N°. 2798. Woensdag A". 1869. 24 Maart. LEIDSCH DAGBLAD PRIJS DER ADVERTENTIEN. I Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering Van 1-6 regel»/0.75; iedereregel meer.. C0.12. van Zon- en Feestdagen uitgegeven. j Geboorte-, huwelijks-en doodberichten van J 1-4 regels/0.90; iedere regel meer„0.45. PRIJS DEZER COURANT. Voor Leiden, per 3 maanden f 3.00. Franco per post3.85. Afzonderlijke Nommers0.10. HET WETSONTWERP OP HET HOOGER ONDERWIJS. Wij hebben gisteren met een enkel woord de beginselen van bet nieuwe wetsontwerp aan gegeven. Het militair onderwijs, dat in het ontwerp- Heemskerk voorkwam, is niet in dit ontwerp opgenomen. Dit omvat het universitair en het gyrnna- iaal onderwijs. De faculteiten zijn afgeschaft. Er zal aan de hoogescholen gelegenheid wor den gegeven voor theologische studiën, en tot het doen vau theologische examina. Het toezicht op het hooger onderwijs, in bet ontwerp-Heemskerk aan inspecteurs opgedragen, vervalt. In elk vak geeft het meesterschap rech ten, en wordt verkregen na een afgelegd exa men terwijl het doctoraat, verkregen na het openbaar verdedigen van een proefschrift, een zuiver wetenschappelijke titel is. Zonder eenig getuigschrift wordt een ieder toe gelaten tot de academische lessen, na betaling van de verschuldigde gelden. Geene verplichting is aan eenige gemeente opgelegd, om een gymnasium op te richten. Een gelijk propaedeutisch examen voor allen, hetzij zij een gymnasium bezocht hebben of niet. De besluiten van gemeentebesturen tot op richting van gemeente-instellingen voor hooger onderwijs behoeven geene goedkeuring des Ko- nings. Dit is, wat de grondtrekken betreft, het ver schil tusschen het thans aangeboden ontwerp en het ontwerp-Heemskerk. Daaruit is overgenomen: De instelling van rijks-gymnasia en rijks-pro gymnasia. Overbrenging van de propaedeutische studiën naar de gymnasia. De inrichting der athenaea en andere instel lingen van hooger onderwijs, overgelaten aan de gemeenten. Overbrenging van de vakken, thans aan de Indische school onderwezen, naar een der hoo gescholen. Afschaffing der testimonia; examina vooralle vakken. In den regel elke cursus halfjarig. Jaarlijks wordt 3000 beschikbaar gesteld voor wetenschappelijke reizen door uitstekende jonge lieden. Hoogleeraren, privaat-docenten en lectoren; geen buitengewone hoogleeraren meer. Vaste jaarwedden voor de hoogleeraren (mini mum ƒ4000, maximum ƒ6000.) Benoeming van eiken hoogleeraar voor be paalde vakkeD. Vrijheid aan de hoogleeraren om ook andere vakken te doceeren en onderling enkele vakken te ruileD, mits ondere hoogere goedkeuring. Onvereenigbaarheid van het hoogleeraarschap raet winstgevende ambten zonder toestemming van den Koning. Facultatief emeritaat aan de hoogleeraren op 65jarigen, verplicht emeritaat op 70jarigen ou derdom. Jaarlijkscbe betaling van eene vaste som (ƒ150) door de studenteugeene verdere betaling dan de honoraria aan de privaat-docenten en de kos ten der diplomata na afgelegd examen. De zomervacantie duurt van uit0. Juni tot den eersten Dinsdag in September; de Kerstva- cantie duurt ongeveer 4 weken en de Paa9ch- vacantie 10 dagen. Voorts worden in dit ontwerp de drie hoo gescholen behouden; evenzoo de colleges van curatoren, de senaat-rector en assessoren. Niemand wordt toegelaten tot het afleggen van de academische examina, dan die een getuigschrift heeft van een examen, afgelegd voor eene com missie, die daartoe jaarlijks benoemd wordt. Alle academische examina worden afgelegd (de eindexamina in Juli, de andere in Juni en December) voor staatscommissiën. (In bet ont werp-Heemskerk werden de candidaats-examina voor de faculteit afgelegd.) Voor de meeste vakken zijn twee examina. In vakken, waarin geen examen gevorderd wordt, kunnen lectoren worden benoemd met eene jaarlijksche bijdrage van rijkswege. Er zijn volgens deze wet meesterschappen 1 in de rechten, 2 in de staatswetenschappen, 3 in de genees-, heel- en verloskunde, 4 in de artsenijbereidkunde, 5 in de wiskunde, 6 in de sterrenkunde, 7 in de natuurkunde, 8 in de scheikunde, 9 in de aard- en delfstofkunde, 10 in do plantenkunde, 11 in de dierkunde, 12—16 in de Klassieke, de Semitische, de Indische, de Polynesische en de Nederlandsche letterkunde, 17 in de geschiedenis, 18 in de godgeleerdheid. BINNENLAND. LEIDEN, 23 Maart. Zaterdag overleed albier in hoogen leeftijd een onzer geachte stadgenooten, de heer Salo mon Van der Paauw, die jaren lang de betrek king van stads-arcbitect in ons midden bekleedde. Geboren te Haarlem den lOden Juni 1794, en door zijn vader aanvankelijk voor den Water staat opgeleid en bestemd, werd hij den 23sten September 1816 door het toenmalig bestuur onzer stad tot architect over de gemeente-werken benoemd, welke betrekking hij tot 1861, toen hij, na verleend eervol ontslag, door den heer Schaap werd opgevolgd, steeds met voorbeeldi- gen ijver en rustelooze werkzaamheid bekleedde. Het was wat men noemt een man van den soliden ouden stempel, en vandaar niet altijd zoo aanstonds met nieuwigheden, voor zij een deugdelijke proef hadden doorgestaan, inge nomen, maar, zonder dat we gelooven dat ook buiten hem het gas onze straten en huizen niet zou hebben verlicht, komt hem zeker voor een groot deel de eer toe der stichting onzer ste delijke gasfabriek, die sedert, in de kas der gemeente, zulke belangrijke winsten heeft afge worpen. Hec ontwerpen en stichten dier fabriek kostte hem veel tijd en belangrijke geldelijke opofferingen, waarvoor hij, wat wel meer ge beurt, niet altijd de meeste erkentelijkheid beeft ingeoogst. Hoe dit echter zij, bij velen die zich de oprichting onzer gasfabriek nog levendig herinneren, zal ook in dat opzicht de naam van Van der Paauw nog lang in dankbaar aandenken blijven. Hedenmiddag omstreeks 12 uren ontstond er brand in het logement //de Zon" op de Bree- straat albier, die, ware zij 's nachts uitgebroken, zeker bedenkelijke gevolgen had kunnen hebben. Hij was ontstaan in een der logeerkamers in het achterste gedeelte van het gebouw aan de zijde der Langebrug. De brandweer en dienstdoende schutterij waren met hunne gewone activiteit spoedig tegenwoordig, en door het nemen van gepaste maatregelen en de werking van een drietal spuiten, waren de vlammen spoedig gestuit en was men den brand weldra volkomen meester, zoodat te een uur de schutterij weder kon in rukken. Bij koninklijk besluit van den 7den dezer zijn in het belang der gehuwde onderofficieren en mindere militairen van het leger, eenige be palingen vastgesteld, waardoor deze in Btaat zullen worden gesteld, wanneer zij in een zie- ken-etablissement verpleegd moeten worden, op voegzame wijze in het onderhoud hunner ge zinnen te blijven voorzien. Die bepalingen komen hierop neder, dat de onderofficieren en verdere manschappen, wan neer zij gehuwd ziju en in eenig militair of ander zieken-etablissement worden opgenomen, waarin zij voor 's rijks rekening worden ver pleegd, gedurende den tijd hunner verpleging eene vermindering op hunne soldij ondergaan, te weten een onderofficier van 10 cents per dag, een korporaal 7y3 cents, een minder mili tair 5 cents; in geval van verpleging der mi litairen, in eene garnizoens-infirmerie, behouden zij hunne volle bezoldiging, doch zijn verplicht ter tegemoetkoming in de kosten hunner verple ging bij te dragen. Dit besluit wordt geacht in werking te zijn getreden met den lsten Ja nuari dezes jaars. In de vergadering der //Algemeene Onder- wijzers-Vereeniging" te Rotterdam, die ver eerd werd met de tegenwoordigheid van den

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1869 | | pagina 1