Wordt gevraagd meer consequent geweest. De verwerping der wet had toch uooit als een nederlaag voor het ministerie kunnen gelden, veeleer zoude het een nieuwe nederlaag geweest zijn voor. Maar stil! Laat mij niet in de zonde ver vallen, die HH. Vreede, De Kempenaer en Van Lennep tot het mooie denkbeeld gebracht heeft dat er een zoenoffer noodig was om de eer van het ministerie Heemskerk Van Zuijlen (waarom ook niet Schimmelpenninck te herstellen. Aan wie van de drie heeren komt de eer der uit vinding toe? Ik ben geneigd te gelooven, dat de heer Van Lennep het eerst op dat jolige, boertige idee gekomen is. 't Is juist zoo iets voor hem, en het zou mij volstrekt niet ver wonderen, zoo hij hartelijk gelachen had, voor eerst toen de HH. De Kempenaer en Vreede zoo gulweg tot zijn voorstel toetraden, en ten tweede toen hij zag dat alle conservatieve bla den het als ernstig gemeend opnamen. Welk monumentum aere perennius zal men nu den grooten staatslieden vereeren Stand beelden richt men tegenwoordig niet meer voor levenden opbovendien dient zulk een aanden ken als de heer Van Lennep c. s. bedoelt meer portatief te zijn, dan een standbeeld. Wat zou den die heeren zeggen van een expresselijk daartoe te drukken exemplaar der Grondwet, met versierde hoofdletters, waaraan vooral bij art. 53 en art. 89 de noodige rood, wit en blauwe versierselen niet zouden mogen ont breken Veel verstandiger dan deze aardige oproeping aan den volke, is m. i. de brief van den heer Van Lennep, waarbij hij wijst op het gevaar dat het Rijksmuseum van schilderijen loopt door de nabijheid van een petroleura-bewaar- plaats op de Kloveniersburgwal. Niet dat ik met den heer Van Lennep het millioen van 't Paleis voor de Staten-Generaal tot beveili ging van 't Rijksmuseum zou willen besteden; maar in 't feit alleen dat onze kunstschatten sedert zoolang aan dergelijk gevaar blootgesteld zijn, ligt zulk een blijk van slaperigheid en van onverschilligheid tegenover onzen hoogsten roem, dat ik mij verheug wanneer de openbare mee ning eindelijk, al is het op een eenigszins dwaze manier, wordt wakkergeschud. Q. N. handel. Rotterdam, 13 Juli. Tarwe en Rogge 25 ets. lager; Nieuwe Wintergerst f 6 a f 6.75 verkocht; Haver 10 ets. hooger; Kanariezaad 25 ets. hoo- ger; overige artikelen als voren; van Nieuw Koolzaad was aangevoerd 100 last; Overm. Brielsch en Zeeuwsch 57, 59, 59%; Vlaamsch o£57, 58, 59; Flakkeesch dC 55, 57. geveilde pergeelen. Gehouden verkooping aan den Burg alhier op 11 Juli, ten overstaan van den Notaris J. A.. Prijn Een huis en erf aan de noordzijde van de Breedestraat, Wijk IV, N°, 206. Kooper M. J. Schretlen voor f 3310. Ten overstaan van den Notaris Mr. J. L. Kla verwijden N°. 1. Een huis en erf waarin de koffiehuis- affaire wordt uitgeoefend, aan de westzijde van de Paardensteeg, Wijk VI, N°. 3 en 4. Kooper J. H. Mathlener qq. voor f 4950. N°. 2. Een huis en erf aan de westzijde van de Nieuwsteeg, Wijk IV, N°. 720. Niet ver kocht. N°. 3. Een huis en erf aan de oostzijde van de Vestestraat aan den hoek der Slopsteeg, Wijk VII, N°. 181 en 181rood. Kooper J. Van Zijp Yoor f 1050. N°. 4. Twee werkhuizen en erven waarin de ververij wordt uitgeoefend, aan de oostzijde van de Uiterstegracht en westzijde van de Veste straat, Wijk VII, N°. 323 en 262. Kooper J. Van Rossen voor 750, Ntf. 5, 6 en 7. Drie huizen en erven aan de westzijde van de Vestestraat, Wijk VII, N°. 263, 263ö en 264 gecombineerd. Kooper H. Maas voor /"1018. Ten overstaan van den Notaris J. M. E. Dercksen Een huis en erf aan de oostzijde van de Lange Raamsteeg, Wijk II, N°. 136/' en 136c. Koo- pers K. J. Affourtit en W. A. Aftourtit voor f 1200. Een huis en erf aan de oostzijde van de Oos terlingplaats of Garenmarkt, Wijk II, N°. 251. Kooper J. Van der Linden voor f 835. geimeenteraad. Zitting van Maandag 13 Juli. In deze vergadering is het verzoek van Dr. C. J. E. Brutel de la Rivière, om ontslag als onderwijzer in de natuurkunde bij het vormend onderwijs, alsmede dat van den stads-chirurgijn M. J. Schretlen, om continuatie in zijne be trekking, toegestaan. De voordracht omtrent den afstand van gemeentegrond aan de firma H. Veefkind Zoon is aangehouden tot eene vol gende vergadering. De voordracht tot onderhand- sche verpachting der tienden onder Leiderdorp, is aangenomenen het voorstel van het raads lid Meerburg, tot wijziging van art. 95 (schrobben der straten) afgewezen; omtrent de voordracht tot het dempen van een gedeelte der sloot langs den singel buiten de voormalige Mare- poort werd dienovereenkomstig besloten; ter wijl het verzoek van D. Beezer, tot het leggen van een bruggetje over de Cingelsloot is toe gestaan; op het verzoek van W. T. Wanner, gewezen broodkeurder, tot het erlangen van pensioen, werd afwijzend beschikt. Ten slotte werden de rekening van vrouwen kraammoeders, over 1867, en die van het werkhuis goedgekeurd. gemengde berichten. De koningin Fatuma-Djorabé, beheersche- res van Mohilla en van eenige andere eilanden der Comorische groep, is, na zich eenige dagen te Marseille en te Lyon opgehouden te hebben, te Parijs aangekomen, en heeft aldaar haren intrek genomeD, in het n hotel du Louvre." H. M. is vergezeld van haren schoonbroeder Saïdi- Ben Mohamed en van een gevolg van zes per sonen, benevens verscheidene bedienden. De ko ningin wordt beschreven als klein van statuur, met eene koperkleurige tint, levendige zachte oogen en een welbesneden gelaat. Zij draagt een schelgekleurd Oostersch gewaad, heeft eene gouden diadeem op het hoofd, waarvan een sluier afhangt, en is voor 't overige kwistig met edelgesteenten versierd. Zij beweegt zich vrij, spreekt het Fransch zuiver en vloeiend, legt zeer veel weetgierigheid aan den dag om trent de merkwaardigheden van het land, en houdt zich, wat het gebruik en de bereiding van spijzen betreft, streng aan de voorschriften van den Muzelmanschen eeredieDst. Ben-Mohamed, een rijzig jonkman van ongeveer twintig jaren, is niet met het Fransch bekend. Hij is getul- band, draagt een lang donkerkleurig opper kleed, en heeft een zeer negerachtig voorkomen. Zoowel te Marseille en te Lyon, als te Parijs, zijn aanzienlijke burgerlijke en militaire beamb ten van regeeringswege ter beschikking van de vorstin gesteld, om haar tot gidsen en geleiders te verstrekken. Naar men verzekert, zal zij eene maand lang te Parijs vertoeven, en niet, gelijk men eerst gemeend had, naar Londen gaan. Volgens een der berichtgevers, zou koningin Fatuma gezegd hebben: //Ik heb mijn land enkel verlaten om Frankrijk en zijn keizer te zien." Een der Parijsche bladen wil weten, dat de reis der koningin niet enkel door haar tot uitspanning is ondernomen, maar dat zij voornamelijk gekomen zou zijn om den bijstand van keizer Napoleon in te roepen ter bevrijding van haren gemaal uit de gevangenschap, waarin een ander haar vijandig Comorisch souverein hem houdt. telegrammen! 's-Gravjbnhage, 14 Juli. Uitslag der verkie zingen tot leden van de Eerste Kamer der Staten-Generaal. Limburg. Herkozen de heer Michiels van Kessenich, met 31 stemmen. Zeeland. Herkozen de heer J. Fransen van de Putte, met 27 van de 37 uitgebrachte stemmen. Groningen. Herkozen de heer Mr. J. J. Cre- mers, met 30 van de 37 uitgebrachte stemmen. Utrecht. Herkozen de heer Huydecoper van Maarseveen, met 30 stemmen. Overijsel. Herkozen de heer Storck. Zuid-Holland. Gekozen, in plaats van den heer A. Van Weel, die bedankt heeft, de heer Mr. E. J. A. graaf Van Bylandt, oud commis saris des Konings in Zuid-Holland en thans nog commissaris des Konings in Overijsel, met 38 stemmen, bij derde stemming, tegen den heer W. C. Begram, lid der Tweede Ka mer, die 37 stemmen bekwam. Herkozen de heer T. P. Viruly, met 45 van de 75 stemmen. Bij deze stemming bekwam de heer Begram 8 stemmen. Noord-Holland. Herkozen de heeren Jhr. C. Hartsen en Mr. J. Messchert van Vollenhoven, met 36 van de 68 stemmen. Friesland. Herkozen Jhr. Mr. F. J. J. Vau Eysinga met 37 van de 45 stemmen. Noord-Brabant. Herkozen de heer H. E. Verschoor, met 53 van de 56 stemmen. advertent1i~ Gaven Mm. Regenten van 't R. C. Wees- en Oudeliedenhuis bij de circulaire van l De cember 11. hnn vertrouwen te kennen op uwe hulp en milddadigheid, bij de noodzakelijke ver betering en verbouwing van 't Gesticht aau hunne zorgen toevertrouwd, dit vertrouwen is niet teleurgesteld, maar Leidens ingezetenen heb ben bewezen, dat liefde tot den naaste bij hun geen ijdele klank is, en zij, bij de vele in dezen tijd gevraagd wordende offers, toch altijd bereid zijn raedetewerken ter bereiking van een lief dadig doel. Heeft de inschrijving in de rentelooze leening niet het gevraagde bedrag opgeleverd, de vrij willige bijdragen daarentegen hebben verre onze verwachting overtroffen, waardoor Regenten met gerustheid de voltooijing van hun plan durven te gemoet zien. Ontvangt dan, edele menschenvrienden, die door Uwe bijdragen niet allen de taak van Regenten hebt verlicht, maar tevens het lot van zoovele hulpbehoevenden hebt verbeterd, onzen harte- lijken dank, met de bede, dat God uw leven spare, opdat Gij nog lang met welgevallen moogt nederzien op dit Gesticht, het werk uwer liefde, en zijt verzekerd dat uwe namen in dankbare herinnering voor het nageslacht zullen bewaard blijven. Mogten er soms nog weidenkenden zijn, wrien genoemde circulaire niet in handen is gekomen of verzuimd af te halen en nog het hunne zouden willen bijdragen, zoo worden die be leefdelijk verzocht dit aan een der ondergetee- kenden te willen doen toekennen. Mrn. Regenten van het R. C. Wees- en Oudeliedenhuis. W. C. DE SAIN. J. J. VAN WENSEN. Mr. J. L. KLAVERWIJ DEN. C. H. VAN DEN BERGH. B. J. FORNARA. J. L. A. DESERTINE. A. G. HESSELS. M. J. SCHRETLEN. Leiden, Juli 1868. om dadelijk ia dienst te treden een ICSUOD BAKKtiUSKNECllT, bij QERRIÏ VAN EEDEN te Noordwijk-Binnen. Adrea in persoon.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1868 | | pagina 3