2820.
Woensdag
A°. 186<
21 Aprii.
BINNENLAND.
I a v
LEIDSCH
DAGBLAD.
PRIJS DEZER COURANT.
Voor Leiden, per 3 maandenf 3.00.
Franco per post3.85.
Afzonderlijke Nommers0.10.
Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van Zon- en Feestdagenuitgegeven.
PRIJS DER ADVERTENTIEN.
Van 1-6 regels 0.75iedere regel meer0.12.
Geboorte-, huwelijks- en doodberichten van
1-4 regels/0.90 iedere regel meer0 0.15.
Lelden, 20 April.
Het amendement, gisteren door Mr. J. Heems
kerk Azn. in de Tweede Kamer voorgesteld, is
I waarlijk een merkwaardig verschijnsel.
Gelijk wij hieronder raededeelen bestaat dit
Iamendement daarin om in bijna alle gemeenten
[den census te verlagen.
Het is waarlijk in allen deele merkwaardig.
|Het heet een amendement, maar het dient in
geenen deele om het voorstel van de regeering
Ite amendeereu. Het voorstel van de regeering
|strekt om de tabel der kieswet, aanwijzende het
getal der in elk district te kiezen leden, die om de
jaren moet herzien worden, te wijzigenhet
I voorstel van den beer Heemskerk betreft een
[gausch andere tabel van die kieswet, waarbij
[de census voor elke gemeente bepaald wordt.
(Niet alleen tot den inhoud van betregeerings-
voorstel bepaalt zich dan ook het amendement,
I maar ook de titel van het wetsontwerp wordt
geamendeerd.
Het amendement is echter ondersteund en
olgens de parlementaire usantie zal het thans
in discussie komen.
Doch niet minder merkwaardig dan de naam,
I dien de beer Heemskerk aan zijn voorstel gege-
Iven heeft, is het voorstel zelf. Plotseling, bij
een ontwerp van wet, waartoe het niet be-
I hoort, zonder dat er ooit vroeger ernstig sprake
van is geweest in de Kamer, wordt een voorstel
tot zeer ruime uitbreiding van het
[kiesrecht, een der meest gewichtige voorstellen,
die in een constitutioneelen staat kunnen ge-
[daan worden.
En dit voorstel wordt gedaan door Mr. J.
Heemskerk Azn. zeker wel het merkwaar
digste! en ondersteund door de heeren Van
AVassenaer Catwyck, Van Foreest, van Zinnicq
Bergman, Begram, Van Sijpestein en Nierstrasz,
mannen behoorende tot de conservatieve partij,
die de theorieën der liberalen verfoeien, en die
nog onlangs allen getoond hebben hoe hoog
zij volksontwikkeling stellen, door allen, zon
der onderscheid, te stemmen tegen de afschaf-
van het zegel op de couranten. Mr. J.
Heemskerk Az. doet thans dat voorstel, die
nog geen jaar geleden minister was, en twee
maal het geheele land opriep om eene nieuwe
Kamer te kiezen, zonder toen de noodzakelijk
heid eener verlaging van den census in te zien,
en die nog vdor twee jaren (na de eerste ont
binding) aan den heer Kerkwijk, welke een der
gelijk plan ontwikkelde als hetgeen nu is ge
daan (hoewel van veel minder wijde strekking),
'Q de Tweede Kamer antwoordde: //Mij dunkt
dat dit een van de teederste onderwerpen van
wetgeving is, die niet dan na zeer rijpe voor*
siding in deze vergadering gebracht belmo
ren te worden" (Bijbl. zitting 18661867 bl.
307)En thans behandelt deze zelfde Mr. Heems
kerk dat hoogst teedere onderwerp, als ware
het een eenvoudige administratieve maatre
gel, en onderwerpt hij het zonder eenige voor
bereiding hoegenaamd, geheel onverwacht, en
eigenlijk buiten de orde, aan de beslissing der
wetgevende macht.
Wij hebben genoeg vertrouwen op de scherp
zinnigheid van den voorsteller, om een oogen-
blik zelfs bij hem het vermoeden te onderstel
len, dat zijn voorstel zal aangenomen worden.
De vraag is dan echter gerechtvaardigd: waartoe
moet dit amendement dienen? Wij hopen voor
den voorsteller dat de discussie hierover eenig
licht moge verspreiden: anders zou er grond
zijn tot de onderstelling, dat, terwijl door zijne
partij thans alle maatregelen van de regeering
genoemd worden electorale manoeuvres, dit
voorstel nu aan een dergelijke manoeuvre niet
vreemd is, en dat men het dan zou moeten noe
men een electorale manoeuvre van de ergste
soort. (Zie het Kamerverslag van heden.)
LEIDEN, 20 April.
Het amendement van den heer Heemskerk
luidt aldus:
I. Aan art. 1 te doen voorafgaan een nieuw
artikel, luidende:
//De tabel vermeld iD art. 1 der wet van 4
Juli 1850 (Staatsblad N°. 37) wordt gelezen als
volgt
Som door de kiezer3 in iedere gemeente te
betalen
Groningen f40, Leeuwarden f 30, Zwolle f 30,
Kampen f 30, Deventer f 30, Zutfen f 30, Arn
hem f 40, Nijmegen 30, Utrecht f 40, Helder
f 30, Haarlem f 40, Amsterdam ƒ56, Leiden f 40,
Gouda f30, Delft f 30, Schiedam f 30, Rotter
dam f 50, 's-Gravenhage f 50, Dordrecht f 30,
Middelburg f 30, Breda f 30, Maastricht f 30,
's-Hertogenbosch f 30, de overige f 20."
II. In plaats van de artikelen 2, 3 en 4 van
het wetsontwerp te stellen de navolgende arti
kelen
a. //Deze wet treedt in werking op 1 Januari
1870."
b. //Binnen eene maand na den 25sten April
daaraanvolgende heeft de stemming tot het kie
zen van nieuwe leden der Tweede Kamer der
Staten-Generaal in de districtenplaats.
De dagen der stemming en herstemming worden
door onzen minister van binnenlandsche zaken
bepaald."
c. //Verkiezingen, die vóór 25 April 1870
mochten plaats hebben, geschieden door hen,
wier namen op de in 1869 vastgestelde kiezers
lijsten voorkomen, en in de kiesdistricten vast
gesteld bij de wet van 22 April 1864 (Staats
blad N*. 34)."
III. In de beweegredenen, in plaats van
//herzien",
te lezen
//herzien, en dat wijziging van de tabel, ver
meld in art. 1 van voornoemde wet, wensche-
lijk is".
Blijkens de Memorie van Toelichting is de
voorsteller van het denkbeeld uitgegaan, om voor
de gemeenten boven de 30,000 zielen (behalve
Amsterdam, Rotterdam en 's-Gravenhage) den
census op f 40, voor die tusschen de 15,000 en
30,000 den census op f 30, en voor alle gemeen
ten met minder dan 15,000 zielen den census op
ƒ20 te bepalen.
De koninklijke academie van wetenschappen
te Berlijn heeft in hare openbare zitting van
15 April 1869 den hoogleeraar F. Kaiser al-
bier, tot correspondeerend lid benoemd van
bare wis- en natuurkundige klasse.
Blijkens een bij het departement van marine
ontvangen bericht van den kapitein ter zee
J. W. De Ruyter de Wildt, komm. van Zr.
Ms. scbroefatoom8chip //Leeuwarden", is die
bodem den 12den Maart jl. in de Tafelbaai
(Kaap de Goede Hoop) aangekomen. Genoemde
komm. had het voornemen om op den 22sten
dier maand de reis naar Nederland voort te
zetten. Aan boord was alles wel.
Uitslag van het voorjaars-examen in Zuid-
Holland a. Gewoon lager onderwijs voor de
akte van hoofdonderwijzer 50, toeg. 18, afgew
32; hoofdonderwijzeressen: geëx. 6, afgew. 3,
toegel. 3; hulponderwijzers, geëx. 63, toeg. 32,
afg. 31; hulponderwijzeressen, geëx. 36, toeg.
23, afg. 13. b. Meer uitgebreid onderwijs. On
derwijzers Fransche taal, geëx. 27, toeg. 5, afg.
22; onderwijzeressen, id. geëx. 17, toeg. 11, afg.
6; onderwijzers Eng. taal, geëx. 12, toeg. 4, afg.
8; onderwijzeressen, id. geëx. 19, toeg. 11, afg.
8; onderwijzers Hoogd. taal, geèx. 8, toeg. 4,
afg. 4onderwijzeressen, id. geëx. 9, toeg. 7,
afg. 2; onderwijs wiskunde, geëx. 41, toeg. 12,
afg. 29; gymnastiek 5, toeg. 3, afg. 2teekenen,
geëx. 6, toeg. 1, afg. 5 nuttige en fraaie hand
werken, 12 geëx., toegelaten.
Uit de Memorie van Beantwoording door de
regeering ingezonden aan de Tweede Kamer
der Staten-Generaal, betrekkelijk het wetsont
werp, houdende regeling van het toezicht op
bet gebruik van stoomtoestelleu, blijkt, dat het
den minister van binnenlandsche zaken aange
naam was uit het voorloopig verslag over dat
wetsontwerp te vernemen, dat de meerderheid
der leden de weder-indiening van dit ontwerp
met genoegen had gezien en zich vereenigen
kon met de wijzigingen, tot oplossing van
vroegere bedenkingen in het wetsontwerp van
18651866 gebracht.
Niet zonder bevreemding vernam de minister,
dat, ofschoon bij dit wetsontwerp aan alle stoom
verbruikers wettelijke waarborgen, waarvan ze