eigendom der provincie, beter voor de nakome lingschap te bewaren, bestaat, naar wij verne men, het plan om grond bij die Hunnebedden aan te koopen, en daartoe weldra een voorstel aan de Provinciale Staten te onderwerpen. (Iibl). Dalfsen. In de veenen is de voorraad oude turf nog zóo groot, dat de verveeners dit jaar aan merkelijk minder turf laten maken; de arbeiders zullen nu ook vroeger dan andere jaren huis waarts keeren. Gen de ren. Naar de Haarlemmermeerpolder zijn in den loop van ettelijke jaren uit ons dorpje van 500 bewoners niet minder dan 150 menschen vertrokkenterwijl vele anderen daar reeds land gehuurd hebben, met het oogmerk ook eerlang hunne vorige buren te volgen, welke 't er bij uitstek goed gaat. Bheda. De l,te luitenant der infanterie A. E. L. Wellan wordt tegen 1 September van de Aca demie overgeplaatst naar het 6de regiment infan terie te Breda. De cadetten van het derde studiejaar zullen dit jaar reeds den 105tei1 Juli huiswaarts keeren, die van het tweede den lldcn, terwijl het 3de jaar den 14dm mei verlof gaat. Den 23de" Augustus zal het examen tot toelating voor de stafschool hier worden afgenomen. V A B I A. Het Juli-nomnier van de Gids bevat nog een artikel van Mr. P. A. S. Van Limburg Brou wer: De maan der kennis, Theologisch-Metaphy- sisch drama; een Studie over Edgar Quinet, geschiedschrijver en staatkundige, van Mr. J. A. Sillem, een opstel van C. P. Tiele, getiteldGods dienstwetenschap en wijsbegeerte in het jongste ontwerp van Wet op het Hooger Onderwijs, waarin de schr. de hoop uitdrukt dat in dit ontwerp nog een eigen plaats aan de wijsbegeerte moge toegekend wor den, en eindelijk een Politiek overzicht van Mr. H. P. G. Quack. In de vorige week is te Parijs overleden de heer Framjois Huet, vroeger professor in de philo- sophie aan de universiteit te Gent, doch in den laatsten tijd gouverneur van prins Milan van Servië. Hij is bekend door vele wijsgeerige wer ken, waarvan de voornaamste zijnDégne social du Christianisme et Revolution religieuse au dix-neuvième siècle. Bij de uitgevers Michel Lévy Frères te Parijs, ziet een nieuwe, zorgvuldig herziene en zeer ver meerderde uitgave het licht van de welbekende «Portraits Contemporains" van den heer Sainte- Beuve. De artikelen die inzonderheid bij de her ziening veel moeten gewonnen hebben, zijn die van Lamartine, Victor Hugo en George Sand. Het denkbeeld om een standbeeld ter her innering aan Alexander Von Humboldt op te richten vindt te Berlijn veel ingang. In eene ver gadering van belangstellenden werd de vraag gedaan of ook levens voor Wilhelm Von Hum boldt, en zoo voor beide broeders te zamen, een monument zou worden opgericht. Daar echter de populariteit van dezen zoo veel minder groot is dan van zijn broeder, zoo was men algemeen van gevoelen, dat hij thans niet in aanmerking behoorde te komen. In 1628 was New-York een kleine groep hut ten, door 270 menschen bevolkt. In 1665 telde het 1000 inw.; in 1698, -1.937; in 1800, 60.000; in 1830, 202.589; in 1857, 700.000, behalve de voor stad Brooklijn met 120.000, en thans telt de stad met hare voorsteden in weerwil van den jongsten oorlog bijna 2.000.000 inwoners. Miss Minni Ream, de jeugdige artiste aan wie het congres der Ver. Staten de vervaardiging van het standbeeld voor wijlen president Lincoln heeft opgedragen, dat op het Kapitool te Was hington zal worden geplaatst, heeft zich, ter ver vulling dier taak, naar Rome begeven. KOLONIËN. OOST-IND1E. Palembang. Volgens ontvangen berichten had het bestuur te Tebing-Tingi in den aanvang van dit jaar het spoor gevonden van een zestal kwaad willigen, die medeplichtig waren aan den moord, op den 13de" Januari 1868 op den controleur Von Schmid gepleegd, en zijn van dezen de personen van Messaboen en Messaloen na heftigen tegen stand afgemaakt, een derde, met name Midar, gevangen genomen, terwijl de drie overigen ach tervolgd worden. Trouw-, Geboorte- en Dood-berichten. Gehuwd: J. F. Benjamins en C. M. Van den Vrijhoef, Makasser. W. A. Janse en A. P. J. Van Glabbeek. H. J. L. De Bank Langenhorst en J. J. P. Huysdens. C. W. E. Stumpiï en E. W. M. Le Riitte. F. C. Westermans en J. C. Holm, allen te Soerabaya. Bevallen: J. H. Van Assendelff, Binkhuysen, Z., Soerabaya. M. S. H. Bloem, Eymael, D., Mr. Cornelis. J. C. Brouwer, Popkens, D., Sama- rang. Mevr. Boreel, Hageman, Z. Padang. De echtgenoot van Cornelius, Z., Soerabaya. C. A. M. Dinger, Van der Meer, Z., Batavia. B. A. Egmondt, Garol, Z., Tandjong Pinang (Riouw). C. Ingerman, Meijer, Z., Soerabaya. H. E. C. P. Keiser, König, D., Amboina. H. Lorch, Voute, D., Samarang. A. F. Meelhuy- sen, Herweg, Z., Soerabaya. C. M. Plijnaer, Stap, Z., Samarang. C. J. L. Simon Otté, Z., Malalang. H. A. C. Schomerus, Storm van 's Gravesande, D. E. Schipper, Hoffman, D., beiden te Batavia. M. F. Tuynman, Rijken Z., Samarang. M. F. Van Waesberge, Does burg, Z., Makasser. II. A. Willemsteyn, Van Nierop, D., Fort de Koek. Overleden: H. Bisschop, 34- j. J. F. Brinck- man, 9 m. E. L. Neyhoff, 3 m., allen te Sa marang. C. Van Reyn, Berbek. G. Van Ul- sen, 40 j., Soerakarta. H. C. Van der Wal, Soerabaya. WEST-INDIE, Pakamaiubo, 3 Juni. Het adres van antwoord op de rede van den gouverneur tot opening van de zitting der Koloniale Staten is (den Sisten Mei vastgesteld. Ter vervanging van den heer Soesman is ver kozen tot lid van de Koloniale Staten Mr. F. H. Van Affelen van Oorde. Gedurende het l"e kwartaal dezes jaars zijn van hier uitgevoerd naar Nederland: 1,979,520 pond suiker, 29,240 pond schoone katoen, 27,145 pond kakao, 36,551 gallons melassie, 17,755 pond kwassiehout, 10,000 kokosnoten, 200 pond heele koffie, 1132 kannen lemmetjessap, 3780 ga'1, rum, 27 pies vierk. hout, 1 dito letterhout. Den 26'"» Mei is in de hoofdplaats teruggekeerd de commissie die naar de plantage Resolutie wa3 vertrokken, ten einde een onderzoek in te stel len nopens aldaar plaats gehad hebbende onge regeldheden tusschen de Chineezen en geëman- cipeerden. Naar men verneemt, is de aanleidende oorzaak tot den ontstanen twist gelegen in een verschil tusschen twee Chineezen en een geëman cipeerde, omtrent eene kleine schuldvordering. Een der Chineezen bracht den schuldeischer een slag in het aangezicht toe, waarop de zoon van den geëmancipeerde de beide Chineezen terug dreef. De laatsten, in woede ontstoken, begaven zich, onder bedreigingen, naar de woningen hun ner landgenooten, die zich daarop in grooten ge tale verzamelden en naar het terrein oprukten, hetwelk afgescheiden van het hunne door eene grens door de geëmancipeerden bewoond wordt. Dezen, voor de overmacht der Chineezen beducht, wapenden zich met hunne geweren en losten eerst eeuige losse schoten om de Chineezen vrees aan te jagen. De Chineezen bleven echter standhouden, zoodat eenige hunner tegenstanders met schroot vuurden, met het ongelukkig gevolg dat 13 Chineezen, waaronder 2 zwaar, gewond werden. Een der laatsten, naar het fort Nw. Am sterdam ter verpleging vervoerd, stierf den vol genden dag. Zes der Chineezen en zes geëman- cipeerden zijn gevankelijk naar de stad vervoerd. Greld- en Efiëctenmarkt. Amsterdam, 5 Juli. De handel op onze effectenbeurs is en blijft over het geheel beperkt ofschoon er in enkele soorten, die om bepaalde redenen gevraagd wor den, soms een belangrijken omzet plaats heeft. Dit was b. v. het geval met Russische spoorweg waarden, waarvan sommigen dan ook vrij aan zienlijk zijn gerezen, zooals de groote Russische sporen, die van f 223% tot f 234*, Jelez-Grassi die van f 201* tot 207Jelez-Orel die van 80% tot 82, Moskou Smolensk die van S0* tot Sl'% pCt. geklommen zijn terwijl ook de meeste andere soorten in prijs wonnen, 't Is waar, er wer den van deze aandeelen en obligatiën voor geld belegging gekocht voor inlandsche rekening, doch hoofdzakelijk waren het de Russische orders wel ke de beurs in dit opzicht beheerschten. Onder- tusschen had deze handel in Russische waarden ten gevolge, dat ook de eigenlijke staatsleeningen wat meer in trek waren dan sedert eenigen tijd het geval was, en de meesten hoogere prijzen bedingen konden. Of het keerpunt voor de Aandeelen Neder- landsche Handelmaatschappij gekomen is, zouden wij niet durven beslissen, maar het doet ons genoegen toch te kunnen constateeren dat de prijs sedert eenige dagen vooruitgaande is. Mochten wij voor acht dagen een prijs van 117* pCt., noteeren, heden golden zij, successievelijk van dag tot dag gerezen zijnde, 121% pCt. Minder gun stig staat het met onze 2% pCt., werkelijke schuld, die van 56* tot 55* pCt. is teruggegaan, nadat zij eerst in den loop der week nog waren gestegen, nadat de minister van financiën ver klaard had dat, zoo er al eene leening voor de spoorwegen mocht worden gevorderd, de rente toch uit de gewone middelen, zonder verhooging van belastingen, zou kunnen worden bestreden, tenzij zich inmiddels omstandigheden mochten voordoen, die vooralsnog niet te voorzien zijn. De 3 pCt. hielden zich beter en wonnen pCt. daar zij 't laatst op 64% genoteerd zijn, de 4 pCt. echter overtroffen haar, want de prijs van 87% kwam tot 88 pCt. Doch nu de overige fondsen? Met weinige woorden en cijfers laat zich alles zeggen en be wijzen wat er van te zeggen en te bewijzen is over 't geheel was de Beurs gunstig gestemd, al doet zich de vooruitgang ook niet bij geheele percenten kennen. Zoo wonnen de Oostenrijkers, de geconverteerde namelijk (waartoe Nederland blijkens de berichten reeds de grootste quote van de 800 millioen geleverd heeft), rentende in zilver, met coupons van Jan. en Juli van 56 tot 56*, die met coupons van April en October van 56 tot 56% pCt., de in papier betaalbare, met coupons Febr. en Aug. van 4S'% tot 49% en die met de coupons van Mei en Nov. van 49% tot 49'% pCt. De loten van 500 fl., I860, kwa men van f 505% tot 510.die van 100 11.1864, van f 119% tot f 120%. Sedert geruimen tijd had Oostenrijk zoo'n fraaie rol niet gespeeld! Italië kwam van 51* tot 52 pCt., Spanje niettegen staande den wonderlijken toestand des lands het koningrijk met een verkiesbaren koning, zoo als de Engelsche Economist het noemt zag zijne fondsen komen, de 2* pCt. van 29% tot 30*, de 3 pCt. buitenlandsche van 29% tot 31%, de 3 pCt. binnenlandsche van 25% tot 26% pCt. terwijl de kleinere stukken 28* pCt. golden Ook Portugal en Turkije kwamen 1 pCt. op. En nu over Egypte, dat pCt won en op 77 pCt. bli naar Amerika overstekende (wij zullen niet be: A sen of de route goed genomen is) vinden wij dat st Vereenigde Staten-obligatiën deze week, niette», 2» staande de gunstige berichten omtrent den i stand der Schatkist en het batig slot der begr tv ting, niet zoo in de gunst gedeeld hebben als g< Europeesche, zelfs niet de spoorweg-aandee S1 De verlaging van het disconto der Bank i p Engeland, is door onze Beurs beantwoord t v< eene verhooging van de Prolongatie in de vr d, hand tot 5 pCt. De Nederlandsche Bank he g, echter de geldprijzen van den 12d«n Mei i g, gehandhaafd. BUITENLAND. Oostenryit. De natuurlijke spanning, die sinds eeuwent schen Oostenrijk en Pruisen bestaat en na c oorlog van 1S66 nog scherper omtrekken he aangenomen, zal zeker niet verbeteren door e artikel van de officieuze Correspondance de Ber dat aldus aanvangt: «Door het Weenerkabii van den aanvang af met weigeringen en teel nen van verachting onderdrukt, zes maand lang aan al de strengheid van een staat v, beleg blootgesteld, dag aan dag door de Ween bladen gehoond en beschimpt, zet de Czechisc nationaliteit in Bohemen en Moravië toch hi herlevings-staatkunde voort, en het is te va zien, dat het te Pesth en te Agram reeds on winnende nationaal recht, krachtens dezel; grondstellingen en dezelfde noodzakelijkheid v: den staat in Oostenrijk, eene niet minder volkom overwinning te Praag en te Brunn zal behalei Naar aanleiding van dit artikel zegt de ffi Freie Presse, dat voor Pruisen tegenover Oosts rijk nog steeds de oorlogstoestand voortduurt. Duitschlancl. Naar aanleiding van de gedeeltelijke en tijd lijke aftreding van graaf Von Bismarck, schn een Berlijnsch blad: «Naar men gelooft, zal k verlof van graaf Von Bismarck als president ïi het ministerie nog tot na de volgende zitting n den Landdag duren. Terwijl men het algemet betreurt, dat de minister-president zich door zi gezondheidstoestand gedwongen ziet zich van t zaken te onthouden, wekte het toch aan ds anderen kant ook tevredenheid, dat de graaf zi thans op zijn bijzonder gebied van de buitenlandse staatkunde en de zorg voor de bondsinstelling terugtrekt. Vroeger hoorde men wel, dat grs Von Bismarck lust had, het ministerie van bi nenl. zaken over te nemen, om de vraagstukh van inwendige organisatie, wier oplossing gedi rende twintig jaren verschoven is, tot klaarhe te brengen, met die geestkracht, waarmede k de Duitsche quaestie heeft opgelost." Het bis zegt verder, dat graaf Von Bismarck zich zelve bewust is, dat hij op het gebied van het fina: ciewezen vooral een leek is, terwijl nu juist t dit terrein een man van practische ondervindit noodig is. Gemeld orgaan stelt den bonds-kan: lier ook niet verantwoordelijk voor het jaarlijks tekort van S of meer millioen, dat Pruisen vo: de deur staat, en meent dat de aftreding vï graaf Von Bismarck den toestand heeft verlick «Thans heeft het Huis van afgevaardigden nit meer te doen met den man, die Pruisen vergrot en den Noord-Duitschen Bond geschapen heelt maar met de ministers alleen, die bij het uil breken van het conflict tusschen kroon en voll optraden en aan wie de gevolgen van het jaa 1866 als een genadegeschenk des hemels in dei schoot vielen." Italië. Koning Victor Emmanuel heeft den sultan eei hofrijtuig met een prachtig zesspan ten geschenk gegeven. nen kan, dat er in het stuk geschoten zal worden, en daarom heb ik la belle Helène niet willen zien, ofschoon ik juist in den Haag gelogeerd was, toen het stuk daar werd opgevoerd. Maar ik paste er voor, zoodra ik vernomen had, dat het stuk speelde in of bij een belegerde stad, zoodat er kans bestond, dat wij een geheele batterij op het tooneel kregen. Door dat ijsbaarlijk schieten bij het oproer raakte ik toen heel en al van streek, en toen liet ik den dok ter komen. Nu, dokter schreef mij drupjes voor, want, zei hij, je bent inwendig geschokt, en terwijl hij dat zei, presenteerde hij mij een snuifje, ik meen de dokter. Nu, ik bedankte, dat spreekt vanzelf, want ik had nog nooit gesnoven, maar de dokter zei.- Kom, ik zou het maar eens probeeren. Zoo 'n snuifje, dat fleurt een mensch soms op, en repa reert zijn gestel. Wat zal ik zeggen? toen heb ik mij laten verleidenja, ja, een mensch kan al op een onschuldige manier aan het een of ander verslaafd raken. Die uitdrukking verslaafd" gebruikte tante zelve, daarom durf ik dan ook zeggen, dat het snui ven bij haar hartstocht geworden was. Ik kan mij haar zonder snuifdoos niet voorstellen, en ik ben blij, dat zij er ook mee gephotographeerd is. Ja, maar dat heeft vrij wat voeten in de aarde ge had, een portret van Titia te krijgen; want zij was er eerst niet toe te bewegen haar conter- feitsel te laten maken. Jaren lang hadden haar broers en zusters er op aangedrongen, dat er een portret in olieverf van Titia zou gemaakt worden, maar daar had zij in het geheel geen ooren naar gehad. «O neen," zei tante, «dat is goed voor men schen, die bij hun overlijden kroost nalaten. Maar waar zou ik op den duur belanden? De eerste jaren, ja, dan zou dat nog wel gaan, zoolang mijn broers en zusters leven; maar die goede lui, zal ik maar eens zeggen, zijn ook sterfelijk, en dan kwam ik in de handen van neefjes en nichtjes, en ofschoon ik nu mij zelve van nuffigheid vrij ken, moet ik toch bekennen, dat ik er veel tegen zou hebben op de slaapkamer van een neef te moeten hangen. Ik zeg dan maar weer: Dat be hoeft nu niet. Ook toen later de photographieën meer in de mode kwamen, heeft tante nog eerst vrij wat tegengestribbeld, maar daar heeft zij dan toch aan moeten gelooven. Hoeveel dozijnen zij er heeft rondgedeeld, waag ik niet te begrooten, maar ik weet wel, dat het getal niet gering is geweest, want de heele wereld moest tante Titia in het album hebben, en als de menschen er zoo hartelijk en vriendelijk om vroegen, kon zij niet van zich verkrijgen neen te zeggen. Onder de onvolmaaktheden van tante behoorde eindelijk ook nog, dat zij min of meer bijgeloovig was. Zij zelve zou echter u niet toestemmen, dat het bepaald bijgeloof was, waaraan zij labou- reerde. «Neen," zei tante, «bijgeloovig ben ik niet, maar ik hecht aan sommige dingen; en spoken, neen, die zijn er niet, maar dat er niets is, zal ik toch ook weer niet zeggen. Nu, of dat bijgeloof was, dat zullen wij dan maar onbeslist laten, maar zeker is het, dat tante hechtte aan voorteekens, en het een roekelooze daad placht te noemen op Vrijdag te trouwen of op dien dag uit te zeilen. Zoo zou ze ook altijd verbieden met de wieg te schommelen, terwijl de zuigeling bij mama op den schoot lag; en dat de katuil door zijn gekras in de nabijheid van een woning te kennen gaf, dat spoedig de dood daar zou binnentreden, dat was voor haar een feit boven allen twijfel verheven. Gelukkig echter, dat tante slechts bij enkele gelegenheden over hare ondervindingen en zienswijze op het gebied der geestenwereld placht te spreken, zoodat mdti althans niet kon zeggen dat die mysteriën haar stokpaardje uitmaakten. VI. een levendig gesprek. Bij haar binnentreden werd tante begroet door Stuifhemel, die haar toeriep: «Ha, mijn lieve jufvrouw, gij komt als geroepen, want wij he ben hier een duistere zaak in behandeling, ei hopen van u, als naar gewoonte, licht te onl vangen." «Is er iets onaangenaams?" vroeg tante ziel tot de gastvrouw wendende. «Ja, wij hebben met onzen Jan een standj gehad," antwoordde mevrouw. «Nu ja," viel de burgemeester haastig ii «maar dat heeft zooveel niet te beteekenei Zoo'n kwffjongen kan ik weer krijgen, al wo ik er aan iederen vinger een hebben." «Dat is te zeggen," riep tante, «Jan Stakkei is toch niet weggezonden I" «Neen, maar hij is weggeloopen," antwoordt) mevrouw Scliellinga, en vertelde daarop mf kleuren en fleuren wat er gebeurd was. «'t Is een rare, maar ook een zeer treurif geschiedenis," zei tante. «Ik hield veel van onze: Jan. De jongen is lang niet dom, en als hij eet wat meer onder de menschen kwam, dan ko; er wat goeds uit groeien, want het kereltje \n gaarne wat leeren, en is in alle geval niet pe dant, hij laat zich behoorlijk terechtwijzen." «Goed en wel, tante, maar die brutaliteite: tegenover inijDheer Stuifhemel kon ik toch ni< door de vingers zien." (JVordl vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1869 | | pagina 2