Woensdag
A°. 1868.
23 September.
PRIJS DEZER COURANT.
Voor Leiden, per 3 maandenf 3.00.
Franco per postn 3-85.
Afzonderlijke Nommers0.10.
Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van Zon- en Feestdagen, uitgegeven.
PRIJS DER ADVERTENTIEN.
Van 1-6 regels 0.75; iedere regel meerf 0.12*.
Geboorte-, huwelijks- en doodberichten van
1-4 regels 0.90; iedere regel meer0.15.
LEIDSCH
DAGBLAD.
li IXNENLA N D.
LEIDEN, 22 September.
De berichten uit Spanje omtrent het ernstige
karakter van den opstand worden bevestigd.
Geheel Andalusië is in handen vau de opstande
lingen ook Catalonië en Arragon schijnen reeds
voor de revolutie gewonnen te zijn. Het programma
der revolutionnaire partij is: verdrijving van hec
regeerende huis en bijeenroeping eener consti
tuante. (Generaal Prim bevindt zich in Spanje: Ma
drid is nog rustighet ministerie is afgetreden, en
generaal Concha is tot voorzitter van een nieuw
kabinet benoemd. De koningin schijnt nog geen
afstand gedaan te hebben, en zou zich gisteren
van San-Sebastian naar Madrid begeven.
De tijdingen worden echter steeds meer ver
ward: hetgeen verklaarbaar is, doordat eergis
teren reeds de telegraphische gemeenschap tus-
schen Madrid en het Zuiden, en gisteren die
tusschen Spanje en Frankrijk is afgebroken.
De Frausche bladen van gisteren deelen dan
ook zeer verschillende geruchten mede.
Volgens //de Siècle" zou de koningin besloten
hebben om ten gunste van haren zoon te ab-
diceeren en het regentschap aan maarschalk
Espartero op te dragen.
De //Gaulois" deelt mede, dat ook te Cartha-
gena een oproer is uitgebarstendat een korps
van 14000 man tusschen Valadolid, en het niet
ver van Madrid gelegene, Guadalajara is gepos
teerd om der koningin den terugkeer naar Ma
drid af te snijdenen dat de hertog en de
hertogin van Montpensier zich voor de insur-
genten hebben verklaard.
De Patrie" en de Constitutionnel" trachten
het ernstige van den opstand zooveel mogelijk
to verbloemen. Volgens het eerste blad zou ook
Cadix zich nog niet overgegeven hebben.
De Etendard" zegt, dat maarschalk Concha,
behalve het presidentschap van den raad van
ministers, het opperbevel over het leger aan
vaard heeft en zijn oudsten broeder benoemd tot
opperbevelhebber van het leger in Andalusië.
Het blad voegt er bij, dat in de politieke we
reld de toestand van Spanje als zeer ernstig
wordt beschouwd.
Volgens berichten van gisterenavond uit Pa
rijs is de koningin nog te San-Sebastian ge
bleven, daar de rei3 te gevaarlijk was. Het blijkt
dus hieruit, dat in de noordelijke provinciën
de revolutie ook reeds is uitgebroken.
De Staats-Courant is door het departement
van koloniën in staat gesteld, om de berichten
uit Banka, omtrent de groote hoeveelheid tin,
die aldaar aanwezig zou zijn, in zooverre te be
vestigen, dat er werkelijk een grooter quantum
tin in voorraad is dan de gemiddelde productie
van een jaar, doch dat die voorraad niet zoo
bijzonder groot is, en dat die op ult°. Januari
1867 bedroeg 83000 picols. Aangezien het echter
noodzakelijk nog geruimen tijd duren moet, eer
die hoeveelheid tin in Nederland is aangevoerd,
kan die voorraad weinig invloed uitoefenen op
de veilingen van 1S69, en op die van 1870 niet
meer dan voor het verschil tusschen een gewo
nen voorraad en dien, welke laatst is opgegeven.
De hoogleeraar P. Har ting vierde gisteren den
dag, waarop hij voor 25 jaren het hoogleeraars-
ambt aan de Utrechtsche hoogeschool heeft aan
vaard. De tegenwoordige en vroegere leerlingen
hebben hem kostbare geschenken aangeboden,
bestaande uit een marnieren pendule met de
beeltenis van Plinius en een zilveren koflie-
en theeservies met schenkblad, beide met toe
passelijke inscriptiën. Des avonds werd den heer
Harting eene serenade gebracht.
De Nederlandsche maatschappij ter bevorde
ring van nijverheid te Haarlem heeft zich voor
de tweede maal gewend tot Z. M. den Koning,
met een adres, waarbij verzocht wordt eene
wettelijke regeling van den arbeid van kinderen
in fabrieken, opdat een einde gemaakt worde aan
misbruiken, waardoor de kinderen zedelijk en
lichamelijk worden verdorven, en waarvan de
treurigste gevolgen ten opzichte der ontwikke
ling van het geheele volk te verwachten ziju.
Yoorts heeft de maatschappij in een adres aan
den minister van financiën den wensch te ken
nen gegeven, dat het binnenlandsch brievenport
in gelijke verhouding worde gebracht met dat
naar het buitenland, door eeu uniform-port voor
het geheele rijk en vermindering van port voor
paketten, monsters of stalen van koopwaren, en
dat het binnenlandsch brievenvervoer dagelijks
meer herhaaldelijk en met meer spoed moge
plaats hebben.
Gisteren, omstreeks drie uren, zoo schrijft men
uit 's-Hage, vereenigden zich in de ridderzaal de
verschillende scherpschutterskorpsen uit de re
sidentie, Utrecht, Zeist, Wageningen, Botter
dam, Helder, Arnhem, deputation uit Amsterdam
en Botterdam, de ridders van het zilveren kruis,
de 1ste sectie der Metalen Kruis-vereeniging,
zoomede de militaire autoriteiten, waaronder
de minister van oorlog en de generaal-majoor,
gouverneur der residentie.
Op de verhevenheid der zaal hadden plaats
genomen het bestuur van den Utrechtscben weer-
baarheidsbond, de Haagsclie regelings-commissie
voor bet feest en de burgemeester en wet
houders der residentie.
Weldra verscheen Z. K. H. de prins van Oranje.
Nadat aan Z. K. H. eenige leden der boven
genoemde commissiën waren voorgesteld, werd
HD. een zilveren beker, door de stad voor deze
gelegenheid geschonken, met den eerewiio aan
geboden.
Alvorens den beker te ledigen, sprak Z. K. H.
eenige woorden, die voor zoover wij die hooren
konden, hierop nederkwamen
//Mijne Heeren
U allen, en inzonderheid de heeren, die aan
den wedstrijd komen deel nemen, heet ik hier
hartelijk welkom.
//Uwe talrijke opkomst getuigt van uwe be
langstelling in het behandelen van de wapenen
en zucht om zich krijgsmansdeugden eigen te
maken. Ik breng hulde aan het bestuur van den
Weerbaarheidsbond voor de moeite en zorgen,
die het zich tot het houden van dit feest getroost
heeft, en hoop, dat de billijke verwachtingen
omtrent dit fee9t van een ieder mogen bewaar
heid worden. Ik eindig met den wensch, dat bij
den wedstrijd een ieder een vaste hand en een
juist oog moge hebben."
Met een daverend hoezee werd deze hartelijke
heildronk begroet, terwijl de muziek het Wien
Neerlands bloed" aanhief.
Nadat eenige glazen van den eerewijn gele
digd waren, nam de heer Schubart, president
van den Weerbaarheidsbond, het woord, nage
noeg in dezer voege
//Beminde vorst van Oranje, beschermer van
den Weerbaarheidsbond! Zooeven hoorden wij u
ons het welkom toeroepen. Dit maakt ons allen
trotseli. Wij zijn als Nederlanders opgekomen
om met onzen vorst het groot beginsel van de
volksweerbaarheid hier op te bouwen. In 1866
hoorden wij reeds uit uwen mond een vereerend
en opwekkend woord in dien zin.
//Wij danken u bij herhaling voor uwe belang
stelling, en hopen, dat dit groote beginsel moge
strekken tot ongeschonden bewaring van onzen
bodera, tot glorie van ons vorstenhuis en tot
het beantwoorden daarvan, dat ten allen tijde
Nederland en Oranje een is. Dat is de kreet
der weerbaarheid: Leve de Koning!"
Die hartelijke heildronk werd eveneens met uit
bundig gejuich begroet.
Daarna bracht de vice-president een innigen
dronk toe ter eere van den prins van Oranje.
Hiermede was deze plechtigheid afgeloopen en
ving de tocht der scherpschutters door verschil
lende straten der stad aan. Yoor het paleis ge
komen, bevond zich Z. M. de Koning op het
balkon in generaals-uniform van de scherpschut
ters, hetgeen groote geestdrift opwekte.
In het kamp aangekomen, formeerden de ver
schillende korpsen en deputatiën een carré, in wel
ker midden de heer Schubart eene korte rede hield.
Hierna ving de regelings-commissie aan met
de taak om aan de verschillende korpsen hunne
verblijfplaatsen aan te wijzen.
Al spoedig ging van alle zijden de blijde kreet
op //de Koning, de Koning!" en werkelijk, Z. M.
was in aantocht, gezeten in een open rijtuig.
Z. M., weder in de uniform van generaal der
scherpschutters en door eenige adjudanten ver
gezeld, reed eerst de troepen langs en stapte
vervolgens uit het rijtuig. Wederom was het den
heer Schubart gegeven Z. M. toe te spreken.
//Wij danken u hartelijk, o Koning," zeide hij,
//voor de ontvangst die Uwe Majesteit aan alle
deze weerbaarheids-korpsen wel hebt willen
bereiden. Dit hooggeschat blijk van toegene
genheid verhoogt onze weerbaarheid, onze kracht
tot het helpen bevestigen van het vaderland
onder de onafhankelijke statenja, allen zou
den trotsch zijn, wanneer het noodig wezen mocht,
dezen bodem te helpen verdedigen, waarin het
glorierijke stamhuis van Oranje de Nederlan
ders steeds is voorgegaan."