i\°. 2790. Maandag BIN N E N L A N D. A». 1869. 15 Maart. LEIDSCH PRIJS DEZER COURANT. Voor Leiden, per 3 maandenf 3.00. Franco per post3.85. Afzonderlijke Nommers0.10. Wij ontvingen zooeven de heug'ijke tijding, dat de Wet tot Afschaffing van het Zegelrecht op de Dagbladen is AAK- GENOMEN. Een belangrijke stap is al zoo gedaan op den ivcg van vooruitgang en verlichting. Moge thans ook de Eer ste Hamer het voorbeeld van de Tweede ln dezen volgen l LEIDEN, 13 Maart. De vroeger aangekondigde voorstelling der vereeniging H a r m o n i e", voor de bezoeker? der Volksvoorlezingen van bet dep. Leiden der Maatschappij tot Nut van 't Algemeen, had gisterenavond in den Schouwburg plaats. Reeds vroegtijdig waren alle plaatsen zoowel beneden als boven stampvol bezet, en ook de loges, dit ter bestrijding der noodzakelijkste onkosten te gen een gulden aan belangstellenden waren ver huurd, waren goed gevuld. Talrijke genoodig- den, waaronder men den burgemeester en den wethouder Stoffels opmerkte, woonden dezen feestavond bij, die door een weibezet orkest onder directie van den heer Van Pijpen werd opgeluisterd. Te zeven uren ving de voorstelling aan met den Trouwring, tooneelspel in 4 bedrijven naar het Hoogduitsch van Lembert, dat na eene pauze werd gevolgd door den Loteling, blij spel met zang in een bedrijf, naar het Eransch door W. Greeven. Reeds in ons nummer van 4 Februari gaven wij den wensch te kennen, dat beide stukken, om hunne zedelijke strekking, het programma voor deze volksvoorstelling mochten uitmaken, en wij verheugen ons dat zoowel commissaris sen der Volksvoorlezingen als het bestuur der Harmonie onze zienswijze hebben gedeeld. De nadeelige gevolgen van het spel toch in het eene, en de zelfopofferende liefde in het andere stuk zoo juist en treffend voorgesteld, moeten o. i. op het volk een weldadigen indruk achter laten. De verschillende acteurs zijn hierin uit muntend geslaagd, en waar in den //Trouwring" menig tafereel den toeschouwer door de hoogst natuurlijke voorstelling een traan werd ontlokt, bracht //de Loteling," door de echt komische toestanden die het te aanschouwen gaf, de lachspieren der toeschouwers niet weinig in be weging. Mochten we vroeger, toen we deze beide stuk ken in het lokaal der vereeniging de Harmonie ten tooneele zagen voeren, aan de leden ons goedkeurend oordeel niet onthouden, ook thans hebben zij allen, zonder onderscheid, bij ver nieuwing het bewijs gegeven dat zij hunne rol len goed hadden bestudeerd en begrepen. We onthouden ons dus ditmaal van bijzonderheden, en wenschen hun toe om op den ingeslagen weg voort te gaan: dan zal het hun zeker evenmin aan belangstelling en medewerking hunner stad- genooten ontbreken, als hun thans de luide Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagenuitgegeven. toejuichingen van het publiek werden ont houden. Met dezen feestavond werd dus weder de rij der Volksvoorlezingen voor dezen winter geslo ten. De taak der commissie is voorzeker moei lijk en niet altijd dankbaar. Haar arbeid aan de verlichting en beschaving onzer volksklasse zal echter niet vruchteloos zijn, maar door ieder die in volksbeschaving en volksontwikkeling belang stelt dankbaar worden erkend. Gaat zij dus nu weder een tijdperk van rust te gemoet dat wij haar na zoovele drukke avonden niet misgun nen, dan hopen wij dat die strekken moge om haar een volgenden winter hare taak met nieu wen lust en moed weder te doen opvatten. Gedurende deze week zijn dagelijks in het werkhuis alhier opgenomen van 128 tot 153 volwassen personen en van 64 tot 89 kinderen- Bij Kon. ^besluit van 7 Maart is - uit over weging, dat er noodzakelijkheid bestaat om het port der brieven en der gedrukte stukken, die tus8chen het Rijk en Ned. Indië door middel der gesloten brievenmalen over Triëst worden verzonden, te wijzigen, en om een verminderd port vast te stellen voor de verzending langs dien weg van monsters van koopwaren het port der brieven, bij verzending over Duitsch- land langs den weg van Triëst, op 65 cents vastgesteld. Het port der nieuwspapieren en andere gedrukte stukken en dat der monsters van koopwaren, tusschen het Rijk en Neder- landsch Indië is, bij verzending over Duitsch- land langs den weg van Triëst, in de eene of andere richting, bepaald op 10 cents voor elke 40 wichtjes of voor elk gedeelte van 40 wicht jes. In de richting van Nederland naar Ned. Indië is het port der nieuwspapieren en verdere gedrukte stukken echter met 2% cent verhoogd, en alzoo gebracht op 12% cent voor elke 40 wichtjes of gedeelte van 40 wichtjes, wanneer die stukken op den laatsten of vóorlaatsten dag van het vertrek van elke post ter verzending worden aangeboden. Deze bepalingen zullen voor het eerst worden toegepast op de brieven, enz., die met de laatst, vertrekkende brievenmaal in de maand Maart uit Nederland verzonden wor den, en op die, welke met de eerste post van de maand Mei uit Indië zullen vertrekkenon verminderd de toepassing van het verminderde port op de ongefrankeerde brieven, die na het vertrek van de laatste brievenmaal ,in de maand Maart in Nederland worden ontvangen. Uit de rede, gisteren door den heer De Roe van Alderwerelt in de Tweede Kamer gehou den, en waarvan wij reeds een uittreksel mede deelden, verdient het volgende, ontleend aan het verslag van de N. R. C., wel de aandacht //Nu men tegen de afschaffing zelf weinig of geen bezwaar heeft, nu komt men met allerlei grieven tegen 't aequivalent, en wil de een deze, de andere liever wederom eene andere belasting afschaffen, en wil een derde de zaak PRIJS DER ADVERTENTIEN Van 1-6 regels 0.75iedere regel meerf 0.18* Geboorte-, huwelijks- en doodberichten van 1-4 regels 0.90 iedere regel meer0.15 afhankelijk maken van de herziening van 't belastingstelsel. De heer De Bosch Kemper gaat nog verder en wil eerst de smokkelarij afge schaft hebben. Maar meent men dat/"3 verhoo ging per vat gedistilleerd zooveel aanleiding tot vermeerdering van ontduiking zal geven Bo vendien zeide de heer Kemper, dat hij zelfs geen bezwaar zag in verhooging met 10. Maar bovendien, waarom let de heer De Bosch Kem per niet op de schrikbarende ontduiking der zegelwet? Wekelijks voeren onze spoorwegen tal van buitenlandsche dagbladen en tijdschrif ten ongezegeld aan voor de boekverkoopers en zoo komen zij in den handel, in de boekerij der kamer en misschien zelfs op de tafel van den minister van financiën. Op dergelijke wijze wordt het zegel ontdoken door tal van bladen en tijdschriften, die met duizenden en duizenden hier verspreid zijn ten nadeele van de opbrengst der posterij. Zulk eene belasting mag niet behouden blijven of wachten tot eene algemeene herziening van het belastingstelsel, al hopen wij nog altoos eene herziening van het belastingstelsel van dit ministerie te zullen erlangen. En wat nu speciaal den accijns op het geslacht betreft, die afschaffing zal (den hoogen marktprijs in aanmerking ge nomen) niet veel baten, althans niet voor den minderen man. Betere voeding kan alleen door vermeerdering van volkswelvaart worden verkre gen, en deze door vermeerdering van volksont wikkeling. Spr. resumeert: deze belasting be hoort tot eene andere orde van zaken, tot een tijdvak dat met 1848 gesloten is en dat hij hoopt dat voor goed gesloten zal blijven. Zij belemmert de politieke en sociale ontwikkeling des volks. Het advertentiezegel is eene belem mering der nijverheid en het hooge recht der buitenlandsche bladen belemmert de kennis der buitenlandsche literatuur. Zoodoende sluiten wij ons als China en Paraguay van de inter nationale volksgemeenschap uit en blijven wij geïsoleerd. Een klein volk behoort aan despita der beschaving te staan. Sedert 1848 is dit de derde proef om eene onrechtvaardige en excep tioneels belasting af te schaffen, en nu gelooft hij, dat men moed moet hebben om den maat regel te durven nemen, wil men ons niet in de 19de eeuw, gelijk in de 18de, noemen de Chi- neezen van Europa. Aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal is door burgemeester en wethouders der gemeente Oud-Beierland een adres ingediend ten gunste van het voorstel van den heer Van Kuyk, tot het verbeteren van art. 48 der bestaande ar menwet. In dat adres wordt tevens de wensch geuit, dat de verblijfplaats moge worden aangewezen als domicilie van onderstand, als meer billijk niet alleen, maar tevens omdat elke andere aanwijzing is in stelligen strijd met het door den staat aangenomen beginseldat niemand recht heeft] op onderstand, omdat de liefdadig heid moet voorzien in de behoeften der armen. Afgescheiden hiervan vragen adressanten met het volste vertrouwen aan de Kamerdat het

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1869 | | pagina 1