2483.
Zaterdag
14 Maart.
LEIDSCH
Vi y^v\w
A°. t86>8.r
DAGBLAD.
PRIJS DEZER COURANT.
Voor Leiden, per 3 maanden3.00.
Franco per post3.85.
Afzonderlijke Nommers0.10.
Deze Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van Zon-en Feestdagen, uitgegeven.
PRIJS DER ADVERTENTIEN.
Van 1-6 regels f 0.75; iedere regel meer/"0.12s
Geboorte-, huwelijks- en doodberichten van
1-4 regels 0.90; iedere regel meer0.15.
Omtrent de voorgestelde wet op het h o o-
ger onderwijs laat de Nieuwe Utrechtsche
j Courant zich bereids, wat de meeste hoofd
punten betreft, gunstig uit. Het overbrengen
I der propaedeutische studiën naar de gymnasiën,
de invoering van verschillende doctoraten bij
de faculteiten, de afschaffing der college-gelden
dit alles juicht zij zeer toe.
Omtrent de opheffing der theologische facul
teit laat zij zich minder gunstig uithoewel, vol
gens hare meening, die opheffing overeenkomstig
I de leer der scheiding van staat en kerk, en dus
in theorie zeer juist is, acht zij dat deze op
heffing in de practijk zeer treurige gevolgen
zal hebben.
//Drie groote gevolgen zal deze maatregel na
zich sleepen," zegt dit blad. //Vooreerst den dood
der theologische wetenschapzoodra toch de
toekomstige predikanten niet meer gehouden
zullen zijn om, ter bereiking van hun levens
doel, de vakken, die nu tot de theologische fa
culteit behooren of eenige derzelve te beoefenen,
zullen die geheel en al te niet gaanwant het
getal der personen die een vak uit liefhebberij
beoefenen, zonder dat het tot verkrijging van
een graad noodig is, is uiterst gering.
Maar, zal men zeggen, aan de toekomstige
I seminariën zal de theologie onderwezen worden.
Dit is voor een gedeelte waar; maar zij zal er
altijd verminkt worden gedoceerd en slechts
I voor zooverre zij nuttig kan zijn om eene zekere
godsdienstleer in te prenten. Het vrije onder
zoek en de leer vrijheid zullen gebannen zijn.
Deze inrichtingen dienen toch uitsluitend om
leeraars voor een bepaald kerkgenootschap te
vormen, en dus zal daar alleen de in dat kerk
genootschap aangenomen dogmatiek mogen wor-
I den onderwezen.
Een tweede gevolg zal wezen, dat de toekom-
stige predikanten eenzijdig zullen zijn, daar zij
den ontwikkelenden invloed van de beoefenaars
I der andere wetenschappen zullen missen, terwijl
niemand meer behoefte heeft aan veelzijdige
I ontwikkeling dan juist de predikantenmen zal
I zoodoende van hen catechiseermeesters maken.
Het derde en laatste punt, dat tegen de op-
I heffing der theologische faculteiten pleit, is de
omstandigheid, dat er verschillende richtingen
I in de kerk bestaan, en licht de eene richting niet
alleen door de andere wordt overheerd, maar zelfs
beroofd van alle gelegenheid om leeraars in haar
I geest te krijgen. Die seminariën zullen toch door
j hetzelfde lichaam bestuurd worden, dat natuur-
I hjk meestal die zaken in zijnen geest zal regelen
Het vertrouwen dat er in de kerk zooveel ge
matigdheid zal keerschen, dat altijd de voor
naamste richtingen ieder een seminarie zullen
hebben, vinden we te gewaagd."
In België heeft de Ligue de l'ensei-
gnement, eene vereeniging, die zich ten doel
stelt, om het geven van onderwijs op verschil
lende wijzen te bevorderen, eene circulaire aan
de fabrikanten te Brussel en omstreken ge
richt: hierin vragen zij verlof om in hunne fa
brieken of werkplaatsen eenige malen in de week
les te doen geven m de eerste vakken van het
lager onderwijs: lezen, schrijven en rekenen
De Vereeniging meent dat het geven van onder
richt dóar, waar juist degenen, die dit het meest
noodig hebben, dagelijks bijeenkomen, verre
verkieslijk is boven het geven van avondlessen
voor volwassenen, waarvan de meesteu geen ge
bruik kunnen maken. Zij vermeldt tevens, hoe
reeds in de fabriek van eene Belgische maat
schappij onder directie van den heer Evrard
gedurende 4 uren in de week met vrucht zoo
danige lessen worden gegeven.
Het Nederlandsche rijks-archief is in den
loop van 1867 o. a. verrijkt geworden met de
volgende belangrijke stukken1°. eene verza
meling van nagenoeg achthonderd oorspronke
lijke brieven, ingekomen bij de admiraliteiten
van de Mans, van Zeeland en van Amsterdam,
grootendeels uit de 17de eeuw, en waaronder
zich brieven bevinden van Maarten Harpertsz
Tromp, De Ruyter, Witte Corn, de Witte,
Adriaan en Joost Banckert, de Evertsens, Swar-
tenhout en anderen; 2°. journalen en rapporten
van wijlen den vice-admiraal A. A. Buyskes,
betrekking hebbende op de jaren 17831819;
3°. papieren, betreffende het verblijf der En-
gelschen op de kust van Friesland, in 1799;
4°. de oorspronkelijke journalen van de eerste
en tweede Oost-Indische reis van den admiraal
Jacob van Neck (1598 en 1601), en het door
den kommandeur Abel Tasman eigenhandig ge-
teekende journaal van zijne eerste ontdekkings
reis in 1642; 5°. het geheele archief van den
raad van justitie te Batavia, gepakt in 45 kis
ten 6°. stamboeken van Nederlandsche regis-
menten over 1707—1810; een eedboek voor
officieren over 1798—1801, benevens een regi-
ter, bevattende beloften van getrouwheid aan den
keizer van Frankrijk, over 1810; 7°. de leenre-
gisters enz. van de voormalige baronie van IJssel-
stein, aanvangende met het jaar 1406 en eindi
gende met het jaar 1795; 8°. de legatiepapieren van
den diplomaat Hendrik Hop, die in de jaren
1774—1794, Nederlandsch gezant te Brussel ge
weest is; 9°. een journaal van den diplomaat
Rumpf, die in 1672, na het afbreken der diplo
matieke betrekkingen met Frankrijk en het ver
trek van Pieter de Groot, te Parijs gebleven
is; 10°. fragmenten van een geteekenden Ne-
derlandschen atlas uit het midden der 16de
eeuw; 11°. zeven eigenhandige en zeer verfcrou
vvelijke brieven, door koning Bodewijk aan zij
nen broeder, keizer Napoleon I, over den ver
achterden toestand van Holland geschreven.
Het onlangs door den raadsheer Schuurman
aan den Koning aangeboden journaal van Van
Speyk is door Z. M. aan het rijks-archief in
bewaring gegeven.
IHNNEN L A N D.
LEIDEN13 Maart.
Naar wij vernemen, hebben ook een aantal
aanzienlijke ingezetenen dezer stad het protest
geteekend, tegen de willekeurige handelingen
van de hoofdcommissie van het Nationaal Mo
nument, waarvan wij vroeger reeds melding heb
ben gemaakt.
De opper-ceremoniemeester maakt bekend, dat
ingevolge de bevelen des Konings het hof den
rouw zal aannemen wegens het overlijden van
Zijne Majesteit koning Lodewijk J. van Beieren,
voor den tijd van drie weken, te weten eene
week middelbaren, en twee weken den lichten
rouw, met ingang van den 13den dezer maand
Te A m ster da mzou heden voor het prov.
gerechtshof een persoon terecht, staan die be
schuldigd is van dertien jaren geleden een moord
te hebben gepleegd. Hij heeft zich onlangs zelf
aangegeven. De man had eerst, na het plegen
van den moord, nog vijf jaren in Holland als
polderjongen voortgewerkt, was toen als mili
tair naar Indië gegaan; in 1866 in het va
derland teruggekomen, had hij weder werk gevon
den m Groningen, maar desniettegenstaande bleef
het bewustzijn van den gepleegden misdaad hem
steeds vervolgen, zoodat hij eindelijk het besluit
nam, zich als moordenaar bij de justitie aan
te geven.
De moord had zich aldus toegedragende be
schuldigde Reysack had met zijn kameraad eene
som van 13 a 14 van een opzichter te ont
vangen, wegens gezamenlijk verdiend loonbui
ten weten van zijn kameraad had Reysack daar
van een gedeelte afgehaald, en toen de dag kwam,
waarop de ander zijn deel ging halen en dus
bespeuren zou dat hij niet alles meer kon krij
gen waarop hij recht had, en zij samen in den
vroegen morgen, toen het nog donker was, on
derweg waren, greep Reysack zijn makker bij
den kraag en wierp hem in het water, terwijl
hij hem tevens eenige duchtige wonden aan den
hals toebracht.
Het lijk werd gevonden, doch de dader bleef
tot voor weinige maanden onbekend.
Het lijk van den heer Mr. A. A. baron
Bentinck, Zr. Ms. gezant bij het hof van Groot-
•Brittanje, is Maandag-avond te W ij h e aange
komen, en vervolgens, op verlangen van den ge-
achten overledene, op eenvoudige doch plechtige
wijze in het familiegraf op de algemeene bur
gerlijke begraafplaats aldaar ter aarde besteld
Een groot aantal ingezetenen had zich bij het