dikwijls koe langer hoe meer achteruitgaan. Eene bijdrage voor eens redt hen voor altijd. In de tweede plaats is de maatschappij een soort van tusschenpersoon, die aan verschei den personen werk verschaft. Zij ontving tot nu toe bestellingen van de regeering, tot het leveren van kleedingstukken voor militairen enz.: de grondstoffen kocht zij daarvoor aan, en gaf ze dan ter vervaardiging aan hen, die zich hiertoe hadden aangemeld; op die wijze verschaft zij aan vele personen werk. Het vorige jaar werd f 11729.77 aan arbeidsloon uitbetaald. In de derde plaats verschaft de maatschappij door hare hulpbank aan nijvere minvermogen den, te Leiden of in de daaromliggende ge meenten, gelegenheid om voor zekeren tijd gel den te ieenen. Deze hulpbank werkt uitstekend. Reeds op verschillende plaatsen van ons vader land zijn, in navolging van Engeland, of liever gezegd van Ierland, waar zij het eerst ontston den, banken opgericht, die kleine sommen uit- leenen, tegen matige rente en tegen persoon lijke borgtocht. Deze voorschotten worden uit sluitend verleend tot een bepaald voordeel- belovend doelmet om minvermogenden te helpen, die van een bepaald dag- of weekloon moeten leven, en kregen zlj eenmaal een voorschot, in de onmogelijkheid zouden zijn om dit terug te brengen, maar om kleine kooplui, ambachts lui of winkeliers in hunne zaak voort te helpen, om hun door verschaffing van kapitaal gelegen heid te geven, om grondstoffen aan te koopen, of een grooter veld voor hunnen arbeid te openen. Jaarlijks breidt zich deze hulpbank uit bij sommen van f6 tot ƒ400 werd in 1867 aan 434 personen eene som van f 43,320 uit geleend tegen 4°/e 'sjaar3. Een van de fouten, waartoe deze hulpbanken wel eens vervallen, is, dat de hoegrootheid der voorschotten jaar lijks toeneemt, en alzoo de bank langzamerhand ontaardthet is daarom een allergelukkigst verschijnsel, dat in de laatste jaren het gemid deld bedrag der voorschotten lager is geworden, en dat wei, niettegenstaande in 1867 voor het eerst ook sommen boven de ƒ200 werden uitge leend. Ook is het een zeer gunstig verschijnsel, dat, terwijl die sommen worden uitgeleend zonder ander verband voor de teruggave, dan de aan- wijzing van een of twee borgen, de bank slechts hoogst zelden, door niet teruggave, verliezen lijdt. Het verslag van de maatschappij zal eerst- daags gedrukt worden, terwijl tevens de gele genheid zal worden opengesteld om voor dit jaar bijdragen aan de maatschappij te geven. Wij sporen een ieder aan, om zich door dit verslag verder met den werkkring dezer nuttige instelling bekend te maken, en hopen, dat de directie door milde bijdragen in staat zal worden gesteld om steeds in ruime mate werkzaam te zijn tot nut van Leidens inge zetenen De oud-minister Hasselman publiceert in het Haagsche Dagblad eene opheldering, waarin hij in zeer heltige bewoordingen tegen den tegen- woordigen minister van koloniën zijne handel wijze, ten opzichte van Busken Huét, verdedigt. Hij maakte van diens vertrek naar Java ge bruik, om hem eene missie op te dragen betreffende eene zaak waarbij het staatsbelang in Indiè betrokken is. Welke die missie was schrijft de oud-minister metzijnentwege laat hij het aan den heer De Waal over om de stukken hiertoe betrekkelijk te publiceeren maar hij zou dit eene onstaatkundige en on betamelijke handelwijze achten. De publiceeriug dezer stukken zal echter na deze opheldering nog meer noodzakelijk zijn dan vroeger, daar de heer Busken Huët in den //Java-Bode" eene geheel andere reden voor zijne vrije passage heeft opgegeven. In de eergisteren gehouden vergadering van den kerkeraad der Nederlandsche Hervormde gemeente te 's-Hage is besloten: 1°. om zich opnieuw tot het klassikaal bestuur te wenden met verzoek om Dr. Zaalberg te ontslaan als leeraar, op grond van immoraliteit, blijkens de bewering, in zijn afscheidsgroet voorkomende, dat zijn geweten hem verbood, langer der Kerk als leeraar te dienen; van welke verklaring in zijne latere geschriften, met name in zijne //Ver boden preek", niets is teruggenomen 2°. om, in afwachting eener uitspraak in dezen, Dr. Zaalberg reeds dadelijk voorloopig te schorsen. Gisterenavond is tot predikant der Ned. Hervormde gemeente te 's-Hage beroepen Ds. C. J. Bryce, te Alphen. Naar men verneemt, is er eene extra ver gadering van kunstenaars, en gewone stemheb bende leden der maatschappij Arti et Amicitiae te Amsterdam gehouden, waarin met een parige stemmen besloten is een protest aan de Staten-Generaal in te dienen tegen het voorstel van den minister van binnenl. zaken, om de Ko ninklijke academie van Beeldende Kunsten op te heffen, en kunstenaars te bezoldigen om jongelie den in particuliere ateliers op te leiden. Gisterennamiddag te 3 uren is te A ra ster dam een hevige brand uitgebarsten in het hoekhuis van de Spinhuissteeg en Klove niersburgwal. Door de vereenigde werking van 8 brandspuiten, waartoe ook behoorde eene der stoombrandspuiten, is men de vlammen te half vijf meester geworden. De belendende wonin gen hebben bijna niet geleden. Het uitgebrande perceel werd bewoond door een huisschilder. In de eergisteren gehouden vergadering van den raad te Amsterdam is benoemd tot lee raar in de wis-, natuur- en werktuigkunde aan de hoogere burgerschool met vijfjarigen cursus de heer A. Van Hennekeler, alhier. Uit Uitgeest wordt van den 13den October gemeldDezen morgen had hier een jammerlijk ongeval plaats. Eenig vee, van de veemarkt te Purmerend komende, bracht in eene weide onder deze gemeente den nacht door. Vroeg in den morgon, omstreeks 4 uren, maakte men zich gereed om den tocht voort te zetten, en terwijl het vee de weide werd uitgedreven, ging een der drijvers bij het hek op de brug staan, om het vee den rechten weg te doen in slaan. Een der koeien, misschien wel door de duisternis misleid, komt op den drijver aanloo- pen en stoot hem achterover in het water. Door bezorgdheid voor het vee en de duisternis van den nacht was hem niet terstond genoegzame hulp nabij, en toen men hem eindelijk had uit het water gehaald en door een geneeskundige laten onderzoeken, zag men dat hij reeds over leden was. De ongelukkige, zekere Van Schaik, behoorde te Bodegraven te huis. Voor eemge dagen ontvluchtte te Maas tricht een misdadiger uit het huis van arrest. Terwijl men hem uit zijne gevangeniscel naar het bureau van den rechter van instructie over bracht, wist hij zich van zijne handboeien te ontdoen, gaf daarop een zijner bewakers een stoot en ontvluchtte door de openstaande deur van het gerechtsgebouw, welke hij achter zich dichttrok. Hij heeft door de Pieterspoort de stad verlaten en zoude volgens de loopende ge ruchten in de holen van den nabijgelegen St.- Pietersberg zich verscholen hebben. Uit het Nieuwediep wordt geschreven: Dezer dagen had alhier het volgende curieuze po li tie-onderzoek plaats. De //dames" eener jonge- meisjesschool waren nat gespoten met kleine spuitjes door de leerlingen der jongensschool van den onderwijzer Blok. Van dit //ernstig" vergrijp onderricht, begaf zich de commissaris van politie J. C. Boonzajer naar de school van den heer Blok en eischte een onderzoek te mogen instellen naar den inhoud der broekzak ken van diens verdachte leerlingen. De heer Blok hiertegen eenige bedenkingen inbrengende, werd door den man der wet //tot zwijgen" ge bracht door zijn beroep opde wet Het onderzoek ving aan met al den ernst, die eene zoo hoogst ernstige zaak vorderde, en eindigde met de inbeslagneming van een paai revolvers ik wil zeggen van een paar odeur spuitjes, die zooveel jongejufvrouwen-trots ge. krenkt hadden. De Thermometer van Fahrenheit teekende al hier Donderdag des namiddags te 5 uren 52°, Wind Z. W., des avonds te 8 uren 48% te 10 uren 46°. Vrijdag 's morgens te 5 uren 46°, te 8 uren 49", 's namiddags te 12 uren 57°, te 4 uren 53°. BUITENLAND. Belgie. De //Moniteur" van 15 October meldt, dat de doctoren van den prins eergisteren een consult hebben gehouden. Volgens het eenparig gevoelen der zeven doctoren is de toestand, of schoon die nog zeer ernstig is, echter verbeterd sedert het consult van 23 September. Over den brand te Antwerpen schrijft men het volgendeDinsdag-avond te zes uren bemerkte men aldaar aan den linkeroever der Schelde eensklaps het uitbarsten van vlammen, gevolgd door eene ontploffing. Het bleek, dat de raffinaderij van petroleum der heeren Verd- bois en Comp. in brand stond. De vlammen verspreidden zulk een licht, dat het, als het ware, volkomen dag was. Het geheel leverde een prachtigen, doch tevens verschrikkelijken aanblik op, want met elk oogenblik namen de vlammen in uitbreiding toe, totdat te 7 uren eene alles vernielende ontploffing volgde, zoodat kolossale stukken steen tot eene ongeloofelijke hoogte in de lucht werden geworpen. Reeds spoedig liepen er geruchten, dat sommige per sonen zwaar gekwetst waren. Nadat geneeskun dige hulp was toegesneld, bleek het echter, dat die geruchten van grond ontbloot waren. Reeds te tien uren namen de vlammen in hevig heid af. De oorzaak van den brand ligt vooralsnog in het duister. De werkzaamheden van dec dag waren afgeloopen, de werklieden vertrok ken en slechts twee wakers aanwezig. Al les scheen in de volmaaktste orde, toen mee eensklaps een blauw vlammetje ontdekte, waarop onmiddellijk eene uitbarsting der vlammen volgde, die op eene verwoede wijze om zich grepen. Trouwens geen wonder, want duizenden en dui zenden kannen naphta voedden het vuur, zoodat men zich schier verbazen moet, dat het geen grootere onheilen aanrichtte. Dank zij echter de toegesnelde hulp en het wijs beleid, wist men de vlammen te concenlreeren. Ofschoon men ze niet spoedig meester kon worden, was toch weldra het ernstigste gevaar geweken. De schade wordt begroot op 75,000 franken. Oostenrijk. De Wiener Abendpost" zegt, dat de in sommige bladen voorkomende mede- deeling, dat de Oostenrijksche gezant te Berlijn eene bijzondere mededeeling heeft gedaan, naar aanleiding van de Pruisische of Russische agi- tatiën in Bohemen en Gallicie, van allen grond ontbloot is; alsook dat de rijkskanselier inden jongsten tijd een onderhoud zou hebben gehad met den Franscheu gezant over de Noord-Slees wij ksche quaestie. Zwitserland. Te Genève, waar eenmaal de grondslag is gelegd voor de Vereeniging tot het verleenen van hulp aan zieke en gewonde krijgs lieden in tijd van oorlog die, onder het teeken van een rood kruis, reeds in den Duitschen oor log van 1866 zoovele gekwetsten hulp en een rustig verblijf verleende, is thans weder een con gres bijeen, om de belangen dier Vereeniging te bespreken: 13 staten zijn daar vertegenwoor digd; ons land wordt er gerepresenteerd door den heer Van Karnebeek en den raad van legatie Mr. Coninck Westenberg. Het voorname punt, dat daar besproken wordt, is om voor den oorlog ter zee dezelfde maatregelen te nemen als voor oorlog te velde. Voorts zijn er voor*

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1868 | | pagina 2