het badhuis te Scheveningen een luisterrijk di
ner gegeveD, waaraan ongeveer 250 leden van
het congres deelnamen. De officieele toasten
werden ingesteld door den burgemeester, den
voorzitter van het Congres, Prof. De Yries en
den heer Vramhout.
Na afloop van het diner begaven zich de le
den op het terras, dat met vlaggen versierd was
en waar muziek, vuurwerk en bengaalsch vuur
het genot van den schoonen avond verhoogde.
De derde en laatste zitting van het Taal- en
Letterkundig Congres heeft heden in haar eerste
gedeelte zich hoofdzakelijk met drie quaestiën
bezig gehouden 1°. de quaestie, of in het vol
gende jaar een Congres zou worden gehouden,
en waar
Het bureel had voorgesteld, voortaan de con
gressen om de twee jaren te doen houden.
Na levendige discussie werd een voorstel van
den heer Yuylsteke aangenomen, om het vol
gende jaar het elfde Congres te houden, en wel
te Leuven.
2°. de quaestie van het toelaten der vrouwen als
leden. Na eene zeer stormachtige discussie daar
over, is het voorstel van den heer Koorda van Ey-
singa aangenomen om deze zaak iu handen te
stellen eener commissie, ten einde in het vol
gend jaar rapport uit te brengen.
3°. de quaestie der spelling. De heer Ising
deed het voorstel, dat het Congres zich bij
adres zou wenden tot de regeering om de
nieuwe spelling in te voeren. Later werd dat
voorstel door hem gewijzigd, en voorgesteld
alleen de wenschelijkheid te doen uitspreken.
Dit voorstel werd aangenomen.
Nog werd besloten, dat het tegenwoordig bu
reel eene commissie zou samenstellen tot het
oprichten van een gedenkteeken op het graf
van Mr. J. Yan Lennep.
Na de pause heeft de heer A. J. De Buil,
van Amsterdam, een gedicht voorgedragen over
den eeredienst van het schoone.
De heer Drabbe van Hageveld hield eene
rede over de studie der Nederlandsche dichters,
in verband met opvoeding.
De heer Leenaerts, van Antwerpen, betoogde
in eene rede de wenschelijkheid dat er een ge
schiedboek van den gezamenlijken Nederlandschen
stam werd vervaardigd en uitgegeven, dat als
middel tot verbroedering van Noord en Zuid
zou strekken.
Door den heer Heremans werd een rapport
over de quaestie van het dagbladzegel uitge
bracht.
Door de heeren Kirberger en Thieme werd
naar aanleiding daarvan een voorstel gedaan
om zich opnieuw tot de regeering te richten
met een adres, houdende aandrang tot intrekking
van artt. 18 en 19 der zegelwet, ten einde het
zegel niet alleen op dagbladen maar op alle
drukwerken en advertentiën te doen vervallen.
Dit voorstel werd gewijzigd aangenomen.
Op het einde heeft de heer Heremans den
voorzitter namens de vergadering bedankt voor
de goede leiding van het Congres.
Ten slotte bedankte de voorzitter voor de
medewerking die hij ondervonden had, en met
een //tot weerziens" werd de vergadering ge
sloten.
Uit Koudekerk wordt ons geschreven Tot
grooten schrik van de landbouwers heeft zich
ook hier de gevreesde pokziekte onder de scha
pen vertoondreeds zijn drie koppels daardoor
aangetast. Ook de longziekte, waarvan wij eenigen
tijd verschoond waren, is hier weder uitgebroken.
Eergisterenmiddag had bij den minister van
binnenlandsche zaken een diner plaats, waarop
vele leden van het congres waren genoodigd.
Gisterenavond heeft te Amsterdam
eene vergadering plaats gehad van de //Amster-
damsche Kanaal-Maatschappij." Zonder hoofde
lijke stemming werd eene wijziging in de sta
tuten aangenomen, strekkende om in art. 4 het
woord vijftien te veranderen in acht en een half.
De directie werd met algemeene stemmen ge
machtigd tot het sluiten van eene leening van
zes en een half millioen a vier percent, gega
randeerd door den staat, en eindelijk het divi
dend over het maatschappelijk kapitaal gedu
rende den aanleg teruggebracht op 3% percent.
Door den heer Mr. W. K. Yan der Breggen
zijn aangekondigd voorstellen tot herziening der
statuten, welke hij bij de directie zal indienen, en
waardoor de aandeelhouders meer macht zouden
krijgen. De heer A. C. "VYertheim vroeg en ver
kreeg inlichting ten opzichte van de amorti
satie der leening van G% millioen, waaruit de
vergadering tevens vernam, dat de houders der
aandeelen van die leening tegen alle ongunstige
eventualiteiten gewaarborgd zijn.
Het station van den Staats-Spoorweg al
hier (lijn Utrecht-Boxtel), zoo schrijft men uit
Utrecht, nadert thans zijne voltooiing. De toe
gang door de tunnel onder den Kijn-Spoorweg
door, is dezer dagen voor het publiek opengesteld.
Men schijnt in de uitvoering van dit moeilijke
werk wel geslaagd te zijnevenwel komt het
ons voor, dat het wenschelijk ware indien de
tunnel alleen voor de aankomende rijtuigen
diende en zij langs een anderen weg het station
konden verlaten. Zoo als men de tunnel door
is, wordt men aangenaam verrast door het ge
zicht op het ruime stations-emplacement en het
sierlijke hoofdgebouw. Het geheel heeft een
fikseh voorkomen en is zoo ingericht, dat het
later, zoo noodig, door uitbreiding en vergroo
ting der gebouwen, voor een druk vertier kan
worden ingericht; het gebouw zelf beslaat toch
slechts een vijfde van de grootte, waarop het
later zou kunnen uitgebreid worden. Is het uit
wendige van het gebouw fraai te noemen en
getuigt daar reeds alles van goeden smaak en
solide bewerking, het inwendige deed ons waar
lijk verbaasd staan.
De vestibule, waar men aan de eene zijde
het kaartjes-bureau en aan de andere het ba
gage-bureau vindt, is inderdaad prachtig; zoo
wel de keurig met verschillende soorten van
marmer ingelegde vloer, als de fraaie fresco
schildering van het plafond, versierd met de
wapens van Utrecht, Culemborg, Zalt-Bommel
en 's-Hertogenbosch, en de prachtige kolossale
spoorwegkaart aan den muur trekken er beur
telings de aandacht. Eveneens zijn de beide
wachtkamers, tevens restauratie-zalen, voorna
melijk die voor de 1ste en 2de klasse, van aller
prachtigste plafondschilderingen voorzien en
doen den vervaardiger alle eer aan. "Wij kun
nen ieder aanraden deze kunststukken te gaan
bezichtigen.
Uit Frederiksoord wordt van den
27sten Aug. het volgende geschreven: Als men
van een feest zeggen kan: 't is uitmuntend af-
geloopen, dan mag daartoe zeker worden gere
kend de feestviering van het vijftigjarig bestaan
der Maatschappij van Weldadigheid, 't welk gis
teren hier, begunstigd door bet heerlijkste weder,
gevierd is en dat, hoezeer door eene groote me-
nigte£bezocht, verdiende, dat nog duizende vreem
delingen meer tegenwoordig geweest waren. Over
het gewicht van den dag, waarop het vijftig
jaren geleden was dat door den edelen stichter
der Maatschappij van Weldadigheid, den gene
raal Yan den Bosch, de eerste steen gelegd werd
van het reusachtige gebouw van menschlievende
weldadigheid zullen we niet uitweiden maar alleen
vermelden, dat dagen, weken, ja maanden te
voren de geheele bevolking in eene aangename
spanning verkeerde. De gelden, door eene com
missie bijeengebracht, geheel en al afgescheiden
van de kas der Maatschappij, waren niet toe
reikende om de geheele bevolking een feest te
bereiden en zij moest zich dus bepalen tot de
schoolkinderen, nagenoeg 500, en tot de jeugdige
bevolking van beneden de 20 jaren, van welke
er een 250tal aan de volksvermaken deelnamen.
In de zoogenaamde droge kom, een allerliefste
plek in het Sterrebosch, stonden 's morgens
allen amphitheatersgewijze geschaard. Het was
een aandoenlijk en treffend gezicht die vroolijh
schare van kinderen, ieder met een nations
vlagje in de hand; die gelukkige ouders, wie
dankbare en gelukkige stemming niet weini;
verhoogd werd door den aanblik van hunne kin
deren, die hier eene zoo uitmuntende opvoedin;
ontvangen. De oudste onderwijzer J. Meija
Drees heete het bestuur en andere aanwezigen
in hartelijke woorden welkom, nadat de kinde
ren driestemmig het door Dr. Heije op zeei
welwillende wijze vervaardigde feestlied gezon-
gen hadden.
Daarna hield de directeur eene toespraak te
de jeugd, de ouders en andere aanwezigen, waart
hulde werd gebracht aan de nagedachtenis vt
den stichter. Dank werd gebracht aan prit
Hendrik, aan wien de Maatschappij van We
dadigheid zooveel verplicht is, evenzeer als aai
koning Willem I en II en den beminden thart
regeerenden vorst, aan den onbekenden weldoe
ner der Maatschappij, aan de leden der voor
malige permanente commissie, aan vroegere e:
tegenwoordige commissarissen. Met een war:
woord spoorde de directeur oud en jong aa:
tot dankbaarheid, tot ijverige plichtsbetrachting
Een der heeren commissarissen beantwoordt
deze toespraak met een kort, krachtig en hart;
lijk woord.
Eigenaardig en treffend was het dankbai-
woord, door een vroeger kolonist, thans gei
ten burger in Steenwijk, gesproken, waarbij no;
deze bijzonderheid vermeld dient, dat bij de eerst
geborene in de kolonie was en de eer moet;
genieten naar prins Frederik te worden genoemd
In eene ruime tent (60 Ned. ellen lang) voo:
het logement opgeslagen, in het midden waar
van zich de keurig gedecoreerde muziektempe
verhief, waarin het stedelijk muziekkorps ui
Zwolle zich deed hooren, werden de kindere:
bij afwisseling gedurende den geheelen dag o;
chocolade, koek, krentenbrood, enz. onthaalde:
de feestliederen gezongen, door Meijs, Gerrit-
sen, Meijer Drees en anderen vervaardigd.
De tombola, door raej. Cannegieter georgt
niseerd en waarvoor meer dan duizend prijze:
ingekomen waren, gaf de kinderen nieuwe sto
tot vreugde. Eene onbeschrijfelijke opgewonden
heid heerschte dan ook onder het jonge volkje
dat ook bij beurten plaats nam in het carouss;
hetwelk voor deze gelegenheid gehuurd was. Ya:
een tot vier uren hadden de volksvermaken plaat:
Buitengewoon was de om strijd geprezen orde,
die er heerschte. Geen ongepast woord, gee:
beschonken persoon, geen enkele twist wer:
zelfs laat in den avond vernomen, toen de illu
minatie ontstoken werd en velen uitlokte om he:
concert, door het Zwolsche korps te geven, bij
te wonen.
Om halfzeven werden de kinderen van "Wil
lemsoord en kolonie 2 in een dertigtal wagec:
teruggebracht.
De ligging van het logement te Frederiksoor:
is bij uitnemendheid geschikt voor zulk eeu;
feestvieringde gedecoreerde tenten, de menigk
vlaggen en 's avonds de eenvoudige maar aller
liefste illuminatie maakten een heerlijk effect
tegen het hooge geboomte.
Wie men ook hoorde, jong of oud, arm o".
rijk, ieder heeft den aangenaamsten indruk me
degenomen van dit feest, hetwelk in ieders her
innering zal blijven leven en waarop door me
nigeen de vurige wensch is geuit: Bloeie d:
Maatschappij van Weldadigheid; moge zij no-
een reeks van jaren tot welzijn van duizender
werkzaam blijven.
Daartoe werke geheel Nederland mede!
Bij koninklijk besluit van 29 Augustus H
is bepaald, dat de tegenwoordige vergader^
van de Staten-Generaal zal worden gesloten op
Zaterdag den 19den September 1868, des na
middags te twee uren; en dat de minister vaa
binnenlandsche zaken wordt gemachtigd om k
vereenigde zitting der beide Kamers de verga
dering in 's Konings naam te sluiten.