12,455.3/10 pd. st. 147,874.92) voor uitbetaalde winst aan de verzekerden. „In de laatste jaren heeft de maatschappij The Gresham hare zaken op het vasteland be langrijk uitgebreid. Zij mag zich verheugen in de medewerking van hooggeplaatste personen, en wordt overal in Europa met hetzelfde ver trouwen behandeld, dat zij in haar eigen vader land geniet, omdat zij, volgens de opmerking van een beroemd schrijver, een vast en onvervreemdbaar kapitaal verzekert aan hen, die dierbaar zijn aan iederen echtgenoot en vader, zijne vrouw en kin deren. „Door onvermoeide werkzaamheid zijn de di recteuren in het buitenland er in geslaagd, om aan het publiek de voordeelen der levensverze keringen te doen gevoelen, die tot heden nog zoo weinig bekend waren. „Eindelijk moeten wij er nog de aandacht op vestigen, dat op de algemeene vergaderingen van The Gresham niet alleen de aandeelhouders maar ook de verzekerden kunnen tegenwoordig zijn; wij hopen dit voorbeeld door andere verzeke ring-maatschappijen te zien navolgen. Het is toch onloochenbaar, dat de verzekerde, doordien hij bijdraagt tot de inkomsten der maatschappij, grootelijks belang stelt in haren bloei, en het is dus niet meer dan billijk, dat hij in staat wordt gesteld, om zelf na te zien, hoe de zaken worden behandeld. Niets geeft meer vertrouwen aan de administrateurs eener maatschappij, dan dat zij zeiven op die wijze aan alle belanghebbenden vrijheid geven tot het onderzoeken hunner ver richtingen. Aan de administrateuren van The Gresham komt de lof toe, het voorbeeld tot dien heilzamen maatregel te hebben gegeveu." De gemeenteraad van 's-Bosch heeft een co mité benoemd ter bevordering van de totstand koming eener stoompaketvaart op Amerika. Dat comité bestaat uit de heeren J. v. d. Grient, pres. van de kamer van koophandel; J. C. Elen, lid van den gemeenteraad; A. J. A. v. Lanschot, agent der Nederlandsche Bank; G. Bosch, indus trieel; W. A. Coolen, secretaris der kamer van koophandel; Jhr. Mr. De Kuijper, burgemeester aldaar. Bij de discussie daarover werd o. a. door Mr. Schlesinger betoogd, dat deze zaak door de particuliere nijverheid moest tot stand komen; moest eene onderneming als deze subsidie heb ben, dan was dat een bewijs, dat zij niet in eene behoefte voorzag, geen levensvatbaarheid had. Deze meening, reeds in den raad bestrijders gevonden hebbende, wordt ook wederlegd in een ingezonden stuk in de Prov. N.-Brab. Ct., waarin de heer Coolen, secretaris der kamer van koophandel en fabrieken, betoogt, dat de hier bedoelde bescherming der nijverheid eene andere is dan de door de staathuishoudkunde veroordeelde, die op de „handelsbalans" gegrond was. Ondersteuning van deze zaak moet eer ge lijk gesteld worden met die, verleend aan brug gen en gemeenschapsmiddelen, die van groot na tionaal belang zijn. Het subsidieeeren eener stoom vaartgemeenschap, die goede uitkomsten belooft, is, volgens den heer Coolen, dan ook eene zeer productieve uitgaaf. Naar wij vernemen, hebben van de benoemde 18 Notabelen voor het beheer der kerkelijke goe deren en fondsen bij de Ned. Herv. Gemeente alhier de HH. Prof. A. H. Van der Boon Mesch, Dr. W. H. D. Suringar, H. Veefkind, Dr. C. Honig, M. S. Reyst, W. Gerritsen, W. F. Van Wijk (1819) en Mr. H. P. Van Kaathoven die be noeming aangenomen, en zal voor de overige tien. die deze benoeming niet hebben aangenomen, alzoo eene nieuwe keuze moeten plaats hebben. De heer Crétier, leeraar aan de Burgeravond school alhier, is benoemd tot leeraar aan de Hoo- gere Burgerschool te Zaandam. Z. M. heeft bewilliging verleend op het ont werp der acte, houdende uitbreiding van het maatschappelijk kapitaal der naamlooze vennoot schap i/Sliedrechlsche Sloomsleepmaatschappij", geves tigd te Sliedrecht. De Staats-Courant bevat het verslag der com missie belast met het afnemen van de examens B, volgens artt. 6165 van de wet tot regeling van het middelbaar onderwijs. De heer Roest van Limburg, minister van bui- tenlandsche zaken, is, naar wij vernemen, be noemd tot ridder-grootkruis van den Zahringer Leeuw van Baden. Handelsblad De heer Mr. W. A. P. Verkerk Pistorius, refe rendaris bij het departement van financiën, is door den keizer der Franschen tot officier der orde van het Legioen van Eer bevorderd. Gisteren is Zr. Ms. monitor Heiligerlee, komman- dant de luitenant t./z. 1ste klasse, H. A. Ridder van Rappard, van Tlellevoetsluis vertrokken en hier gearriveerd. Rijswijk, 19 Augustus. Hedenochtend te 8 uren werden de eerzame Rijswijkenaren onaan genaam verrast door het kleppen van de brand klok. In een hooiberg, op de hoeve van den heer Bloemesteyn, bewoond door den pachter Rooze- boom, was de brand ontstaan. De beide spuiten van ons dorp waren spoedig op de plaats des onheils tegenwoordig en slaagden er weldra iu hem, hoewel hij in het begin een vrij dreigend aanzien had, meester te worden. Wel is zelfs nog op dit oogenblik (halfeen 's namiddags) het vuur niet geheel uitgebluscht, doch het gevaar, voor de belendende bergen en het huis, is geheel geweken. Ware het heden niet zoo bij uitstek stil weder, men zou dan zeker oneindig grooter verlies te betreuren hebben gehad. Deze brand was natuurlijk weder een gevolg van het broeien van het hooi. Het baart ons verwondering dat de boeren, die toch waarlijk in den laatsten tijd, ten dezen opzichte, menig waarschuwend voorbeeld hebben gezien, nog steeds met zoo weinig omzichtigheid te werk gaan. Men schijnt liever eerst het kali' te laten verdrinken om daarna de put te dempen. Oudewater, 20 Augustus. Door het overlijden van den verdienstelijken hoofdonderwijzer R. Swartwold, is diens betrekking aan de openbare school vacant geworden. Jaarwedde/'800 beuevens een veranderlijk inkomen van 60 pCt. der school gelden, begroot op 575. Vereischten zijn behalve de hoofdonderwijzersacte, ook toelating voor de levende talen en wiskunde. De woning biedt gelegenheid aan voor een kostschool, tot welker oprichting het gemeentebestuur zijn ondersteuning zal verleenen. Aangifte van sollicitanten vóór 5 September aanstaande bij den Burgemeester. Utrecht, 19 Augustus. Uitgezocht weder be gunstigde gisteren schutters en kampbezoekers. De lucht was bewolkt, en dreigde somwijlen re gen aan te brengen, maar het bleef droog, en de parapluies waren, op een enkele 5 minuten na, overbodig. In die barre heide ware. een bran dende zon hoogst drukkend en vermoeiend ge weest, en bij gemis aan lommer hadden de schut ters bezwaarlijk een verademingsplek kunnen vinden. De bedekte lucht is dus voor de schut ters even welkom als voor de duizenden wan delaars, die links en rechts het kamp door trekken. Omstreeks halfuegen in den morgen reed het rijtuig des Konings weder het kamp binnen, om de hooge bezoekers aan de Koninklijke tent af te zetten. Z. M. is steeds in weerbaarheidsuni form, Z. K. H. de Prins van Oranje in uni form van de huzaren, terwijl Prins Hendrik, die iets later arriveerde, weder iu het costuum der marine verscheen. Ook bezocht H. K. H. Prinses Hendrik weder het kamp, vergezeld door haren broeder, Z. D. H. Prins Gustaaf van Sak sen Weimar. Te 9 uren ongeveer waren alle mededingers voor den wedstrijd B. aangetreden, en trokken, verdeeld in afdeelingen, naar de verschillende banen. Het aantal deelnemers was echter zóo groot, dat op dezen dag de wedstrijd B. niet kon afloopen, en hedenmorgen te 6 uren de kamp op de verschillende banen wordt voortgezet, om tegen 9 uren met den wedstrijd C te kunnen aan vangen. Uitslag van den tweeden dag van den tweeden Nationalen Wedstrijd. Ie prijs. Jhr. v. Spengler, vice-pres. Nederl. Weerbaarheidsbond, met 41 punten; 2e pr. S. W. v. d. Ploeg, van Weerbaarheid te Delft, met 40 punten; 3° pr. v. d. Esch, le luit. gren. en jagers, met 40 punten; 48 pr. Katterfeld, van Pro Palria te Amsterdam, met 40 punten; 5e pr. A. Van der Ploeg, met 39 punten6° pr. Berail, kapit. der artillerie, met 38 punten7° pr. J. J. Becht, te 's-Gravenhage, met 38 punten. NB. N°. 2, 3 en 4 hadden voor de eerste maal evenveel punten; na kamp geschoten te hebben, kwamen zij in bovenstaande volgorde. B. 3. le pr. Z. K. H. Prins van Oranje, met 45 punten; 2e pr. Baron Van Haersolte, met 41 punten3e pr. H. J. Van Broekhuijsen, met 43 punten. De wedstrijd met het geweer, afstand 300 en 600 passen, is niet geëindigd geworden en zal. te 6 uren voortgezet worden. Omstreeks 1 uur begaf zich de Utrechtsche weerbaarheid, voor zooverre in het kamp nog aanwezig, onder kommando van haar instructeur, den luit. Salomons, en welwillend voorafgegaan door de kapel der Goudsche schutterij, naar de tent des Konings. Nadat Z. M het dejeuner gebruikt had, kwam Hij voor het front van genoemd korps, en aan vaardde bij monde van den luit. Salomons de betuiging van dankbaarheid, welke dit korps be zielde voor de onderscheiding aan zijn president den heer Schubart geschonken. Z. M. was over deze woorden hoogst tevreden, en bedankte den luit. Salomons in hartelijke woorden voor zijne kleine, maar welgemeende ovatie. Z. M. heeft zich na het dejeuner langen tijd op baan 1 met schieten bezig gehouden, en heeft evenals de Prins van Oranje en Prins Hendrik op 600 pas eenige schoten gedaan. Het was opmerkelijk, dat Z. M. in 4 schoten een zoo hoog cijfer behaalde. Alle omstanders begroetten dan ook die uitkomst met een luid hoezee. Omstreeks 4 uren kwam de heer Cornelissen, off. der marine, in baan 1, en werd door den president van het centraal-c-omité aan Z. M. voor gesteld, waarna Z. M. in gezelschap van de Prin sen van Oranje en Alexander, van Prins en Prinses Hendrik en Hr. K. Hs. broeder, van Z. Exc. den Commissaris des Konings, Burge meester Kien, en vele anderen zich naar de tent van den heer Cornelissen begaven, om aldaar de mijnen te zien springen. De heer Cornelissen had er drie aangelegd: eene volgens het nog bestaande systeem, eene volgens dat van Prof. Hoek, eene volgens zijn eigen systeem. Hij legde aan Z. M. alles nauwkeurig uit en mocht het genoegen smaken Z. M. de Koning en de Prinsen volko men op de hoogte van een en ander te vinden, waardoor de verklaring hem des te gemakkelij ker viel. De ontploffing van de mijn, systeem Prof. Hoek, gelukte goed, maar had ongelukkigerwijs ten gevolge, dat een draad, welke voor het eigen systeem van den heer Cornelissen was aange- zonder pardon zal laten fusilleeren, omdat hij hem heeft genoodzaakt om rapporten te stellen aangaande de stapels papier, die hij gegeven heeft aan de Arabieren die niet kunnen le zen Ik heb dat ad notam genomen. Ik ben be gonnen inet tegenover den generaal die deftige houding aan te nemen, die eenigszins uwe ver wondering heeft moeten gaande inaken, en die de „schoone" Olivier ook heeft opgemerkt, naar ik meen, voor zooverre hij in staat is om eenig ding op te merken buiten hetgeen hem uitslui tend bezig houdt. Maar vooral gedurende de reis heb ik tegenover den generaal al de hulp middelen mijner krijgskunst ontwikkeld. Gij hebt kunnen zien dat, toen wij van Garlan af reden, de jouge kapitein de Xop den bok is gaan zitten, terwijl hij het binnenste van het rijtuig overliet aan den generaal, aan mijn vader en aan mij. Nauwelijks had „onze" postsjees een kwartierwegs afgelegd, of ik zei op den be- minnelijksten toon, dien ik vinden kon: „Waarom rookt gij niet, generaal?" „Ik ben bang u te hinderen, mejufvrouw," antwoordde hij daarop, maar op een toon, die mij dringend scheen te verzoeken om aan te houden. „Integendeel; ik houd veel van den geur der legd, vernield werd, en de ontploffing van op kleinen afstand voor de tent gelegen ber ondoenlijk maakte. De, hooge gasten bleven os streeks een uur op deze plaats; na den heer C< nelissen hunnen dank betuigd te. hebben, verli ten zij het terrein. Het diner, door baron Van Hardenbroek i Berg-Ambacht Z. M. den Koning en de Prins in het kamg aangeboden, was luisterrijk. 1 muziek der veld-artillerie deed zich daarbij lioore De levendigheid in het kamp bleef bij de n tinée en bij het avondconcert zeer groot; het wee werd van lieverlede zelfs zachter en verscha: nog aangename verpoozingstijd aan velen. Gisterenavond heelt het kader der dd. scht terij van Rotterdam het kamp verlaten. Hede morgen vertrokken de. Rotterdamsohe scherpschs ters, die de hooge eer hadden verworven door Z. tot koninklijke scherpschutters te worden verheve PS. Bij het gevecht tusschen cavalerist en ii- fanterist is door laatstgenoemde de overwinnii behaald. De werklieden van de U trechtsche ijzergietei zijn door de directie in de gelegenheid gesteli heden de Internationale. Tentoonstelling te Ar sterdam te bezichtigen; aan hem, die hierva het beste verslag uitbrengt, is eene beloonit toegedacht. Frederiksoord, 18 Aug. De zes hoeven de' Maatschappij van Weldadigheid (genaamd Konio Willem III, de Dankbaarheid, 's-Gravenhage, Gt neraal Van den Bosch, Utrecht en Amsterdait zijn of worden dit jaar beteeld als volgt: 68 het tares rogge, 67 h. haver, 42 h. boekweit,, 9 boonen, 36 h. aardappelen, 120 h. éeu-, twee- e driejarige klaver, 7 h. vlas, 6 h. spurrie en 3 1 diverse gewassen (maugelwortelen, erwten, sera- della, enz.) Het vlas is te Willemsoord door e voor rekening van particulieren verbouwd. Sloten, 12 Aug. Bij de herstemming voor ledei van den gemeenteraad is alhier o. a. een raad- lid gekozen, die ternauwernood zijn naam tet kenen en bijkans lezen noch schrijven kan, e: wat nog het fraaiste is, diezelfde man moet r bij ontstentenis van den Burgemeester diens fundi waarnemen, als zijnde tot wethouder gekozei alles door den invloed van éen persoon, die b: machte is bijna de geheele gemeente naar zijt1 hand te zetten. Noordbroek, 17 Augustus. Gisteren hadden k deze gemeente ongeregeldheden plaats, die licb erge gevolgen hadden kunnen hebben. De wert lieden bij de graving van het Noordbroeksterdiej niet tevreden met hunne verdiensten, hadde- hunnen arbeid gestaakt, en trokken in dronket schap, met woest geraas en getier, het dorp dooi Weldra raakten de Muntendammers en de Frie sche werklieden handgemeen en had er een hevige strijd plaats, die met de vlucht der Munten dammers eindigde, die, slechts 20 in getal, moeste: onderdoen voor de groote overmacht van ongeveei 180 Friezen. Ernstige gewelddadigheden, misschiei moord en doodslag, zouden zijn ontstaan, had nie de politie, slechts bestaande uit 3 personen, dei brigadier der rijksveldwacht A. M. Den Heije; te Zuidbroek en de gemeente-veldwachters P Van Wijk en B. Zuidema, door moedige en fermi houding in het gebruik der wapenen, toet zachte middelen niet meer in staat waren dt oproerigen te bedwingen, de Friezen van de vei volging der Muntendammers zooveel mogelijl terug gehouden en de ruziemakers ontzag inge boezemd, zoodat het aan hun lofwaardig gedra: is toe te schrijven, dat slechts een paar Munten dammers gekwetst zijn geworden en de rus tegen den avond hersteld was. Hedenmorgen hebben de arbeiders hunne werk zaamheden nog niet hervat, maar het is te ver wachten, dat de politie, versterkt door 5 rijks veldwachters, wel in staat zal zijn verder de ordt te handhaven. tabak, en het eenig gebrek dat ik in mijn vade: ken is dat hij niet rookt." „Als dat zoo is, zal het mij, verzeker ik «li aangenaam zijn u volmaakt te schijnen altoft ondersteld dat mij slechts dét mankeert, zooal aan onzen goeden overste." Ik had wel trek om hem 't een of ande' vleiends te antwoorden; maar ik herinnerde ml nog juist bijtijds dat ik hem niet lastig moes vallen met mijn vernuft, en ik onderwierp m, zelve dus aan de noodzakelijkheid om dom t: schijnen, ten einde des te zekerder te behagen De generaal rookte twee sigaren, terwijl hij me mijn vader praatte over gegroefde kanonnen et puntkogels. Ik onthield mij zonder moeite vai mij in hun gesprek te mengen; maar ik had d' behendigheid om den schijn aan te nemen vat er het levendigste belang in te stellen. Evenwel begonnen de uitwerkselen van het copieuze di ner op Garlan, na verloop van een uurtje, zicb bij generaal Bonnet te doen gevoelen. Ik zag hoe zijne bezwaarde oogleden heroïeke doet maclitelooze pogingen deden om zich niet t' sluiten. Wordt vervolgd.) slechts op bedacht geweest om dien krijgsheld te doen begrijpen dat de mirthen het noodwen dig aanvulsel zijn van de lauweren om eens te spreken in den stijl van uwen oom, den che valier. En zie, het is niet om te gelooveu hoe die oorlogsbliksems, zoo geducht en zoo onover winnelijk tegenover den vijand, gemakkelijk ge reed zijn om de wapens neer te leggen voor de schoonen wanneer dezen namelijk weten heil te vangen. Ik heb genoeg gehad aan die beide dagen van samen reizen om den mijnen juist zoo ver te brengen, dat ik van lieden af geruste- lijk mag beginnen uiet te roepen: Victoriel Gij weet dat, dewijl Christophe geen enkel van inijne lieve kleine geheimzinnige en allego rische briefjes aan zijn meester durlde in han den spelen, ik daarop geen antwoord heb kun nen krijgen gedurende mijn verblijf op Garlan. Niettegenstaande de teleurstelling, die ik eiken dag moest ondervinden, dooidien ik van den post bodenimmer anders dan een ontkenuend antwoord kreeg (ik hoop, tusschen twee haakjes, dat. gij voor deze onze correspondentie van hetzelfde veilige middel zult gebruik maken!) ben ik thans toch ontzettend blij dat de oppasser van den generaal zoo bevreesd geweest is. Dat mid del was veel te romanesk, dan dat het mijn pller-prozaïschen krijgsman niet zou hebben bang gemaakt. Gelukkig heb ik bijtijds inge zien dat ik den verkeerden weg zou hebben ingeslagen en heb ik onmiddellijk van tactiek kunnen veranderen. Gij hebt mijne deftige en ernstige houding moeten opmerken, gedurende den laatsten halven dag, dien ik op Garlan heb doorgebracht in het bijzijn van den generaal. Die verandering in mijne wijze van doen kwatn voort uit eene bijzonderheid van een onderhoud dat ik gehad had in het park met Christophe, terstond nadat zij waren aangekomen. Die trouwe en naïeve dienaar had, over zijn meester spre kende, tot ui ij gezegd: „Mijn generaal zegt zoo, neem niet kwalijk, mejufvrouw, maar zegt hij: de vrouwen, „dat" is „vervelend", omdat „dat" derangeert; „dat" belet te rooken, te vloeken, wanneer men in drift is, en te slapen in een gemakkelijken leu ningstoel, wanneer men goed gegeten heeft; dat, inzonderheid sedert eenigeu tijd zich „dat" ver stout om te praten over dingen, die niet tot den dienst behooren, terwijl het schoonste woord van „de sekse" is: het stilzwijgen, evenals de onbeweeglijkheid de schoonste beweging is van den soldaat. En wat betreft uwe kleine schrij- verijtjes, zoo heeft mijn generaal een eed ge zworen, dat zoo hij ooit dengeen krijgsgevangen maakt, die het papier heeft uitgevonden, hij lieui

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1869 | | pagina 2