflfectenmarkt.
Amsterdam, 25 Oct.1 Nov.
Bij voortduring blijft de stemming der beurs
flauw en de handel, uitgezonderd die in Spaan
sche fondsen, waarin eenige levendigheid is, be
perkt. Zelfs het stil voorbijgaan van den 26""
October was niet in staat eenige opgewektheid
te doen ontstaan.
Van alle kanten trouwens, luiden de finanlieele
berichten ongunstig: overal zijn aanzienlijke te
korten, die gedekt moeten worden door !^eningeiL
welke, bij de tegenwoordige richting om de een
al grooter voordeelen aan de geldnemers toe te
kennen dan de andere, ten slotte onder onereuse
voorwaarden tot stand komen en nieuwe oorza
ken tot nieuwe tekorten worden. Meer en meer
blijkt het dat de Russische financiën in een alles
behalven gunstigen toestand verkeeren, terwijl ook
Oostenrijk nieuwe moeilijkheden te geinoetgaat,
terwijl Italië er zich voor het oogenblik uit gered
heeft door eene tijdelijke leening - 30 millioen
voor 10 maanden en 30 millioen voor 12 maan
den - welke 60 millioen het voor dat eene jaar
op 10 pCt. voor rente en onkosten te staan ko
men En hoe zal het met Spanje gaan en met
Frankrijk Wèl heeft de beurs gelijk dat zij een
somber aanzien vertoont!
Onder zulke omstandigheden van buiten en
daarbij een niet te ontkennen mingunstigen toe
stand onzer eigen financiën, moeten wij consta-
teeren dat onze Nederlandsche staatsfondsen zich
waarlijk vrij goed houdeD. Wèl deelen zij inden
algemeenen druk en liepen de 214 pCt. van 53'He te
rug op 5314, de 3 pCt. van 62he opj>25fe, delpCt. van
8514 op 8415k pCt.., doch in verhouding tot andere
fondsen is die val niet beduidend.
„Hebt gij dan niet gemerktvraagde ik,
terwijl ik hem ruimschoots schadeloosstelde, en
hem met de oogen heenwees naar Renée, die
langzaam wegsloop onder de bladerlooze boomen
in het park.
„Och kom!" antwoordde hij op een allerko-
mieksten toon van tevredenheid met zich zeiven;
„kom kom 1 dat zal haar leeren om een man als ik te
versmaden, wanneer die zich verbeeldde dat hij
haar beminde!"
„Heel best," hernam ik op denzelfden toon;
„dan zult gij goedvinden mijnheer, dat eene
vrouw als ik aan een man als gij zeggen mag
dat het niet goed is haar schier van verdriet te
laten sterven zonder er den minsten acht op te
geven."
„Ja, het is ten minste waar dat ik het recht
niet heb om gestreng te zijn. Ik ben schuldiger
dan zij, omdat ik zoo dom ben geweest van eene
waarachtige liefde te miskennen, terwijl zij mij
slechts genezen heeft van een waan, die, wan
neer hij ware verwezenlijkt geworden, ons alle-
beiden, of liever ons alle-drie, zou hebben onge
lukkig gemaakt. En desniettemin ben ik thans
gelukkig, meer dan ik verdien, terwijl zij ge
straft wordtneen, dat is inderdaad niet recht
vaardig. Dat arme zusjeI ik houd veel van haar,
en toch geloof ik dat het goed voor haar is dat
zij een beetje verdriet heeft; vooreerst opdat zij j
geheel en al goed worden mag, wanneer zij
onder de slagen der droefheid al die kleine
verkeerdheden aflegt, die haar hebben doen
dwalen en die het gevolg waren van hare op
voeding, en vooral opdat zij in den grond moge
worden genezen van hare tegenwoordige grillen.
Hoezeer ik ook het geneesmiddel wat hard
vond, was ik genoodzaakt te erkennen dat
Olivier gelijk moest hebben, en terwijl ik alle
mogelijke verzachtingen aanbracht bij de voor-
schrilten van den geneesheer, liet ik de behan
deling der kranke overigens zijnen gang gaan.
Wij werden daarin geholpen, meer dan ik zelfs
wel gewenscht zou hebben, door iemand, die
mij toescheen daarin een levendig, voor mij on
begrijpelijk belang te stellen. Die „iemand" was
mijnheer Raoul Saulnier, die vriend van Olivier,
met wien laatstgenoemde voornemens geweest
was mij te laten trouwen in vroegeren tijd!
Hij was aangekomen den dag nadat, dank zij
uwe tusschenkomst, mijn lot beslist was, en hij
is gebleven om Olivier bij zijn werk te helpen,
en heeft eerst gelogeerd op Kervézec, en later,
na ons huwelijk, hier op Garlan. Die jongeling,
die mij vertelde dat hij altoos kwaad spreekt
van de vrouwen zooals zij zijn, ouidat hij ze
lief heeft en grootelijks hoogacht zooals zij be-
i hoorden te zijn, wist, naar mijn oordeel, eene
zekere anlipathife voor Renée niet genoegzaam
te verbergen, vermils hij wel haar gedrag jegens
Olivier kende, maar haar terugkeeren en haar
berouw vergat. Zonder dat hij de grenzen der
uiterste beleefdheid jegens baar overschreed,
hield hij niet op haar te vervolgen met allerlei
toespelingen en dubbelzinnigheden, die haar
pijnlijk moesten treffen, hoewel zij dat niet toonde.
Dat ging zelfs zóóver dat eens, toen een zeer
scherpe toespeling in Renées oogen tranen had
doen opwellen, die zij vruchteloos had gepoogd
voor ons te verbergen, en waarop zij haastig het
vertrek had verlaten, ik den heer Saulnier
zijne hardheid verweet, waarvoor hij immers
geene aanleiding had, meende ik.
„Integendeel," gaf hij mij ten antwoord „ik
heb verscheidene aanleidingen de eene nog ern
stiger dan de andere; en in plaats van er mij
een verwijt over te doen, moest gij mij integen
deel dankbaar zijn dat ik dien hoogmoedsduivel
tot in zijne laatste verschansingen vervolg, die
toch immers op het punt is geweest om van de
zuster der onvergelijkelijke Jane, die, ware
het mogelijk, in staat zou zijn mij te verzoenen
met het vrouwelijk gedeelte van het inenschelijk
1 geslacht, te maken eene soort van Marcelle,
die alleen reeds in staat zou wezen om mij voor
altoos de sekse te doen miskennen aan welke
ik wel is waar mijne moeder verschul
digd ben, maar aan welke wij ook verschei
dene andere minder eerbiedwaardige personen
verschuldigd zijn. Vraag liet maar eens aan uwen
aangebeden heer en meester of ik geen gelijk
heb."
„Ach, ja!" antwoordde ik: „gij mannen ver
staat onder elkander uitnemend de kunst om u
ten koste van het grootste aantal der vrouwen
schadeloos te stellen voor de gerechtigheid, die
gij genoodzaakt zijt aan enkelen te laten weder
varen."
„En de vrouwen, zelfs deminst onverstau
digen, willen niet gelooven dat het menschelij-
ker en barmhartiger is om heden een kind I'
laten huilen, dan het gerustelijk te laten volhai
den in de gebreken, die het later onfeilbaai
ongelukkig moeten makeu."
Wordt vervolgd.)