N°. 2266.
Dinsdag
A°. 1867.
2 Juli.
Prijs dezer Courant.
Prijs der Advertentiën.
Spoortreinen van Leiden naar 's-GravenhageDelft', Schiedam en Rotterdam: te 8 n. 30 m; 10 u. 17 rn.; 1 u. 55 m.; 3 u. 52 ra.,
Stoomboot Volharding van Leiden (Haven) naar Amsterdam: Maandag ochtend te 4 u., overige dagen te 5 u.; van Amsterdam (Binnen-
Amstel) naar Leiden: Maandag nam. te 2 u. 30 m. overige dagen nam. to 3 u. Zondags buiten dienst. Van Leiden naar Gouda Zondag 7
overige dagen 5 u. 30 m. en 1 u. 45 m. Van Gouda naar Leiden: Zondag 4 u. 45 m., overige dagen 10 u. en 5 u. 30.
Nieuwe Stoombootdienst, langs de Haarlemmermeer, van Leiden (Haven) naar Arasterdam: Maandag ochtend te 4 u., overige dagen te 5 u..
'snarn. te u.; van Amsterdam (Overtoom) naar Leiden: Zaterdag ochtend te 4 u., overige dagen te 5 u.,'s nam. te 3 u. Zondags buiten dienst.
Postbuslichtingen: (Lakenhal, Katoenfabriek en Nienwstraat) 7 u. 30 m., 10 u. 55 m.; 3 u. 35 ra.; 7 u. 55 m. en op Zoudag 10 u.
55 m. en 3 u. 35 m. O.-I. Landpost. 9, 16 en 25. "W-I. Mail 14 en voorlaatsten van elke maand.
Rijkstelegraaf van 7 uren 'sm. tot 9 uren 'sav. Spoorwegtelegraaf van 8 u. 'sm. tot 10 u. 30 m. 'sav.
Gemeentebestuur. Burgemeester en WethoudersMaandag en Donderdag te 11 uren. Commissie van FabricageWoensdag te 12.
BurgemeesterDinsdag, Woensdag, Vrijdag en Zaterdag te 11. Presid. der Comm. van Fabricage Zaterdags van 111. Plaatselijke Secre
tarie, van 10—4. Thesaurie, van 9—2; Zaterdag van 912. De Gemeente-architect is te spreken op het Raadhuis, van 121.
Kantoor der In- en Uitg. Rechten en Accijnzen van 9—1 en van 4—6 urenvan 's Rijks Dir. Belastingen, Maandag
Dinsdag, Woensdag en Donderdag van 9—2; van Zegel en Registratie van 84; van de Hypoth. en het Kadaster van 9—4.
LEIDSCH
DAGBLAD
Voor Leiden, per 3 maanden1.95.
Franco per post2.80.
Afzonderlijke Nommers0.05.
Deze Courant wordt dagelijksmet uit
zondering yan Zon- en Feestdagen
uitgegeven.
Van 1-6 regels f 0.75; iedere regel meer f 0.126.
Geboorte-, huwelijks- en doodberichten Tan
1-4 regels f 0.90; iedere regel meer f 0.15.
6 u. 9 m.; 8 u. 55 m.; 9 u. 42 m.; naar Haarlem en Amsterdamte 8 u. 35 m.; 10 u. 26 m.; 11 u. 55 m.; 3 u. 1 ra.; 4 n. 57 m.; 7 u. 45 m.; 9 u. 56 m.
Dezelfde personen
met alle kracht verzet hebben tegen
die zich bij vroegere gelegenheden
het herkiezen van
de meest ijverige, meest verdienstvolle raadsleden wij
behoeven slechts de HH. J. de Fremery, Baert, Stoffels
en Goudsmit te noemenen die dat gedaan hebben al
leen omdat die genoemde heeren met hen in politieke denk
wijze verschilden diezelfde personen laten nu de leer ver
kondigen dat het niet geoorloofd is iemandals hij zich
maar ijverig betoond heeft, uit den Raad te verwijderen.
De vraag, of het aftredend raadslid voor eene goede dan
wel voor eene kwade zaak geijverd heeft, schijnt van on
dergeschikt belang te zijn en nauwelijks te mogen worden
ondei'zocht.
Bovendien zijn onze tegenstanders er op uit, de aan
dacht der kiezers van de hoofdzaak af te leiden en trach
ten daarom er allerlei persoonlijke en kerkelijke geschillen
in te betrekken. Het spreekt van zelf, dat wij hen op
dat terrein niet zullen volgen. De burgerij zal van ons
niets anders vernemen dan hetgeen wij haar reeds zoo
dikwerf gezegd hebben: zie met eigene oogen, oordeel zelf,
want de geringste onder U is volkomen bij machte, zich
in deze zaak, zonder voorlichting van'anderen, een juist
oordeel te vormenGij hebt allen te beslissen of te Lei
den het schoolgeld zeer hoog, hooger althans dan in eenige
andere stad van ons vaderland, zal zijn. Niets gemakkelij
ker bij voorbeeld dan te beslissenhoe hoog het school
geld op de hoogere burgerschool moet zijn. De vakken,
waarvan op die school het meeste werk gemaakt wordt,
zijn dezelfde als die welke op het Genootschap Mathesis
Scientiarum Genitrix onderwezen worden. Ieder uwer weet
welk nut het onderwijs van dit Genootschap in ons mid
den heeft gesticht, en kan dus nagaan hoeveel grooter
voordeel dat der hoogere burgerschool't welk uit den
aard der zaak zooveel verder kan gaan, moet opleveren.
Wie heeft nu gelijk, de heer Scheltema, die verlangt dat
het schoolgeld zal worden opgevoerd tot honderdtwintig
gulden, waar nog ongeveer vijfentwintig gulden voor
boeken bij komen, of wij, die van oordeel zijn, dat het
niet meer dan veertig gulden, dus met inbegrip der boe
ken niet meer dan vijfenzestig gulden mag bedragen
Hebben wij zoo geheel ongelijk, wanneer wij beweren dat
de hoogere burgerschool, wanneer er een hoog schoolgeld
geheven wordtvoor den zoon van den zelfs deftigen bur
german ontoegankelijk wordt, terwijl de vermeerdering van
inkomstenwaarmede men zich vleittoch niet verkregen
zal worden. Immers de vermindering van het aantal leer
lingen, noodzakelijk gevolg der verhooging van het school
geld het zal eerder eene tegenovergestelde uitkomst opleve
ren. Yerlaagt men daarentegen schoolgelddan zal dit in
den beginne wellicht een nadeeligen invloed op de ont
vangsten uitoefenen, maar hier, evenals elders, zal het aan
tal leerlingen zoo toenemen, dat de school ten slotte nog
meer dan thans zal opleveren. Doch nemen wij de zaak
voor den heer Scheltema op zijn allergunstigst; onder
stellen wij dat zijn stelsel tot dezelfde geldelijke uitkoms
ten als het onze leidtdan vragen wijwat is meer in
het belang der burgerijeene school met een hoog
schoolgeld die weinig, of eene meteen matig schoolgeld
die veel leerlingen telt
Wij ontvingen gisteren het laatste nummer van de (Oude)
Rotterdamsche Courant, die van nu af aan niet meer zal
verschijnen. Ben //laatste woord" van de redactie herinnert
er aan, hoe die courant sinds 1717 bestaan heeft en ver
schillende tijdperken van bloei en verval heeft gekend. De
belangstelling die zij ondervond was niet groot genoeg,
om langer de kosten goed te maken, welke aan de uitgave
van zulk een blad noodzakelijk verbonden zijn en het kwij
nen dier belangstelling schrijft de redactie toe aan hare
groote onpartijdigheid in politieke qnaestieszij wilde niets
dan de //eerlijke en milde toepassing der grondwet van 1848"
en wenschte //nimmer de behandeling der algemeene zaak on
dergeschikt of dienstbaar te maken aan een strijd vóór of tegen
pei'sonen." Als ieder blad met zulk een programma noodzake
lijk moest te niet gaan, dan zou het er treurig uitzien: want wij
twijfelen niet, of al onze dagbladen zullen dat der O. Rott. C.
wel willen onderschrijven. Er ontstaat dan ook gewoonlijk
eerst verschilwanneer de vraag zich voordoetwelke zijn
de beste middelen om dit doel te bereiken? terwijl men
ook niet moet vergeten, dat dikwijls voor een on ge oor
loofden strijd van personen wordt aangezien, wat
eigenlijk niets anders is dan een zeer geoorloofde
strijd van beginselen. Wat er van zij, ook wij be
treuren het, dat de redactie der O. Rott. C. haar nuttig
werk heeft moeten staken. Haar onpartijdig, scherpzinnig
overzicht der binnenlandsche Dagbladpolemiek, haar goed
geredigeerd buitenlandsch nieuws, vooral de Engelsche en
Dnitsche posten, maakten haar blad in menig opzicht hoogst
belangrijk. Wij hopen tevens, dat de krachtendie zich ,tet
dusverre aan die courant hebben gewijd, voor
literatuur niet verloren zullen zijnmaar dat
zullen terugvinden. J